DERK KEIRHORST (75) „Vele jaren gewerkt op buitenplaatsen en kastelen" Baasdaar hangt een bijenziverm 20 jaar gewerkt groen van onze aan stad het I STAD door Gerard Lutke Meijer 99 If RCHIEDAMSCHE COURANT ZATERDAG 6 FEBRUARI 197] 0 Vogels, een van zijn liefhebberijen. Schiedam Veertig jaren lang heeft de heer Kcurhorst bijen gehou den: dat is hem als kind al aangewaaid in de jaren, dat hij zijn va der nog hielp op de boerderij. Hij was oudste zoon en meteen na schooltijd hanteerde hij de zeis en de zicht en laadde hij het hooi op dc zolder van de boerenschuur. „Ik was nog op school toen er bij ons thuis op een gegeven moment een bijenzwerm hing aan de takken van één der bomen van onze mooie beukenlaan. „Jong," zei mijn vader, „loop eens gauw naar buurman; zeg hem dat hij die zwerm ban halen." Buurman heeft Inderdaad de zwerm geschept, maar ik zie nog die reusachtige gonzende bijenzwerm hangen; dat heeft een geweldige indruk op me gamaakt." „De tuinbaas op het Wel dam had ook bij en en ik heb er heel wat avondjes bijgestaan als hij or mee bezig was. In Doorn kwam één van mijn arbeiders me een keer waarschuwen: „Daas. daar hangt een zwerm bnen m de tuin...'' Ik ga naar een ken nis, die bijen hield en waar schuw hem. En wat zei hij: f.Man, waarom begin je niet zelf? Je kunt weL een oude korf van me krijgen. „Dat was dan het begin. Van lieverlee heb ik mijn bijenstal uitgebreid tot vier korven en vijf kasten en toen ik er wegging heb ik ze van de hand gedaan. Maar in Schiedam maakte ik kennis met de heer Dominicus, die ook iemker was. IIet ging weer net zo- „Je krijgt van mij een kast. een oude korf dus waar schuw me." 's Morgens erg kriebelig Dot was het begin. De* winters timmerde ik wat kasten eibij en op het laatst had ik een Mal met een stuk of twaalf volken. Ik moe*t ze plaatsen buiten het bereik van de jeugd Ik sla bij het politiebureau ingeschreven als iemker; tien keer nebben ze me opgebeld en zelfs een keer met oen politiewagen gehaald om de mensen van een lastige zwerm at te helpen. De lui trek ken dan een benauwd gezicht. Ik kom en strijk de bijen m een korf. Soms met de hand. Je moet er mee uil de buurt var» hei publiek blijven: Vijftig me ter van de openbare weg." „Des morgens acht uur zijn ze. erg kriebelig en ook als er zo mers omveer in de lucht zit. Om zelf rustig te kunnen wer ken gebruik je een kap. Ook als je oude volken nakijkt en dc moerdoppen er afhaalt; jc hebt dan een darrenpijp nodig om te roken. De één is wel veel vat baarder voor bijensteken dan de ander. Mij konden ze prik ken zonder schade, maar mijn zoon kreeg aanstonds zo'n buit en durfde niet dichterbij komen dan een meter of twintig." „De 'side Dominicus kwam bij me kijken op een zomeravond en zei na afloop: „Tk heb je be wonderd, zo rustig als je met hen omgaat. Ik had je altijd voor een driftig mens versle ten." Maar als je veertig jaar met ze omgaat, dan leer je ze kennen. Ik kreeg eens een tele foontje uit de Paulus Potter straat: daar hing een zwerm :n de gresbuis van een schoor steen. Ik moest ze ö'r met de hand uitscheppen. Maar na een kwartiertje of twintig minuten had ik de koningin te pakken en dan komt de rest vanzelf. Maar het was moeilijk erbij te ko men: Ik moest er kruipend over het dak naar toe." Avrgrns meer plaats „Verleden zomer kreeg ik een waarschuwing van Wilton. Ze waren bezig een boot te repare ren en daar zat aan een ijzeren balk een ontzaglijke zwerm. Ze konden zich door het profiel van het ijzer niet rond voeg en, vandaar. Ik ben er een uur mee bezig geweest voor ze in de korf zaten, maar het is gelukt. Twee jaar geleden zat er een zwerm b.j het Sint Jacobs Gast huis. Waarschuw de heer Veth van de Gemeente Reiniging, zei :k, d.e vernietigt ze. Maar nee hoor, zc kwamen mij 's avonds acht uur in een auto halen. Die zwerm was zo groot, die ging met e^ns in de schepkorf; bo vendien waren de bijen te bc- v.eoghjk, de zon nogal scheen. Ik heb er wat inge schept en toen de korf buiten i,U' i -tfifjpze kruipen er dan vanzelf wel in. 