N? 138
DINGSDAG
11 JUNIJ
B UIT EN LAND
1851*
Bureau: Hoogstraat, Wijk 10, N°. 77.
*x£i Vtl^, e>~*
</U'f./,A
KENNISGEV IN6.
Afulultliig der Paa»a(e over dc
Spanj aar dsbrug
N ATION ALE MILITIE.
Oproeping van de Verlofgangers voor de
IJVSFECTIE.
ENGELAND.
FRANKRIJK
De Altonneaientsprjis is 24 'a jaars of 6 per drie maanden
franco pc post door nH geheele Kij4
Behaive aan het Bureau der Courast kin men rich by alio
M ickhindelaars en Postkantoren Abonueren.
Enkele Nomraers 10 Ceata.
(ieboorte-,..Trouw- str iW^lierigtea van 1 tot 5 regela..
tedere regfil meet.A
Audere Adverteatiin p^-rpgel
Groote letters aaar -JjljaaDruimte. Bij iedcre Advertentie
voor zegelregt eal-l firemplaar der Couraet.
—■"■in w.
f I.—.
- 0.211
0.20
15 Cent.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ROTTER-
DAM, doen te weteus
dat, uithuofde van te doene Herstellingen aan de
Spanjaardsbrugliggende aan de Spaanschekade over den
Haringvliet, het verkeer met Rijtuigeh over die Brug,
van Woensdag den 12 tot en met Zaturdag den 22 ilezer
maand, zal zijn afgeshtnn.
Rotterdam den 10 Junij 1861.
Burgemeester en Wet- ouilers voornoemd,
de Secretarisde Burgemeester
J. L. NIERSTRASZ. J. F. HOFFMAN.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ROTTER
DAM, doen te weten:
dat door den Heer Militie-Comraissaris over de Kantons
10—14 in Zuid-Holland eene Inspectie zal worden ge-
houden over de Verlofgangers der Nationale Militie die
tot het Kanton Rotterdam behoorenalsmede over die
welke tot andere Gemeenten behooren en thans alhier
woonachtig zijn
dat op die Inspectie moeten vmchijnen al de Miliciens-
Verlofgangers, behoorende tot de Ligtingen van 1857,
1858 en 1859; dat die Inspectie zal plaats hebben op
de Groote Beursdes morgens t^n lOure, in de volgende
orde, te weten:
Woensdag 12 Junij a s., de Miliciens der ligting van 1857,
Donderdag 13 Junij a. 8 de Miliciens der ligting van 1858,
Vrijdag 14 Junij a. s., de Miliciens der ligting van 1859;
en dat derhalve de voorz. Verlofgangers ten ernstigste
worden aangemaand, ora zich op de gemelde dagen tijdig
ter voornoemde plaats te bevindenin hunne militaire
kleeding en voorzien van de kleine equipement stukken,
welke zij van hunne korpscn hebben medegebragt, alsmede
van hunne repu's en zakboekjesten einde te voorkomen
de straf bij art. 183 der Wet van 8 Januarij 1817 tegen
de achterblijvenden bepaald.
Rotterdam den 5 Junij 1861.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
de Secretaris, de Burgemeester,
J. L. NIERSTRASZ. J. F. 110FFMAK
niemand in mijne begeerte om Italie volkomen vrij
te zien van de Ooatenrijksclie heerschappij, maar ik
weiger aan te nemen de gewapende heerschappij van
Sardinie over de tot hiertoe vrije volken van Italie
(oh! oh! en gelach), als eene v.are definitie van
Italiaansche vnjheid. Sir ik vrees niet zelfs in het1 Cavour
Lagerhuis te verklaren dat ik in den dood van graaf
Cavour den vinger van Gods regtvaardigheid meen
te zien (luide kreten van ohoh1 en herhaalde
interruption)."
Sir Robert PeelMag ik voorstellen
O'Donoghue. Laat het Huis niet (oh! oh!)
laat het Huis mij niet verkeerd verstaan. Ik ben
verre van mij te verheugen in het eindigen van zijne
loopbaan, (oh! oh!) integendeel. ik betreur het, of-
schoon ik het betreur om redenen die zeer verschillend
zijn van die der geachte leden" (voortdurend gejouw
en interruptie, die den heer O'Donoghue noodzaakten
te zwijgen.)
