Exportcoiisulent Wittkampf
start met werkzaamheden
„Wie weet wat
er schuil gaat
in ons bos"
Het dierenkabinet
van Piet de Goeden
„Er liggen vraagstukken genoeg te wachten"
mmm
Inbrekers
actief bij
bedrijven
„Natuur gaat kapot"
steles
Staelduinse „bosbewoners"
t,Mê
mtfm
4
SCHIEDAMSCHE COURANT DINSDAG 8 FEBRUARI 1972
Haardingen/Schiedam Exportconsulent F. W, Wittkampf
is sinds een kleine maand in lunktie voor de Kamer van
Koophandel en Fabrieken voor de Beneden Maas. Hij
bouwt hier verder op de ervaring die hij in dezelfde funk-
tie reeds gedurende een jaar in Dordrecht heeft opgedaan.
In Dordrecht en in Vlaardingen/Schiedam is hem geble
ken dat zijn funktie in een duidelijke behoefte voorziet.
Het is dan ook een feit dat steeds meer Kamers van Koop
handel export- of handelsconsulenten aanstellen. Het zijn
er inmiddels vijftien in geheel Nederland. Vijftien funk-
tionarissen die de weg weten in de papierwinkel van de
export, de kneepjes kennen van het vak dat voor tan groot
deel de Nederlandse economie op de been moet houden en
die als bemiddelaar In kwesties kunnen optreden.
tn zijn korte inwerkperiode
heeft de heer Wittkampf reeds
ervaren dat hij soms heel wat
geld „boven water" kan bren
gen, dat anders misschien in
het buitenland bleef liggen.
Een oppervlakkige schatting
doet vermoeden dat zijn funk
tie ruimschoots zichzelf be
taalt. De neutraliteit van de
exportconsutent en het feit dat
hij bij zijn benoeming heeft
moeten tekenen voor geheim
houding van wat hij te weten
komt, maken hem tot de aan
gewezen persoon om als on
derhandelaar en initiatiefne
mer op te treden bijvoorbeeld
bij het vormen van export
combinaties.
De heer Wittkampf legt er de
nadruk op, dat combinaties
steeds meer nodig zijn om te
gaan en te blijven exporteren.
Andere landen hebben nogal
eens protectiemaatregclen,
waar tegenop moet worden
gebokst. ïn een tijd van enige
teruggang in de bedrijvigheid,
kan export voor de broodnodi
ge aanvulling van orders zor
gen.
De heer Wittkampf stelt dat de
Nederlandse ondernemer nog
al individualistisch is en. dat
hij nogal eens op een te kleine
schaal denkt. Er wordt soms
te weinig aan. marktoriëntatie
In het buitenland gedaan. Men
realiseert zich lang niet altijd
wat daar wordt gevraagd en
welke mogelijkheden - er van
uit Nederland zijn aan. te bo
ren. De heer Wittkampf wil op
twee fronten hier iets aan
doen.
Individueel wil hij helpen bij het
oplossen van vraagstukken.
Hij wil met ondernemers de
gehele „export-mix" doorne
men, foefjes leren en ze op de
juiste informatiebronnen wij
zen. Groepsgewijs hoopt hij
hen tot onderlinge samenwer
king te brengen door de con
tactmogelijkheden te vergro
ten. In Dordrecht heeft hij
veel succes met de door hem
opgerichte exportclub. Hierin
brengt hij ondernemers bli el
kaar die mogelijk iets geza
menlijk kunnen doen. Er wor
den lezingen gehouden over
exportproblemen door deskun
digen. Er wordt van de leden
van de club verwacht dat zij
hun deskundigheid inbrengen
op hun specialistische gebied.
Eenmaal is de heer Witt
kampf met de Haagse export
club die hij daar had gefor
meerd als funktionaris van de
Haagse Kamer van Koophan
del, naar Amerika geweest.
Hij wilde de leden, in aanra
king brengen met de schaal
waarop de Amerikanen zaken
doen. De reis heeft niet alleen
geresulteerd in een mentali
teitsverandering van een aan
tal deelnemers, maar ook in
samenwerkingsverbanden die
tijdens deze trip onder een
door
Andries
Ratsma
borreltje rond werden ge
maakt.
De heer Wittkampf vindt het on
gedwongen karakter van de
exportclub belangrijk voor het
welslagen van de doelstelling.
Men kan „langs de neus weg'*
eens naar iets informeren,
zonder dat er voortijdig sla
pende honden worden wakker
gemaakt. Men kan ook de
heer Wittkampf eens bepaalde
balletjes laten opgooien.
