■irirnmiHi iq
Wij kopen niet zómaar een koelkast
morvnen Verstandig besluit.
Den Rooden Leeuw werd
kopje klei eer gemaakt
nu 11 LiiimiTi p2 rv ry rw rs 23 maart 1932 m
ADVERTENTIE
Want een koelkast moet lang meegaan. Mooi, betrouwbaar en praktisch
zijn. Enje wilt ook niet te veel betalen.
Voor mensen die zo logisch nadenken maakt Marynen koelkasten.
Met de nuchterheid die ons eigen is.
Alle modellen hebben Kema-keur en een regelbare thermostaat.
Er zijn ook typen met een uitgekiende variabele indeling, links- of rechtsdraaiende
deur en automatisch ontdooisysteem. Ook in Baii-bruin of Savannah-beige.
Bovendien zijn alle Marynen koelkasten uitgerust met het energiebesparende
Roll-Bond koelsysteem. Dat scheelt! Dus: Wie nuchter nadenkt, die wil Marynen.
Tafelmodellen
De Marynen "Special"-
serïe biedt volop keuze in
I-. 2- en 3-sterrenmodellen
en koelers. Verkrijgbaar in
wit terwijl enkele modellen
ook in Savannah-beige
verkrijgbaar zijn. Luxe inte
rieur en zuinig met energie.
Koelers
Deze modellen hebben
geen vriesvak. Handig als
u extra veel koelruimte
wenst. Zeer zuinig met
energie en allen met auto
matische ontdooiing.
Leverbaar in 160-, ISO en
240 titer uitvoering.
Ook in beige.
2-deurs modellen
Ideaal, zo'n tv/eedeurs-
koelkast met een royale
diepvriesruimte. Crote
invfiescopacitcit en alle
maal met volautomatische
ontdooiing Diverse
modellen met links- of
rechtsdraaiende deur.
Ook in Boli-bruin of
Koel-/
vriescomblnaties
Tweedeurs koelkasten met
een extra grote diepvries-
ruimte van maar liefst
00 liter. Vier kilo per etmaal
in vries capaciteit
Koelruimte op ooghoogte
maakt bukken overbodig
De inhoud van de koel-
Sav3nnah-beige. ruimte is 200 liter.
Voor uitvoerige informatie: IAZ Internationa! Nederland B.V.. Postbus 120.2400 AC Alphen aan cfen Rijn
Aan de nog: niet lang geleden aangebrachte nieuwe bar in
café Den Rooden Leeuw aan de 's-Gravenweg drinkt oud
kastelein Simon Koogendoorn (69) zïjn 'morgemvatertje'.
Gewoon een glaasje jonge jenever, waarvan deze geboren
Capellenaar zich er volgens eigen zeggen vier per dag gunt.
„Maar het loopt wel eens een enkele keer uit de rails,"
voegt hij er ondeugend lachend aan toe. Simon Hoogen-
doorn heeft tot zo'n jaar of elf geleden gedurende 35 jaar
Den Rooden Leeuw gerund. Een groot gedeelte van de eer
schuift hij echter door naar zijn bijzonder gezond ogende
echtgenote. Hij had ook nog een expeditiebedrijf, dat vooral
op het transport van melk was afgestemd. Daardoor kon
hij niet permanent achter de tap staan, wat hij wel eens
jammer achtte, want hij vindt het kasteleinschap een bij
zonder gezellig beroep.
En zeven dagen per week elke
morgen reeds voor dag en
dauw honderden, vijftig kilo
wegende bussen met melk op
een auto laden is nu niet be
paald een lolletje. Maar zijn le
ven bleef enerzijds beheerst
door de meer mans makende
melk en anderzijds door het
plezier scheppende bier. En
natuurlijk andere sterkere en
zwakkere dranken.
De heer Hoogendoorn weet
heel veel van de geschiedenis
van Den Rooden Leeuw, wel
ke teruggaat tot 1735. Of ei
genlijk, zijn vrouw weet er
nog meer van, wat hij ruiter
lijk erkent. Als gevolg van het
feit dat het echtpaar hoewel
het zich nog slechts voor de
tap ophoudt-nog altijd in de
woning naast het eaEé woont,
is de oud-kasteleines snel bij
de hand. Gewapend met foto's,
een aquarel en enkele vergeel-
de acten uit de tijd, dat deze
gemeente Cappelle op d'IJssel
heette, treedt zij binnen. Op
vallend is de hartelijke ver
standhouding met het echt
paar Joek en Leny de Vogel,
dat sinds een jaar de zaak in
pacht heeft.
Nieuwe heren
Simon kijkt eens naar het pla
fond van het. onder Monu
mentenzorg staande pand en
merkt op, dat nieuwe heren
nieuwe wetten introduceren.