De heer Milnes gispte ten strengste de uitdrukkingen
van dien spreker, en lord Palmerstou eindigde met
eene warme lofrede op het persoonlijk karakter en
de uitstekende diensten van graaf Cavour deze zeer
belangrijke discussie, die O'Donoghue en zijne partij
noodzakelijk in de aehtirtg van alle weldenkenden
moet doen dalen.
llet antwoord van lord John Russell op de inter-
pellatie van den heer Dunlop bevestigde de geruchten
dat de heer Graham Dunlop op verzoek van het
Oostenrijksch Gouvernement van Pesth naar Weenen
is teruggeroepen. De Morning Chronicle is verwoed
over de inschikkelijkheid van lord John Russell tegen-
over het Oostenrijksch Gouvernement, en beschuldigt
hem dat hij bezield vvordt door de begeerte om Enge-
land te mengen in plannen voor de hernieuwing der
magt van het Habsburger Huis en de herstelling der
Familie Orleans op den troon van Frankrijk.
De slaaf Anderson, wiens uitlevering van Canada
naar de Zuidelijke Staten van Noord-Amerika onlangs
door ons Gouvernement werd verhinderd, is heden
hier gearriveerd.
LONDEN 8 Junij.
Particuliere Correspondentie.
De oppositie heeft gekapituleerd. Het finantieel
plan van den heer Gladstone werd gisteren avond in
net Hoogerhuis voor de tweede maal gelezen met de
toestemming van lord Derby, die verklaarde er zich
niet tegen te willen verzettenofschoon hij het budget
in alle opzigten afkeurde. De Ilertog van Rutland
zag zich derhalve genoodzaakt zijn ameudement, om
de;tweede lezing zes maandenuit testellen, intetrekken.
De Ministeriel^n, en vooral de heeren Bright c. s.,
zijn over deze uitkomst uiterst voldaan en prijzen het
in lord Derby dat h j de weinig loffelijke tactiek van
den heer Disraeli in het Lagerhuis niet gevolgd heeft.
De afschafting der papierbelasting is dus een fait
accompli en onze Natie behoeft mt niet langer be-
vreesd te zijn, dat tusschen het Huis der Lords en
dat der Gemeenten eene botsing zal ontstaan, die
noodzakelijk voor ons Land hoogst onaangename
gevolgen had moeten na zich slepen.
De dood van graaf Cavour maakte gisteren avond
in het Lagerhuis eene der belangrijkste onderwerpen
van discussie uit. Sir Robert Peel en lord John
Russell betuigden hun diep leedwezen over de treurige
ramp die Italie door het verlies van den grooten
Staatsman had geleden, en wijdden uit in lof over
den overledene, waartegen de heer O'Donoghue, als
vertegenwoordiger der Ultramontanen, nogtans ten
sterkste protesteerde. Dat fanatiek lid haalde zich,
door zijne onwaardige uitdrukkingen en stnaadredenen,
het algemeen misnoegen en de wel verdiende veront-
waardiging van anderen op den lials; zijne uitdruk
kingen die mogen worden beschouwd als de weerklank
der retrograde partij waartoe hij behoort, verdienen,
dunkt mij wel de bijzondere opmerkzaamheid uwer
lezers, aan welke gij ongetwijfild het verdere in deze
zitting behandelde uit het Parlementair verslag- mede-
deelt.
„lk sta op," dus ving hij aanom mijn volkomen
verschil in gevoelen uit te drukken met het voorstel
van het lid voor Tamworth (sir R. Peel) en van den
lof door den Secretaris van Staat voor buitenlandsche
zaken zoo kwistig den overleden graaf de Cavour
toegezwaaid. Een der voornaamste eigenschappen van
Cavours politi k wasvijandelijkheid tegen het wereldlijk
gezag van den Pans luide toejuichingendoorsoinmige
leden), en het karakter dier politiek was eene har.l-
nekkige en stelselmatig valsche voorstelling (neen!
neenvan den toestand der zaken in de Staten der
Kerk, ten einde de vergrooting van Sardinie te be-
schermen en te begunstigen (luide kreten van neen!
