ROTTERDAM 17 iMGAEDiUIN In centrum straks geen ruimte meer voor kantoren STAD 'BON Koos Lagendijk9 99Havenman van hei Jaar mm* I «SI*.*»* 1^ RZ/SV/RY/RW/RS Rotterdams Nieuwsblad woensdag 24 februari 1982 HERHAALDELIJK heft hij beide armen om zijn woorden te onderstrepen en dat gebeurt al onmiddel lijk na de begroeting bij de eerste vraag of hij het leuk vond om voor 1981 uitgeroepen te worden tot „Haven man van het Jaar". Koos Lagendijk (64), stralend: „Ja, dat was een totale verrassing. Daar was ik echt blij mee". Hij kreeg als eerste de onderscheiding van de Rotter damse havenpersclub „Kyoto", vorig jaar ingesteld ter gelegenheid van het 25 - jarig bestaan van de club. De heer Lagendijk heeft „Kyoto" leren kennen als „een kritische en onafhankelijke club" en dat, zo verklaart hij, maakt de onderscheiding voor hem zo waardevol. Naar het oordeel van de leden van de havenpersclub heeft de heer Lagendijk de afgelopen jaren veel ge daan voor de verbetering van de positie van Rotter dam als massagoedhaven (ijzererts, steenkool). Hoe doe je dat De directeur van het op de Maasvlakte gevestigde Eu ropees Massagoed Overslagbedrijf (EMO) en voordien jarenlang ook directeur van het stuwadoorsbedrijf Frans Swarttouw, waar hij vijftig jaar geleden als jongste bediende begon, kan dat eenvoudig verklaren. Hij is er de man niet naar om daar onnodig ingewik keld over te doen. Hij praat 2oals hij ongetwijfeld ook altijd heeft gehandeld: recht op de man af, zegt...: „Je kijkt in de wereld rond en je ziet dat men naar kosten besparingen zoekt. Oi k op aanvoer en dan weet je dat er een installatie nodig is om grote schepen te behan delen. Je gaat pushen, bij een gemeentelijk havenbe drijf, bij Rijkswaterstaat omdat het geen zin heeft te investeren als er geen goede toevoerweg is", 't Resultaat was het vorig jaar op de Maasvlakte in ge bruik nemen van een derde losbrug; de grootste in zijn soort ter wereld. De heer Lagendijk leunt ontspannen achterover, laat de stilte even doorwerken en vervolgt dan: „Je ziet het hele buitenland zich op grotere schaal bewegen. Toen Europoort in '68 klaar was, zijn wij met de ge meente gaan praten omdat wij liever op de Maasvlakte zaten. In '73 is EMO er samen met de gemeente gaan bouwen". EMO - directeur Is hij sinds '73 en tot '80 betekende dat een dubbel functie, want sinds de jaren '50 was hij tevens directeur bij Swarttouw. Swarttouw (1000 man) neemt ook deel in EMO (300 man). In '32, toen een 14-jarige Koos Lagendijk als jongste bediende werd aangenomen door „de ouwe Frans", lag dat even anders... Crisisjaren T*iot waron rjo crisisjaren, toen Swarttouw aan de Heypïaatweg veertig man in vaste dienst had en voor het overige werkte met losse krachten. De heer Lagendijk: „Driemaal per dag kwamen de mensen op vaste tijden aan de poort om te vragen of er werk was". Naast „de grote baas", Frans Swart touw, had het bedrijf een directeur (de heer Sehoufour), een boekhou der, een inkoper en een jongste be diende in dienst. Dat was Koos La gendijk, die dagelijks zo'n drie kwartier had te lopen van de ou derlijke woning in Charlois naar het bedrijf. Hij had het er graag voor over. Vier maanden had hij, het mulo-diploma op zak, naar werk lopen zoeken, kantoor in, kantoor uit. Op één na de jongste, uit een gezin van tien kinderen. Vader was als scheepstimmerman bij de Rotterdamse Droogdok „overbodig" geworden en begon een handeltje in hout. Koos herin nert zich: „Ik had naar de hbs ge mogen, maar liever nog was het ze dat ik iets ging verdienen". Waarom werd hij bij Swarttouw aangenomen De heer Lagendijk: „De ouwe Sehoufour wilde m'n rapport zien en dat waren negens en tienen. Toen kon ik meteen beginnen". De nu keurig in het donkere, anthra- cietkleurige kostuum stekende, blinkend glad geschoren directeur had bij het begin van zijn loopbaan onder meer anderhalf jaar lang tot taak het schoonmaken van de scheerkwast van de baas. Zo ging dat in de jaren dertig ais je lid was van het gilde der jongste bedien den: alles aanpakken. In '37 maakt hij promotie: aankomend