Sint Micolaas, een 'raesende' minnaar
v
Even
met
Hoe kleine Pietro
toch een
zwarte
BLOMMETJE
ROOMS
HARDNEKKIG
WODAN
ZWART
maan
deel 3
O
- 'V
NOVEMBER 197J4
Sint Nicolas s,
Die onlangs liep hst land
door spoken
Sint Nicolaes,
Die goeye sul eti wilden
baes,
Kwam my lest onverwagt
verschijnen
En opende mijn bedgordij
nen
Met groot geraes!
Sinterklaas, een man met on
verwachte kwaliteiten. ïn dit
meer dan twee eeuwen oude
vers, uit 1742, duikt hij plotse
ling op als een razende min
naar. Nou niet bepaald de
brave borst uit de twintigste
eeuw voor wie niets anders is
overgebleven dan lïef-zijn-
voor-de-kindertje5. Maar wat
«r met de goede oude man
door de jaren heen ook ge
beurd Is, hij rijdt nog steeds
op een paard. Staf in de hand,
lange plechtige baard aan de
kin, met een hoofddeksel en
een mantel die verdacht veel
weg hebben van de kleding
van een rooms-katholiek hoog
waardigheidsbekleder. Een
mengeling van elementen,
waaruit in Ieder geval zijn bo
venaards-zijn verklaard kan
worden. AI maakt de een «en
middeleeuwse heilige van
hem, en de ander een Ger
maanse god.
De man die Sinterklaas in het
liedje als minnaar betrapte
kan er niet anders uit lezen,
dan dat de Sint soms aan
meisjes verscheen. Hij veron
derstelt dat bet een van de
vele iGazen moet zijn ge
weest, die vroeger de Wadden
eilanden bevolkten. In streek
romans zijn daar nog mooie
verhalen-.over te vinden.1 Er
bestaat ook nog een uitdruk
king 't Is een lutje potje van
Sint Niclaas. Daarmee wordt
een onecht kind bedoeld,
maar dat schijnt toch weèr
niet op Sints rol van minnaar
te slaan.
Sint Nicolaas heeft ook nog an
dere relaties met de liefde.
Wiet meer actief, maar als
heilige, die werd aangeroepen
dóór verliefde meisjes, die
een minnaar wilden hebben
Ook dat blijkt uit een vers, af
komstig uit een liedboek uit
1731.
„Sinter Niclaas, waarde
wriendt
geef mij toch wat mij
dient
Mijn blommetje staat nu in
zijn fleur
Achttien jaartjes ben ik
deur
Het valt mij te lang,
het valt mij te lang
wilt mijn vér hoor en
of ik moet smooren
al mijn leven lang".
De man uit dit verhaal is onge
twijfeld de heilige, in wie Ni
colaas van Myra, een bis
schop uit de vierde eeuw, be
roemd is geworden. Veel
rooms-katholieken zien in.
hem de figuur uit wie onze
huidige Sint is voortgekomen.
In de legende is Nióolaas van
Myra de weldoener die onge
zien bij drie meisjes een
bruidsschat in huis gooide,
omdat de arme kinderen an
ders als prostituee hun géld
hadden moeten verdienen.
Vezè verklaring over de her
komst van de Sint heeft er
bvèrigens eeuwen voor ge
zorgd, dat de Sinterklaasvie
ring als eert rooms feest werd
gezien. Met alle gevolgen van
dien: verboden in protes
tants-christelijke kring. Zelfs
"Tekening Ton Hoagenéoarn
stadsbesturen bemoeiden zich
daarmee. Op 28 november
1600 verbood de gemeente
Delft „op ten 5en Decembris,
iwelck genaemt wordt Nico-
laesavont, craemen op de
markt te setten' in welck.e
craémen vercoft worden ver-
scheyden goederen die men
cieynen kinderen dyets
maeckt dat: denzelfden Nico
laes henluijden geeft, twelek
een saecke is nijet alleen
strijdende thegens alle goede
ordre ende politye, maer oock
de luyden affleydende van de
were Godesdyenst ende strec-
kende tot waengelooff, super
stitie ende afgoderijen, de-
welcke in een welgepolitieer-
de christelicke gereformeerde
stadt nyet en behoort getole-
reert te werden".
