n Borrel drinken: nu doodgewoon Srr aak van jenever: chemische verontreiniging GEDISTILLEERD WAS EEN GENEESMIDDEL "Scfrieöawiï y 700 Jaw - rrT f Veeveranderd lllli ItlllllüllIKKIKIilüf De gebroeders Dirkzwager in de bottei-af- deling van hun bedrijf. „Witte jenever" Afspraken Omschakeling Lekkere drank i*." lï-rw \TT/ 1 1J t rj - - i Jenever en Schiedam: twee begrippen die niet van eikaar te scheiden zijn. Neg altijd spreekt men van de „jeneverstad" en bijna niemand denkt dan nog aan drankmisbruik. De tijd van „Zwart Nazareth", de bittere armoede en de zwoegende arbeiders die de fles ais enige uitkomst zagen, is voorbij. Het drinken van alcoholische- drank is meer en meer ingeburgerd. Een borreltje voor het diner of na de koffie is in vele gezinnen doodgewoon. Ook de cijfers - wijzen dat uit In 1955 dronk de Nederlander per hoofd per jaar 1,16 liter gedistilleerd, 16,23 liter bier en 1,17 liter wijn, In 1973 waren die cijfers respectievelijk 2,55 hter gedistilleerd, 73,46 liter bier en 8,87 liter wijn. De geschiedenis van Schiedam zelf is nauw verbonden met het gedistilleerd. Eind vorige eeuw stond de stad letterlijk vol met branderijen, stokerijenkuiperijen fen distilleerderijen. Sinds die tijd is er veel veran derd. Veel kleintjes zijn als gevolg van de harde, commerciële strijd tenonder gegaan. Op dit moment zijn er nog zo'n vijftien distilleerderijen in Schiedam over. Enkele van henzijn bovendien onderdeel van een concern, zoals Bols, Hemeken en Henkes, die elders m het land hun hoofdkantoren hebben. „De smaak van de jene ver wordt veroorzaakt door de chemische ver ontreiniging. Hoe min der verontreiniging, hoe neutraler de drank. Sen distillateur zorgt voor de verfijning, maar in feite is het verontreini ging". De heer M...Dirkzwager leidt samen met zijn broer Wim een der grootste nog echt Schie- damse distilleerderijen. Jaarlijks gaan miljoe nen flessen jenever, vieux en ander gedistil- leerd" int hun bedrijf "naar horecabedrijven en slijters. Hun markt ligt hoofdzakelijk in het oosten des lands; Daar zijn merken als Floryn, Visser en Co, „De Vink" en Krul bekend. „Dat komt door onze grootvader die met de wagen aan het einde van dé* vorige eeuw de boer op ging.Hij was de eerste die de melas- se-aleohol gebruikte in tegenstelling tot de an dere distilleerderijen die als basis voor hun jenever de graan-alco- hol gebruikten. Die me lasse was veel goedko per en. dus kon hij zo een stevige markt op bouwen". De gebroeders Dirkzwa ger zijn in feite nog ech te oude distillateurs. Zij houden zich dan ook nog steeds stipt aan de regels van het kartel dat de distilleerderijen hebben gevormd om hun marktpositie" (en- die van de erkende slij perijen) te behouden en te verstevigen. De laatste jaren voeren zij nog steeds een verwoe de strijd'tegen de zoge naamde „witte jenever", een drank die in het uiterste geval alleen maar bestaat uit gewo ne melasse-aleohol. Zonder dat daar maar ook iets aan wordt toe gevoegd. „Die verfijning geeft juist de smaak en het bijzon dere karakter aan de jenever. Dat is een stuk je beroepseer. Elke dis tillateur heeft zijn eigen smaak. Bovendien kun nen wij in het kartel een zodanige prijs af spreken dat ook de slij ter er nog iets aan ver dient. Er zijn thans van die superslijterijen die ver onder de prijs ver kopen en een paar cen ten per fles verdienen. Die moeten bet hebben van de omzet, maar dat gaat wel ten koste van die kleine slijterijen". Iemand die hier lijnrecht tegenover staat is distil lateur fa. J. F. Wijmoed van het