neen! en oh1 oh!). Eene dusdanige politiek moge
ongetwijfeld harmonieren met de vooroordeelen van
vele leden aan beide zijden van dit Huis, die
bereid zijn ieder sprookje te gelooven omtrent
Pauselijk wanbestuur, en met de ilomme dweepzucht
van velen in dit Land gelach1, die eveneens be
reid zijn die te gelooven; maar ik twijfel niet of die
politiek was eene grove beleediging jegens de heiligste
gevoelens van de groote meerderheid der Christenen
in de geheele wereld. Ik zeg dat ik voor niemand
zwicht, noch voor den geachten baronet, noch voor
den Secretaris voor buitenlandsche zaken, in mijne
begeerte om het Italiaansche Volk vrij te zien (spot-
tende kreten vau „hoor! boor1") lk zwicht voor
Lord Granville sloeg ghtereii in het Hoogerhuis
de tweede lezing der wet op de inkomsten voor en
betoogde het grondwettige van den vorm waarin zij
vervat was, tot bewijs waarvoor hij onder anderen
aanvoerdb hoe de minister Pitt in 1787 insgelijks d- reis
verschillende deelen van zijn finantieel plan in eene
en dezelfde wet had vereenigd. De Hertog van Rutland
sloeg het uitstel voor met verwerping gelijk staanden
tijd voor, vooreerst omdat hij het beweerd bestaan vau
een overschot betwijfelde, ten tweede omdat de af-
schaffing van andere belastingen dan die op het papier
verkieselijker zijn zou, en eindelijk omdat de vorm
waarin de wet vervat was de vrije handeling van het
Hoogerhuis belemmerde. Lord Derby zeide daaren-
tegen dat, ofschoon de wet wel in meer dan 66n
opzigt gebrekkig was, hij daarom de verwerping er
van niet kon aanraden. De meerderheid van het
Lagerhuis had zich voor de afschaffing der papier
belasting verklaarden zijn lordschap erkende hoe het
billijk is dat het Hoogerhuis, in zaken van belastingen
en andere finantiele maatregelenenkele gevallen uit-
gezonderdzich naar het oordeel van het Lagerhuis
voegt Hij durfde derhalve geen tegeustand aanraden
en hoopte dat de Hertog van Rutland niet op zijn
voorstel aan zou dringen, maar dat het Huis zich
vergeuoegen zou met aan de Regering, met name aan
den Kanselier der schatkist, de zware verantwoorde-
lijkheid over te laten van ten opzigte der openbare
geldmiddelen op eene onbedachtzame en ligtzinnige
wijze te hebben gehandeld. Lord Grey sprak in gelijken
geest, maar vermaande tevens de Regering den we8
der verstandige bezuinigingen, behoudens de zorg voor
eene krachtige nationale verdediging, in te slaan.
Nadat lord Mouteagle den vorm der wet nog had
verdedigd en opgemerkt had hoe de splitsing doelloos
geweest zou zijnnu het bleek dat eene afzonderlijke
wet op de papierbelasting toch ook zou zijn aange-
nomen, trok de Hertog van Rutland zijn amendement
in en werd de wet ten tweeden male gelezen.
In het Lagerhuis vroeg de heer Lidilell of het
voorstel, door de Regering aan de VereenigdeStaten
en aan de Geconfedereerde Staten van Amerika ge-
daan, om aan de oorlog- en kaperschepen der beide
partijen het binnenbrengen hunner prijzen in havens
van het Vereenigd Koningrijk en der Engelsche volk-
plantingen te verbieden, met vroegere soortgelijke
gevallen overeenkomstig was, vvaarop lord Russell
antwoordde dat er geen voorstel gedaan is, maar wel
bevelen uiteevaardigd zijn om aan de bedoelde oorlog-
en kaperschepen het binnenbrengen van prijzen in
onze havens te verbieden. Moeijelijk viel het te zeggen
hoe er vroeger is gehandeld, aangezien er in den
lateren tijd geen groote oorlog gevoerd is waarin
Engelaud onzijdig bleef. De Regering had dus naar
haar besie weten gehandeld.
Daarop uitte sir R. Peel den wensch d t het Huis
zijn diep leedwezen over den vroegtijdigen dood van
graaf Cavour uiten zou, waarop lord Russell als zijne
meening verklaarde dat nooit iemand cich zoo met
lijf en ziel aan het welzijn van zijn Vaderland gCwijd
had als die Minister. Hij was, zeide zijn lordschap,
met groote bekwaamheid en geschiktheid voor den
arbeid toegerust, en wijdde die eigenschappen onaf-
gebroken aan de voltooijing der onafhankelijkheid des
Italiaanschen Volks. De wijze waarop hij de belang-
stelling der Europesche Mogeudheden in zijn werk
opwekte, door voor te slaan in de Krim gemeen-
sohappelijk met Frankrijk en Engeland te handelen,
en zijne latere handelwijze in het Parijzer Congres,
bewijzen hoe hij de juiste middelen ter bereiking van
zijn doel kende Het was thans het oogenblik niet
om van de door hem aangeknoopte onderhandelingen
tc spreken, maar dit kon de .Minister nog zeggen
hoe hij zich gelukkig achtte meermalen in diplomatieke
en persoflfilijke betrekkingen met hem gestaan te hebben,
en thaus hulde aan een man te kunnen bewijzen,
wiens li-vcii eene gewigtige bladzijde in de geschiedenis
zijns Lamb beslaan zal.