Meestal gaat het om kontak
ten van bedrijven die eikaars
produktenserie kunnen aan
vullen, zodat het totale gepre
senteerde pakket méér volle
dig is.
Het is de heer Wittkampf opge
vallen, dat men soms van de
achterbuurman niet eens weet
dat hij iets produceert dat
men zou kunnen gebruiken.
Dit kan allemaal in een onge
dwongen. sfeer wat worden
rechtgetrokken. In een jaar
tijd heeft de heer Wittkampf
in Dordrecht reeds twee ex
portcombinaties tot stand
kunnen brengen tussen bedrij
ven die volkomen zelfstandig
blijven.
Of hem dit ook in het gebied
rond de Beneden Maas zal ge
lukken, durft hij -nog niet te
voorspellen. Wel hebben enke
le tientallen, ondernemers po
sitief op zijn rondschrijven ge
reageerd, Hij heeft reeds tien
bedrijven bezocht. Het is hem
duidelijk dat hij meteen aan
de slag kan. Er zijn vraag
stukken genoeg.
Een neventaak die bepaald niet
overbodig is bij de meeste ka
mers is die van pubüe-rela-
tionsman. Het bedrijfsleven
heeft in het verleden niet veel
vertrouwen gehad In de dien
sten die de Kamers van Koop
handel zouden kunnen verle
nen. Ze achtten de integriteit
van de Kamers weliswaar
hoog, maar ze hebben er te
weinig kontakt mee gezocht,
deels ook doordat de Kamers
zich nooit erg sterk naar bui
ten hebben gepresenteerd. De
aanstelling van export- of
handelsconsuïenten is ook een
teken dat de Kamers hun af
wachtende houding willen la
ten varen.
Vlaardingen De munitie-opslagplaats in het Staelduinse
bos is absoluut ongevaarlijk, De munitie zelf is van laag
explosief gehalte, terwijl de bunkers, waarin de munitie is
opgeslagen, in degelijke aarden wallen zitten. Bovendien
worden alle mogelijke veiligheidsmaatregelen genomen.
Een woordvoerder van defensie
zegt dat naar aanleiding van
de onthulling van een genie
kolonel, die de Hijnmondraad
hiervan beschuldigt, dat in
het ontwerp streekplan Rech
ter Maasoever-West opzette
lijk niet is gesproken over on
veilige zones van de opslag
plaats in het bos. Dit zou vol
gens hem zijn gedaan om on
rust bij -de omwonenden te
voorkomen.
GEEN BENUL
De Staelduinse „bosbewoners"
hebben er echter nauwelijks
enig idee van wat er in hun
bos gaande is „Geen flauw
idee wat er schuil gaat
in het bos. Het is al zoveel ja
ren zo. dat je er niet meer bij
stil staat'', zeggen de Stael-
duiners zelf.
Overigens bestaat er twijfel bij
de hosbewoners over de in
houd van de munitiewagens,
die ze vrij regelmatig het bos
in zien trekken. „Er staat wel
„explosief" op de wagens,
maar of ze er nou echt wel
munitie in vervoeren weten
we niet. Het kan net zo goed
2eep of zoiets zijn", zegt een
bewoonster van de Staelduin-
laan. Een andere bosbewoon-
ster: „Eigenlijk heb ik er nog
nooit bij stil gestaan. Maar
als het echt gevaarlijk zou
zijn en er zou iets ontploffen,
gaat de hele omtrek natuur
lijk mee".
Defensie zelf gelooft niet in de
onveilige zone. „De mensen in
het bos wonen allemaal op
een behoorlijke afstand van
de -opslag-plaats, bovendien
kan het bos explosiekracht
enorm breken. Er wordt trou
wens al honderden jaren met
explosie ven. gewerkt, we we
ten er echt wel wat van af',.
Hoe lang dc munitie-opslag
plaats nog in het Staelduinse
bos blijft, is een vraag. „Mo
gelijk dat we in verband met
het streekplan weg moeten.
Dan zullen we een andere op
slag moeten vinden. Dat zal
geheel In overleg met Rotter
dam moeten gebeuren. Wel is
zeker dat defensie zich zal
richten naar het streekplan'^*
aldus d* woordvoerder van
defensie.
Schiedam Bij het metaalbet
drijf Oude Dijk is het afgelo
pen weekeinde ingebroken^
Hier worden een elektrische
boormachine en een aantal
postzegels ter waarde van
40 vermist. De inbrekers
heben een voor de ramen ge
spijkerd stuk hard-board ver
wijderd en zijn zo de fabriek
en de kantoorvertrebken bin
nengekomen.
