Behoefte aan bloed groeit snel Hel .ode Kruis wil meer bloed zien s 4 bloed goed? geef het dan WOENSDAG. 11 DECEMBER 1974 SCHIEDAMSCHE COURANT Het Nederlandse Rode Kruis heeft één speciaal troetelkind Het is de donor» die een paar maal per jaar zijn bloe deigen bloed afstaat aan anderen. In Nederland zijn het er tienduizen den» die trouw hun hal ve litertje per half jaar laten aftappen. Dat klinkt als een heel res pectabel aantal. De wer kelijkheid is Iets minder riant. Iedereen die dicht bij het bloedgeverswerk be trokken is, hetzij arts of verpleegster, weet uit eigen ervaring, dat hel getal helemaal zo gerie flijk niet is. Elk jaar stijgt de behoefte aan bloed, door allerlei oor zaken. Het aantal do nors houdt daar maar net gelijke tred mee. Er hoeft echter maar dat te gebeuren een reeks omvangrijke operaties, een enorme verkeers- ramp of de voorraad bloed is op. iedere bloedtransfusiedienst en iedere bloedbank laat hetzelfde geluid horen: met een flinke aanwas van bloedgevers zou men onmiddellijk wat gemakkelijker ademha len. Nog niet 20 lang geleden kon de Rotterdamse bloedbank haar 32.000ste donor inschrijven. Wie bij het lezen van dit getal even in een eerbiedige stilte verzinkt, dient wel nog een paar dinge tjes te welen. Sinds vorig jaar zijn dè Vlaardingse en Schie- damse bloedtransfusiediensten ondergebracht bij de Rotter damse bloedbank. Bovendien betrekt de bloedbank haar do nors uit een gebied dat meer dan een miljoen inwoners her berg. Zo bekeken is die 32.000 maar een schijntje. Dat is iets dat ook de directeur van deze bloedbank, dokter F. C- H. A. Kothe, volmondig vast stelt: „Ik zou me kunnen voor stellen dat je minstens het dub bele zou moeten kunnen halen. Als we erin zouden slagen in derdaad zoveel donors aan te trekken, zaten we meteen rui mer in onze mogelijkheden. De vraag is alleen: hoe krijg je de Er zijn nu nog genoeg donors, maar men staat niet in de rij om btoed te geven. mensen zover dat ze bloed wil len geven? Dat is heel gek. We hebben eens een paginagrote advertentie achter op een krant aangeboden gekregen. Nou mag u raden hoeveel donors we daarop kregen: zegge en schrij ve vier. Dat is dus niet de goede manier." FOLDERS Het sterkste wapen in de strijd om nieuwe donors is volgens directeur Kothe nog altijd de van mond-tot-mond reclame: „Dat mensen die hier geweest zijn hun vrienden en kennissen ertoe kunnen bewegen ook naar de bloedbank te gaan. Dat levert nog altijd de meeste do nors op." Een andere actie die nog niet zo lang geleden van start is ge gaan en die al veel positieve reacties heeft uitgelokt is de massale verspreiding van fol ders, stickers en posters. Daar op staat in kleurige tekeningen en teksten heel in het kort wat bloedgeven eigenlijk behelst „Bloed goed? Geef het dan!" is de kernachtige uitspraak die op een gezellige manier is "geïllus treerd door tekenaar Dick Bru- na. Het zijn kleurige oppeppers, die potentiële bloedgevers in gro ten getale naar de bloedbank moeten lokken. In deze actie wordt een beroep gedaan op het sociaal medegevoel van „u, ik en wij allemaal". Meestal Aixit worden donors geworven in be drijven, op universiteiten. Daar komt ook de grootste groep bloedgevers vandaan. En dat is niet de meest ideale situatie. Studenten trekken weg wanneer ze afgestudeerd zijn, arbeiders zijn massaal zoek tijdens de grote vakan ties. Dokter Kothe:,, Tegen de bouw- vakanties zitten we echt met het zweet in anze handen: zul len we er weer zonder kleer scheuren doorheen komen? In noodgevallen kun je natuurlijk altijd een beroep doen op ande re bloedbanken in het land. Je probeert het een beetje te on dervangen door een bepaalde groep voor die vakanties bloed af te nemen. Maar ideaal is dat natuurlijk niet, omdat je het risico loopt dat je dat bloed ongebruikt moet weggooien. En kijk, als we nou een veel grote re groep donors hadden, was* dat probleem lang zo groot niet." VERDUBBELD Het lijkt voor de hand te liggen dat bij intensieve werving heel wat mensen beeld zouden blij ken enkele