6
Sola-directeur plakte een
fabriekje tegen de bergen
m
op zaterdag
mm
V
Saai tijdperk
Vooruitzien
Vonk
Wanprestatie
Vakmanschap
9Ereburgerdat moet je werkelijk hebben verdiend'
I
door
Fred
Racké
BomOSOlStAljÊ
»:Tsèrabies
^KiRGEO-isiB b'BoNREW
■a Mossms
N" FRANSlAN GERRITSEN
Rotterdams Nieuwsblad
zaterdag
24 juli 1982
Men duidt het mij wellicht
niet euvel, dat ik op deze
plaats nog even afrond
waarmee ik een week gele
den elders in de krant een
poosje bezig was: het fietsge-
beuren.
Nu morgen Bernard Hinault
op de Champs Elysées de
laatste gele trui van dit jaar
krijgt aangetrokken, moet
voor de herhaling van een
buitengewoon saai tijdperk
worden gevreesd.1
Indertijd trok men als beroeps
matig volger eerder bevreesd dan
hoopvol naar de ronde, als be
kend was geworden dat Jacques
Anquetii - nu overigens een
hoogst aimabel caravanier - zou
deelnemen. Men wist dan name
lijk al vrijwel zeker, dat er géén
'spektakel' zou zijn, omdat er
'monsieur Chrono' werkelijk
niets aan gelegen was zijn mees
terschap met iels meer dan enke
le seconden verschil ten opzichte
van zijn belagers te bewijzen.
De nu in prettige welstand leven
de Normandiscne veehouder ver
zamelde in de éêrt of twee tijdrit
ten, die Jacques Goddet en Lévj-
tan zo vriendelijk waren voor
hem in het parcours tc tekenen,
de broodnodige winst, hield het
peloton verder aan banden en
liet het ook nog een keertje per
Tour aankomen op een tweestrijd
mei Raymond Poulidor. een duel
dat door de brave 'Poupou* nooit
gewonnen kón worden omdat hij
nu eenmaal een nog eeuwiger
tweede was dan Joop Zoetemelk
een eeuwige tweede ïs.
In het Pare des Princes applau
disseerde de natie dan eventjes
voor Anquetii, niet lang, want
wie groot is, moet zijn grootheid
ook tónen. Anders gaat de hulde
naar de verliezer, de strijder,
hoeveel minder begaafd die ook
is - en vandaar dat Raymond
Poulidor nog vandaag de dag een
veel groter populariteit bezit dan
Anquetii, die als radiomedewer
ker vrijwel onopgemerkt zijn
weg langs het pubhek zoekt, ter
wijl 'Poupou' als gelegenheids-tv-
commentator nog immer voor
handtekeningen wordt bestormd.
Als Bernard Hinault besluit om
nog een jaar of twee, drie aan het
evenement te blijven deelnemen,
krijgen we een tweede 'periode
Anquetii', tenzij de Breton snel
komt te lijden aan verval van
krachten. Zo niet, dan zal 'de das*
op hoogst economische wijze ron
den blijven winnen en met alleen
hei publiek, maar ook de wieler
sport een slechte dienst bewijzen.
De mensen willen strijd Of ze
willen zich vergapen aan een
grootheid, die desnoods bereid is
om aan die grootheid ook nog ten
onder te gaan. Men dient op ge
lijk niveau te strijden, dat de
stukken er af vliegen, of de te
genstanders moeten in de ware
zin des woords vermorzeld wor
den.
Cassius Clay deed dat, Ard
Schenk ook. Björn Borg spaarde
zijn tegenstander met, John
McEnroe evenmin. En dan was
er, om terug te keren naar de
ft ets, de grootste van allen; Eddy
Merckx. Hinault zal nog enorm
moeten uitpakken wil hij ooit
met die man vergeleken kunnen
worden.
Nu, dat was dus een rood-wit-
blauw feest, daar m de Haute Sa-
voie, met Peter Winnen en Jo-
han van der Velden en al die
landgenoten langs de weg Be
denk daarbij overigens, dat Neer-
lands naam in die streek al gerui
me tijd is gevestigd.
De Rabobank, Centraal Beheer,
maar bij voorbeeld ook het Pen
sioenfonds voor de Havenbedrij
ven hebben daar forse investe
ringen gedaan in de wintersport-
stations, die des zomens ais Tour-
etappeplaatsen dienen. Zoals
Morzine-Avoriaz, waar Winnen
nu dus vlamde.