Bij een transportonderneming
aan de Havenstraat is even
eens ingebroken, laden en bu
reaus werden doorzocht en er
zijn een aantal dubbeltjes -en
kwartjes gestolen. Het totale
bedrag is 1,25. De inbreker?
zijn binnnengekomen door een
klapraam.
Aan de Buitenhavenweg bij een
houthandel hebben inbrekers
zich eveneens onrechtmatig
toegang verschaft. Zij eigen
den zich een envelop met 40
toe en een schroevedraaier.
Zij konden binnenkomen door
middel van verbreking van
een ruit aan de zijkant van
het pand.
'MZïtMt
X'
wmmÊmmmmm
1 Plet de Goeden achter enkele van zijn dieren.
Vlaardingen In zijn wo
ning aan de P.O. Hooft-
straat brengt stadgenoot
Plet de Goeden heel wat
uren door in het door hem
ingerichte dierenkabinet.
Het is tevens zijn werk
plaats waarin hij* zijn
dieöen, 2oaIs hij ze noemt,
prepareert en opzet. Tot
dusver heeft hij er zo'n ne
gentig bijeengebracht, een
aantal dat het spreken over
een unieke verzameling ge
heel rechtvaardigt. Elk
dier dat hier staat opge
steld heeft een eigen ge
schiedenis, Eens heeft het
geleefd om daarna de weg
van alle wezens te gaan,
een weg die leidde naar het
absolute einde. De wijze
waarop dat einde kwam is
totaal verschillend.
Piet de Goeden weet er het no
dige over te vertellen. Ook
hoe hij ertoe is gekomen om
vogels en velddieren als hob
by te gaan opzetten. Dertig
jaar geleden is het allemaal
begonnen. Piet's vader was
werkzaam bij Hollandia.
Sterk geëngageerd met alles
wat met de natuur te maken
had, verzamelde hij vlinders.
Hij legde daarnaast een ver
zameling opgezette dieren aan
en bleekte schedels van vo
gels en velddieren.
Dit deel van zijn nalatenschap
viel aan zijn zoon Piet ten
deel. Hij woonde toen nog in 't
Ambacht en zette het werk
van zijn vader voort. Hij ving
vlinders, kevers en torren die,
netjes opgeprikt, aan de be
staande verzameling werden
toegevoegd. Heel wat avonden
trok hij er met een schijnwer
per en een wit laken op uit om
in het vrije veld nachtvlinders
en „uiltjes" te verschatken.
Met de dagvlinders raakte het
evenwel gedaan. Ze verdwe
nen uit ons gezichtsveld ais
een eerste teken dat er iets
mis ging in de natuur, ook in
de omgeving van Vlaardin
gen,
Piet werd wat ouder, kreeg een
gezin en stopte met de vlin-
Een gedeelte van de kast
waarin de opgezette dieren
worden bewaard.
derjaeht bij nacht. Het defini
tieve einde kwam met de ver
koop van 44 dozen met opge
zette vlinders en andere ge
vleugelde insecten. Ook de
door zijn vader aangelegde
verzameling opgezette dieren
ging grotendeels in andere
handen over. Hiervan be
waart hij nu nog een griezeli
ge pad uit India, een grote ha
gedis en wat schedels. Pas
toen begon Piet de Goeden
zich geheel toe te leggen op
het opzetten van vogels en
velddieren.
VAARDIGHEID
Dit opzetten is een proces dat
veel vaardigheid vereist. De
kadavers moeten zo snel mo
gelijk worden ontvleesd en
ontvet. Hier komen chirurgi
sche instrumenten aan te pas
die, om de huid en. de bevede-
ring ongeschonden te houden,
met vaste hand moeten wor
den gehanteerd. De dieren
worden reetaai uitgehold
waarna het omhulsel een looi-
proces krijgt te ondergaan.
Met een speciale vulstof krij
gen de dieren later hun na
tuurlijke vormen weer terug.
Aan die vulling wordt arseni
cum toegevoegd om ongedler-
- te tegen te gaan.
Als het zover is, volgt het mo
delleren waar ijzerdraad en
andere hulpmiddelen voor no
dig zijn. Tot slot een plankje
of boomtak en klaar is de vo
gel of het velddier dat door
Piet's ingreep nog jarenlang.
zij het „verstildmet een
mooie bevedering of huid kan
blijven pronken.
Wat er in de loop van die dertig
jaren op deze wijze is be
werkt, is nauwelijks op te
sommen. Er staan tropische
vogels en kanaries in de gla
zen kasten van het kabinet.