malen per jaar bloed te geven. Neem bijvoor beeld Vlaardmgen. Tot voor kort waren daar slechts dui zend dnnors te vinden. Sinds de fusie met Rotterdam is dit aan tal verdubbeld. Maar nogmaals: wat is tweeduizend op een in wonertal vantachtigduizend? Zo ook Schiedam, die met 1400 donors op ongeveer zestigdui zend zielen niet bepaald een toprecord haalt Het district Dordrecht moet het hebben van slechts 4350 donors. Dat is niet zoveel, als men be denkt dat dit district de ge meenten Dordrecht, 's-Graven- deel, Puttersboek, Slikkerveer, Ridderkerk, Hendrik Ido Am bacht, Nieuw-Lekkerland, Pa* pendrecht, Süedrecht en Zwijndrecht omvat. Het hoofd van de bloedtransfusiedienst in Dordt T. Benschop, zegt zelf: „Dordrecht staat bepaald niet bovenaan de bjst met plaatsen die het meeste bloed leveren. Eerder een eind naar onderen. Nu verkeren wij in de gelukki ge omstandigheid dat we ge noeg hebben, omdat in de zie kenhuizen in cüt district geen grote operaties, waarbij em mers bloed nodig zijn, worden verricht. Komen we tekort dan kunnen we een beroep doen op Rotterdam, andersom komen Ze ook wel bij ons." veel mensen is bet een familie zaak. Het is eigenaardig dat als een lid in de familie donor wordt hij ontzettend veel fami lieleden als navol geiingen krijgt. Je zou dus in elke fami lie één donor moeten hebben, dan komt de rest vanzelf. Ver der bestaat het grootste gedeel te van de donors die wij heb ben uit werknemers van de bedrijven in deze streek." De samenwerking met die bedrij ven noemt de heer Benschop goed. E1- is echter één nadeel en daar zijn al wat bedrijven over gestruikeld: een bloed transfusiedienst roept op de meest onwaarschijnlijke tijd stippen een donor op. Niet al tijd tot even groot plezier van de baas, die weer enkele uren een werknemer ziet vertrekken. „Vandaar dat een groep me- doorTrix Broekmans FAMILIEZAAK Als de heer Benschop gevraagd wordt een beeld van zijn scha re donors te schetsen, Is hij snel met zijn antwoord: „Voor taalindustrieén nu het verzoek aan het hoofdbestuur van het Rode Kruis heeft gericht, om de donors op te roepen op een tijdstip dat de bedrijven daar geen offers voor hoeven, te brengen. Het is namelijk meer dan eens voorgekomen dat een werkne mer misbruik maakte van het feit dat hij donor is: er is een directeur die mij vertelde dat sommige werknemers maar liefst vijf keer bloed per jaar gingen, geven. Hoewel dat hele maal niet kan, omdat men "vol gens de wet maar twee marl per jaar bloed mag geven. De mensen gebruikten gewoon een smoesje om er tussen uit te knijpen". En dat geeft meteen het grote probleem weer, dat aan een bloedtransfusiedienst vastzit: de donor kan elk ogenblik een oproep verwachten, of dat nu dne uur m de middag of drie uur in de nacht is. Niet bepaald een aanlokkelijk idee, vandaar dat vele potentiele donors dan ook maar liever van een sociaal gebaar afzien. BLOEDBANK Een instelling die het de donor veel gemakkelijker maakt is de bloedbank: hier weet men ruimschoots van te voren wan neer bloedafname gewenst is. Oorzaak: de bloedbank kan veel grotere hoeveelheden bloed bewaren en houdt een nauwkeurig systeem bij, waar- door men precies weet op welk moment welke bloedgroep weer aangevuld moet worden. Het aantal bloedbanken is nog met zo dik gezaaid in Nederland. De universiteitssteden hadden al geruime tijd een bloedbank, maar die was meer bestemd voor intern gebruik. Rotterdam kreeg de primeur van dit instituut in 1972, De tweede primeur op dit gebied, want in 1930 was deze stad de eerste met een bloedtransfusiedienst. Amsterdam, Delft. Breda rijn sinds 1972 het voorbeeld van Rotterdam gevolgd. Dordrecht heeft nog de „ouderwetse" transfusiedienst, maar ook daar zijn de plannen voor een bank in een vergevorderd stadium. Zelfs al zover, dat de bloed bank al geheel en al klaar staat voor gebruik, in het Gemeente ziekenhuis Benschop:: „We zouden er bij wij ze van spreken morgen al in kunnen trekken. Alleen de sa menstelling van een bestuur van de stichting Bloedbank Dordrecht vlot