sm
kost
119>
PS
>P
CHRISTIAAN FRANS v. d. MOST (74):
IN DE
SLAGERI]
GEBOREN"
D
T
3WI1I
■Pi
TEMBER
SCHIEDAMSCHE COURANT ZATERDAG 26 SEPTEMBER 1970
3
Midnight Cowbos
»JE
G
DAM
vakkundig
ioort u dat
Nergens
met zo'n
r zo'n lage
ven langst
>.92.
V
tmÊM
door
Gerard
Lutke Meijer
Koopacte 126 jaren oud.
Schiedam ..Ik ben om zo te
zeggen in de slagerij gebo
ren", vertelt de 74-jarige
Christiaan Frans van der
Most, „en ik ging op school
bij meester Tijl op het Oude
Kerkhof: dat was dé school
van Schiedam. Vechtlustig
ben ik nooit geweest: aan de
vechtpartijen tussen de scho
len van meester Sanders en
meester Christen aan de
Broersvest heb ik niet mee
gedaan. Ik weet nog wel. dat
er aan de andere kant van de
Broersvest nog niks was ge
bouwd. We kregen al vroeg,
een taak in de winkel, 's
Morgens was het vroeg op
staan. omdat we klanten
moesten bedienen, klanten
op de Hoogstraat en in Ke-
thel; we brachten er de be
stellingen heen om het per
soneel zoveel mogelijk het
werk te verlichten."
DRONKE LUI
pips
Dagelijkse blik op niet-Schiedamse Merwehaven.
De heer Van der Most is er
niet gerust op, dat we nooit
meer zo'n periode van de
pressie zouden krijgen; met
name verontrust hem de
heersende tendens tot vor
ming van steeds grotere on
dernemingen. Waar blijven
we als deze structurele ver
anderingen ook de structuur
van onze stad gaan raken?
Het beleid van een gemeen
tebestuur moet op alle ge
beurtenissen afgestemd zijn,
met alle, ook ongewenste
ontwikkelingen rekenen.
Broersveld-winkelstraat
Geen mensen-
geen winkels
an 17—-19
Pers N.Y.
u«r,
;rt G. van de cj
:eptie ter g
estaan Schiep
ing gemeenteraJ
Marlène
oeptie 50-jarig i
id St. Michael
Afscheidsrecepf
tad van der HoJ
rans Vreugdenl
len van prof, j
1.30—14.00, 19.00.
uur; kraamafde.
1.30, 19.00-lj,j
le klas ook va
-15.00 uur rni
18.00—18.30 uur
rp, JosephaMd
'inden en W C
idvJW van Dor
van denBerg.Dat
is en M Steiginga
van Duuren en 1
zv H A van de
Jonker, Jeanneti
er Hooft en B Bi
e dv H \V Po-
roene, Süzan dv
rsun, Johannes z
Berg en A SU
C 't Hart en J
laid zv D van de
floos, Paulus J
den en A M Kreu
P zv P ,van det
i Verdel.
Werktijden
el. 26.14.32
ng Algemene
ie Gemeente-
op 1 oktober
:ster en Wet-
larvan
a.s. van 16.30
lijk Museum,
egenheid van
Jammer van
die
vergeten binnenstad
,.De winkels waren vroeger veel
langer onen dan nu. Het lijkt
niet eens zo heel lang geleden,
dat we onze werkster 's avonds
naar huis moesten brengen,
omdat ze niet alleen over straat
durfde. Er waren nog al wat
dronkelui. We kenden ze aile-
maal en ze .hadden een heilig
respekt voor ons; we hadden er
nooit hommeles mee. Een ver
manend woord aan de vrouwen
of de moeders had meestal het
gewenste effekt. Zelf kwamen
we nooit in een café. Ik ben al
vroeg in de zaak van mijn va
der gekomen en daar gebleven.
Met een onderbreking in de ja
ren 1914-1918, toen ik soldaat
moest worden. Ik herinner me,
dat ik in 1914 meisjes van een
jaar of dertien in de winkel
kreeg. Toen ik in 1919 het
duurde een jaar voor het sla-
gersbedrijf weer op gang was
weer in de winkel stond,
kwamen diezelfde meisjes
weer, maar nu met een kind op
de arm. Ik had een stukje over
geslagen: vier jaar dienst, een
jaar in Overijssel als admini
strateur op het rijkskantoor
voor vee eh paarden in Henge
lo. Daar was een broer direc
teur van het abattoir en een an
dere broer dokter."