's Morgens was ik om zeven uur ter plaatse en ja hoor. ik kon het hele volk zonder meer meenemen." ,Nee, je doet het niet om dc ver dienste. Als jc a! de uren ar beid rekent en de suiker om ze door de winter te halen, en het lidmaatschap en het gereed schap en het materiaal voor nieuwe kasten, nee, dan moet je over opbrengst maar liever niet praten. Het is een dure liefhebberij. Maar reusaehlig aardig. Jammer, ik zou niet weten, waar je hier nu nog kor ven kunt plaatsen..." Schiedam Als herinnering aan zijn jonge jaren vindt men in dc woning van de 75-jarige Derk Keur horst in het bejaarden centrum Thurlede een prachtige buizerd, zijn krachtige vleu gels wijduitgespreid, de vervaarlijke roofvogelsnavel drei gend geheven. De heer Keurhorsl, die jarenlang hoofd was van de gemeentekwekerij van Schiedam toen deze nog geves tigd was tussen BK-laan en Willem de Zwijgerlaan, is aan de opgezette vogel gehecht, omdat hij het dier indertijd zelf heeft buitgemaakt. teel en overtreders kregen een schrobbering: Ais het weer ge beurt, ga jc met de volgende termijn van de boerderij af. Zo ging dat in die tijd". „Ik heb tot 1923 op het Weldam gezeten. Daarna kwam ik dan in Doom bij dr. Cramer, een uitstervend geslacht. Hij had een paar kinderen, maar die ziin de wereld ingegaan: ik weet niet waar ze zijn geble ven. Hij zelf is in de oorlog ge storven en zijn vrouw volgde een Daar jaar later. Hii was toch wel echt een buitenplauts- man met liefhebberij en nlpzier in de bossen. Mensen met een heleboel 'eld. zoals ie die zo- vee". had in die omgeving. De Duitse bezetters hebben de fa milie van het kasteel verdreven en er zelf een militair onderko men van gemaakt. Ik had in het koetshuis net een Dim- burgs e boerderij vijfentwin tig soldaten ingekwartierd; de officieren zaten op het kas teel". „Ook mij en mijn vrouw hadden *e weggejaagd. Maar goed ook, want de Engelsen hebben het kasteel gebombardeerd. Vol gens zeggen is de eerste de bes- t«=> bnm een voltreffer gewor den. Het kasteel lag metéén he lemaal in puin. de Duitsers moeten er lucht van hebben ge had: ze hadden tenminste twee dagen van tevoren het hele landgoed ontruimd. De Ruiter- berg is nooit meer opgebouwd. Het landgoed is verkocht aan Natuurbescherming en is nu een prachtig recreatiegebied, toegankelijk voor het publiek. Aan de Zuidkant ligt een revali datiecentrum (De Hoogstraat) p-n daarachter is het dorp Leer- sum". .,ïn de twintig jaar. die ik er heb doorgebracht, heb ik er zo van alles meegemaakt. Ik krees er grote excursies van de Konink lijke Maatschappij van Tuin bouw en Plantkunde, soms 300 man sterk. Van het begin af aan ben ik er lid van de tuin- bouwvereniging geweest; der tien jaar heb ik ?n het bestuur gezeten, negen jaar als pen- ningmepste*". 'k Feb roe een mooie kandelaar in mijn bezit, die keizer Wilhelm had uitge loofd voor de mooiste inzending np een expositie. De keizer kwam wel eens door ons dorp wandeler», me* al+5id *»en war rechercheurs in burger achter hem aan". .,Ik ben jarenlang", zegt hij, „on bezoldigd gemeenteveldwach ter in Doorn geweest en had het toezicht over veertig hectare ig rond. Ik was er gewapend met een jachtgeweer, een revolver en een buks en crosste met mijn jachthond door het beboste ter rein". „Samen hebben we de stropers op een afstand gehouden en de wildstand op peil gehouden. Hij die buizerd daar was onze grootste vijand. Een paar jaar lang heeft hij de buurt onveilig •gemaakt en vooral de jonge kippen bij onze pachters weg gepikt. Ik heb het tenslotte ge wonnen, Nee, ik heb hem niet neergeschoten, maar gevangen in een klem. Hij is prachtig op gezet en ik kan hem niet weg doen. Ik heb een heleboel opge zette vogels gehad, maar toen ik naar Thurlede verhuisde, heb ik uiteraard een heel stel dingen moeten opruimen" „Ik was 28 jaar toen ik