Een goede investering, naar het
e> Van Steenis: af metde winter
bezig
zich laat aanzien, want Frankrijk
komt ook op de lijst van de win
tersporters nu ook al hoog te
staan, zij het dat de trek naar de
Pyrenceen er van uit ons land
merkwaaardigerwijze veel min
der m zit.
Ik ontleen deze wetenschap aan
Hotelplans Frans van Steenis, die
ik pal na mijn Franse escapade
ontmoette, en die onmiddellijk,
zoals het een goede touroperator
betaamt, naar mijn oordeel over
gindse voorzieningen informeer
de
Doet het wat eigenaardig aan om
in deze dagen de wintersport ter
sprake te brengen, bedenk dan,
dat niet alleen regeren, maar ook
componeren én zaken-doen alle
maal vooruitzien betekenen: ver
gis ik mij niet. dan bedenkt nu
mijn vriend Eyck, wiens Tour de
France-compositie het bij Her
man van der Velden niet haalde
(deze verkoos de ook niet onaar
dige tune van Frans Mijts ais 'fi-
nishmuziek' voor radio Tour de
France) in zijn zonnige Rivièra-
vestiging reeds de eerste wijzen
voor een televisie kerstshow van
dit jaar.
In de reisbranche is men ook a!
weer lang en breed met het win
terwerk bezig, zo vernam ik van
genoemde Van Steenis, die zich
met een aantal anderen heeft ge
worpen op weer zo'n 'gat m de
markt'.
Wat blijkt namelijk? Van de
meer dan zeshonderdduizend
wintersporters, die jaarlijks naar
de witte wereld reizen, gaan er
nog geen tweehonderdduizend
georganiseerd op vakantie. An
ders gezegd: vijfentwintig mil
joen gulden aan provisie ontglipt
de reisbureaus.
Van Steenis: „Dat komt mede
doordat bij de meeste bureaus de
deskundigheid ontbreekt, die
men ten opzichte van de zomer
vakanties wél heeft. Daarover
kan men met vuur praten, met -
kennis van zaken ook. Men moet
de vragen en problemen van de
klant kunnen aanvoelen en er in
kunnen meegaan. En daarom
gaan we in een reeks tweedaagse
cursussen de mensen van het
reiswezen de basiskennis van de
wintersport bijbrengen, theore
tisch en praktisch, m het leslo
kaal en op de kunst-skibanen
van Dumrel! en Woudenberg.
Materiaalkennis, ski-gym, topo
grafie, het komt allemaal aan de
orde. En in januari komen er vijf
vervolgcursussen in Tirol. Zodat
de employees precies weten wat
het is om heerlijk naar beneden
te suizen óf om heel knoeierig
met je binding bezig te zijn. Want
daar gaat het om: het reiswezen
moet weten waar het over praat.
In alle facetten. De voor- en de
nadelen, de leuke en de minder
leuke dingen. Dan springt er pas
een vonk over, en dan komt die
klant die reis via het bureau boe
ken".
Maar dat 'gat in de markt', die
miljoenen guldens provisie, ver
dwijnen die niet als vanzelf van
wege de recessie? Van Steenis,
die voorzitter is van de 'commis
sie promotie wintersport* van de
ANVR, waarin o.a. ook de onder
wijsdeskundige Marianne Snij
derArke's Jwan Hardensreisa
gent Simon MosseJ, Willem
Bloem (Toenstiek) en NRV's Bob
Witlam zitting hebben, meent
van niet: „de wintersport blijft
doorgaan. Die markt zakt niet in.
De mensen beslissen alleen wat
later, maar dat zien we bij de zo
mervakanties ook. En kijk naar
Frankrijk in het bijzonder, maar
ook naar Italië: door devaluaties
wordt de wintersportvakantie
maar weinig of zelfs helemaal
niet duurder".
De lange sprint naar het Haagse
Congresgebouw, die ik ondernam
na de terugkeer van de Franse
fïetsbelevenissen, bracht mij nog
juist op tijd in de grote zaal om
één van de grootste decepties te
incasseren, die do gemiddelde
jazzliefhebber kan ondervinden.
