Zak vol onafgeweekte postzegels aÊaËÊÊÊÊÊÊÊBtr-jG..^ mn» §m Eigeuaar van restaurant Jan Steen: Hartewens van mevrouw Van Zomeren in vervulling: SM 4\ -. m Kv vyi**~ CxL)ALx Jj 1\ U v iwlij iiibi 1978 VD/SC/V 9Ik heb nog met witte hand schoenen moeten bedienen' I Schiedam De tijd van grote I gala-diners, met dames in lange I ruisende avondtoiletten, heren I in rokkostuums en stijf knik- I kende obers in livreien is voor- I hij. Met deze tijd is tevens de I etiquette, ai die nette bcleefd- I heidsvormeu dus, verdwenen. I De jonge garde is daar best blij I mee, maar veel smul Iers vinden I het jammer dat een diner niet I meer zo „aangekleed" is. De I nieuwe eigenaar van restau- I rant „Jan Steen" bijvoorbeeld, I de heer A. F. j, goek daarover: I »Ik els van mijn personeel een I Perfecte bediening- Er mag I niets misgaan, ik ben tenslotte I de gastheer van mijn klanten." Restaurant Jan Steen aan het Rubensplein 22, in Schiedam, ziet er eigenlijk helemaal niet opvallend "uit Gedrapeerde vi trage achter in kleine vakjes verdeelde ramen. Niets bijzon ders. Voor 1 juli was dat ook al zo. Niemand heeft duidelijk kunnen merken dat er een nieu we eigenaar was. De haar Soek is een wat oudere, blozende man. Grijze, golvende haren zorgvuldig over een kalende schedel gekamd. Oplettende, onderzoekende bruine ogen, on een rustige slepende stem met af en toe een Rotterdams ac cent. „Nee, hoor, ik ben. geboren en getogen Schiedammer. Op gevoed in het Jïoreca-leven. Hier vlak tegenover heb ik nog gewoond. Maar mijn werkter rein lag meestal buiten Schie dam, zodat ik Schiedam goed bij nacht heb leren kennen." Na zijn H* B. s.-opleiding be zocht hij de Hogere Hotelschool. Vervolgens monsterde hij aan bij de Koninklijke Rotterdam- sche Lloyd, waar hij zes jaren als hofmeester werkzaam bleef. Aan boord van het vlaggeschip Willem Kuys bleef hij geruime tijd. Het huwelijk bracht met zich mee, dat hij een baan aan de wal moest gaan zoeken. Bij na tien jaren heeft hij de leiding gegeven aan de interne dienst van Cincmnati-Nederland B.V. in Vlaardingen, waar relaties uit de gehele wereld door hem ver wend moesten worden. Interna tionale contacten deed hij o.a. op bij bet Wienerwald-concern in Duitsland, België, Albert Heyn Restaurants, Chalet Suis se-bedrijven en Restaurant Reinsvoorde in Rijswijk. Ten slotte werd hij hoofd Horecasec- tor Diergaarde Blijdorp, waar hij destijds m de Riviershal grote partijen hee/i georgani seerd. Nu kan hij zich eindelijk uitleven in zijn eigen restaurant, waar hij diners in Franse stijl verzorgt „Leiding geven heb ik altijd gedaan. Daar heb ik ook voor geleerd, en leer ik geregeld nog voor. De Hogere Hotelschool hebben niet veel mensen. Des tijds was de opleiding in Den Haag gevestigd. Je woonde met nog 63 andere jongens en meis jes intern Niet veel meisjes. Er waren vier groepen en die wis selden eike week van taak. Huis houdelijke dienst, koken, bedie nen en theorie natuurlijk. Een prima opleid mg was dat Tel kens wordt het gesprek onder broken door binnenkomende mensen. Het is rond twaalf uur in de middag. De jongens van de brouwerij, de ober Fred, Martin de kok en andere lever anciers. Iedereen blijft een kop je koffie drinken. Fred trekt zijn kostuum aan, met vlinderdas. Martin in een blauw-wit ge streepte broek en een wit schort De eerste zakenlieden kunnen zo binnenkomen. De lunch moet klaarstaan: „Je hebt natuurlijk je vaste klanten die hier met hun relaties komen lunchen. De burgemeester komt hier ook wei. Dan zorg ik er voor dat hij een grote tafel krijgt Hij moet al zijn papieren kwijt kun nen". Over zijn personeel zegt Soek „Fred is nog niet zo lang in dienst, Leert op woensdag zijn theorie. We zijn nu de wij nen aan het behandelen. Dat is een hele kluif. Je leert een heleboel namen, maar een wijn- kenner word je nooit. Een. goed kopere wijn kan erg lekker zijn. Als hij maar bij het diner past Vandaag gaan de baas, Martin en ik een zuurkool klaarmaken. De wijn, die daar het beste bij komt qua smaak hebben we al in huis. Het is