OUD-COUREUR PIET DE VRIES: „De wielersport heef m'n leven beïnvloed" „Je rommelde maar wat aan 4xpermit Schiedam- faass/uis „Als je wat ouder wordt ga je anders spelen"" is» Kill!!] Louw Boer 25 jaar in eerste team Wilton: KAMPIOEN VITAMINE MEUTE ATLETIEK ZATERDAG 13 MAART 1971 laardingen ,,Wie eenmaal met de n-ieler- bacil is besmet, komt er z'n leven niet meer van af". Bas Goud. eerste eonsul en nu ver dienstelijk lid van de Sportcommissie van de KNWTi, roept het vaak uit als zijn hobby, het wielrennen, in het ge ding komt. IVlaardinger Piet de Vries, nu een veertiger, is het precies hetzelfde. Door een goed florerend auto- matenhedrijf kan hij zich niet al te intensief met de sport op de fragiele wieltjes bezighouden, maar als oud-renner pakt hij nog regelmatig de fiets om eens lekker af te zien. ?eelal met Frans Buysen, de Rotterdamse oud-wielren ner, trapt Piet de Vries twee- o£ driemaal per week lustig de kilometers onder zich weg. „We rijden jaar lijks ngg verschiliende gent- lemenkoersen", zegt hij vro lijk. „Serieus nemen we het beslist. In het voorjaar gaat het nog kalmpjes aan. Maar als de wedstrijden in zicht komen, voeren we de af stand tot tachtig, soms wel tot honderd kilometer op. Dan gaan er ook professio nals met ons mee. Het leuk ste daarvan is, dat ze ons nog niet naar „huis" rijden ook". |Het is met Piet de Vries goed kouten over de wielersport. Hoewel de carrière van de Vlaardinger niet lang is, heeft Piet de Vries wel zo veel ervaring, dat hij over tal van zaken een goed oor deel kan vellen. Daarbij is zijn heilige overtuiging, dat een sportman van vroeger ook iij d^ze tijd tot de top zou behoren. |Het is met Piet de Vries vreemd begonnen. Als neef van Flip Vethaak, de Vlaar- dingse kastelein, die in 1938 aan de Olympische Spelen in Berlijn deelnam, kwam Piet de Vries met de wieler sport in aanraking. Na de oorlog, hij was toen 24 jaar, reden ze beiden naar Sche- veningen. Flip op een inder haast geknutselde racefiets en Piet op een normale stan- daardfiets. Weldra bleek dat Flip Vethaak zijn neef met felle demarrages niet van het wiel kon rijden. Daarna werd besloten een tweede racefiets in elkaar te zetten. Wat goed is komt snel. Het ge zegde van Joris van den Berg ging ook met Piet de Vries op. Hij sloeg de nieu welingen over. Werd direct amateur en won de cierde wedstrijd waaraan hij deel nam. Het was echter niet het enige. Hc-t jaar 1947, waarin door Hans Coolegem hij begon bracht hem direct dertien bloementuilen, waar onder het Nederlands kam pioenschap, welk tricot op de Vaikenburgse Cauberg werd betwist. Piet de Vries' naam was geves tigd. Met Gerrit Voorting en Gerrit van Beek werd hij de drie musketiers, die vele koersen sportief gezien, on veilig maakten. De wereld kampioenschappen in Reims maakten in datzelfde jaar eveneens een einde aan zijn korte liefhebbers-loopbaan. Terug in Pariis werd hem met Gerrit van Beek 175 per man geboden als dit duo in Zeeland als prof een kop pelwedstrijd kwam rijden. Het lokkende aanbod werd geaccepteerd. Piet de Vries daarover: „Dat was natuurlijk heel stom. In die tijd was 175 veel geld. De omstandigheden waren heel anders. Je dacht er he lemaal niet bij na. Later rea liseerde je je, dat het andere jaar weer een wereldkam pioenschap kwam en de Olympische Spelen in Lon den. Maar je had niemand om tegen te praten. Je rom melde maar wat aan". Zo ging het ook in z'n profes sionele loopbaan, waarvan m 1952 het eind kwam. Hij won in dat jaar nog drie koersen en sloot Parijs- Tours af met een vijfde plaats. Zijn zaak werd be langrijker. Een voorname stap waar Piet de Vries van daag de dag nog de vruchten van plukt. De tijden zijn veranderd. Piet de Vries is daar blij mee. Ook voor de wielrenners is het allemaal heel anders ge worden. „De begeleiding", Snelste reistijd: 17 min. Meer treinen, sneller reizen^ weet Piet de Vries, „bestond in mijn tijd niet. Wij moes ten maar een beetje „rot zooien". Nu worden er hele schema's opgesteld. Het eten wordt uitgekiend en men krijgt vitaminen. Als je maar een klein beetje kan fietsen staat er al een spon sor klaar om je op te van gen". „In onze tijd stroopten we Bel gië af. We kozen Antwerpen als standplaats en reden da gelijks naar een koers. Net als zigeuners. Op de radio, als de overwinningen wer den gemeld, hoorden ze thuis wel waar we zaten. Nu rijdt men met auto's naar de koers. Niet dat ik dat de jon gens van nu misgun, maar het was anders. Je moest veel meer afzien en het was altijd zwaar". Een koers winnen is moeilijk. Maar 2oals dat vroeger ge beurde, dat renners met een grote voorsprong als eerste finishten zie je niet meer. Piet de Vries betreurt dat. „In vergelijking met vroeger heb je niet meer die renners, die tijdens de koers zeiden „als je mijn wiel pakt eindig je als tweede". Dolman, nu