bediende. Lachend bij de herinnering...: „Nog voor het uitbreken van de oorlog waren er twee jongste bedienden. Toen had ik twee man onder me". Intussen had de jonge Lagendijk niet stil gezeten. Handelsavond school en daarnaast, voor z'n twin tigste, in het bezit van de diploma's handelscorrespondentie Frans, Duits en Engels. Die prestatie wat wegwuivend, zegt hij: „Kijk, de baas betaalde alle kosten en dat schept natuurlijk verplichtingen en bovendien had ik op kantoor ge noeg tijd over om te studeren. Zo druk was het in die jaren niet". Toch moet hij toen al het voorne men hebben gehad om iets te berei ken... De heer Lagendijk bevestigt dat...: „Ja, ja. Ik geloof het wel, ja. Dat zal ook wel gestimuleerd zijn door het feit dat twee broers het goed had den gedaan. Kapitein en stuurman geworden. Ja, een beetje vooraan willen komen zat er wei in". 't Blijft even stil. Dan, op de vraag of hij een bewuste carrièremaker was, afwerend...: „Nee, nee. Ik had eigenlijk maar één planning en dat was m'n kennis vermeerderen. Carrière Ik werkte tenslotte als buitenstaander bij een familiebe drijf. Nee, ik wilde gewoon m'n job goed doen". Dat lukte kennelijk uitstekend. In september '39, oorlogsdreiging, be sloot de baas: „We gaan naar Delf zijl. Doe jij dat maar". De heer La gendijk: „Ik ging en huurde er een winkeltje, kocht een paar stoelen en richtte een filïaaltje op waar na drie maanden zo'n dertig man werkte". Feilloos schetst hij de situatie in die periode. Een goed geheugen Je sjouwde door de hele wereld" met Gijs van Barneveid Koos Lagendijk...kranen opgehaald... Een wederom smakelijk lachende Lagendijk...: „Ja. Vroeger op kan toor zeiden ze al vraag het maar aan Koos als het bij voorbeeld ging om een vijf jaar oude brief". Nog even varen we op het kompas van dat geheugen. Na mei '40 lie pen de zaken uiteraard terug, maar, aldus Koos Lagendijk: „Ik ben daar lekker blijven zitten". Hij kon het een en ander doen, onder meer aan voedseltransporten. Na „Dolle' Dinsdag", in september '44, besluit ook Lagendijk huiswaarts te gaan. Een foutje. Op 10 november wordt hij bij de razzia's in Rotterdam op gepakt en met duizenden anderen in Rijnaken via Kampen op trans port gesteld naar Duitsland. In Kampen weet hij 's nachts samen met een Chinees van Katendrecht („Die man had een draadtangetje waarmee we de rollen prikkel draad rond het kampement door konden knippen") te ontsnappen. Met behulp van een boer terug naar Delfzijl en daar al snel onder gedoken...: „Toen zochten ze ons werkelijk". Daar laat hij het bij. In mei '45 is Koos Lagendijk terug in Rotterdam, „Ze hebben drie kra nen meegenomen", sprak „de ouwe". Koos ging ze zoeken en op halen uit Den Helder, van het ei land Borkum en de laatste in Aar- hus in Denemarken en nu nog hoogst tevrrden bij de herinnering zegt hij: „En zo hadden we in sep tember/oktober '45 bij het *»in van het havenherstel dry len in Rotterdam". De loopbaan van Lagenwj.. gaat dan in een versneld tempo; in '45 procuratiehouder, in '49 adjunct - directeur en vervolgens directeur. Dat betekende ook het voeren van het personeelsbeleid... De heer Lagendijk: „Je was voor alles verantwoordelijk". De vraag of hij ooit moeite heeft gehad met dit onderdeel van zijn werk levert het beeld op van een man, van een Rotterdammer tot in de toppen van zijn vingers. Een directeur, die voor en na kantoortijd „altijd even naar de schepen ging, naar de Waalhaven". Direct contact met de mensen. Nu betrekt hij zijn vrouw in het gesprek, zegt: „Mijn vrouw had daar ook plezier in", waarop mevrouw Lagendijk, glimlachend, reageert: „Ja, koffie drinken met de vrouw van hoofdbaas Koppe". Koos Lagendijk: „Als ik niet op reis was, was ik daar". Hij was veel op reis. Op den duur drie tot vier maanden van het jaar. Aanvankelijk heel Europa en in '57 naar Amerika... De heer Lagendijk: „Ik was de eer ste die naar Amerika ging. Je ging er op uit. Luisteren. Praten. Er ging toen iets met zwavel gebeuren. Er kwamen kleine partijen met iijnboten naar Rotterdam en ik dacht, verrek, dat is iets nieuws. Laat ik die Amerikanen eens con tacten". Dat klinkt zo simpel, maar hoe werkt dat nou Hoe weet je dan met wie je contact moet zoeken Hij lacht nu een beetje samen zweerderig, buigt zich voorover en onthult: „Uit de connossementen wist ik wie de vent was, die de zwavel verkocht". 