De O'Donoghue beweerde dat de graaf de
(ftffi voe.,1 *m. van den Kerkelijken Rtsat voort
durend verkeerd heeft voorgesteld om de vergrooting
van Sardinie daardoor te bevorderen, en deed hem
nog andere verwijten, die strenge berisping onder-
gingen. (Zie dienaangaande de Particuliere Corres
pondentie.)
Lord Palmerstou merkte op hoe sir R. Peel ge-
wenscht had dat het Huis de smart over den dood
van een doorluchtig Staatsman op het Vasteland in
zijne jaarboeken opteekende, maar hij geloofde dat
daatvau geen voorbeeld bestond, zelfs niet als Fngelaitd
zelf een zijner uitstekendste bewindslieden verlor n
had. Het Huis zou zich dus met de uitingen van
leedwezen, door verschillende leden gedaan, moeten
tevreden houden. Echter kon hij zich niet weerhou
den van op zijne beurt zijn diep leedwezen over den
dood van den graaf de Cavour uit te spreken, wiens
verlies niet alleen door diens eigen Land, maar door
geheel Europa gevoeld zal wordenen wiens leven eene
gewigtige plaats in de bevvondcring des menschdoms
beslaan zal, zoo lang de geschiedenis de jaarboeken
der wereld aan de nakomelingschap pi overbrengen
De graaf de Cavour, zeide de eerste Minister ten
slotte, is door een ontijdigen dood aan deze wereld
ontrnkt, maar men kan niet zeggen dat bij voor
zijnen roem te vroeg is gestorven.
Daarna heeft het Huis in committe de sour van
138,276 voor de dienst der vrijwilligers toegestaan.
Met toestemming van Roiling Victor Emmanuel
en onder bet voorzitterschap van zijnen gezant te
Londen heeft zich hier eene vereeniging tot onder-
steuning van noodlijdeude Italianen in deze hoofdstad
gevormddie geenerlei staatkundig doel maar alleen
tot oogmerk heeft aan anne Italianen van alle ge-
loofsbelijdenis, die ondersteuning waardig zijn woning,
voedsel en kleederen te verschatfenhunne kranken
te verplegen en, des noodig, voor hunne kindercn
te zorgen. De heeren Ashley, Monckton Milnes, Layard
en Panizzi zijn nevens anderenleden van het be
stuur der Vereeniging.
Blondin heeft zijne tweede zoogenaanule lucht-
is ogjg transept van hg_t krtstallen paleis te
Sydea met het boste gevofg volbragt. llet aantal
der toescliouwersofschoon aanzienhjk, was echter
met zoo groot als men verwacht hadmaar zal denkelijk
bij eene volgende gelegenheid wanneer de toegang-
prijs op slecnts een shilling gesteld wordt, verbazend
zijn. Up een gespannen koord verscheen Blondin
met eene volledige keukenbatterij op den rug zette
die neder en bevestigde haar aan het koord maakte
vuur aan bakte rustig eenige eijerkoekenen deed
die met groote behendigheid aan zijne beneden staande
vrienden toekomen. Even als de eerste keer waren
de hoogere standen der maatschappij sterk vertegen-
woordigd de jongere dames omringden Blondin toen
hij weiler op vasten grond wasin menigte en ver
gezelden hem onder gelukwenschingen tot aan het
station van den spoorweg.
PAKIJS 9 Junij.
Particuliere Correspondentie.)
De zittmg van het VVetgevend Ligchaam op gisteren
was te helangrijk dan dat ik haar met stilzwijgen zou
kunnen voorbij gaan. De heer Keller, afgevaardigde
uit den Elzas, die zich bij de beraadslaging over het
adres op eenmaal als een redenaar van den eersten
rang deed kennen, heeft op nieuw eene redevoering
gehouden.
Na de goedkeuring van het budget voor het
ministerie van Staat, dat 18,U42,(>00 francs bedraagt,
en van dat voor buitenlandsche zakenhetvvelk
11,213,950 francs beloopt volgde de discussie over
het budget van het departement van binnenlandsche
zaken. De heer Keller nam het eerst het woord.
