Elke man kan alles
vinden en bedienen
LEUKER DAN UITTRAPPEN:
Brandblussers leegspuiten
111
NIEUWE WATERWEG:
IÜÉÉ - II
ems
)or
idries Ratsma
BEUGELTJES
LASSEN
OEFENEN
V V- (y 1
■en brand
ïielidt, diatn
prm-ament
veeTlied'en
euze
233155
Een blusploeg na een oefening.
d weer
1719 uur.
s N.V.
PTEMDER i9l
CIIIEDAMSCHE COURANT DONDERDAG 2-1 SEPTEMBER 1970
uit
ihiedam Tussen jou en het brandje waarvan je denkt dat je
Ier al dichtbij bent, ligt vaak een mangat open. Achter je,
Iwaaï je een solide dek vermoedt, kan soms een stuk zijn weg-
Igebrand dat men wilde vervangen. Het is altijd zo'n acht a
Inegen meter die je valt als je misstapt. En aan boord van een
«stalen schip is er weinig dat meegeeft. Bedrijfsbrandweerlie-
Iden op scheepswerven vinden het helemaal niet prettig om
luit te rukken. Ze doen het omdat zij de enigen in het brand-
Iweervak zijn die, een beetje weten hoe een schip in elkaar zit.
IZe doen het omdat ze zich realiseren dat elke dag vertraging
laan de reparatie van een schip vele duizenden guldens scha
lde betekentm Ze doen het slechts op één van de allerlaatste
Iplaatsen (en dat geven ze slechts schoorvoetend toe) omdat ze
lin hun hart iets van een pyromaan hebben. Een brand is éen
|ui.tdaging,
een schip eetn bijzonder gevaar
lijk karwei is, voorat ais je het
weinig bij de hand hebt. Je
kunit bijna nooit schuim toepas
sen omdiait je in een machineka
mer of iets dergelijks geein re
gelmatige schuiimdeken tot
stand kunt brengen. Je kunt
©en brandje niet „verzuipen"
omdat een schip kan kantelen
of een drijvend dok beschadi
gen. Je hebt altijd met brand
bare stoffen te maken en met
dichte rook. Je weet nooit waar
het vuur gebleven is en of de
vloer nog wel soilide is waar j e
op staat. Je weet bijna nooit
wat zich voor -gevaarlijks ach
ter een bepaalde wand bevindt.
Er zijn op een schip veel meer
problemen -dan bij de -gemiddel
de branden in -de stad".
De bedrijfsbrandweer stelt -alles
in het werk om de-ze pr.obl-em e-n
niet te laten ontstaan. O-p el-k
schip zijn enkele brandwachten
-aanwezig di-e weten waar met
vuur gewerkt -gaat worden en
-die dit controleren en eventueel
zelfs verbieden. Ze hebben alle
maal de beschikking over een
slanghaspel -die -ingetakt iis op
de bed-rij fsblus-le-iiding onder
-een druk vu-n vijf atmosfeer.
Als het een extra gevaarlijk
karwei is, -dain leggen ze de
Stang uiilt tot vlak bij de werk
zaamheden. Een eenvoudig
blusseniijtje kan dan een ramp
voorkomen. Dergelijke zaakjes
komen -drie a viermaal op het
dagrapport voor. Gelukt dat
niet -dan is er de -scheepstele
foon waarmee m-en alarm kan
staan. Da.n komt het hele eigen
apparaat op gang, in totaal
zo'n 70 tot 80 maal per jaar.
Dit jaar heeft men nog geen en
kele maal -een beroep op de ge-
rrieentebrandweer behoeven te
doen. Meestal gebeurt dit zo'n
twe-e a driemaal per jaar. Is de
brand van dit kaliber dan heeft
-men op de werf een „volwas
sen" aantal mensen en blus
middelen achter de hand. In de
garage twee of 'drie man voor
de eerste uitruk. Ogenblikkelijk
-daarbij vier veiligheids-funcitio-
naniissen en in een iets later
starium een vrijwillige brand
weerploeg van overdag zestien
man, 's nachts iets minder.
En tenslotte no-g tien brand
wachten die dan aan boord van
-de schepen -de karweien laten
stilleggen omdat ze weg moe
ten. Dit hele legertje brand-
weeTilieiden kan beschikken
over een autospuit, een poeder-
wagen, een sohuïmkanon -en
oves de waterkanonnen van
drie sleepboten.
In deze sfeer werken de bedrijfs-
brandweren op de werven. Ze
^ijn te vinden in de verschillen
de stadia van paraatheid en or
ganisatie van grote zelfstandig
heid tot een volledig vertrou
wen op de gemeentebrandweer
pn tijd van nood. Hun taak ligt
voornamelijk op het gebied van
de brandpreventie en het uitde
len van de vrij lichte „eerste
Klappen" bij brandjes die in de
kiem worden ontdekt. Er zijn
voorschriften vanwege de wet
pp de bedrijfszelfbescherming.