Eigenlijk echter is die wet in
Den Kooden Leeuw niet zo
nieuw, want terwijl Hoogen
doorn indertijd de zoldering
glad had laten maken, heeft
De Vogel de eiken balken
weer gedeeltelijk te voorschijn
gebracht.
„Kijk, zo gaat dat nou. Zo'n
jaar of vijfentwintig geleden
wilden de mensen alles gladjes
hebben. En nou moet het oude
in ere worden hersteld," con
stateert mevrouw Hoogen
doorn wijs.
„Ik weet niet beter of zo'n
beetje van het begin af is het
hier al een herberg met uit
spanning geweest," meldt de
heer Hoogendoorn tussen twee
nipjes door. Heel wat genera
ties van de familie Molenaar
hebben er in gezeten. De 's-
G ra ven weg was dè verbinding
tussen Gouda en Kralingen en
verder naar Rotterdam. Er
wordt wel eens gedacht, dat
met het gezegde 'Zo oud als de
weg naar Kralingen' de Kra-
lingseweg wordt bedoeld,
maar dat is niet waar, het gaat
om de 's-Gravenweg."
Er ontstaat een levendige dis
cussie over de vraag hoe oud
de 's-Gravenweg eigenlijk wel
is. Mevrouw Hoogendoorn
haalt een boekwerkje te voor
schijn, geschreven door dt le
gendarische J. Verheul Dzn.
Daarin brengt de auteur naar
voren, dat er reeds omstreeks
1300 melding werd gemaakt
van de weg van de Graaf of
wel 's-Gravenweg. Deze wordt
in één adem genoemd met de
Oudedijk, waarvan reeds zo'n
kleine duizend jaar geleden
sprake zou zijn geweest. Graaf
Diederik de Tweede zou deze
waterkering hebben laten aan
leggen. Maar er zijn ook me
ningen, die voorzien in het be
staan van de 's-Gravenweg als
een Romeinse heir weg.
„Hoe het ook zij," merkt Si
mon Hoogendoorn abrupt op,
„Napoleon is er over heen ge
trokken. Het zou best kunnen,
dat hij hier heeft aangelegd.
Het is het laatste pand van Ca-
pelle aan den IJssel voor Nieu-
werkerk. De grens loopt door
de sloot."
ne agrarische gemeente als Ca-
pelle met toch wel veel inwo
ners, die bijzonder streng in de
leer waren. M'n moeder is ge
boren op de Johannahoeve;
juist, de oude boerderij, welke
nu restaurant is. M'n vader
trok er in nadat zij waren ge
trouwd en ik ben er op de we
reld gekomen. Als één van een
tweeling. M'n ouders waren er
op geabonneerd. Van de zeven
kinderen waren er drie twee
lingen. Toen m'n vader ach
tenvijftig was, kon hij Den
Rooden Leeuw pachten van
Lambertus Molenaar. De goe
de man was in de wolken,
maar op de dag van de ope
ning hij had juist een paar
boterhammen met spek gege
tenoverleed hij aan een
hartaanval en zo ben ik in de
zaak gekomen. Later heb ik
het pand gekocht en dat is mo
menteel nog van mij."
Simon Hoogendoorn is een
voorloper geweest, waar het er
om ging in het toch wel stren
ge Capelle aan den IJssel op
zondag geopend te mogen zijn.
Hij liet het op een proefproces
aankomen, dat hij won. De
rechter voerde daarbij aan, dat
het niet aanging onder de rook
van een grote stad als Rotter
dam café's op zondag gesloten
te moeten houden.
„Nou had ik hier altijd een
club wielrenners op zondag.
Die jongens kwamen een kop
koffie of zo drinken, maar
mooi, dat ik ze niet langer
mocht ontvangen. Ze waren te
naaktl Nou vraag ik je. Henge
laars, die in de polder gingen
snoeken of in de IJssel gingen
vissen, kwamen ook vaak in
Den Rooden Leeuw. En de
veeboeren en de drijvers, die
de koeien naar het abattoir en
de veemarkt in Rotterdam
brachten."
Mevrouw Hoogendoorn: „Toen
wij er in kwamen was de ge
lagkamer, waarin een piep
klein buffetje stond, veel klei
ner. Er achter was een huiska
mer; die hebben wij er bij la
ten trekken. Boven hadden we
opslag; nou woont de familie
De Vogel er."
