EXTRi
Als stuurgroep
zijn
zin krijgt
- .,Ai
I
Brielle Zelden zal er met zo weinig zelfvertrou-'
wen een rapport zijn verschenen als nu het geval is
met het voorlopige beleidsplan voor de berging van
baggerspecie.
Na veel kritiek tijdens de rit heeft de stuurgroep
het werkstuk in mineurstemming afgemaakt en ge
presenteerd in de trant van: „Zoek het verder zelf
maar uit".
Noordoever
Landtong
Maasvlakte
Natuurgebied
Maaswijk
Geervliet
Heenvliet
Oostvoome
Slufterdam
Aanlanding
Schade
Eiland
LPG-terminal
Afvaleiland
«tijdag
t2 dacambar WSS
wtBcrww
f^rï
«te
i. i
'i''v,y -;*f */■"ƒ- V'
'0 «p" ,s'*~U'?tjMW
,v, /..-
...Vi
♦rtf
*J „v
;£&Cs,
w
Eind augustus kondigde een teleurge
stelde Rijnmondgecommitteerde Jo-
han de Jong aan dat de stuurgroep er
het bijltje bij neer zou gooien. „Het is
zonde van de tijd en de inspanning
om nog langer bij elkaar te komen.
De kans dat er oplossingen worden
gevonden voor het. havenslib is erg
klein. Niemand wil het spul hebben.
Telkens werden er in de stuurgroep
nieuwe ideeën en plaatsen aangedra
gen, maar even zo vaak werden daar
bezwaren tegen gemaakt. Iedereen
geeft toe dat het een groot probleem
is maar vindt, dat de oplossing ergens
anders gevonden moet worden. We
zullen het rapport afronden, naar de
verschillende instanties toesturen en
dan maar zien wat er van terecht
komt".
Zoals eerder meegedeeld noemt het
beleidsplan tien plaatsen op of bij
Voome-PuUen en Rozenburg, die
voor de berging van havenslib in
aanmerking komen. Hogerhand zal
zeker verder gaan werken met de
voorstellen. In het verleden is wei
eens gezegd dat de regering (ver
plichte) aanwijzigingen kan geven.
Daarom op deze pagina een opsom
ming van de voor ons gebied belang
rijkste aanbevelingen.
Op dc noordoever van het Oost-
voomse meer kan volgens de com
missie reeds het komende jaar een
wal worden gemaakt'van havens
lib als visuele afscherming van
het industriegebied. Planologisch
levert dit geen problemen op.
VOor dit gebied bestaat geen be
stemmingsplan. In het streekplan
heeft de noordoever de bestem
ming bedrijfsterrein.
De bruto oppervlakte van het gebied
is dertig hectare. Er kan hier totaal
één miljoen kubieke meter havenslib
worden geborgen in vijf jaarlijkse
porties van 0.2 miljoen kubieke me
ter.
De commissie tekent hierbij wel
aan dat indirecte aantastingen
denkbaar zijn op de natuurwaar
den van het Oostvoomse meer en
de op natuurlijke wijze ontstane
slufter ten zuiden van de Maas
vlakte. De omvang van de aantas
ting is, zonder een gedetailleerd
onderzoek ter plaatse, niet aan te
geven.
Daarnaast is de noordoever van het
Oostvoomsé meer onderdeel van een
recreatiegebied, dat vrij druk wordt
gebruikt In de toekomst is in dit ge
bied volgens de commissie zelfs zeer
intensieve recreatie te verwachten
(duizenden recreanten op een topzon-
dag). Veel van de aanwezige vormen
van recreatie zijn gebonden aan het
water, vooral vissen, surfen en oever
recreatie. Voor het landschap heeft
een dam volgens de commissie een
positief effect gezien de afschermen
de functie tussen Voorne en de Maas
vlakte.
Overal op
IK
Een dam van
havenslib op
de noordoever
van het
Oostvoornse
meer zal de
industrie aan
het oog
onttrekken.
V oorne-Puttenhavenslib
Op de landtong tussen Calandka-
naal en Nieuwe Waterweg op Ro
zenburg kan een wal worden aan
gelegd ter afscherming van het in
dustriegebied. Planologisbc levert
dit geen problemen op.
Wel heeft rijkswaterstaat een claim
op de landtong liggen om hem af te
graven bij een eventuele bochtafsnij
ding. In dat geval moet de geborgen
specie op kosten van de gebruiker
worden verwijderd.
Zowel in het bestemmingsplan als in
het streekplan heeft de landtong een
recreatieve bestemming. De opper
vlakte van het gebied is dertig hecta
re. Totaal kan er één miljoen kubieke
meter baggerspecie worden geborgen
te beginnen in 1981. Als na een jaa
of vijf alle havenslib is gestort kan de
landtong met bos worden beplant.