Je meeste bedrijfsbrandweren
vallen dan ook onder bureaus
poor beveiliging.
de werf Wilton Füj-ein©:oiPd is
pe biramdwe-e-rgiaraig-e gelegen
Pp enkele tientali-en meters af-
It-apd van het burea-u van de af-
piiitlg bevedligiiinig. De chef van
bureau C. Lian-d-zaiaid en
tliens rechterband H. H. v.
Giet he-bben -irn -dit bureau dS-
'rse brandweerlieden voo-r -het
'ijpen. Als een werft ei efoon
brandje aan de garage
'dam gaan twee of drie
aanwezige brand
er met de motor-
>u-it opat, -ogenbliikkelijk ge-
Hgd door chefs en collega's
e via -de intercom hebben
De brandspuit
o.'a. uitgerust -met een ho;ge-
'uk nevelstraal -dJiie meteen
de auto kan worden inge-
en -dii-e het voordeel heeft
hij het vuur verstikt zonder
wateroverlast te veroorza
ken gaat van de idee uit dat er
|an boord altijd w-et handen
'In die mee helpen trekken
an de brandslang. Is de brand
e groot voor de nevelspuit, dan
°et men wel slangen uitlag-
Een en een 'officiële brandweer-
'loeg -inzetten, maat dan bele
ent dit. teven-s werk a-an de
'inkel voor de gemeenitebrand-
eer. Deze staat dan al lang en
feed pairaat en is tevens reeds
einformeerd waair de brand
ich bevindt. Er is namelijk
en directe telefoonlijn en men
eeft plattegronden van het be-
jPJjf.
heer Van V-liet: „Officieel
jtaian wij onder commando van
s ge-meentebran-dwe-e-r zodra
eze arriveert. De Sciriedamse
°njrna,ndant. ra-adpleegt ons
enter altijd grondig omdat het
''"and-blussen aan boord van
Schiedam De werf van De Nieuwe Waterweg heeft nogal wat open
terrein ter beschikking. Daar worden heel wat keren brandwecroe-
feniaigen gehouden. Eenmaal in de veertien dagen en liefst nogal
ver van de waterkant omdat men zich anders te weinig moet in
spannen met het uitleggen van de slangen. Men legt de nadruk op
de praktijk. Alle mannen va.n de zestien leden tellende brandweer
ploeg kunnen dan ook vrijwel blindelings de brandkranen vinden
en alle blusattributen bedienen. Een verdeling in ploegen en taken
heeft men niet gemaakt. Wie het eerst bij de brand is, weet auto
matisch wat hij moet doen.
Snel slangen leggen, een aftakking, werk dat met anderen geoefend moet worden omdat je
het niet alleen kunt.
Een sterk punt bfj deze werf is
dat men personeel heeft dat ge
middeld vrij lang in dienst is.
Dat geeft niet alleen evenwicht
in de brandweerploeg, maar te
vens een grotere zekerheid bij
de werkzaamheden die brand
kunnen opleveren.
De heer E. Hogerbrugge, chef al
gemene dienst en hoofd van de
bedrijfsbrandweer: „Veel van
onze mensen hebben gevaren.
Ze weten van wanten en kennen
het gevaar op het schip. Boven
dien hebben wij de stelregel dat
we ogenblikkelijk de Schiedam-
se brandweer waarschuwen, zo
dra wij- voor een brandje ui-
rukken. Meestal is het niets
bijzonders- Meestal is het bo
vendien reeds uit als wij er ko
men. Overal op het terrein zijn
Schiedam Als een
schip bijna is afge
bouwd dan hebben
we wel dagen dat er
dertig brandblussers
worden leeggespoten.
Dan zijn er ook zo'n
700 man aan het werk
op zo'n schip.- En dan
merk je pas goed het
belang van een be
drijfsbrandweer,
brandwachten en vei
ligheidscontroleurs.
Een brandje dat je
met je voet zou kun
nen uittrappen, kan
soms een reparatie-
karwei van dagen op
leveren en een aan
zienlijke schade.
De heer H. J. Waanders,
onder wie de brandweer
en de bewaking bij de
werf Gusto ressorteren,
schetst zo de belangrijk
heid van een goed geor
ganiseerde en opgeleide
bedrijfsbrandweer. De
helft van „zijn" ploeg
(hij is namelijk ook de
brandweercomman
dant) is gediplomeerd.
De andepe helft is doen
de een diploma te beha
len. Er zijn mannen bij
die tien en vijfentwintig
jaar bij de brandweer
zijn. Er zullen binnen
kort zo'n veertien onder
scheidingen worden uit
gereikt.