•.Die medische kant zit ons wel in
het bloed. En de belangstelling
voor het vee ook. Mijn grootva
der van moeders kant was de
zoon van dokter de Ronde uit
Kethel- Zelf woonde hij op de
boerderij „De Hooge Boomen"
achter de zg. Hoekplankjes. He
laas niet als eigenaar anders
was hij bij de onteigening mis
schien schatrijk geworden. Een
Paar zoons van De Ronde zijn
arts geworden. En mijn zoon is
veearts geworden. Het is blijk
baar een familiekwaal."
beginnen". Ze zeggen: er ko
men geen grote winkelbedrij
ven. Nog al logisch: die zullen
hier komen om verlies te lij
den. De winkels bestaan van de
.bevolking.
Schiedam Iedere dag dat de heer Christiaan Frans van der
Most. die thans 74 is, uit het raam van zijn woning kijkt, kan
hij de Merwehaven zien. Dat wil niet zeggen, dat hij er zich
iedere dag over ergert. Maar als hij erover nadenkt ja, dan
vindt hij het toch wel teleurstellend, dat de Merwehaven niet --
Schiedams is. Hij vindt het 'n ontmoedigend feit, dat wij dit zorg dus eerst voor de bevolking,
stukje belangrijkheid uit handen hebben gegeven, dat we het dan komen de winkelbedrijven
hebben verkocht, verkwanseld, versjacherd. Het is lang gele
den, maar een feit is, dat er voor Schiedam niet veel levens
ruimte overgeschoten is. Volgens mij had Schiedam dat ge
bied nooit mogen verkopen. Wij hadden het zelf ook tot ont
wikkeling kunnen brengen. Er komen thans heel wat sche
pen binnen. Ze brengen welvaart die rechtstreeks onze stad
ten goede had kunnen komen. Het aantrekken van grote in
dustrieën is wel mooi, vooral in een tijd dat er tekort aan ar
beidskrachten is. Maar er zijn andere dijden ais er een de- brengt emoüe on_
pressie is, als men werklozen steun moet geven, aan Kan een oppervlakte van aVn der
grotere spreiding van onze inkomsten wel te prefereren
zijn".
vanzelf. De burgemeester zegt
wel: „We hebben de grond nu
vrijgemaakt en te koop aange
boden", maar geen mens wil
wat kopen, omdat er geen volk
meer woont en omdat je niet
weet, wat er tenslotte van al
die plannen terecht komt".
Nog erger faalt naar de mening
van de heer Van der Most het
gemeentelijke beleid ten aan
zien van de binnenstad, het
stervende centrum. Hij heeft
zijn hart aan dit centrum ver
pand. Hij is er geboren en geto
gen. Hij heeft in het Broersveld
zijn slagerij sedert 127 jaar be
zit van de familie Van der
Most- De zaak is opgericht in
Abattoir werd
een coöperatieve
Schiedam Over het abattoir, dat even door de heer Van der Most
is genoemd, deelt een insider ons nog het volgende mee. „Schie
dam was bij het toenemen van het aantal inwoners tot meer dan
50 000 verplicht een abattoir te bouwen, maar het heeft nog tot in
de oorlog geduurd voor de plannen konden worden gerealiseerd.
Het was burgemeester Van Haaren, die de eerste steen heeft ge
legd. Onder leiding van dr. Van der Endt en ing. Alexander, de di
recteur van Gemeentewerken, is de bouw voltooid. De voorzitter
van de slagersvereniging, de heer Van de Water, trachtte in die
tiid een coOperatieve vereniging te stichten, die hét abattoir ten
voordele van haar leden zou moeten exploiteren; daarbij werden
ook andere regelingen in het uitzicht gesteld, zoals centrale inkoop,
centrale verwerking etc. Er heersten toen in het slagersbednjf nog
andere toestanden dan nu; het is nu een vleesverwerkende indus
trie geworden toen was het nog een ambacht.
Het zelf slachten van varkens bv. Het zelf slachten is tenslotte in on-
raakte in het abattoir geleide- 'bruik geraakt,
lijk op de achtergrond; de heer Schiedam had indertijd 56 slage-
Van de Water was een van de - i-o
laatsten, die het zelf nog deed.