ook niet meer uit deze buurt, was er in z'n amateurtijd nog zo één. Die kon zeggen van dan en dan ben ik weg en dan zag de meute hem ook niet meer". Piet de Vries is van mening dat men er wel iets voor moet doen. „Dat klinkt mis schien opschepperig, maar dat is het niet. Als je altijd zit te kienen, met lichtere wieltjes, uitboren, lichte tu ben, om eens een wedstrijd te winnen, kom je er niet. Dat moet je de wielersport zuiver voor je plezier doen en nooit je brood er mee gaan verdienen. Voor mii heeft het heel m'n leven beïnvloed. En ik mag gerust stellen, dat alles wat ik in het zakenleven heb bereikt, dat ik dat aan de wielersport heb te danken". aS- -vA Piet de Vriesgesoigneerd voor hef vertrek van een trafningsrit Schiedam/Vlaardingen Hij heeft ze niet geteld. Maar het moeten er in de loop der jaren heel veel zijn geweest. Want wie, zoals Louw Boer, 25 jaar onafgebroken in het eerste handbalteam van Wil ton speelt, moet wel veel doelpunten hebben gescoord. Want ^at is de specialiteit van Louw Boer: doelpunten maken en als het even kan op het juiste moment. Hoe vaak kom je in de handbal verslagen van Wilton niet te gen dat het Louw Boer was die in de allerlaatste minuut het winnende doelpunt maakte? Louw is een goal- tjes-dief, die rustig zijn kans afwacht en dan op het juiste moment toeslaat. Zelf één van de oprichters van de handbalafdeling van Wilton, kwam Louw Boer reeds jong in het eerste team. „Moet je na gaan. Ik voelde eigenlijk niet veel voor handbal. Voetbal deed me veel meer. Met Gerrit van Pelt was ik Jïd van Marti- nlt. Dat was in de laatste jaren van de oorlog. Gebrek aan voetbalschoenen was de oor zaak dat van veel voetbal niets is gekomen. Na de oorlog kwam ik op de bedrijfsschool van Wilton terecht en daar was een ieraar die verzot was op handbal. Hij speelde met ons steeds maar weer handbal. Nou, en zo is het eigenlijk geko men zou je kunnen zeggen". Hoe heeft Louiv Boer, nu 41 jaar, zich al die jaren in het eerste team kunnen handhaven „Dat is eigenlijk geen verdienste meer te noemen", zegt hij la chend. „Maar zo lang men mij nodig denkt te hebben in het eerste team, doe ik mee. Handbal is, als sport om zelf te spelen, voor mij alles. „Als kijkspel prefereer ik voet bal. Er zijn mensen die zeggen zo snel dit of dat is een rot- sport. Ik geloof niet dat je dat kunt zeggen. Je moet zo'n sport zelf hebben gespeeld om dat te kunnen beoordelen. En dan. is iedere sport fijn. Neem korfbal. Zo" óp" fret oog niet zo'n fyne sport. Let wel: om te zien. Maar ik geloof wel als je aan die sport verknocht bent, dat het een fijne sport is". louw Boer - met bal in schiet positie - op weg naar 'n treffer Voelt Louw Boer zich niet te oitd voor een snelle sport zoals handbal kan zijn „Nou nee dat niet. Natuurlijk mis je het folie van de jeuigd. Het opvliegende. De reacties tegen de tegenstander en de scheidsrechter, zoals de jeugd die heeft, hoef je bij mij niet meer te zoeken. Opzettelijk een tegenstander het scoren belet ten en hem daarbij lichamelijk letsel toebrengen is er niet bij. Als je ouder wordt, ga je an ders spelen". Toen L-ouw Boer, samen met nog een aantal oude getrouwen enkele maanden ge leden tot lid van verdienste werd benoemd, was dat nde.t al leen. omdat hij 25,jaar in. het eerste team mede-verantwoor delijk was voor de resultaten. Ook het feit dat bij 15 jaar in het bestuur zitting had, was daarin gecalculeerd. Heeft handbal 25 jaar lang een „sterapefgedrukt op hufre Boer ook mevrouw Boer speelt nog steeds toch gelooft Louw Boer dat hij beter aan at letiek had kunnen gaan doen. „Ben geweldige sport vind ik dat Niog steeds doe ik aan allerhan de veldlopen en prestafcieiopen moe. Iedere maandag loop ifc ia het paxk. Kort na de oorlog heb ik wel even aan atletiek ge daan, maar ik was niet be heerst genoeg. Als we met el kaar een paar rondjes hadden afgelegd, dacht ik: nou, ik ga er maar eens tussenuit. Dan nam ik afstand van mijn tegen standers. E-chter niet voor lang want zij hadden hun krachten beter verdeeld dan ik". Wilton is nu in de zaal bezig aan promotiewelstrijden tegen QuLnüus. „Een prettige tegen stander, moet ik zeggen", vult Louw Boer snel aan. Waar gaat de voorkeur van Louw Boer naar uit? Handbal in de zaal of op het veld? „Zondermeer naar het veld. In de zaal is het een leuke vervan ging, maar geef mij het vejd maar. En hoe warmer hoe be ter. Dan pas ben ik in mijn ele ment". Een kwart eeuw in het eerste team. Velen zullen het hem niet nadoen. Toch zit h'ij niet aan •dat eerste team vastgebakken. „ATls ze morgen voor mij een betere hebben stap ik zo op. het tweede of derde speel i* met evenveel plezier".

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Rotterdamsch Nieuwsblad / Schiedamsche Courant / Rotterdams Dagblad / Waterweg / Algemeen Dagblad | 1971 | | pagina 4