Omdat ik mijn oren en ogen niet
Goodman: onderuit op
podium...
kon geloven wachtte ik in de
daaropvolgende dagen maar eens
op wat de professionele luiste
raars, de critici, te melden zou
den hebben over Benny Good
man, het idool van generaties,
waarvan bijvoorbeeld Ar ie Ligt-
hart betoogde, dat het alleen al
de moeite waard was om hem,
nog eenmaal naar hij aannam, te
zien.
Nu, men wilde ten opzichte van
de klarinettist-miljonair kenne
lijk niet teveel uithalen, want de
kranten repten slechts van 'over
leefd' of 'verbleekte legende', ter
wijl de vroeger zo populaire
bandleider het festivalpubliek
ronduit negeerde en op hoogst
onbeschofte wijze geld zat te ver
dienen met een wanprestatie.
Liet zijn klarinetspel nog slechts
2eer sporadisch een vleugje 'vroe
ger' horen, dan wist Goodman
daar niets anders aan toe te voe
gen dan lui onderuit op het to
neel te hangen, de musici van de
begeleidende combo het werk te
laten doen, in, om in zijn termen
te spreken, up-tempo glazen te
ledigen en eenmaal zelfs vrijwel
languit liggend het volgende
nummer aan te kondigen.
Sommige fans bleken niettemin
toch onder de indruk en verga
ven hij de aanblik van het voor
naamste personage uit het zo be
faamde 'Carnegie Hall Concert*
de gebrilde rietblazer zo onge
veer alles, maar veel kenners
verlieten morrend de zaal.
Onder hen bevond zich bijvoor
beeld de bekende fotograaf Si
mon Smit, die ook op jazz-gebied
bepaald niet ondeskundig mag
worden genoemd, maar niet al
leen hij sprak zijn misnoegen uit.
Televtziers Bouke Poelstra zag af
van een feature over Goodman
in zijn blad, daartoe mede geïn
spireerd door Polygrams Arie
Merkt, die bemiddeling had zul
len verlenen, maar ook al had
ondervonden, dat Goodman zich
een hoogst onaangenaam mens
betoonde.
Zelfs personeel van het Congres
gebouw was er getuige van. dat
de solist, boze taal uitend, het
voor drummer Mel Lewis opge
bouwde podiumpje weer liet af
breken, omdat hij vond dat de
slagwerker dan een té prominen
te plaats zou innemen...
Overigens, de zo bewonderens
waardige Paul Acket kon, on
danks deze onvoorziene misser,
die geen domper op de festival
vreugde vermocht te zetten, weer
terugzien op een geslaagde on
derneming.
Was het bezoekerstal weer impo
nerend, ook de incrowd was weer
hoogst compleet aanwezig en veel
oude vrienden ontmoetten in de
VIP- en persruimten, waar Sonja
van Proosdij op een gegeven mo
ment zelfs aankondigde, dat
Astrud Gilberto 'in het wild'
rondliep en bereid was do vragen
van elkeen te beantwoorden.
Persoonlijk mocht ik niet alleen
het genoegen smaken in die om
geving de zo aardige Ann Burton
weer eens te omarmen, maar ook
het glas te heffen met 'Neerlands
oudste bandboy' Jan van Gelder.
die om onnaspeurbare redenen
Hein wordt genoemd sedert hij
aan het eind van de jaren veertig
begon met de instrumenten van
de Dutch Swing College Band te
versjouwen.
Van Gelder, later nog free-lance
'roadmanager', zit nu al weer ge
ruime tijd in de autobranche en
bracht daaruit redelijk positieve
berichten. Hij verzocht mij zijn
naam in een niet al te lange zin
onder te brengen, waarin ik, valt
aan te nemen, nu dan toch eens
ben geslaagd.
Door cumulatie van bezigheden
was ik niet in staat mij langdurig
op het festival op te houden,
maar gelukkig kon ik het door de
onophoudelijk fotograferende Be
ryl Bryden in vele shots vastge
legde optreden van het 82-jarige
Sippie Wallace, de blues-zange
res, geheel en al bijwonen.
