I EXTRA Historische tuin op het verlanglijstje tMÈÊÊSÈÊmm* Ifet r>Mk-41 fïM'"'*' 7f WskBoH^SftSSIi^i^fsg^j tj.tt f| f§ De eerste tuin Asperges De tweede tuin 21«n*i 1980 VD/SC/WW De maquette van da historische tuin van de Stichting tuinbouw- historie. door Gi|s KorsvBar ~-v§ s'jkZJpmf, 'uw-. M tos.,,;. lr Stichting Tiuinbovre /historie wil oude opstanden en teeltwijzen laten zien Het besproeien van de groente onder platglas was een zeer arbeids intensief karwei. (foto boven). Een voorbeeld van een oude vaarsloot met een zogenaamd k wakeitje over het water. (foto onder). Naaldwijk De historische tuin, die al langer op het verlanglijs tje van de Stichting Tuinbouwhistorie staat, moet de mensen van vandaag een inzicht geven in de gewassen, opstanden en teeltwij zen, die in voorbije tijden in het Westland voorkwamen. De Stichting is beheerder van het tuinbouwmuseum, dat in de hoeve Cruisbrouck te Naaldwijk is gevestigd. Het plan voor een historische tuin zit echter nog steeds in de pen. In afwachting van een toewijzing door één van de Westlandse ge meenten van een stuk grond voor de realisering van het project, heeft de stichting een maquette gebouwd, waar een mogelijke in deling van een historische tuin op schaal is weergegeven. Verder is het project gedetailleerd uitge werkt in een jaarverslag van de stichting. De volgende beschrijving van de tuin is ontleend aan de beide uit werkingen van de Stichting Tuin bouwhistorie. Het gehele complex moet gaan be staan uit twee delen. De eerste tuin wordt 160 meter lang en veertig meter breed en de tweede 180 meter lang en ruim zestig me ter breed. De beide delen worden gescheiden door een brede vaars- loot. In het eerste gedeelte en de achterzijde van het tweede zal de ontwikkeling van de Westlandse tuinbouw van ongeveer 1700 tot 1950 weergegeven worden. Het voorste gedeelte van de tweede tuin is gereserveerd voor de spe ciale aspecten van de Loosduinse tuinbouw, De historische tuin zal omringd worden door een wind scherm van bomen. Het Westlandse gedeelte van het complex begint met de tuinders woning van het Ianggeveltype naast de toegang tot de tuin. Deze ingang bestaat uit een poortje in de abrikozenmuur, die één geheel vormt met de woning. Het woon gedeelte en de bedrijfsschuur wor den onder hetzelfde dak gebouwd. De woning en bedrijfsruimte wa ren evenals de muur vaak opge trokken van kleine gele of rode bakstenen. De dakbedekking be stond veelal uit rode oud-Holland se pannen. Opvallend van de oude tuinen is de geslotenheid van de complexen aan de noordzijde. In het woonge deelte waren de kelder- en toile traampjes vaak de enige openin gen. De tuinders zelf beschouw den de warme zuidzijde van de woning als de voorgevel van hun huis. Hier werd dan ook een klein hofje met bloemén aangelegd. De werktuin wordt bereikt door een verhard pad, dat tot de ach terkant van de tuin langs de vaarsloot loopt De Stichting hoopt de sloot te kunnen gebrui ken om verscheidene modellen bruggetjes en veilingschuiten te tonen. De eerste tuin is verdeeld in zes hoeken. Deze indeling komt al vroeg voor, getuige de Atlas van Delfland (1712). Op deze kaart is onder meer in Poeldijk, Kwints- heul en Wateringen een onder scheid te zien tussen hoeken voor groente- en fruitteelt. De eerste hoek is bestemd voor de boomgaard. De stichting denkt erover een boomgaard aan te leg gen aan de hand van een oude, bewaard gebleven inventaris. Als voorbeeld daarvoor kan gelden de rekening uit 1602, waarin ene Jo hannes Fenacolius, dominee van *t Woudt, een opgave doet van de fruitbomen, die hij in zijn tuin had staan. De bongerd wordt gescheiden van de volgende hoek door een houten schutting. Deze zal benut worden voor het kweken van peren. Aan de 35 meter lange schutting kun nen ongeveer zes perenbomen op gebonden worden. De tweede hoek wordt beplant met zogenaamd zacht fruit, zoals bessen, bramen en frambozen. In het Westland was deze teelt nooit erg groot, maar bestemd voor de eigen consumptie. Soms deelden wel notabelen van het dorp in de opbrengst. De muur, die de bes- senhoek afsluit, wordt aan de ach terkant voorzien van de typisch Westlandse steunberen. Een ande re naam voor die steunen was „kasten". Zij werden gebruikt als eenvoudige rookkasten. Aan een ijzeren slang aan de bovenzijde werden de hammen of spekken opgehangen, waarna onderin een rokerig vuurtje gestookt werd. Aan de rand van de muur zullen asperges geteeld worden. In een contract uit 1683, waarin de aan leg van een tuin op de grens van Poeldijk en Monster werd gere geld, was al sprake van een asper ge hoek. De aspergeteelt heeft zich aan het begin van deze eeuw niet kunnen handhaven. De arbeid- spiek van de teelt valt namelijk in de maanden mei en juni, evenals bij het kweken van groente onder glas. Op de hoogte van deze hoek