Of en wanneer de landtong in het
kader van de bochtverruiming wordt
afgegraven is niet bekend, maar op-
korte termijn is dit nog niet aan de
orde.
Als mogelijkheid om meer havens-
lib kwijt te raken noemt de com
missie ook een mogelijke uitbrei
ding van de reeds aanwezige
grondiabriek op de halve peervor
mige zuid westpunt van de Maas
vlakte.
In grote, door. aarden wallen omge
ven bassins wordt al enkele jaren ha
venslib gespoten. Door ontwatering
door
Wim
Huibers
en bewerking wordt deze baggerspe
cie in ongeveer anderhalf jaar tijd
omgevormd tot het zogenaamde Eu-
roklei, dat voor meerdere bestem
mingen beschikbaar is. Vanwege een
„introduktieperiode" is de af2et van
deze klei nog niet grooL
Bij de grondfabriek kan volgens de
commissie een afvaldepot worden
aangelegd voor tijdelijke opslag van
baggerspecie, zonder dat aan een be
paald toekomstig gebruik wordt ge
dacht. Wel blijft zo de mogelijkheid
bestaan de baggerspecie alsnog op
een andere wijze te verwerken.
Voor het gebied waarop de grond
fabriek is gevestigd, bestaat geen
bestemmingsplan. In het streek
plan is deze „halve peer" aangewe
zen als natuurgebied. De bruto op
pervlakte van dit gebied is vijftig
hectare. Jaarlijks kan hier volgens
de commissie tot een miljoen ku
bieke meter havenslib worden ge
borgen.
Voor de natuur in de omgeving van
de halve peer ontstaan volgens de
commissie wel nadelen. Het gebied
ten zuiden van de maasvlakte fun
geert reeds als een belangrijk foura-
geergebied voor trekvogels. Door na
tuurlijke sluftervorming wordt dit
gebied steeds groter. Verontreinigin
gen door havenslib kunnen zowel de
fourageerfunctie als het leven in het
water aantasten. De verwachting is
dat met name voor steltlopers deze
verontreinigingen nogal gevoelig zul
len zijn, aldus de commissie.
Bovendien is de halve peer onderdeel
van een reeds druk gebruikt recrea
tiegebied, dat in de toekomst steeds
intensiever door recreanten bezocht
zal worden. Op topzondagen worden
duizenden dagjesmensen verwacht.
De toekomstige woonwijk Maas-
wijk in Spijkenisse heeft volgens
de commissie, met een bruto op
pervlakte van 198 hectare, een to
tale bergingscapaciteit van zes
miljoen kubieke meter baggerspe
cie. In afwachting van de woning
bouw kan hier vier jaar lang an
derhalf miljoen kuub havenslib
worden opgespoten.
Volgens de commissie kan reeds het
komende jaar worden begonnen met
het opbrengen van dit „ophoogmate
riaal voor de woningbouw". Elders in
het rapport wordt gezegd dat Maas-
wijk wellicht ook zonder noemens
waardige ophoging gerealiseerd kan
worden.
Van het eventuele storten van bag
gerspecie zijn volgens het rapport wel
ten worden betaald, De exploitatieop-
zet voor de recreatieve inrichting
indirecte nadelige effecten te ver
wachten in een aantal omliggende
natuurgebieden. Deze natuurgebie
den zijn van belang vanwege het
voorkomen van steeds schaarser wor
dende zilte grasland vegetaties, die
sterk afhankelijk zijn van een goede
waterkwaliteit. Storten van bagger
specie in Maaswijk zal bovendien tij
delijke stankhinder opleveren, voor
de omgeving.
Volgend jaar kan volgens de com
missie ook een begin worden ge
maakt met het storten van havens
lib in het gebied tussen Geervliet
en Spijkenisse, ten noorden van de
Groene Kruisweg, waar in de toe
komst een groene bufferzone zal
komen.
Het ongeveer vijftig hectare omvat
tende gebied heeft in het bestem
mingsplan een agrarische bestem
ming, maar is in het streekplan be
stemd voor regionale recreatie.
In de toekomst is het de bedoeling
hier een groot bos aan te leggen ter
afscherming van de industrie. Als op
hoogmateriaal kan hier volgens het
rapport baggerspecie worden ge
bruikt tot een totaal van drie miljoen
kubieke meter. Dat kan worden aan
gebracht in drie jaarlijkse porties van
één miljoen kuub.
Over het plan zou planologische
overeenstemming bestaan. Realise
ring is onder meer afhankelijk van
financiering.