Ook het goudhaantje dat door
gaat voor het kleinste Neder
landse vogeltje. Een exem
plaar van de honderden in ons
land omgekomen notenkra
kers getuigt van een raadsel
achtige trek van deze prachti
ge vogels naar het westen en
kele jaren geleden. De honger
verdreef ze uit het verre oos
ten, evenwel de dood tege
moet.
Plet de Goeden heeft heel wat
vogels opgezet die tijdens de
wintertrek in de omgeving
van Vlaardingen zijn omgeko
men. Er zijn roofvogels en ui
len bij waarvan is bewezen
dat ze aan vergiftiging zijn
gestorven. In de collectie ko
men ook de nodige strand- en
moerasvogels voor. Nog maar
net gereed is een prachtige
mooie bergeend die door de
eerste strenge vorst is over
vallen en bij de Vlaardinger
terecht is gekomen. Aan klei
ne zoogdieren, bezit hij de
bunzing, wezel en de hermelijn
met zomer- en wintervacht.
Hoe 2c aan hun einde zijn geko
men, zal nooit iemand verne
men. Elk dier zal op zeker
moment sterven. Pief de Goe
den ziet de bestrijdingsmidde
len, die in de landbouw wor
den gebruikt, ais de voor
naamste schuldigen. „Het is
weer de bekende voedselke
ten; door bestrijdingsmidde
len aangetaste vogels worden
door kleine roofdieren gege
ten. Uilen eten vergiftigde
muizen en strand- en moeras
vogels nuttigen door vergif
besmette vissen. Een cyclus
waaraan de natuur op de lan
ge duur kapot moet gaan",
meent hij.
Hoe hij aan zijn kadavers
komt? Veel mensen in Vlaar
dingen weten van 2ijn hobby
af. Ze tippen hem als er er
gens een dood dier ts aange
troffen, Zelf 2werft hij veel
door de polders die Vlaardin
gen nog omringen. Hier treft
hij maar al te vaak kadavers
aan die, om verder bederf te
voorkomen onmiddellijk moe
ten worden bewerkt.
Op deze tochten observeert hij
de vogels. Hierdoor leert hij
hun houdingen kennen zowel
in zweefvlucht als bij het lan
den. Deze kennis heeft hij bij
het opzetten nodig, wil hij de
dieren zo'n natuurgetrouw
postuur meegeven. Vooral de
Broekpolder en hefc gebied
van Oostvoome zijn voor Piet
de Goeden dorado's.
„Er zit in de Broekpolder nog
een mooie populatie velduilen,
die hier hun biotoop vinden
wegens de vele veldmuizen.
Wanneer ze de polder verder
gaan cultiveren is het gedaan
met de muizen en tevens met
de velduilèn", zegt Piet de
Goeden.
KATTEN
Wat hem vreselijk ergert is de
aanwezigheid van veel katten
in de polders. Hun komst
moet iets uitstaande hebben
met de enige tijd terug door
een TV-ultzending ontketende
heksenjacht op katten. Als na
tuurlijke jagers maken deze
verwilderde katten jacht op
vogels. Verslinden bovendien
de jonge haasjes die nu reeds
in de legers zijn aan te tref
fen. Wat dat moet worden als
de broedtijd aanbreekt, weet
ook hjj niet. Het kan cata
strofaal worden, dat staat
voor hem vast.
Ook voor andere mensen 2et
Piet de Goeden vaak dieren
op. Als een. vogelhouder één
van zijn mooiste dieren dood
aantreft, brengt hij hem naar
Piet. Binnen enkele weken
staat hij dan weer m de huis
kamer, In volle kleuren
pracht, keurig op een takje.
Mensen die jaren een kanarie
hebben verzorgd en het dier
tje op een goede dag dood op
de bodem, van het kooitje vin
den, doen dikwijls net zo.
Ook een gestorven dwergaapja
keerde later weer opgezet in
zijn sterfhuis terug.
„Op een avond belde een oud
moedertje bij me aan"# ver
telt Piet tot slot. „Wilt u ma
dode poesje opzetten?", was
haar vraag, terwijl ze een'
klein kistje onder haar arm
knelde. ..Laat maar eend
2ien" antwoordde ik. „Ja
hoor. daar lag het poesje be
dekt met een zwerm vlooien-
U begrijpt dat ik er weinig
voor voelde. Het vrouwtje was
echter zo ontdaan, dat ik tcclj
maar besloot aan haar wem
te voldoen. Nu staat het poesi
je in de huiskamer en haai
bazini is er dolgelukkig mee",