Dat was dat. Geen Sinterklaas
in Delft, want die houdt de
mensen van de ware gods
dienst af. Vooral in de tijd
vlak na de hervorming was
men daar fel op. Ondanks het
feit dat Maarten Luther (blij
kens zijn huisrekeningen) met
zijn Küthe en kinderen een
vrolijk Nicoiaasfeest vierde,
De bedenkingen tegen Sinter
klaas zijn wel hardnekkig.
Dat merkt het Delftse school
verbond in 1872 nog. Het ver-
bond wil een Sint Nicolaas-,
feest „ter belooning van
trouw schoolbezoek' '(school
gaan is nog niet verplicht) or
ganiseren, maar dat gaat niet
door.
De Delftsche Courant schrijft
daar in die dagen over: „Hoe
wel het denkbeeld om den kin
deren der openbare lagere
scholen, die gedurende min
stens een jaar de school trouw
bezocht hebben zulk een feest
te bereiden algemeen bijval
vond, mogt het houden van
een zodanig feest op Sint Ni
colaas bij de meerderheid der
aanwezigen om verschillende
bezwaren geen genade
vinden". Kennelijk vond de
redactie die bezwaren maar
onzinnig...
Sinterklaas, heilige van de een,
voor de ander; de Germaanse
god Wodan, de duistere
(zwarte?) man, die op zijn
wit, achtpotïg paard, gehuld
in een wonderdoende mantel,
een speer in de hand, door de
lucht vliegt.
De Duitser dr, Karl Meissen,
die in de vooroorlogse jaren
de Sinterklaasgebruiken uit
voerig bestudeerde, weigert
hem zo te zien. Maar dat
wordt door anderen uitgelegd
als een gevolg van Meissens
antipathie tegen het natio-
naal-socialisme, dat alles wat
Germaans was verheerlijkte.
Het (Delftse) schoolhoofd K. ter
Laan, schrijver van onder
meer een folkloristisch woor
denboek, is er echter heel ze
ker van: bet Sint Nicoiaas
feest is in oorsprong een hei
dens vruch tb aarheidsfeest-
Het Sinterklaasgebak met
klaasjes, vrijers, taai-taai, pe
perkoek en pepernoten, wijst
daar volgens hem nog op.
Verdér zou de roede van Zwar
te Piet kunnen herinneren aan
het slaan met jonge twijgen
dat bij een vruch tb aarheids ri
tueel hoort. En de Klazen op
de Waddeneilanden vermom
men zich: een vermomming
heeft in „heidense" ogen een
geestwerende kracht.
Herinneringen aan de donkere
Wodan zijn misschien nog wel
in andere vreemdsoortige
Klaasfiguren te vindend
In Belgisch Limburg liepen
groepen zwartgemaakte jon
gemannen rond met Sinter-,
klaas, om geld op te halen.
Kregen ze veel, dan strooiden
ze voor de kinderen. In de
buurt van Doornspijk .werd
een zwarte Sinterklaas in
vrouwekleren,optredend met
een bezem, gesignaleerd.
In Friesland maken ze het hele
maal bont: ooi: daar jongens
met zwarte gezichten. Of als
duivels verkleed. Er ver
schijnt bovendien iemand met
een schaapsvel om, die bij
zijn kennissen met kroost
gaat informeren of er nog
stoute kinderen zijn.
Sinterklaas een god? De Kussen
zeiden tijdens de revolutie te
riotr
ELS KEMP £K
gen de atheïsten: „Als God
niet bestaat, wat dan nog?
Dan is er nog steeds Niköla"
Ook de baard van Sinterklaas
schijnt aan zijn goddelijke
oorsprong te herinneren. Het
is niet de baard van een heili
ge (Nicolaas van Myra had
een sikje) maar van de figuur
oud, en toch krachtig dis
kunstenaars hanteerden als
God moest worden uitgebeeld.