niet erg en daar moeten we op wachten." Wat is nu eigenlijk een bloed bank? Wie denkt dat dit een oord Is waar bloed wordt afge nomen en bewaard heeft het bij het rechte eind, maar er ge beurt nog wel iets meer dan dat. De gezamenlijke bloed bank van Rotterdam, Schiedam en Vlaardmgen is een mooi voorbeeld van een zeer veelzij dig instituut waar het volle bloed zoals het door de do nor wordt afgestaan wordt verwerkt tot alerlei producten, die onmisbaar zijn bij de be strijding van allerlei ziekten. Deze bloedbank herbergt niet al leen een omvangrijk admini stratief apparaat waar bloed groepen en donor volgens sys teem opgeborgen zijn, maar ook enkele laboratoria. Daar ondergaat het bloed een serie behandelingen. Er staan in de buik van het gebouw enkele centrifuges waarin het plasma uit het bloed wordt gehaald. Dit plasma is van levensbelang voor mensen die veel vocht hebben verloren. Een andere zeer belangrijke stof die via bevriezing en ontdooiing uit bloed wordt gewonnen is een behaalde stoUmgsfactor, Men sen die lijden aan hemofilie (bloederziekte) krijgen deze stof toegediend. Al deze producten liggen in grote diepvriezers op geslagen. Ze worden dagelijks aangevuld, omdat vanuit heel Nederland om deze belangrijke stoffen gevraagd wordlt Een ander zeer belangrijk prepa raat is de stof die vervaardigd wordt om er aanstaande moe ders mee in te spuiten, die een rhesus-baby verwachten. Vroegr was het zo» dat deze kinderen onmiddellijk na de geboorte volledig „doorge spoeld" moesten worden en van ander bloed voorzien. Door de antistoffen die in de Rotter damse bloedbank vervaardigd worden behoeft men nu slechts de aansaaandc moeder van in jecties te voorden en een ge zonde baby kan geboren wor den. Voor het winnen van de antistof heeft de bloedbank driehon derd vrijwilligers geselecteerd. Zij krijgen eens per maand een injectie, waardoor rich in hun lichaam de begeerde antistof fen gaan ontwikkelen. Nu moet wel gezegd worden: niet iedere bloedbank is zo veelzijdig geo riënteerd als de bank van Vlaardmgen, Schiedam en Rot terdam. Delft bijvoorbeeld heeft ook een bloedbank, maar hier beperken zich de werk zaamheden uitsluitend tot het bloedafnemen van de donors en het daaraan voorafgaande on derzoek, Deze bank, die precies tussen de drie Delftse zieken huizen in ligt, gaat voor even tueel benodigde bloedproduc ten te rade bij Rotterdam. Ook hier echter hetzelfde geluid als bij de andere instellingen; „We spelen net quitte, maar meer ook niet", aldus dokter J. de Regt, directeur van de dit jaar gestichte bloedbank. „Ons probleem hier is, dat we met een geweldig verloop zitten. De industrieën, waar veel donors vandaan komen nemen af. De studenten trekken weg en je moet dus constant voor aanvul ling zorgen. Tot nu toe hebben we het zonder acties kunnen rooien. De van mond tot mond- reclame blijkt het meest op te leveren. Niettemin is het wel eens voorgekomen dat we te kort hadden. Dan bellen wee ven naar Rotterdam". MEER VROUWEN elft Delft nu ongeveer 3670 do nors, een aantal dat hij graag verdubbeld zou tien. Per slot van rekening stijgt de behoefte aan bloed elk jaar met onge veer 17% «1 dat moet tege moetgekomen kunnen worden. Opvallend is hier dat minder dan een derde van de bloedge vers bestaat uit vrouwen. Dat ls wtllicbt te verklaren uit het feit, dat vrouwen na vijf jaar donorschap slechts eenmaal per jaar mugen geven. Ook dat is niet bevorderlijk voor een wat hoger aantal litertjes "bloed. In Rotterdam wordt nu al wat gespeeld met die wettelijke voorschriften, om maar wat ruimer in de moglijkheden te kunnen ritten. Dokter Ko the:, ,Als een man gezond ls, zie ik niet in waarom hij niet drie maal per jaar bloed zou kunnen geven. Dat gebeurt hier dan ook wel. In Zweden en Finland mag mén' vier maal per jaar bloed afstaan. In Engeland drie keer. Waarom dus hier niet?"

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Rotterdamsch Nieuwsblad / Schiedamsche Courant / Rotterdams Dagblad / Waterweg / Algemeen Dagblad | 1974 | | pagina 5