op dat landgoed kwam. Ik werd tuin baas van de Ruiterberg, een landgoed dat thans tot natuur monument is verklaard; ik had er twaalf arbeiders onder me en ging over de boerderijen met vee, veel kopen en verko pen, kweken van allerlei spul. Alleen de moestuin besloeg an derhalf hectare en daar kwa men nog de siertuin en de boomkwekerij bij. De jacht was mijn grote liefhebberij. Je zat tussen het wild en hield alles In de gaten: bloemen, planten, vo gelstand alles. Dat zit er in en dat gaat er nooit uit". „Daar in Doorn grensden de bui tenplaatsen aan elkaar. Zeshon derd hectare aaneengesloten terrein met. daartussen boerde rijen alles erg landelijk. Van tijd tot tijd organiseerden we grote drijfjachten. Och, rut komt er via de televisie veel krtitiek los op die jachtpartijen, maar afschot moet er zijn om dat er anders veel uitschot tus sen komt. Fazanterij. wilde eenden kweken voor de jacht ik heb dai allemaal meege maakt. Doom was niet ml in eercte kas teel. Toen ik zeventien of acht tien was begon ik als tuin knecht bij de familie aVn der Broek de Obernan op het ka.s- tccl De Haere in Olst. In 1914 w*rd ik onder de wapens ge- ruepen in verband met de mobi lisatie; april 1913 zwaaide ik af en nog geen week daarna was tk op het kasteel De Haere te rug. Je had er plat glas en bloe men en groente en ook fruit. Dat is net voordeel van die bui tenplaatsen: je werd er van ai le markten thuis fruit, groente, bloemen, potplanten, jonge bomen - kweken, snoeien, aanbinden, L3tcr werd ik meesterknecht op het WpI- drim bij Goor". Hoe dat ging in die tijd O, ik had het buitengewoon goed od die kastelen en toen ik had ge solliciteerd naar het Weid am kwam het dienstmeisje bij me en zei: Je moet bij mevrouw de barones komen. Ik naar me vrouw Van der Broek de Ober nan toe. „Dirk". ?eï ze, ,.je hebt hier altijd de boel goed verzorgd en je wer* keurg go- daan ik vind het fijn dat. jc hogerop gaat. Hier. steek dat bij ie m je vestzak". Ik kreeg zomaar 25 gu.den van haar: dat Wds in die tijd een heel be drag. Op het Wel dam zei de hofmeester me, dat ik 's avonds bij de graaf op net kasteel moest komen om kennis te ma Ken. Dat was de eerste en de laatste keer dat ik Era af Frederik Eentink heb gezien. Ik had er een vrij zelfstandige baan. Graaf Bentink ging met ziin opzichter de bossen in om te jagen en bemoeide zich niet met het landgoed en de pach ters". „Die jachtopziener was belast met het toezicht op het hout: uithakken, inplanten, onderhou den. 'k Heb er veel van ge leerd. De boeren moesten van het wild afblijven. Als ze een knecht hadden, die stroopte, dan merkten ze dat op Sint Pe tri. de 22ste februari, als de pacht moest worden betaald. Dan hielden dc graaf en zijn rentmeester zitting op het kas- 0 Een album vol floralia. Schiedam „Na de verwoesting van de Ruiterberg", aldus de heer Keurhorst, „solliciteerde ik o.a. naar de functie van chef-kweker Schiedam. Ik kreeg de functie in 1943 en mijn eerste indruk was er een van een nogal desolate boel. Het ziekenhuis was pas gebom bardeerd en. nog maar een beetje hersteld. De bloemenkas aan de BK-laan was gedeeltelijk vernield en met wat noodmateriaal opge lapt. Ook afgezien van die schade: als je Schiedam van uit het oos ten binnenkwam, kreeg je een indruk van hclemaal-uit-de-tiju, écht Zwart Nazareth, Je kunt de dooie hoeken nog altijd vinden in Schiedam, maar er toch ontegenzeglijk veel verbeterd. De Singel lag vol afval van alles en nog wat; die is na de oorlog opgeknapt. Langs de Juliana- laan hebben we nieuw plant soen ingebracht: het Juliana- park, waar de Duitsers dag en nacht huisgehouden hadden, kreeg een grondige beurt. Het geplunderde Sterrebos, de in de noodkacheltjes opgestookte straatbomen... als je daarover begint is er geen einde aan. In de tijd van de heer Schippers zijn wc begonnen met de bloembakken op straat. Veel bomen heb ik zelf geënt, veel voor de plantsoenen gekweekt, naar