De Sint heeft zijn alom-tegen-
woordig-zijn, zijn alwetend
heid en zijn belonen van het
goede met een god gemeen.
Zijn paard op de daken symboli
seert de vliegende Wodan.
Het paard-zelf 'is een offer
dier, het mooiste uit de kud
den van dè oude steppe nvolke-
ren. Nog tot in deze eeuw \vag
in Oost-Europa het witte
paard in een kudde aan Goed
toegewijd.
En Zwarte Piet? Tja... Sommi
ge gravers in het Sinterklaas-
verleden zien in hem geen ne
ger, geen moor, geen duivei,
maar een maan mythologisch
wezen. Zoals ook Hans en
Grietje volgens deze auteur
waanmythologische figuren
zijn geweest: de vetter wor
dende Hans als symbool van
de wassende maan, met Griet
je als dunner wordende, afne
mende maan. De volle maan
overwint de duisternis van de
donkere (nieuwe) maan.
Zwarte Piet moet volgens deze
visie de personificatie van de
donkere maan zijn, ,in een
zwart pak met rode randen.'
Een witte Piet {of een engel
zoals in Tsjecho Slowakije^ fi
gureerde in sommige strewn
van ons land als volle maan.
Het moet allemaal herinneren
aan een godsdienstvorm die
zich om de maan concentreer
de.
Of het waar is? De maan zal het
weten. In ieder geval hebben
onze voorouders het ons goad
moeilijk 'gemaakt. Sints waar
heid is met de Germanen ver
loren gegaan.
De gegevens voor dit verhaal zijn
ontleend aan het folkloristische
Woordenboek van k. ter Laas,
Het Sinterklaasfeest, een uitga
ve van het Geert Groote Ge
nootschap en aan krante-artike.
len In het gemeente-archief van
Delft.
f.SEWTïil'-t'.«rssr,;j p-p-: 1 -TiÏÏW!TKtSt1;i 573®?l ETS SiTITCL"TIT;BailSI1EEitiU' M?tiit335ttS
Iet viel niet mee. Pietro lag
nu al twee dagen onder het
dekzeil. Gelukkig lagen er
kisten, dozen en een oude
boot onder, zodat hij een
beetje ruimte had om te
zitten. De lange en de dik
ke had hij nog niet gezien
maar aan het eind van de
tweede dag werd zijn
wachten beloond. Er kwa
men twee zwarte Pieten
aan: één heel lang, de an
der kleiner en dikker. Dat
waren ze. En ze gingen
vlakbij het dekzeil op een
paar kisten, zitten. Nu kon
Pietro alles verstaan, Be
mannen wilden het' geld
- stelen. Hu. zat in een zak
efö hg in de kajuit Sip-
terklaas. De lange: zou Sint
me't een smoesje weglok
ken en de dikke zou dan do
kajuit binnen gaan en het
zakje stelen en er een zakje
met stukjes papier voor in
de plaats zetten. Dat moest
allemaal gebeuren op de
dag dat de kust van Hol
land in zicht kwam.
Gemenerikken, dacht "Pietro.
Ze denken niet eens aan de
kinderen die dan geen ca
deautje krijgen op vijl de
cember omdat al hét geld
weg is. Wacht maar, jullie
zullen lelijk op je neus kij
ken
Na een paar dagen varen
kwam ér land in zicht. Dat
was Holland. Nu zou het
gebeuren. Pietro lette heel
goed op. Hij zag de lange
zwarte Piet met Sinter
klaas hét trapje opkomen.
„Ja Sinterklaas, er is iets
niet in orde met de lading.
Wilt u even kijken?", hoor
de Pietro hem zeggen. De
dikke Piet ging juist bet
trapje óp naar de kajuit.
Wat moest Pietro nu doen?