Hij stond er voor aan de broei
bak met gloeiend heet water en
brandde zich lelijk, toen een
ander een zware zeug in de bak
gooide en het water alle kanten
rijen, maar sommige waren
noodlijdend. Er waren er, die
niet meer dan één dag in de
week werkten en toch tot een
weekloon wilden komen. Wat de
heer Van de Water beoogde,
was een volledige sanering van
het slagersbedrijf. In een wijk
met vijf slagerijen wilde hij er
vier doen sluiten en voor allen
gezamenlijk een flinke zaak
stichten, die elk van hen een
betere uitkomst zou waarbor
gen.
De opening van het abattoir ge
schiedde met een plechtige bij
eenkomst ten stadhuize. De
heer Van de Water als voorzit
ter van de slagersvereniging
hield een toespraak, waarin hij
zei te hopen, dat het abattoir de
volksgezondheid ten goede zou
komen. Hem stond daarbij voor
ogen dat het abattoir geheel
zonder winst zou werken. Ge
zien het feit, dat gebruik van
het abottoir voor iedere slager
verplicht zou zijn, moesten de
tarieven aan de lage kant wor
den gehouden.
In zijn openingsspeech stelde Van
de Water verder dat slagers en
gebruikers bij het beheer en de
ontwikkeling van het bedrijf
volledige inspraak zouden heb
ben. Wat de heer Van de Water
voor ogen stond was een eigen
exploitatie ten behoeve van de
aandeelhouders, de 120 slagers
en grossiers uit Schiedam en
Vlaardingen. In het door hem
gedachte gebouw zouden een
innamelokaal en een uitgiftelo
kaal komen met de kantoor
ruimte in het midden met bei
derzijds loketten.
Het abattoir zou zelf stoom leve
ren en gebruik kunnen maken
van een riolering, die doeltref
fend kon worden geacht en die
er ook thans nog zit. De slagers
hadden reeds een toezegging
gekregen dat de afvalproduk-
ten het varkenshaar, het
technische bloed de mest etc.
aan de coöperatie ten goede
zouden komen.
De coöperatieve vereniging van
slagers en grossiers is gestrand
op animositeit en persoonlijke
tegenstellingen. De cooperati
ve gedachte is volledig de mist
ingegaan. Ook heeft zich het
Openbare Slachthuis in Schie
dam volkomen anders ontwik
keld, maar het is wel interes
sant te vermelden, welke ver
wachtingen en welke plannen
er bij de oprichting van het
Schiedamsc abattoir hebben
meegespeeld.
het jaar 1826. De eerste eige
naar was Arie Verboom, die
twee dochters had één
trouwde met notaris Verolme.
„Kijk, ik ben nog in het bezit
van de koopacte van grootva
der Van der Most. Hij was bij
Verboom als slagersknecht. De
prijs van het pand was onge
veer 4000 gulden. Mijn vader
was achttien jaar toen zijn va
der kwam te overlijden. Hij
heeft omstreeks 1890 het oude
pand vervangen door een
nieuw. Omstreeks 1924 is mijn
vader gestorven en ben ik aan
de leiding gekomen. Moeder
heeft nog vijf jaar meegedaan.
Toen is ze stil gaan leven. Ze is
82 jaren oud geworden".
De heer Van der Most is nu 47
jaar getrouwd. Hij kan niet
zeggen dat er veel veranderd is
in zijn leven. „Je leeft met je
zaak. Je gaat er voor 100°/o in
op. Nu nog. 's Morgens vroeg
beginnen en 's avonds schrijf
werk. Zelfs zondags nog schrijf
werk. En vooral toen er nog
uitbreng was, het bedienen van
klanten verderop. Dat wordt
nu te duur. Dat begint tot het
verleden te behoren. Ik doe het
nu wat kalmer aan, maar ik
ben er nog altijd aan het werk:
halve dagen tot één uur 's mid
dags- Ik vind dat nu mijn tijd
wel is gekomen om te rusten;
ik zou wel willen uitscheiden,
maar heb geen personeel ge
noeg".
Het Broersveld was vroeger de
beste winkelstraat van onze
stad. De straat was er in de jon
ge jaren van Christiaan van
der Morst al niet meer. Er
stonden hoge platanen en die
camoufleerden een beetje de
toch ontegenzeggelijk armoedi
ge geveltjes. De bomen zijn
omgehakt en sedertdien ging de
straat achteruit. Maar vroeger:
als je uit de Hoogstraat kwam
keek je op een laan van groen.