vermogen meegeholpen om de desolate boel van na de oorlog op te knappen. Onze dienst heeft onder leidmg van de heer Schippers knap werk verricht: sportvelden, Beatrix- park, de Nieuwland-beplanling allemaal werk van hem". „Veel personeel heb ik op de ge meentekwekerij niet gehad. Een tuinknecht, twee jongens later werd dat meer. En ui teraard kreeg in het voor jaar de buitendienst een paar mensen erbij. Omstreeks 1960 begonnen we aan de nieu we kwekerij, maar daarmee heb ik zelf geen bemoeienis ge had, omdat ik in die jaren met pensioen ben gegaan. Maar Schiedam zit er nou beter in: de laatste tien jaar is er veel gemechaniseerd en er is thans beter vervoer. De toe komst hangt wel af van de fi nanciering uit Den Haag, maar niettemin wordt er doorge werkt: Nieuwe Damlaan, de nieuwe aula, Groenoord, Woud- hoek pr wordt doelbewust ge werkt. Als ik weer als jonge ke- Zelf'gemaakte schilderstukjes van zijn drie kastelen rel zou moeten beginnen, ging ik weer de tuinbouw in, maar dan sneller over naar de plant soenendienst. Maar ja, de mens stippelt met zijn eigen weg uit,' de weg loopt naar links, loopt naar rechts en eindelijk, als bij toeval kom je waar je wezen moet". „Als ik hier het huis uitloop zie ik,, bij de Christelijke Technische School aan de Nieuwe Damlaan verschillende bomen 'staan Fraxinus excelsior die ik als jong boompje, zo dik als een potlood, nog zelf heb afgegrif-, fclü. Dat zijn nu grote bomen geworden, We hadden ze ook op de Admiraal de Ruylerweg. maar daar zijn ze allemaal ge kapt. Wat heb ik verder niet al lemaal in handen gehad? De buitendienst, de schooltuintjes, de volkstuinen, dc stadsversie- ringen, exposities in de Beurs, de bloemisterij, die tenslotte ook onder mijn leiding is geble ven. Tot in I960, want toen ben ik met pensioen gegaan". Mijn grote hobby is natuurlijk mijn eigen tuin geweest. Tien jaar lang heb ik een tuintje ge had, daar waar nu de aula van de algemene begraafplaats staal. Daar had ik ook mijn bij en. Ik ben namelijk veertig ja ren iemker geweest. Iemker in hart en nieren. Nu de aula er is ben ik natuurlijk alles icwiit. „Maar van tijd tot tijd rij ikm! door het Beatrixpark en bezoek ik de Heemtuin en dan verheug ik me er over aan de totstand koming le hebben meeget werkt." „Wat die schooltuinen betreft heh ik jarenlang het toezicht gehad, samen met de heer Van der Gaag. Ik had dc zorg voor het laten ploegen, en het indelen van de grond. Dat was fijn wen ken met die schoolkinderen*, leuk hun de nochge kennis bij te brengen. Het is net als met ds rest van dc bevolking: sommi» gen hebben het direkt door, an- deren hebben niet die grote lief de voor de natuur, maar de op' zet is hun waardering voor d8 natuur bij te brengen; over het algemeen genomen is de kennis van bloemen en planten voor hpf leven een nuttig uitgangs punt. Soms klampen mij do thans volwassen leerlingen va» vroeger nog aan om te bedan ken voor de genoten opleiding;' dat is ontzettend leuk. Thans verzorg ik hier in het bejaag denhuis de bloemen en planten, Als u bedenkt dat er hier dertig"-! grote bloembakken staan, da» kunt u begrijpen, dat ik er da» gelijks een paar uur mee fcwU] ben. lit word hier door de mensen ge* raadpleegt! als een soort pi30' tendokler. Ja, ik weet dat mcD in Amsterdam en in Rotterdam zo'n man heeft aangesteld" maar als vaste taak zou ik toch niet meer willen. Wat wel doe, dat is die plantenru* brïeïc in het Thurl ede-Nieuws*^ Ik schrijf maandelijks een je over potplanten of over dc natuur. Voordien had ik nhJa volkstuin en mijn bijen en was ik meer dan bezet". Scho' het brac' dat Y i'Junio werd 'aarvo eerst Holïa wedsl óöors •loode zien, Ier ti hij de stand' mik tiitnoc CIOS 'l€ tl half i -in Bi 'r«n e. onder Joode da ,ieh g »P". v

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Rotterdamsch Nieuwsblad / Schiedamsche Courant / Rotterdams Dagblad / Waterweg / Algemeen Dagblad | 1971 | | pagina 3