'/.ijne gevoelens zijn die van een Katholiekhij is het
Keizerrijk toegedaan, maar h.j verlangt de grootst
mogelijke mate van politieke vnjheid. Zijne rede
hep uitsluiterid over binnenlandsche questien. Hij
stelde voorop dat het conservative Frankrijk tot in
1858 gerust en vol vertri uwen was geweest, .omdat
de Regering zich beijverde het begiusel van gezag te
beveihgen tegen de pogingen der revolutionnairen,
mair dat van toen af aan de revolutionnairen de
Regering misleidden door haar te vleijen en door haar
hunne medewerking te beloven. Hij veroordeelde de
inschikkelijkheid, waarmede de Regering zich van toen
af zoo blindelings mild hetoonde jegens hare vijanden,
die tevens de vijanden zijn der maatschappij en der
Kerk. Hij verweet de admimstratie hare partijdige I anderen, voor de wetten en het gezag."
zwakheid ten aanzien van de revolutionnaire pershij De heer Keller verwijt vervolgens der Regering
beschuldigde zelfs de regterlijke magt en spaarde dat zij te korl gekomen is in den eersten phgt der
niemand in z.jne h^ftige aanvallen. Ik wil u een nieuwe regeringen en dat zij alien, die door hunue
denkbeeld geven van zijne rede, door er eenige gewoonten, hunne genegenlieden of hunne overtui-
passages uit aan te halen. gingen aan het verledene gehecht wareit, heeft gekrenkt.
Dc heer Keller heeft gesproken van de orgamsatie gekwetst en van zich verwijderd. Zijne couclusie is
der drukpers en hier vooral bezitten zijn woordeu een zeer opmerkehjk en geheel h propos. Hij haalt deie
sprekend karakter van waarheidEven als de oude woorden aan door Napoleon HI zelf geschreven
Fraasehe monarchic er n geslaagd was onder hare De harmonie tusschen de Regermg en de ge v^-
vanen de otiafhankelijke strijdkrachten der feodale geerd n kan slechts op tweeerlei wijze bestaanwa.o-
nemen en die, behoudens achttien of negentieu uitzon-
deringen, de r-enstennnige echo's zijn der correspondent ie
lavas en van het bureau der openbare meening.
„Te l'arijs, de groote basis der operatie, vormeu
le siecle eu l'Opinion Nationale de voorhoede; zij
laten de ballor.s d'essai op. vevkenuen uit de verte
den loop der gebcurtenisseu en widcrnaijnen alle wat
den doortogt zou kunnen belemmeren. In het centrum
marcheren deftig de Constitutionnel (gelach), la Patrie,
la Presse, !e Temps endeD^bats, zij zelfs wie de
bekoorlijkheden vau de vrijheid en de gratie dei
Italiaansche eenheid in 't eind hebben genezen van
hunne ontembare onafhankelijkheid Eindelijk maakt
lePays, alleen, de achterhoede uit. (Algemeen gelach,
aller blikken vestigen zich op den beer Granier de
Cassagnac, die gezeten is op de bank naast die dc-
sprekers.Ilij ilekt de positien welke men wil verlaten;
jiij stelt de eerlijke gemoedereu gerust door bet laatst van
alien vol te houden dat Garibaldi een vrijbuiter is en
flat de gebeurtenissen, die op weg zijn om vervuld te
worden, nooit zullen plaats hebben Nieuw gelach.)
Intusschen heeft dit magtige leger, om de toescliouwers
te vermakeneenige bescheiden tegenstanders noodig,
Op wie de slagen nedervallen, die altoos ov'ereind
blijven staan maar altijd verslagen worden, even als
die arme \rabieren der Champs Elvsees, die op de
theaters, bij gelegenheid van onze groote l'eesten,
periodiek het vuur van onze troepen te verduren hebben.
Maar laten deze parade-vijanden zich wel waehten
de grenzen van den veroorloofden tegenstand te over
schrijdenSomtijds bragt I'Univers de lagehers op
zijne v. de. Men heeft hem opgeheven om een voor
beeld te stellen en om plaats te maken voor le Temps
en l'Opinion Nationale.