komt het eerste bruggetje over de sloot Dit zal het kleinste model uit het Westland worden: een zogeheten kwakeltje. Zo'n brug bestaat uit twee schuine opritten met daar tussen een vrij zware houten loop plank met een enkele leuning. De muur, die de aspergehoek af sluit. is bestemd voor de druiven- teelt onder scbietglas. Schietra- men danken hun naam aan het feit, dat ze ergens voorgeschoten, voorgezet werden. Bovenaan wer den ze een eindje van de muur ge houden door een klem. Meestal werden er twee snoeren (zoge noemde leggers) gespannen, waar langs de druiventrossen groeiden. De scheuten groeiden loodrecht omhoog, waardoor de trossen op een lange horizontale rij hingen. Tegen de muur, aan de asperge kant, komt een rachelschuurtje met een pannendak, waarin rieten matten opgeborgen werden. De horizontale planken sloten niet geheel aan, zodat de wind in het gebouwtje vrij spel had om alle opgeborgen spullen te drogen. In de hoek voor deze muur is ruimte gereserveerd voor vroege aardappelen, vroeger een belang rijke teelt, die gevolgd kan wor den door een nateelt van aard beien of spruiten. Tegen de volgende muur zal een lessenaar gezet worden. Deze vorm van kassen is waarschijnlijk ontstaan, doordat tuinders het scbietglas schuiner tegen de muur aan gingen zetten. Om de ruimte tc vergroten werd daarna een knik, een „knie" in de roeden aangebracht. In de lessenaars zul len weer druiven geplant worden. In de volgende hoek gaan tuinbo nen gekweekt worden. Ter hoogte van dit stuk tuin komt het tweede bruggetje over de sloot. Dit wordt een zogeheten draaiplank. De laatste muur wordt gebruikt voor de plaatsing van een kopkas. Voor het bouwen van een derge lijke kas werd de glaswand tot bo ven de muur doorgetrokken om dan met een wandje van glas op de muur bevestigd te worden. Met deze oplossing maakten de tuin ders een einde aan het benauwde werken in de lessenaars. Op de resterende hoek heeft de stichting schorseneren gepland. Hier ook staat het laatste bruggetje: Een boogbrug. Het achterste deel van deze tuin wordt ingenomen door een kleine boomgaard van perenbomen. Dit gedeelte wordt afgesloten door drie evenwijdig liggende kassen: een A-kas, een houten kniekas en een ijzeren kniekas. Een A-kas bestaat uit een glasdek, die aan de lange zijden niet gebroken is. Deze kas leent'zich het beste voor de teelt van perziken en pruimen, die in waaiervorm langs de wan den worden geleid. De kniekassen zijn ontstaan aan het einde van de vorige eeuw on der meer met het oog op de drui- venteelt. De A-kassen waren hier toe ongeschikt, omdat ze te laag waren. Dit ongemak werd verhol pen door het aanbrengen van de zogenoemde Westlandse knie. In het Westland en omgeving vond vroeger een redelijk uitge breide teelt van bloembollen plaats. Vooral tulpenbollen wer den veel gekweekt. Tussen de ij zeren kniekas en de volgende op stand, de brede lessenaar, heeft de stichting dan ook een ruimte vrij gelaten voor de kweek van bollen. Het Westlandse gedeelte van de historische tuin wordt omsloten door een vrij zware muur met aan de korte kant van de muur, die langs het bollenveldje loopt, een hoge lessenaar. Ook hier gaan druiven geteelt worden. Aan de achterkant van de muur komen een schuur en het kete- huis. De oudste kachels, die met cokes gestookt werden, zijn rond de eeuwwisseling in gebruik ge nomen. Alle ketels werden ge plaatst in een. vrij diepe kelder om het afgekoelde water door het ni veauverschil naar de ketel terug te laten stromen. Op deze plaats komt ook een ijzeren watertoren. Door de watervoorraad in de to ren was het niet nodig dat de pomp niet telkens aangezet werd. Het Loosduinse gedeelte van de tuin begint met een rijtje kom- kommerkassen. Het model van deze kassen is in 1903 vanuit En geland geïmporteerd. Elke kas had in de lengte twee komkom merbedden tussen de verwar mingsbuizen in. De sehietramen werden, behalve als opstand, ook gebruikt als broeiraam. Daarmee onstonden de bakken platglas, zoals die in de Kring nog niet zo lang geleden veel te zien waren. Na een aantal jaren werden de zware ramen vervangen door lichtere enkele rutten in een houten lijst De laatste opstand wordt gevormd door de bekende Westlandse wa renhuizen. De naam warenhuis hangt volgens de Stichting samen met de bouw van een grote bazar met een glazen dak te Den Haag in 1905. Een andere verklaring zou kunnen zijn, dat de tuinders in een warenhuis allerlei groenten kunnen kweken, aldus de Stich ting. In het laatste gedeelte van de tuin zullen een Loosduinse matten - schuur, een stenen watertoren te midden van een boomgaard en een ophaalbrug een plaatsje kun nen vinden.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Rotterdamsch Nieuwsblad / Schiedamsche Courant / Rotterdams Dagblad / Waterweg / Algemeen Dagblad | 1980 | | pagina 4