Sint achterna gaan of de
dikke? Om hulp schreeu
wen? Hij wist het niet.
Maar toen kwam er hulp in
de vorm van de kapitein.
Hij wilde Sinterklaas even
spreken. Sint, dè lange Piet
en de kapitein stonden stil
bij het trapje. Pietro grin
nikte. Dadelijk zou de dik
ke met de zak geld de trap
Door gebruik te maken van on
derstaande lettergrepen moe
ten achter dè cijfers 1 t/m 23
twee of drie woorden worden
Ingevuld. Zijn twee woorden
gegeven, dan is de laatste'let
ter van het eerste woord de
beginletter van het tweede.
Bij juiste invulling verschijnen
op de vier grijze strepen twee
berijmde regels, waarvan
reeds twee letters zijn gege
ven, en Jn de vierkantjes een
wens voor vijf december.
J hondesoort plaats in Gel
derland, 2 Europeaan - zenuw
achtig, 3 vogelprodukt - ge
welddadige aanmatiging (van
gezag enz.), 1 ambtskledlng -
nominaal <a£k.)/ V uniek, S
bloeiwijze - papegaaiesoort -
dringend verzoek, 6 ongelijk -
niet afdoende verbetering, 7
samengedrongen volksmenig
te - huilen, 8 deel van een
schip - gezondheid, 9 in voor
raad nemen - betrekking heb
bend op de werking der zenu
wen, 10 titel voor waarne
mend geestelijke in Arabïë -
vlaktemaat - geroosterde
afkomen en dan zag hij dat
Sinterklaas er nog stond
De lange Piet werd er ze
nuwachtig van. „Komt u
even mee Sint?", vroeg hij.
„Wat is er aan de hand,
Piet?" vroeg de kapitein.
„Oh.eh.ik.eh", stotter
de Piet. „Er is iets niet in
orde met de lading", zei
Sinterklaas. „Dat bestaat
niet", zei de kapitein, „ik
heb net alles gecontroleerd.
Wat is dat voor onzin".
Toen kwam de dikke de
trap af. En tegelijkertijd
sprong Pietro tevoorschijn.
„Het zijn dieven. Houd
ze", gilde hij.
(wordt vervolgd)
stukjes vlees, 11 kampeerge-
rei - ten nis term - hoofd van
een moskee. 12 eerste lucht
vaart-tentoonstelling in Am
sterdam (afk.) - organisatie
voor toegepast natuurweten
schappelijk onderzoek (afk.|
slot van gebeden, 13 wegkrab
ben - onzin, 14 ontspruiten -
wetenschap, 15 rivier in Sibe
rië - het van Odin afstammen
de godengeslacht, 16 sferische
uberratie - voorwerp waaifo
vloeibare mest wordt ver
voerd, 17 de sterren betref
fend - aanvoerders ,18 plaats
in India - kaartterm, 19 feest
vierend - drukte, 20 gast ach
ternaam - muurpjjler, 21 delf
stof - wiel - gewoonterecht, $2
plek waar sla wordt verbouwd
- gevolg, 23 Nederlandse dich
ter - tropisch landschap mkt
verspreide boomgroepen.
i
Hier volgen de lettergrepen:
A A AA A A*-.
AN AS AS BE DAt;
DE DE DE DEI 7
DEL HERS DIE
DRANG E E E i
-EEN EI ERTS Fiji
GA GAAL GE 7
GIER GREEP GIUE ■*-'
i I IB IN IN 7
KEN KIE KRING L
LAP LE LEI LENS
MAM MEEN MEN 7
MEN N N A NA - XA - N£
NE NE NEN NER
NEK NIG NING 7
NIS NOM NON O f
PAT POE RA KA -
RAD RE REN REN 7
ROE SA SA SEN -r
SENS SET SLA -
SLAAN SLEEP SO 7
STE TT TE TE -r
TER TENT TO TOL
TON TRAAL TROE
TROS TUIN VAAL
VAN VAN VEN VEN
VEND VEUS WEL
WERK ZIJN.