De heer Waanders geeft
elke woensdagavond les
of een oefening. Het
laatste vooral in de zo
mer en het eerste in de
winter. Zes man van
zijn korps zijn ook lid
van de vrijwillige
brandweer van Schie
dam. Ze rukken uit als
er in de stad branden
worpen gemeld. Exa
mens worden afgeno
men in samenwerking
met de gemeentebrand
weer. Een ander gevolg
van de goede verstand
houding is dat gemeen
te-brandweerlieden
vrije toegang tot de
werf hebben. Ze mogen
op schepen neuzen om
zich te oriënteren. Als
er brand is wordt gelijk
met de bedrijfsbrand
weer ook de gemeente-
brandweer gealar
meerd. Portiers gaan
dan mee naar de brand
om de weg te wijzen.
Men gaat er van uit dat
de beroepsbrandweer
eerder ter plaatse is dan
de eigen bedrijfsbrand
weer.
Dit alles betekent niet dat
de vele brandblusappa-
raten uitsluitend door
echte brandweerlieden
worden gehanteerd. Het
aantal zal gedeeltelijk
ook worden opgejaagd
doordat men het leuk
vindt om een minuscuul
vuurtje met zo'n blusser
te doven. Uittrappen
met de voet is lang zo
interessant niet. De
heer Waanders kan se
ries voorbeelden vertel
len als hij over brand
oorzaken praat.
,,Er is iemand een paar
beugeltjes aan het mon
teren op de buitenkant
van een vriesruimte. Hij
vergeet te kijken waai
de warmte van zijn las
apparaat blijft. De kur
ken bekleding gaat
smeulen. Na enige tijd
voelt een groot deel van
de wand warm aan.
Een brandwacht zal het
ontdekken. Een bedrijfs-
lid misschien. Anders is
er een fiks brandje ont
staan, waar je heel
voorzichtig mee moet
zijn".
„Een lasser moet een gat
branden voor een pijp
die vergeten is. Hij gaat
niet even een etage la
ger. om te kijken wat er
zich onder het dek be
vindt. Daar staat net
een schilder te werken.
Een pot met verdunner
bij zich. Op het laatste
een regen van vonken.
Brand. Misschien niet
erg, maar wel lastig en
onnodig."
„Een lasser doet per on
geluk een stukje isolatie
smelten van kabels die
door het gehele schip lo
pen. Zo'n vijftig meter
lang. De inspecteur zegt
dat die hele kabel moet
worden vernieuwd. En
daar ga je dan. Het hele
schip door. Overal de
kabels losmaken, nieu
we monteren. Een klei
nigheid wat het brandje
betreft, maar een kar
wei dat heel wat arbeid
kost. Die inspecteur
heeft echter gelijk".
namelijk blusapparaten en
brandkranen te vinden. Binnen
een minuut kunnen we water
aan boord van een schip heb
ben.
De alarmering gaat vaak via de
mannen die toezicht op de dok
ken houden. Zij zijn permanent
aanwezig en maken bijna alle
maal deel van onze brandweer
ploeg uit. Eén brandweerman
is er dus altijd. Anderen wor
den gewaarschuwd door de di-
renes die door de portiers in
werking worden gesteld. Als ze
op het bedrijf werkzaam zijn en
niet voor een karwei elders,
dan rukken zij uit. In de garage
is altijd wel een chauffeur te
vinden die ogenblikkelijk ach
ter het stuur van de gereed
staande materiaalwagen gaat
zitten. De motorspuit is er per
manent aangehaakt. Binnen en
kele ogenblikken hebben we
dus flink wat materiaal ter
plaatse. We hebben met de
Sohiedamse brandweer afge
sproken dat zij binnen een
kwartier bericht krijgen van de
stand van zaken.
Bij de brandweer zijn plattegron
den van ons bedrijf voorhan
den. Dat kan het zoeken verge
makkelijken als ze eventueel
moeten bijspringen. Dit laatste
is de afgelopen tweeëneenhalf
jaar eenmaal voorgekomen en
toen eigenlijk alleen maar om
dat wij slechts één gediplo
meerde man hebben die een
gasmasker kan dragen. De
brandweer leverde toen nog
een paar mannetjes extra.
Ook bij oefeningen wordt wel
eens samengewerkt met de ge
meentebrandweer. Vorig jaar
heeft men zelfs eenmaal een
schip dat hier voor de sloop
lag, als oefenobject gebruikt.
Gemeentebrandweerlieden ko
men uiteraard weinig met
scheepsbranden In aanraking.
Dit was een unieke gelegen
heid- Twee brandweerlieden
zijn tevens vrijwilliger voor de
gemeentebrandweer. Zij heb
ben als enige een dagtaak aan
het onderhoud van het brand
weermateriaal, het controleren
van de blusapparaten en het
toezichthouden bij gevaarlijke
karweitjes. De andere brand
weerlieden worden voor dit
laatste hoofdzakelijk in de
weekeinden ingeschakeld om
dat ze dan hun eigen werk niet
hebben. De portiers zijn voor
de brandbeveiliging verant
woordelijk in de uren dat er in
het bedrijf niet wordt gewerkt.
Autospuit in aktie.