Trouwens ook het vakmanschap
dat van Sippie's begeleiders af
straalde, was weldadig om te on
dergaan: de verrukkelijke pianist
Dick Hyman, de trombone-ge
weldenaar Trummy Young, re
laxed, maar tegelijkertijd boeiend
en altijd nog weer origineel musi
cerend, zoals ook de schilderach
tige trompettist Doc Cheatham
de veteraan die ik herinneringen,
hoorde ophalen met Bob Kaper,
die vier jaar geleden in Nice op
een festival met hem, Teddy Wil
son, Bud Freeman en Johnny
Mince had gespeeld. Dat concert
was door Barclay opgenomen en
men werd het erover eens, dat
het spijtig was dat het nimmer
was uitgebracht. Kaper en Cheat
ham vroegen zich af waar de
banden waren gebleven, want
men achtte de markt willig ge
noeg om alsnog tot een 'release*
te komen.
,Ja, ik zie dit duidelijk als
en bekroning op m'n
erk. Als je als buitenlan-
er het ereburgerschap
an Isérables krijgt aange-
den, dan moet je dat
wérkelijk hebben
erdiend. Het is een apart
■lag mensen, vrij stug,
aar als ze je mogen gaan
e voor je door het vuur.
et is werkelijk bijzonder
*t ik als Nederlander
oor de bevolking una-
iem tot ereburger van dit
witserse bergdorp ben
itgeroepen. Ik ben de
ijfde die deze eer te
eurt is gevallen, maar
el de eerste buitenlan-
er".
oorden in een roes van trots
Frans-Jan Gerritsen (65)
itgesproken. Gepaste trots,
ant zijn ereburgerschap
ormde een van de drie hoog-
epunten tijdens het feest van
"gelopen weekeinde, dat de
iorpelingen van Isérables op
door
Henk Lambregtse
•en hoogte van rond de
waalfhonderd meier hadden
angericht Het dorp ligt in de
witserse Alpen en kan moei-
jjk worden bereikt. Te voet is
et een klim van zevenhon-
erd meter en per auto is de
alleen weggelegd voor
itnemende chauffeurs, tot
ie de gemiddelde Nederlan-
er zich geenszins mag reke-
en. Voor deze categorie van
ijders en voor slechte wande-
-ars, zit er weinig anders op
an van uit het plaatsje Riddes
s kabelbaan te nemen. Deze
•oert de bezoeker(s) na een
aar keer diep zuchten naar
et op twaalfhonderd meter
i Isérables. In dit 'adem-
-nemende' dorp besloot pio-
ier Frans-Jan Gerritsen in
962 een bestekfabriekje uit de
otsen te laten hakken, gele
en pal naast de kabelbaan en
et postkantoor.
erg wand
et eerste dal men, van uit het
komend per kabelbaan,
"eer van de 'bewoonde' we-
ziei is de bestekfabriek
~et daarop in grote letters Or-
vrerie Sola. Sterker dan de
g, hoe het mogelijk is ge-
;t dat mensenhanden zo
ar een fabriek tegen een
steile bergwand hebben
eten sum te plakken, over-
eerst de vraag, wie er nu zo
is geweest daar een fa-
_k te beginnen. De vraag
lien is haar gelijk beant
woorden; Frans Gerritsen,
roer van Albert Gerritsen,
op zijn beurt directeur is
__i de bestekfabriek Sola
ist. Tussen Sola Zeist en
la Zwitserland bestaat een
e samenwerking, hoewel
'de firma's geheel zelfstan-
werken,
p de vraag aan Frans Gerrit-
n waarom hij een fabriek op
i dergelijke on-economische
"S
A. OIA
wj yo*
Frans-Jan Gerritsen met de oorkonde behorend bij het ereburgerschap van Isérables. Zijn vrouw Margrite kreeg een wiegje met bloemen.
plaats heeft laten bouwen, ant
woordt hij: „Mijn vader zond
mij nu 47 jaar geleden
naar Zwitserland om daar de
markt eens te verkennen. Hij
dacht dat dit land best eens
een nieuw afzetgebied kon
worden. Hij had goed gezien. Moeilijk
want na de oorlogsjaren kon
ik voor mezelf beginnen. Ik
met het maken van le
peltjes"'en dat groeide binnen
enkele jaren uit tot een volle
dige bestekfabriek met negen
tig man personeel in het Zwit
serse Emmen/Luzern. Dat was
•n 1948".
Met een blik van 'waar is de
tijd gebleven* vervolgt hij:
_,Met de jaren werd het steeds
moeilijker om in Emmen/Lu-
zern aan personeel te komen.
Vooral het ambachtelijke
werk vormde een probleem.
