Over toetjes «ei varen mogen Ontwikkeling Opdrachtgevers WOENSDAG 8 MAART 1978 4 'v 'tr/jSpnmi :t Directeur Dubbbelman bij een model dat klaar is om naar de opdrachtgever te vertrekken dB £1 B voorstelling maken van het vaartuig" De heer Dubbelman weet waarover hij praat Hij gaat dan ook op m zijn bedrijf. Aan de telefoon een mogelijke opdrachtgever. Of Dubbelman even langs wil komen om een schip te bekijken. Aan de hand daarvan kan hij zich alvast een indruk maken van hoe het model er moet gaan uitzien. „Vandaag geen tijd", klmkt het door de telefoon, maar zaterdag wel. „Ja, dat zit er in, ook zaterdags moet er wel eens gewerkt worden" Hij gaat dan verder over de ontwikkeling van het bedrijf sinds de oprichting in 1905. Drie generaties Dubbelman tekenden gedurende die 73 jaar voor de leidinggevende funktie. Grootvader had toen een beduidend ander bedrijf als kleinzoon nu heeft In 1912, haar jaar waann de eerste order voor een eenvoudig scheepsmodel binnenkwam, betekende de ommezwaai naar het huidige gespecialiseerde systeem. De eerste uit de beginjaren maakt gewag van de volgende werksoorten: gietmodellen, scheepsmodellen, vliegtuigmodellen, technische miniaturen, maquettes, betimmeringen en stuurraderen. Een scala dat in de loop der tijd drastisch moest worden teruggedraaid, omdat de vraag naar scheepsmodellen zo aanzienlijk werd dat de andere klussen met meer te klaren bleken. Sinds het moment dat de fixatie op de scheepsmodellenmakerij een feit werd. is toch ook het één en ander veranderd Vader Dubbelman weet daar het meest over te zeggen: „Allereerst kregen we door de jaren heen steeds meer opdrachten voor senebouw. Van onze oorpsronkelijk opzet om ieder scheepje dat we vervaardigden te voorzien van een bouwnummer 2ijn we toen maar afgestapt, want het was gewoon met meer bij te benen met die getallen.." Dan volgt een breedvoerige verhandeling over de verschuiving in opdrachten en het waarom daarvan. „Kijk, ook wij hebben flink te leiden gehad van de opkomst van het vliegtuig Passagiersdiensten van schepen werden in de jaren '60 steeds sporadischer. Men ging liever met het vliegtuig. Dat heeft ook voor ons een slijtproces betekent. Geleidelijk aan zijn we van de passagiersvaartuigen afgestapt. Noodgedwongen, want we kregen er nog nauwelijks opdrachten voor. Momenteel leggen we ons toe op off-shore-aküviteiten en baggervaartuigen". Dan rinkelt opnieuw de telefoon m het kantoortje. Meneer Dubbelman moet weer nodig aan de slag. Werk aan de winkel, want praten over zijn scheepsmodellen vindt hij leuk, maar er daadwerkelijk mee bezig 2ijn, is zo mogelijk nog aantrekkelijke]. Ridderkerk Een man loopt met een vrachtschip boven zijn hoofd. Een beeld dat niet ontleend is aan een bekend televisie-programma waann de kracht van de mens tot sprookjesachtige proporties is opgevoerd- Nee, maar wel een beeld dat in de gemeente Ridderkerk bijna dagelijks realiteit is, want daar is één van Neerlands weinige scheepsmodelmakerij en gevestigd. Een ongewoon vak dat scheepsmodellen vervaardigen. Niet zozeer omdat het werk op zich gek of ongewoon zou zijn. Integendeel, maar het is wel zo dat dergelijke arbeid veelal in de hobby-sfeer wordt gezocht, Knutselaars, model-fanaten en mensen met een engelengeduld kunnen het opbrengen om uren aan een stuk bezig te zijn met flinterdunne stukjes staal, priegelen aan ragfijne tuigages, lichtjes van een halve centimeter middellijn en wieltjes die qua grootte in het niet vallen bij een punaisekop. Dat aan dergelijke arbeid uren en uren besteed wordt, stoort de hobbyist niet. Zijn produkt behoeft met rendabel gemaakt te worden. Het is het plezier dat telt Andere drijfveren gelden voor de 11 werknemers van de heer H. H. Dubbelman, directeur van het gelijknamige familiebedrijf. Een eerste blik m de werkruimte van het tn de wijk Slikkerveer gesitueerde bedrijf leert dat hier inderdaad geen hobbyisten aan het werk zijn. Voor hen is het ernst want in tegenstelling tot de „zolderkamer-knutselaars" moeten zij er hun brood mee verdienen. En er valt een gezonde boterham te verdienen bij Dubbelman, want de scheepjes die door de 11 werknemers afgeleverd worden, kosten zo tussen de enkele duizenden en 60.000,- per stuk Het zal duidelijk zijn dat hieraan het nodige vakmanschap moet worden besteed. „Inderdaad", aldus directeur H. J Dubbelman, „we vragen verschillende kwaliteiten van onze mensen. 