't Werden miljoenen tonnen per jaar; vaste en vloeibare zwavel. Er kwam een speciale terminal voor in de Botlek en nóg is Lagendijk ei genlijk stom verbaasd over de za kelijke afwikkeling, vertelt trots: „Dat ging om de Sulfer Export Cor poration in New York en ze vroe gen zelf om een veertigjarig con tract Ze wilden definitief de markt in Europa bestrijken, 't Was hun wens". Hij zwijgt even, leunt weer achterover, weet nog...: „Ja, dan kijk je wel even op, natuur lijk". De jongste bediende was zakenman geworden. Zuiver commercieel werkzaam. Men zegt wel eens dat je als zakenman een beetje gemeen moet zijn... Hij veert verontwaardigd op...: „pat klopt niet. Dat klopt helemaal niet. Ik kan je het tegendeel bewij zen. Ik heb relaties behouden van Foto Ben Biumers wie iedereen zei die ben je kwijt. Nee, met dubbele bodempraktijken heb ik me nooit opgehouden. Dat doe ik niet en dat principe heeft vruchten afgeworpen. Door eigen schuld heb ik nog nooit een klant verloren en daar ben ik een beetje trots op". Na deze spontane reactie, voegt hij er, geheel en al nuchter weer, aan toe: „Niemand wil belazerd wor den". Dat laatste is voor Jacobus Lagen dijk, nog altijd een principieel kerkganger (bloedgroep CH in het CDA), een forse uitspraak. Hij is geen man van krachttermen, hoe wel hij toegeeft op het werk een enkele maal wel eens driftig te kunnen worden. Dat hangt dan weer samen met zijn perfectionis me.. „Ik wil de zaak in orde heb ben". Zoals hij ook hecht aan een verzorgd uiterlijk. Koos Lagendijk, vader ook van twee dochters en twee zonen, die alle vier hun weg hebben gevon den, min of meer in het voetspoor van hun vader. Een bevoorrecht mens „Ja", zegt hij zonder meer. Dit jaar hoopt hij de halve eeuw „in de ha ven" vol te maken. Over het „daar na" ligt hij niet wakker, weet...: „Er zal best wat op me afkomen". Mocht dat niet zo zijn, dan zal Koos Lagendijk ongetwijfeld wel op iets afgaan, zoals hij dat buiten zijn werk ook al deed voor sportclubs en voor de Chr. Jonge Mannenve- reniging (CJMV) en dat heeft er naar zijn overtuiging toe geleid dat hij destijds werd benoemd tot Offi cier in de Orde van Oranje Nas sau...: ,,'t Schijnt dat vooral dat soort dingen tellen bij zo'n onder scheiding", zo meent hij. Waarna het de hoogste tijd is om naar de Maasvlakte te gaan. Er zijn onverwacht een paar Amerikanen „uit de lucht komen vallen". ADVERTENTIE Binnenkort verschijnt, aanslui tend op deze serie, het boek "De Kaap", door Hans Soetera. 128 pagina's binnenwerk, met veel oude toto's, formaat 21x29 7 cm. Prijs 26,50 Tegen inlevering van Evenemen ten Paspoort cGupon 110 ƒ7.50 korting Voor de snelle beslissers dia hat boek nu bestellen GRATIS reproduktic van de Eerate Katen. drechtse Haven tormaat 45x64 cm. t.z.t. uitsluitend af 1e halen, intekenen ook telefonisch moge lijk, 010.128231. *5* ROTTER DAMS NIEUWSBLAD Het druksie plein van Rotterdam wordt volge- zet met woningen. Ter weerszijde van het Hof plein begint binnenkort de bouw van twee twaalf verdiepingen hoge blokken. Op de hoek met het Weena gaat het om premiewo ningen, op de hoek met het Pompenburg om wo ningwetwoningen. Zo op het oog zijn het weinig opzienbarende projecten. Rotterdam heeft wonin gen nodig en wat maakt het dan uit waar je die neerpoot. De vraag is of het alle maal zo voor de hand liggend is de stad vol te stouwen met huizen. Is het reëel de beste plek ken voor het ontwikke len van economische ac tiviteiten - waarop men toch moet blijver» hopen - vol te zetten met wo ningen Er zullen wei nig steden, die pretende ren allure te hebben, zijn die zo zorgeloos met de schaarse ruimte om springen. De slinger is bezig naar een nieuw ui terste door te slaan. Het vorige uiterste is ontstaan in de jaren zes tig. Aan de herbouw- hausse van na de oorlog