Nadelen van havenslib in dit gebied
zijn volgens het rapport de kans op
indirecte aantastingen in enkele om
liggende natuurgebieden. Deze gebie
den zijn van belang omdat hierin zil
te graslandvegetaties voorkomen die
steeds schaarser worden. Deze vege
taties zijn sterk afhankelijk van een
goede waterkwaliteit
De zandwinput bij Heenvliet (ge
meente Brielle) is volgens de com
missie zeer geschikt voor het ber
gen van baggerspecie, omdat dan
werk met werk gemaakt kan wor
den en dat is financieel bijzonder
voordelig.
De put (oppervlakte ruim veertig
hectare) kan zowel worden veron-
diept als gedempt Er is plaats voor
totaal zeven miljoen kubieke meter
havenslib in jaarlijkse porties van an
derhalf miljoen kuub.
Volgens een overeenkomst met de
voormalige gemeente Heenvliet mag
Rotterdam havenslib in de put ber
gen. Daarvoor moeten bergingsrech-
van de plas is hierop mede gebaseerd.
De recreatieve bestemming wordt zo
wel genoemd in het streekplan als
het bestemmingsplan.
De methode van het werk met werk
maken levert volgens het rapport
zeer grote voordelen op omdat de
baggerspecie in dit geval een zeer
'goedkope grondstof is.
Als nadelen van slibberging in de put
noemt het rapport de kans op een di
recte aantasting van de plas als fou-
rageergebied voor trekvogels, vooral
eenden. Ook voor de recreatieve
functie betekent slibberging een di
recte aantasting.
Het Oostvoomse meer staat in het
rapport nog steeds op de nomina
tie voor verondieping met havens
lib. Gezien de recreatieve functie
komt geheel dempen niet in aan
merking. Het meer (oppervlakte
285 hectare) kan worden veron-
diept met totaal 36 miljoen kubie
ke meter baggerspecie in jaarlijk
se porties van vier miljoen kuub.
Onmiddellijk zegt het rapport er bij
dat storten van slib in het Oostvoor
nse meer een directe aantasting bete
kent van de functie van de plas als
overwinteringsgebied van verschil
lende, in Nederland zeer schaarse vo
gelsoorten als parelduiker, geoorde
fuut, kuifduiker, zee-eend enz.
Daarnaast heeft het Oostvoornse
meer reeds een belangrijke recreatie
ve functie, die in de toekomst alleen
maar zal toenemen. Er zijn reeds een
particuliere- en een marine-duik
school gevestigd. Verder is de plas
van veel belang voor vissen, wind
surfen en oeverrecreatie.
Volgens het rapport zal het meer bij
verondieping met havenslib zijn
functie als overwinteringsgebied
voor vogels waarschijnlijk behouden.
De mogelijkheden ora een slufter-
dam te maken van havenslib zijn
al eerder naar voren gekomen en
worden nu ook door de commissie
wat nader uitgewerkt.
In het rapport wordt gewezen op de
plannen om een dam aan te leggen
van de zuidwestpunt van de Maas
vlakte naar de Hinderplaat. Tussen
.deze landtong en de kust van Voome
zal dan door verdere aanslibbing van
zeeslib een wadachtig gebied (de sluf
ter) ontstaan. De oorpronkelijke mo
tivering van het plan is dat door de
aanleg van deze dam het Gat van de
Hawk wordt afgesloten, waardoor af-
KHometers
pijpleiding
liggen te
wachten om
het
havenslib
ergens naar
toe te
brengen.
slijting (erosie) van de oever van de
Maasvlakte wordt voorkomen.
Daarnaast zal een sluftergebied kun
nen ontstaan dat gezien kan worden
als compensatie van het bij de aanleg
van de Maasvlakte verloren gegane
natuurgebied de Beer.
De afkalving van de oever van de
Maasvlakte wordt momenteel bestre
den door regelmatige aanvullingen
met zand, hetgeen goedkoper is dan
de aanleg van de slufterdam zonder
baggerspecie te gebruiken.
Daarentegen is vanuit het open
baar lichaam Rijnmond gepleit
voor een aanlandingspunt voor ge
vaarlijke stoffen, gelegen in zee.
Dit aanlandingspunt kan worden
gesitueerd op de kop van de sluf
terdam.
Het slufterplan kan volgens de com
missie een oppervlakte krijgen van
zesduizend hectare. Er kan totaal 150
miljoen kubieke meter havenslib
worden geborgen in jaarlijkse porties
van vijf miljoen kuub. Realisering
zou in 1984 kunnen plaatsvinden om
dat de planologische besluitvorming
nog niet is afgerond.
Nadelen van een slufterdam van bag
gerspecie zijn volgens de commissie
zeker aanwezig. Het gebied ten zui
den van de Maasvlakte is een belang
rijk fourageergebied voor trekvogels.
Door natuurlijke aanslibbing wordt
dit gebied steeds groter. Verontreini
gingen door havenslib kunnen een
aantasting betekenen voor de foura
geerfunctie en het leven in het wa
ter. Vooral steltlopers zijn gevoelig
voor dit soort verontreinigingen.