inderdaad een lekker pittig wijntje maar niet te zwaar", „Het leek ons leuk om een bepaalde avond jn de week, waarschijnlijk de dinsdag met een Hollandse keuken te beginnen. Zuurkool, die moeder de vrouw thuis met zo op tafel kan zetten- Gok aardig voor onze buitenlandse gasten. Door mijn relaties in het buitenland, krijg ik nog wel eens wat men sen uit Engeland of zo. Die. vinden het dan weer lekker om echt Hollands te eten. En waar om niet. De oude Nederlandse pot is voedzaam en kan, mits zorgvuldig bereid, de moeite waard zijn." Of ik wel eens rare dingen heb meegezaakt? Ja, na tuurlijk. Ik ben op de Willem Ruys nog prive-hofmeester ge weest voor de sultan uit Salan- gor, die met zijn vrouwen een zeereis maakte." Over zijn woning, die boven het restaurant ligt, haalt hij een paar dierbare herinneringen aan deze reis op: een envelop met daarop een postzegel van de sultan, een paar foto's met het hele gezelschap en nog wat afbeeldingen van de Willem Ruys. Op de foto's staat hij zelf ook. Aanzienlijk wat jaartjes jonger in een deftig wit kos tuum. Perfect. „Dat moest wel, ja, er mocht ook daar met mis gaan. Ging er achter de schermen toch wat fout. dat moest het improvisatietalent maar naar voren komen om te maken dat het net leek of alles op rolletjes liep." „De verantwoordelijkheid heeft nooit op me gedrukt. In geen enkele funktie. Ik vond en vind het heerlijk om dingen te regelen. Dat zit in me. Als je veel mensen onder je hebt staan, zijn er in die groep men sen gespecialiseerd in bepaalde dingen zodat je kan steunen op die mensen. Bij de Diergaarde Blijdorp was dat natuurlijk ook zo." Het restaurant hangt vol met oude afbeeldingen van Jan Steen zelf of van zijn werken. Koperen pannen glimmen aan de muren. De menukaart heeft de vorm van een palet. Er zijn twee soorten; met en zonder prijzen. „Dat is speciaal voor mensen die met gasten komen. Die gasten hoeven natuurlijk niet te weten wat alles kost, want ze zijn op uitnodiging. Dus krijgen ze een palet zonder prij zen." Fred loopt ondertussen zichtbaar de klanten af te wach ten. Strijkt zo nu en dan een kleedje recht en helpt Martin die de verse ingrediënten bij de groenteboer is gaan halen. „Ik ben een sauzenspecialist", glim lacht hij een beetje trots als je hem maar zijn liefhebberij vraagt „Dat is leuk werk, sau zen bij de mensen aan tafel klaarmaken. Dan kunnen ze zien wat er ingaat, en kunnen ze bijvoorbeeld zeggen dat ze de saus pittiger willen hebben, De klant moet het tenslotte ope- ten. Dan moet het wel helemaal maar de zin van de gasten zijn." „Tja", Verzucht meneer Soek als hij oude folders doorkijkt, waarin zijn naam veelvuldig wordt genoemd, „ik heb de tijd nog meegemaakt, dat je met witte handschoenen aan moest bedienen. Dat is allemaal an ders. Niet slechter hoor, maar het stand wel, zo'n keurig kos- tuum- Ik ben blij dat Fred nog leert. Mij hoeven ze niets meer te leren". Al 2ijn de kerstdagen nog ver weg, het speciale kerst menu ligt al klaar. Met een speciaal en goedkoper dineetje De heer A. M. J. Soek in zijn restaurant, waar de service nog '„ouderwets" is. voor de kinderen. Je zou nu al kunnen reserveren. Met een s peritief je erbij. Maar voorlopig wordt er hard gewerkt aan de Hollandse schotels. Aanstaande dinsdag wordt de eerste avond. „De wijn is bij de prijs van 17,50 inbegrepen. We willen het goedkoop houden. Even kij ken hoe het loopt. Die wijn bij het kerstmenu is ook gratis. Twee soorten en nogs wat likeu ren. Aan dit soort specialiteiten herken je een goede zaak. Ik heb eigenlijk geen reclame no dig, Mijn vaste klanten komen terug en brengen vrienden mee. Die lunches gaan er ook in. Ja, men weet dat ik van service hou. Ik wil mijn bar ook alleen maar gebruiken voor het apenücfje, of als de mensen even moeten wachten. Ik hoef geen kroeggas- ten in mijn restaurant. Cafe's zijn er genoeg," Fred, Mar tin en de heer Soek; „Ik eis van mijn perso neel een perfecte be diening." m Mevrouw Van Zome- t r ,7. ren romme lend in haar „harte- wens" een zak vol niet- tosgeweekte