gelijknamige bedrijf aan de. Lange '"""-Haven. Hij schopte een jaar of tien. geleden te gen alle heilige huisjes door de afspraak met het kartel te verbreken en zich "niets meer van de prijsafspraken aan te trekken. „Voor mij was de keuze: of vermoedelijk failliet gaan of eruit stappen", aldus de heer Vrijmoed, „Veel collega's heb ik zien stoppen. Achteraf gezien blijkt mijn be slissing juist te zijn ge weest, al word ik door menig distillateur nog met de nek aangeke ken". De omschakeling van Vrijmoed hield in dat hij volledig op de indus triële toer ging. Alles wat maar kon, werd geautomatiseerd Ket zuiver ambachtelijke verdween. Toch ontkent Vrijmoed's adjunct-di recteur J. P. Hack dat er „witte" jenever wordt gemaakt. „Nee, ooit wij geven onze smaak mee aan de jene ver. Ook onze kwaliteit staat hoog". Sinds die tijd brengt Vrij moed een A- en een B-merk op de markt. De eerste typen (Spin wiel en Wittkampff) zijn de duurdere en hét an dere merk heet De Ko renbeurs. „Het verschil? Het laatste merk is veel neutraler. Het bewerkingsproces duurt gewoon veel kor ter, maar dat doet niets af aan de kwaliteit De zachte, meer neutrale, jenever is trouwens op dit moment erg in", al dus de heer Hack. Dat laatste wordt ook be vestigd door de gebroe ders Dirkzwager „Men wil dat no eenmaaL Het is een soort smaak- degeneratie. Het is wei jammer van de oude je never. Die duidelijk ge-, prononceerde drank* wordt bijna niet meer gedronken. Terwijl dat toch in feite de enige echte oud-Hollandse drank is". De vraag waar en wan neer de mens op het idee kwam om uit licht alcoholhoudende vloei stoffen sterke dranken te bereiden zal wel al tijd onbeantwoord blij ven. De een geeft de eer aan de Arabieren; een ander denkt aan Egyp- tenaren en Grieken. Weer anderen vermoe den dat de Italianen de uitvinders van. het ge distilleerd zijn. Ai aan het einde van de elfde eeuw was daar een sterk ontwikkelde wijnbouw en een be hoorlijke kennis van distilleren. De eerste gedistilleerde dranken werden uit sluitend als geneesmid del verkocht. Men had namelijk ontdekt dat de drank kracht ver leende en vrolijk maak te. Geen wonder dat er namen als Levenselixer en Goddelijke Drank ontstonden. Het middel werd ge bruikt voor allerlei kwalen, van verkoud heid tot typhus. In een zestiende eeuws Neder lands boek staat zelfs over gedistilleerd: „Het geneest de sieche- jden (ziekten) die van couden comen. Het ver jongt den mensche en doet hem hebben goede memorie. Het suyvert den mensche sijn vijf sinnen van meiancolij- en en van alle orisuver- heden ais men 't drinct bi maten. Te weten ses of seven druppelen *s daechs nuchteren met een lepel vol wïjns". Dat van die paar druppel tjes veranderde echter drastisch toen men ont dekte dat het gedistil leerd gestookt met krui den of gesuikerd ge woon een lekkere drank werd. De populariteit van de drank werd nog groter toen men goede resulta- ten bereikte met het verstoken van vruchten, granen en bier. Tot dus ver had men alleen maar wijn als basis drank gebruikt. Aan het begin van de ze ventiende eeuw was grotendeels de gedistil- leerd-industne in han den van hoogleraren, artsen en apothekers. Later veranderde dat allemaal. Zo'n honderd vijftig jaar gelden con centreerde de gedistil leerd-industrie zich rond dne plaatsen: Am sterdam (likeur), Weesp (brandewijn en jenever) en Schiedam (jenever).

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Rotterdamsch Nieuwsblad / Schiedamsche Courant / Rotterdams Dagblad / Waterweg / Algemeen Dagblad | 1975 | | pagina 27