Verkeerde ramen
De heer Hoogendoorn heeft
vijftien jaar geleden nog in de
clinch gelegen met Monumen
tenzorg. Hij had de zijgeve! Ja-
ten vernieuwen omdat de oude
het dreigde te begeven. In-
plaats van ramen met kruis-
sponningen werden ramen a
zonder zulke 'krui2en' aange-
bracht. Gemakkelijker voor
het zeem werk, meende hij.
maar hij heeft het geweten, f
Hij werd stevig gekapitteld en -l
achteraf bezien acht hij dit
juist. De gemakkelijk te zemen j
ramen zijn er overigens nog.
Nieuwe heren, nieuwe dames.
nieuwe wetten, dat geldt ook
voor de uit de vee- en vlees-
handel afkomstige Joek {hij
lijkt verrassend veel op wie-
Ier baas Peter Post! en Leny de
Vogel. Nieuw interieur en de
komende zomer een totale ex- p
terne opknapbeurt, maar ook l
een nieuwe aanpak van de ex- j
ploitatic. Zo is er elke veertien
dagen een jazzavond, die
klinkt als een klok. 'j
Joek de Vogel: „Hel is hier
dan stampvol en ze komen
zelfs uit Brabant en uit de om
geving van Leiden en zo. Er
wordt een goed stuk muziek
gemaakt, al zeg ik hei zelf.
Daar gaan wc zeker mee
door." jij
De fundering van Den Rooden
Leeuw, die uit gevlochten wil-
gentenen heet te bestaan, kan
het blijkbaar goed hebben. Al
is het pand enigszins uit het
lood geslagen, maar dat mag
wel na bijna tweeen halve
eeuw, zegt mijn lekeverstand. i
Dat verstand zegt mij ook, dat
het plaveisel van de 's-Gra-
venweg een moordaanslag op
je auto pleegt en je fiets uit el-
kaar doet trillen. Dat blijkt -L
echter niets nieuws onder de
zon te zijn. Verheul schreef in
1939, dat het onderhoud van
de weg geruime tijd zeer on- *1.
voldoende was. Er is volgens i
de architect /auteur in vroeger
lijden veel over getwist en ge- v
schreven.
Rotterdam heeft tenslotte 1500 J
gulden per jaar bijgedragen
aan het onderhoud van de
weg. die van de Maasstad via j
Capelle aan den IJssel naar j
Nieuwerkerk aan den IJssel
loopt en dus kilometers lang is.
Momenteel lijkt het er echter j
op, dat er geen cent voor
wordt uitgetrokken...
Aangelegd
Aangelegd is er vaak in Den
Rooden Leeuw, die een opval
lend fraaie facade van zware
kastanjebomen heeft. Daartoe
was in de zogenaamde 'Zwart
Geteerde Schuur' naast het
café een uitspanning met rui
ven en drenkbakken voor de
paarden ingericht. Terwijl
deze dieren zich te goed deden
aan voedsel en water, laafden
ruiters, koetsiers en eventuele
passagiers zich in de herberg.
Aan de overzijde van de weg
stond op palen, half boven'de
sloot het tolhuis.
Het verhaal wil, dat de tol
gaarder een met jenever be
loonde afspraak met de kaste
lein had om het kalmpjes aan
te doen bij de afhandeling van
Tekst: Ben Swaep
Tekening: Charles Kemper
karren en paarden. Daardoor
kwamen er altijd wel wach
tenden even een dronk halen
in Den Rooden Leeuw. Vol
gens de heer Hoogendoorn zou
vroeger het embleem, de rood
geverfde leeuw, boven de in
gang hebben geprijkt. Bij een
restauratie is die dan meer op
zij van de deur aangebracht.
De 'Zwart Geteerde Schuur'
werd zo bouwvallig, dat dit
bouwsel is afgebroken.
Mevrouw Hoogendoorn weet
dat heeft zij elders op een
prent geziendat er nog een
verdieping is geweest op het
pand. Daar zou tijdens de jaar
lijkse kermis naar hartelust
zijn gedanst en ook zouden er
wel danslessen zijn gegeven.
Het schuine dak was echter zo
verrot dat het op den duur
mogelijk was er waterplanten
te kweken. Schimmels tierden
er in elk geval welig.
Besloten werd de kap van het
pand te lichten, waarbij en
passant ook de door het weer
sterk belaagde verdieping
werd verwijderd. Het pand
werd dus gewoon een kopje
kleiner gemaakt en daarna
voorzien van een nieuw dak.
De familie Molenaar zou de
restanten van de oude kap en
de IJsselsteentjes van het ver
wijderde gevelgedeelte hebben
gebruikt voor de bouw van
een stal.
Graag kastelein
„M'n vader wilde altijd al
graag kastelein worden," her*
innert Simon Hoogendoorn
zich. „Maar dat zou een schan
de voor de familie zijn ge
weest. Zo lagen die dingen in
die dagen, vooral in zo'n klei-
De kastanjebomen van Den Rooden Leeuw zijn danig geknot.