postzegels. Schiedam - Kom maar met uw Jiarfewens,,, schre ven we in de voorjaarsbijia- ge. „Want iedereen heeft er wel één. Ietsdat je zou willen doen, zou willen zien, zou willen meemaken". Er werd niets beloofd, ma ar ie dereen mocht met zijn of haar wens in het kader van het 100-jarig bestaan van het Rotterdamsch Nieuwsblad over de brug komen. En er kwamen heel wat hartewea- sen over de brug. Mevrouw G. van Zomeren, die woont in het hoge gebouw aaa Over de Vesten 98 in Schiedam, schreef ook. Ze is een ferven te postzegelspaarster en zou zo graag een grote zak vol met nog niet losgeweekte postzegels willen hebben. „Nou, dat kan", dachten wij. Maar het viel tegen, want niemand denkt er bij na dat er een postzegel op een brief zit, hij het openen van de post De enveloppen gaan regelrecht de prulIebaJc in. Toch konden wij haar afgelo pen vrijdag verrassen met een enorme zak enveloppen met postzegels. „Tsjonge, wat een zak", was haar eerste reactie. ,Jk Jieb al tegen mijn man gezegd, dat we vanavond macaroni eten, dat is makkelijk. Kan ik tenminste de hele avond bezig zijn met het losweken". „Ja het valt tegen om postze gels bij elkaar te krijgen, hè? Toen ik eens bij de brieven bussen heneden in het ge bouw stond, dacht ik „als ik nu alle postzegels van de post van alle bewoners eens kreeg". In een briefje, dat ik boven de brievenbussen plakte, vroeg ik de bewoners of ze mij hun postzegels wil den geven, maar nee hoor. Er heeft niemand gerea geerd. Ze weten misschien niet hoe blij ze me zouden maken. Recht tegenover me, woont ook een filatelist, en daar kan ik fijn mee ruilen". Het is grappig om te zien hoe de bescheiden mevrouw Van Zomeren tijdens het gesprek verandert in een niet-te-stui- ten vertelster. Ze leeft hele maal op' de kasten gaan open, er worden allerlei dik ke boeken met\keurig ge rangschikte postzegels, brie ven van haar penvrienden en -vriendinnen, een droogmo len om de geweekte postze gels zo snel mogelijk tn haar boeken te kunnen stoppen, en ga zo maar door, uitge haald. Haar correspondentievrien den, die over de gehele we reld zitten, 2ijn verhalen apart. De meeste vroegen om brieven in advertenties in kranten. „In Panorama stond een hele tijd geleden een verhaal van een Hongaarse dame die in de Tweede We reldoorlog gevlucht was naar Nederland, en ondergedoken was in Maasland. Daar had ze Nederlands leren spreken en lezen. Ze wilde graag wat Nederlandse boeken hebben. Ik heb haar een boek gezon den en kreeg onmiddellijk een bedankbrief terug. Daar is een correspondentie uit gegroeid, waarbij haar man mij postzegels stuurde. Die man viste erg graag, maar kon in Hongarije nergens de juiste vishaakjes kopen. In één van die brieven heeft hij ze voorgetekend en naar dat voorbeeld, kon ik ze in de winkel kopen. Hij was er dolblij mee. Die briefwisse ling begon in 1966 en hield plotseling op in 1970. Ik denk dat ze overleden zijn. Vóór die tijd heb ik ze nog eens gezien. In Dusseidorf. Daar bezochten ze hun zoon en schoondochter, die tijdens de opstanden gevlucht waren". „Nee, hoor, ik koop ze nooit speciaal voor mijn verzame ling. Wel postzegels die nieuw zijn, bij het postkantoor, dag vers heet dat Mijn postzegels zullen wel niet veel waard zijn Ik heb ook geen echte, oude. Maar het gaat om het verhaal dat er achter zit. Van de afbeeldingen leer je veel van de landen zelf. Ik blader de boeken iedere avond door". Naast de postzegels die ze voor haar eigen boeken kan gebruiken, stuurt me vrouw Van Zomeren ook veel naar de zending „Voor het goede doei". In de grote zak vol enveloppen rommelend, ziet ze tot haar vreugde al wat exemplaren die ze nog niet heeft. En als we haar dan nog een heel speciale zegel kunnen beloven, straalt ze. „o, ik vind het zo leuk, dat jullie dit allemaal gedaan hebben. Ik had nooit kunnen denken, dat er nog een reac tie op zou komen".

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Rotterdamsch Nieuwsblad / Schiedamsche Courant / Rotterdams Dagblad / Waterweg / Algemeen Dagblad | 1978 | | pagina 4