2e moeten kunnen tekening lezen, prima bankwerkers zijn, uiteraard kunnen solderen en uiteraard over de nodige dosis doorzettingsvermogen beschikken7'. Vader Dubbelman voegt er aan toe dat bovendien het geduld en plezier in het werk ook gewenst zijn „Anders hou je dit speldeknoppenwerk nooit vol". In de werkplaats halen de werknemers de schouders op als met ontzag en waardering het onderwerp ..engelengeduld" wordt aangesneden. ..Ach, daar wen je aan", is het simpele commentaar Dat het soms voorkomt dat iemand een hele dag bezig is met een onderdeel van het schip dat slechts de oppervlakte van een luciferdoosje heeft, is tot daar aan toe. Maar soms blijkt dan aan het eind van zo'n werkdag dat iets toch niet helemaal De romp van het schip wordt „bewerkt" met een hoor die zulk fijn werk aflevert dat ook een tandarts er mee kan werken. „Geduld, daar wen je aan". correct gesoldeerd is. „Ja, dan kun je de volgende morgen weer van voor af aan beginnen", aldus de heer Dubbeldam jr met een glimlach die verraadt dat zijn mannen al lang tegen dergelijke tegenslagen zijn opgewassen. Een buitenstaander zou wellicht met de nodige krachttermen het bijltje er bij Het eerste deel van het schip wordt door de schilder van het bedrijf opgesteld Klaar Dm in de authentieke kleuren gespoten Ie worden neer gooien Ondanks de gemoedelijke sfeer in de werkplaats (die op zich mets speciaals verraadt, want een gewone timmermanswerkplaats oogt ongeveer het zelfdej is er dus geen sprake van amateurisme. Daarvoor zijn de opdrachtgevers te serieus in hun wensen en behoeften en het geld dat er mee gemoeid is te aanzienlijk in cijfers voor de komma Als in het intieme kantoor de bedragen tot f 60 000,- per model worden genoemd, krijg je allereerst de nesgmg met open mond je verbazing kenbaar te maken. Later na dat kijkje m de werkplaats en een verklaring van het één en ander, is ht volledig begrijpelijk dat dergelijke prijzen gemaakt moeten worden Aan het woord is opnieuw de heer Dubbeldam jr „De meest gangbare prijs ligt zo om en nabij de F 20.000,- Boven de halve ton gaat het tot de uitzonderingen behoren Maar wat wtf je ook? Van ons wordt verlangd dat we een hoge mate van precieze en detaillering in onze modellen leggen Per boot vertaalt betekent dat dat veelal 500 tot meer om middels een visueel aantrekkelijke manier de ontwikkeling in de soort van bouw en constructie te kunnen volgen, of omdat schepen sentimentele of historische waarde vertegenwoordigen Bovendien kan zoals gezegd het model als verkoopmiddel gebruikt worden. Veel van Dubbelman's voortbrengsels zijn dan ook op allerlei tentoonstellingen in binnen- en buitenland te zien „Een eventuele koper wordt ongewild beïnvloedt door een mooi model. Vaak kan oen werf of rederij het schip zelf met aan een potenüele koper laten zien, omdat het juist op zo'n moment ergens aan de andere kant van de wereld gebruikt wordt. In dat soort situaties is een model vaak een uitkomst. Immers van een tekening kun je je lang met zo nauwkeurig een Het minuscule soldeerwerk moet de scheepsmodelmaker qoed onder de knie hebben door Joop Breedvelö toto s: Hans Gebuis uren in een model gaan zitten" Ter illustrate laat hij een door zijn „jongensvervaardigd vrachtschip zien, dat ruim een meter lang is. Tof m de kleinste details is aJles aangeL\as:"..t Geen wonder dat daar veel arbeidsuren in gaan zitten. De materiaalkosten kunnen bijna verwaarloosd worden Wie heeft er enkele tienduizenden guldens over voor een scheepje dat nou niet bepaald vaarnjp is? Wel, dat blijkt allemaal erg voor de hand liggend te zijn, zeker als je kijkt hoeveel geld er gemoeid is met de bouw van een echt schip. Die kosten soms 20'n 100 miljoen gulden en dan is datgene wat de heer Dubbelman in rekening brengt slechts een schijntje. De reden waarom rederijen en werven wel wat extra's over hebben voor een degelijk en precies nagebouwd exemplaar op schaal varieert van verkoop-argumenten tot het willen hebben van dat exemplaar ten behoeve van de geschiedschrijving. Wat betreft dat laatste is hel nooit weg om, wanneer het heuse schip al lang uit de vaart is, de mini-uitgave nog achter de hand te hebben Voor het bedrijf zelf

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Rotterdamsch Nieuwsblad / Schiedamsche Courant / Rotterdams Dagblad / Waterweg / Algemeen Dagblad | 1978 | | pagina 4