Ook op recreatief gebied nadelen.
Langs het strand van Voorne zijn
volgens de commissie op meerdere
plaatsen recreatieve ontwikkelin
gen waar te nemen. Ook die kun
nen schade oplopen door verontrei
nigingen van havenslib.
Het landschap odnervindt van het
plan weinig nadelen. De natuurlike
sluftervorming wordt door een dam
versneld. Daarnaast kan de landtong
een visuele afscherming gaan vor
men tussen de Maasvlakte en Voor
ne.
Resumerend zegt de commissie dat
een slufterdam van havenslib zekere
voordelen met zich mee kan brengen
(waterbouwkundig, natuurbouw),
maar er staan mogelijk ook nadelen
tegenover voor de kust van Voome.
Er kan volgens de commissie dan ook
niet van een gewenste bestemming
worden gesproken, maar eerder van
de berging van baggerspecie als af
valstof. Toch verdient, aldus het rap
port, een slufterdam van baggerspe
cie extra aandacht vanwege de grote
hoeveelheden slib die hier geborgen
kunnen worden. Bovendien bestaat
gedurende een zeer lange periode
(tien tot vijftien jaar) de gelegenheid
om nieuwe technieken te ontwikke
len op het gebied van het tegengaan
van verspreiding van de verontreini
gingen.
Verder denkt de commissie onder
meer aan het maken van een
nieuw recreatie-eiland in het Ha
ringvliet, ongeveer ten zuiden van
de Beninger Slikken.
Over oppervlakte en capaciteit van
het eventuele eiland worden geen
mededelingen gedaan. Wel worden
de nadelen genoemd. Er is indirecte
aantasting mogelijk van de natuur
functie van het Haringvliet en het
Hollands Diep door een verslechte
ring van de waterkwaliteit. Wellicht
is er ook sprake van een directe aan
tasting van de functie van fourageer
gebied voor vogels.
Volgens het rapport biedt de vorm
van een dergelijk eiland slechts in
geringe mate soelaas als stortplaats
van specie.
Enige hinder is mogelijk ook te ver
wachten met oog op een inlaatpunt
op Goeree voor een drinkwaterlei-
dingbedrijf.
Achteruitgang van de waterkwaliteit
van het Haringvliet kan ook nadelen
opleveren voor de land- en tuinbouw.
Dit niet nader omschreven nadeel
slaat vermoedelijk op het feit dat het
verontreinigde Haringvlietwater via
Spui en Bernisse kan doordringen tot
het Brielse meer, waaruit water
wordt ingelaten voor de land- en
tuinbouw.
Voorts beveelt de commissie aan
om van havenslib een bufferzone
te maken nabij de toekomstige
LPG-terminal aan het Beerkanaal
ten noorden van Oostvoome.
De commissie vindt dat gebieden bin
nen het Rotterdamse industriegebied,
die voorlopig nog niet gebruikt gaan
worden, in principe in aanmerking
komen voor berging van baggerspe
cie. In het bijzonder wordt daarbij ge
dacht aan lokaties, die om veilig
heidsredenen niet in aanmerking ko
men voor industriële activiteiten.
Daar kunnen dan bufferzones van
havenslib worden gemaakt. Als eer
ste komt daarvoor de toekomstige
LPG-terminal in aanmerking. Over
de vestiging hiervan werd dit jaar
overeenstemming bereikt tussen rijk,
provincie, Rijnmond, Rotterdam,
Shell en BP.
De veiligheidszone rond de nieuwe
LPG-terminal kan volgens de com
missie e en bruto oppervlakte krijgen
van twintig hectare. Over de ber
gingscapaciteit worden geen medede
lingen gedaan. In 1982 kan een begin
worden gemaakt met de inrichting
van de veiligheidszone.
Tenslotte worden in het rapport
aanbevelingen gedaan voor het
maken van een industrie- of afva
leiland in zee, ten westen van het
Europoortgebied.
Een aantal als onveilig beschouwde
activiteiten in het Rijnmondgebied
(zoals een LPG-terminal) kunnen
dan op een dergelijk eiland worden
gesitueerd. Eventueel kunnen, naast
baggerspecie, ook andere afvalstoffen
worden geborgen (van kolencentra
les, gips enz.).
Baggerspecie kan ook worden ge
bruikt bij het bouwrijpmaken van
het eiland. Maar de realisering van
een dergelijk plan kan volgens de re
gering niet op korte termijn aan de
orde komen.
Als mogelijke realiseringsdatum
wordt in het rapport dan ook de pe
riode na 1985 genoemd. De capaciteit
van het eiland als bergplaats voor
baggerspecie zal volgens het voorstel
zo'n honderd miljoen kubieke meter
moeten zijn.