was een einde gekomen. In het centrum lagen grote stukken on bebouwd terrein. Daaro ver maakten de toenma lige stadsplanners en be stuurders zich geen zor gen. Een stad in ontwik keling moet ruimte be schikbaar hebben om op plotseling opkomende plannen snel te kunnen reageren. De open vlak tes veroorzaakten dan wel een heleboel tocht als je er langs loopt, maar daaraan waren Rotterdammers toch wel gewend. Je moet als stad vooruitzien, In de periode-Thomas sen ontstonden meer 'wilde plannen', zoals een opzet voor het ge bied langs de Westersin gel en een doorbraak door het Oude Westen naar de Erasmus Uni versiteit. Het is die ge dachte geweest, die de actiegroep Het Oude Westen op de barricade bracht. De bewoners wil den niet alleen betere huizen, ze wilden ook blijven wonen in de wijk die hen vertrouwd is. De komst van het PvdA- collcgc in 1974 bracht een ommekeer in het be leid van 'reserveren voor de toekomst*. De stads vernieuwing werd op een zo spectaculaire wij ze aangepakt, dat Rot terdam een voorbeeld in Europa werd. Het colle ge vereenzelvigde de 'leegloop uit de stad' ook met het ontbreken van de woonfunctie in het nieuwe centrum. Breng de woningen in de city terug en het wordt weer gezellig, zo was onge veer de filosofie. Laat vooral duidelijk zijn, dat Rotterdam best wat ruimte voor de wo ningbouw kon missen. De eerste bebouwing aan het Pompenburg. het volbouwen van de Ja- cobsplaats en het bebou- wen van de pieren in de Leuvehaven zijn wo ningbouwplannen met allure geweest. En zijn ongetwijfeld meer plek ken in en rondom de city, die goede woning- bouwlokatïes zijn. Het einde van het Weena voorbij het Groothan delscentrum, het vroegfc re heliportterrein en het Oude Havenkwartier zijn daar goede voorbeelr den van. Maar moet dit nu bete kenen. dat alle open plekken dan maar volge bouwd moeten worden Moet een aantal promi nente plekken niet voor latere economische ont wikkelingen gereser veerd blijven Dié vraag klemt te meer om dat juist een aantal wo- door Koos de Gast nïngbouwprojeetcn in het hart van de stad wei nig succesvol zijn. Het kost - weliswaar door de ineenstorting van de huizenmarkt - de groot ste moeite woningen aan het Churchillplein en de Blaak bezet te krijgen, Het feit, waar men in Rotterdam altijd tegen op loopt, is het dogma tisme waarmee een be leid wordt uitgevoerd. Ooit heeft de gemeente raad gezegd, dat aan de stad de woonfunctie moet worden teruggege ven, en dat is voor Stads ontwikkeling dan per manent de legitimatie om alle open plekken vol te plempen met wo ningen. Wat men in Rot terdam mist is een kaart, waarop de aard en vooral de kwaliteit van de bestemmingen is aangegeven. Hoe fraai, het ontwerp van archi tect Carl Weeber voor de woningwetwoningen aan het Pompenburg ook kan uitvallen, de vraag is of men op zo'n karakterestiek punt in de stad woningwetbouw moet plegen. Om de woonfunctie van de stad te versterken Nauwe lijks, want in dit geval hebben het Oude Noor den en Crooswijk het centrum geannexeerd als overloopgebied voor hun stadsvernieuwing. En met alle respect voor de urgentie, die de stads vernieuwing heeft, mag men zich best afvragen of terwille daarvan eco nomische mogelijkheden in de toekomst moeten worden geblokkeerd- Trouwens: hoeveel le vendiger is de stad al ge worden sinds zich hier duizenden bewoners heb ben gevestigd Ze blij ken dezelfde eigenschap als overal elders in de stad te hebben: ze kijken 's avonds naar de televi sie Er zijn mensen die onze krant nog met lezen. Uw beste vriend of vriendin misschien. Breng daar even g Naam., verandering in. AdreS; Maak hem of haar abonnee. Zo gefikst f POSf en goed beloond! Want voor die kleinef - e: moeite krijgt u een verzilverd miniatuur van het Rotterdamse Stadhuis. eei,*<>r*üVeZ™°rde«<°Biu J "aant;dffl«>ialuur I P°stccdZ_Z I j0°°pl*ats: Stuur PJalct, '"oord, VSn he' s'*dl,u r de 6on i: - Jtr" P°sf2e, J

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Rotterdamsch Nieuwsblad / Schiedamsche Courant / Rotterdams Dagblad / Waterweg / Algemeen Dagblad | 1982 | | pagina 5