Vroeger: een klinkende zaak
met vooral de betere, kanten.
De rijkelui kwamen bij Van der
Most: de Dirkzwagers, de Zoet
mulders, de Van der Schalks en
de familie Smulders, lui met
twee of drie dienstboden:, ja,
dat is er tegenwoordig niet
meer bij.
In ons gesprek met de heer Van
der Most vallen peinzende pau
zen, misschien een verre blik in
het verleden. Er is toch wel
wat veranderd. „Veel dramati
sche dingen heb ik niet meege
maakt, maar die stad die
binnenstad.... Ze hebben
Nieuwland opgebouwd en de
binnenstad vergeten. Als je een
zaak hebt, moet je telkens ver
anderen om bij te blijven.
Maar Schiedam heeft 'zijn tijd
voorbij laten gaan. Nu is alle
grondgebied vol. Ze willen de
binnenstad, afbreken, maar
daar komt niet veel van te
recht. Waar willen ze de men
sen laten? De winkels vooral.
Geen enkele winkelier kan zeg
gen: nou, dan ga ik maar vijf
jaren niks doen en als alles is
bpgebouwd, ga ik maar weer
Mosts verstilde gedachten. Tus
sen een paar hoestbuien in laat
hij de binnenstadsplannen de
revue passeren. Zijn gelaat
loopt rood aan, maar de loop
van zijn overpeizingen herstelt
zich. „Misschien zou er een
vijfde wethouder voor grondpo-
litiek en middenstandszaken
moeten komen misschien
meteen een oplossing voor de
huidige impasse. En dan in het
stadscentrum behoorlijke woon
straten maken, winkels met bo
venwoningen er op vrij hoog
optrekken: hoe hoger je gaat
hoe meer mensen er komen wo
nen en hoe meer klandizie voor
de winkelbedrijven. Het oor
spronkelijke plan om op niveau
te bouwen, is klinkklare onzin.
Dan zijn er te weinig kopers.
En dan niet uit de grond stam
pen, maar rustiger aandoen:
het moet kunnen groeien".
o
„Een ontwikkelingsmaatschap
pij „De heer Van der Most
ziet het niet. Wel heeft hij een
idee voor een ander probleem:
„De hoek, die nu gereserveerd
wordt voor kleine industrieën
zou men moeten afsluiten voor
het grote verkeer; dan trekken
ze vanzelf naar het industrie
terrein. Uiteraard is daarbij
een schadclosstelling op zijn
plaats".
Hij noemt een paar industrieën
met name, die hij in de binnen
stad als nodeloze, obstakels be
schouwd. Wat hierbij het lot zal
zijn van het Broersveld? „Mis
schien word ik er zelf de dupe
van, maar het stadsbestuur zou
moeten zeggen: Hier ligt een
plan: wie er wat in ziet kan
gaan bouwen. De weekmarl..,
-ja -die is belangrijk- Die trekt
een hoop mensen naar het cen
trum van Schiedam, zelfs van
uit Rotterdam.- Maar in géén
geval winkels bouwen zonder
een achtergrond van bewoners,
want dan worden die winkels
noodlijdend, Een mooie toren
flat, een restaurant, een par
keergarage.daar gooien de
'ménsen dan hun wagen neer
om'bij ons te komen winkelen.
Ach, ik zal het niet meer mee
maken. Je wordt elk jaar een
jaartje ouder. Je hebt wel
ideeën, maar je voelt wel
een ander zal ervan profhe
ren".
„Ja, de inspraak. Nu praat men
er over. Vroeger was dat een
vanzelfsprekend ifèit. Ik ben ia-
ren secretaris geweest van de
slagersvereniging. Ook in
19141918. Had Honnerlage
Grete wat te bespreken, dan
kwamen we bij hem om te
overleggen zullen we zó of
zó? Van Haaren was hier bur
gemeester toen het abattoir zou
worden gebouwd. Hij hield van
aanpakken. Een keer had hij in
verschillende plaatsen de plan
nen van de abatoirs opge
vraagd. Ik zei: Waarom? die
had ik u kunnen verschaffen
via de slagershond. Ach, zei
hij, „daar heb ik niet aan ge
dacht". Ik vind, dat je als be
langhebbende recht hebt in die
dingen gekend te worden"-