Voor het slijpen en polijsten
kon ik geen mensen meer krij
gen. In een blad las ik £egin
1950 een advertentie van het
gemeentebestuur van Isérables
dat industrie wilde aantrekken
om de ontstane werkloosheid
te bestrijden. Na een gesprek
werd besloten dat ik vijftien
mensen gedurende twee jaar
zou opleiden in de fabriek te
Emmen/Luzern. Overigens
met de verplichting daarna
werk te brengen in Isérables,
Ik moet wei eerlijk vertellen,
dat ik hoopte dat die vijftien
het zo naar de zin zouden heb
ben dat ze niet meer terug wil
den. Maar dat was een misre
kening. Ze wilden wel terug.
Dus moest ik een fabriek bou
wen".
De eerste steen werd gelegd in
1962 en in 1964 had men de
hele fabriek tegen de berg
wand 'aangeplakt*. Totale kos
ten destijds bijna anderhalf
miljen gulden. Hiervoor kreeg
Gerritsen van de autoriteiten
geen subsidie, maar wel alle
mogelijk medewerking bij het
opzelfen van de fabriek.
De onderneming biedt nu
werk aan 22 personen, Voor
onze begrippen niet veel, maar
op een bevolking van nauwe
lijks 1200 zielen toch aardig
wat. Alle personeelsleden oe
fenen naast hun hoofdberoep
ook nog dat van keuterboer
uit. Ze hebben allemaal een
stuk grond met daarop een of
meer koeien. Omdat ze negen
uur pei^dag moeten werken
hebben ze niet al te veel tijd
meer over om voor boer te
spelen. Het aantal koeien per
man neemt dan ook steeds
meer af.
Stuwmeren
Over de werkloosheid in Isé
rables vertelt Gerritsen:
„Vroeger werkten de jongelui
aan-" stuwmeren. Die waren
klaar en daardoor kwamen ze
zonder werk te zitten".
Met de vestiging van zijn be
drijf was Frans Gerritsen de
tweede fabrikant in het berg
dorp, dat hemelsbreed gezien
slechts op een steenworp af
stand van de Mont Blanc ligt.
De eerste was een horlogefa
brikant.
Dat de dorpelingen tot heel
wat technische hoogstandjes in
staat zijn blijkt niet alleen uit
de aanleg van de kabelbaan,
die afgelopen zondag veertig
jaar bestond, maar meer nog
uit het uithouwen van een
stuk berghelling voor een
voetbalveld.
Hoge hekken om het veld
moeten verhinderen dat de
ballen niet in het dal verdwij
nen. Of ze hoog genoeg zijn
moet de praktijk uitwijzen. De
ingebruikneming van dit voet
balveld, dat de toepasselijke
naam 'Het Onmogelijke' heeft
gekregen, vormde eveneens
een hoogtepunt tijdens het
66ste feest van Isérables. De
officiële ingebruikstelling van
het veld, waaraan het leger
ook heeft meegewerkt, ging
vooraf aan het uitreiken van
het ereburgerschap aan Frans-
Jan Gerritsen. De dominee
hield een toespraak, waarna
zijn collega de pastoor het veld
met een takje dennegroen in
wijdde. Aansluitend werd
Gerritsen met zijn vrouw Mar
grite in het zonnetje gezet door
burgemeester Marcel Monnet.
Deze laatste is niet alleen bur
gemeester, maar ook directeur
van de plaatselijke PTT en een
onmisbare kracht in een van
de twee fanfares die het dorp
rijk is,
Gratis
Het veertigjarig bestaan van
het kabelbaantje werd gevierd
met op die zondag gratis ver
voer. Veel overwerk dus, om
dat het nu constant in de weer
moest tegen normaal tweemaal
in het uur. Het verhoogde ech
ter wel de feestvreugde, want
de fanfares, voetballers, berg
beklimmers, EHBO'ers, ski-,
zang- en dansgroepen en ande
ren die een onderdeel vormen
van de folklore van Isérables
en niet te vergeten Frans Ger
ritsen kregen daardoor veel
belangstelling. In nauwelijks
een uur tijd had de bevolking
zich vertweevoudigd. Eenmaal
boven regen allen zich aaneen
tot een bonte stoet, die op weg
ging van af de kabelbaan naar
de beide huldigingen.
Hoewel zij niet in het zonnetje
werden gezet verdienen de or-
ganisatoren het wel. Maar zij
hielden zich geheel volgens
traditie op de achtergrond, j