„Wanneer de goede uitslag van den veldtogt aldus
verzekerd is, kondigt eene bombastische brochure vau
tijd tot tijd, bij wijze van overwinnings-bulletinde
vorderingen der groote arme'e aan en dit bulletin van
den opperbevelhebber wordt door de echoos der door
hem gedisciplineerde bladen met hunne toejuichingeu
overgebragt tot aan de uiteinden van Frankrijk eu
der wereld."
Dit tafereel van de georganiseerde pers is treffeud
van gelijkenis. Verder pakt de heer Keller den heer
Edmond About aan.
Een pamfletschrijver, die bet ongeluk heeft van
'gev.-.t misbruiken tot h-i bclastetan van a!U-
plaatsen waar hem gastvrijheid is verleend, en die niet
verdient in deze zaal genoemd te worden, had een
vuilaardig boek over Rome geschreven. In den regel
is het te begrijpen hoe, even als een onlangs ver-
scheueu geschrift (dat van den Hertog van Amuale),
ook dit boek gedurende eenige uren aan de vvaakzaatn-
heid van ilea Minister van binnenlandsche zaken heeft
kunnen ontsnappen. Maar neen. het zijn dagen, het
zijn weken, welke men aan dat boek vergunt. Men
legt er beslag op, wanneer een geheele oplaag is uit-
verkocht, en wat het proces betreft, men heeft er
niet meer vau hooren spreken."
De heer Keller verwijt de Regering dat zij de gees-
telijkheid laat beleedigen.
Vreest gij niet dat wanneer de menigte deze
impulsie, die maar al te zeer al de bedorven neigingen
vleit, gevolgd zal hebben; dat wanneer de zwakheden
van eenigen haar voldoende zullen zijn oyn niet langer
te gelooven noch aan de deugden, noch aan lie: onder-
rigt van hen, die belast zijn met hare zedehjke epvoe-
ding, vreest gij niet dat zij, wanneer zj hetzelfde
scepticisme overhrengt op het gebied der openbare
zaken en daar hetzelfde onvermijdelijke spoor aantreft
vau menschelijke verdorvenheiddat zij alsdan zal
eindigen met ook datgene te verliezen wat de heer
de Moray zoo juist heeft genoemdhet politieke geloof,
om niets anders te zien dan eerzucht, dan intrigues,
dan kleingeestige hartstogten, daar waar men alleen
den bestendigeu wensch moest zien voor het algemeen
welzijn.
Veroorlooft mij hier nogmaals het u te zeggen
zonder het te weten, beantwoorilt gij aan de dier
baarste wenschen van alle vijanden der maatschappij.
Inderdaad daar zijn menschen die zich vergeuoegen met
een horologie of een zakdoek te annexeren (ironiek
gelach), daar zijn er die gelukkiger zijn, en door het
aankondigen van aanzienlijke dividenden groote
zaken op touvv zetten en millioenen annexeren. Daar
zijn er, die slechter zijn en aan het volk een gJuk
of vrijheden beloven die onmogelijk zijn, revolutien
maken in e'en dag, en een geheelen Staat annexeren.
Welnu! even als de smokkelaars de tolbeambten haten,
even als de stroopers de veldwaclit rs verfoeijen, even-
zoo haten zij die de annexatie beoefenenv ooral de
laatstgenoemde soort, - ineer speciaal de K erk, omdat
de Kerk len eerbied predikt voor het eigendoin van
wereld te vereenigen, zoo heeft onder onze oogen
een magtig kenner der tactiekde directeur der druk
pers, middel gevonden om de ontembare strijders der
gedaehte te organiseren, te disciplineren en in rege-
menten te verdeelen. (Langdurig gemompel. Op
de vleugels dezer geregelde armee voltigereneven
als zoo vele bachi-bouzoucks Uitroepingen), de 534
dagb'aden der provincie, die alien uit bunnen aard
onafhankehjk zouden zijn, wanneer zij niet, om hun
armelijk. leven te onderhoudenden aalmoes der ad
ministrative eu regterlijke aankondigingen moesten uau
neer het volk zich laat regeren door den wil van een
enkelen, of wanneer het hoofd regeert volgens den
wil van alien. In het eerste geval is het despotismus,
in het twee le is het de vrijheid. De rust van het
eene is de stdte der gravende rust van het andere
is de kalmte van eeu helderen hemel. ('/.eer goed,
zee.- goed!) Welnu ik verlang dat men ons tut'
bedekke met den zwaren steeu der graven (gelach),
onder welken eenige ongeruste gemoedereu zich zoud
willen opsluiten. Ik verlang voor Frankrijk en zij
Regering de kalmte van een helderen hemel."