'Mijn adresboekje was om zo te zeggen vol' m Au Bon Clochard ROTTERDAM 25 GEGETEN EN GEDÜONKEN MARITIEM Ook een boek over 650 jaar haven Ds.A.van der Klaauw koos voor de vut: Weerslag van een geografische tocht Rotterdams Nieuwsblad zaterdag 7 juli 1990 dwrCEESDEGRAAFF Een jaar geleden al moest hij de keuze raa- i ken. Ga ik vervroegd weg of blijf ik werken tot mijn pensioen. „Ik heb heel bewust geko zen om ermee op te hou den", zegt dominee Al- bert van der Klaauw, tot eind april ziekenhuis pastor in het Dijkzigt Ziekenhuis. „Het is een voorrecht om in vrij heid voor zo'n kapitale verande ring in je leven te kiezen op een moment, dat het nog geen ver plichting is. Over drie jaar zou ik moeten stoppen. Nu is het mijn eigen daad geweest, niet iets dat je gewoon overkomt". Ontspannen neemt de dominee er in zijn luie stoel de tijd voor even over zijn vut te filosoferen. Hij is een bedachtzaam man, maar met vrijwel altijd een vleugje vrolijkheid op zijn ge zicht, Vrijetijdskleding zit hem lekkerder dan het eeuwig blau we pak en hij draagt het als 'ambteloos'burger met een zeke re zwier. „Omdat ik een jaar ge- i leden al een keus heb kunnen j maken, heb ik niet het gevoel de I laan uitgestuurd te zijn. Ik heb kunnen nadenken over wat ik i met mijn verdere leven wilde gaan doen. Dat maakt de over- j gang van werk naar vrije tijd denk ik wel gemakkelijker". Met een lach voegt hij eraan toe: „Bij mijn afscheid op de laatste I zondag van april vroeg vrijwel iedereen: 'Wat ga je nu doen'. Grappig is dat. Iedereen gaat er dus van uit, dat je weer 'iets gaat i doen', gewoon niets doen komt niet in hun gedachten op". j Genoeg te doen Te doen heeft Albert van der Klaauw voorlopig genoeg. Want kort na zijn afscheid is hij ook i verhuisd. Zijn nieuwe woning, i een eind verderop aan de Lange Haven in Schiedam, staat nog j vol onuitgepakte zaken en din- gen die een plaats moeten krij- gen. „Een mens kan eigenlijk 1 veel", bedenkt hij spontaan. „Ik 1 klus nu in huis van alles, terwijl ik toch twee linkerhanden heb I Hij corrigeert zichzelf snel: „Nou i ja, linkerhanden? Ik heb er in ie- I der geval nooit handigheid mee i opgebouwd. Nu heb ik er de tijd voor". Tijd is iets dat dominee Van der i Klaauw wel eens ontbrak in de afgelopen jaren. Alleen voor zijn hobby zeilen wist hij telkens weer voldoende tijd vrij te ma ken. „Ik leg elk jaar mijn zeil bootje op Koninginnedag in het water. Zo is dit jaar ook mijn keus voor mijn afspheid bepaald; de zondag voor Koninginnedag, zodat de boot op 30 april weer het water in kan". Bewuste keus Twaalfenhalf jaar is ds.Van der Klaauw in het Dijkzigt Zieken huis actief geweest. Waarom hij voor de vut heeft gekozen? „Die laatste periode in het ziekenhuis is toch een lange geweest, waar in je als mens veel energie inves teert. Het was leuk werk hoor. Het had twee kanten, iets doen voor een ander, maar daardoor ook zelf veel opnemen. Het was een wisselwerking, die ook voor mij verrijkend was. Maar...ik merkte toch, dat er een zekere vermoeidheid op begon te tre den. Naast allerlei 'passanten' heb je in het ziekenhuis mensen, die je meermalen terugziet Zo krijg je een groepje patiënten, waarmee je dieper contact op bouwt. Want ook als ziekenhuis pastor moet je selecteren. Je kunt niet alle driehonderd bed den met hun wisselende bewo ners aflopen. Maar het aantal contacten werd na zoveel j'aar toch te groot om echt goed bij te houden; mijn adresboekje was om zo te zeggen vol. En ik vond het niet moeilijk om weg te gaan, omdat het goed ging. Het lijkt me veel moeilijker om afscheid te nemen, als de zaken niet goed meer lopen". Bespiegelingen Praten met Albert van der Klaauw is constant nadenken Ds.Albert van der Klaauw vond een rustpunt op het mooiste plek je van Schiedam. over gewone dingen en daaraan soms onverwachte conclusies verbinden. „Mijn vader had een filosofische, bespiegelende aard. Hij was docent, lector en later hoogleraar dierkunde aan het zoölogisch laboratorium van de Leidse Universiteit. In zijn hou ding had hij iets van de dominee en hij hield ook vaak lezingen. Dat heeft mij denk ik wel op het spoor gezet om dominee te wil len worden", zegt hij. Hii werd in maart 1928 in Leiden geboren na een broer en een zus. Later volgde nog een broer. Hij groeide er op, volgde in de oor logsjaren het gymnasium bèta en deed in 1946 eindexamen. Hij vertelt: „Godsdienst had een normale plaats in ons gezin, We waren niet overdreven religieus. Mijn moeder was doopsgezind, mijn vader vrijzinnig hervormd en er was dus ruimte in ons gods dienstig denken. Ik ging op de Vrijzinnige Christelijke Jeugd Centrale en wilde op de mlT 'el- bare school al dominee worden". Het was dus niet gek, dat hij na zijn eindexamen theologie ging studeren. Thuis? „Nee, ik ging op kamers. Dat vonden mijn ouders goed voor ons kinderen. Zelf hadden zij inwonende studen ten, ook al omdat je daar met een groot huis toe verplicht was. Ik weet nog wel, dat ik de studie erg droog vond, zeker gezien mijn romantische visie op het domi nee zijn. Maar het culturele le ven in Leiden bloeide na de oor log sterk op en ik hield van thea ter. Ik heb zelf in het Leids Stu denten Toneel gespeeld en ook veel theatervoorstellingen ge zien. Ik ben altijd geboeid ge weest, en nog, door het woord en de taal in zijn context. Natuurlijk lees ik veel, maar een boek is me te rechtlijnig, te weinig dyna misch. Ik ben meer geïnteres seerd in tekst in relatie tot ande ren, toneel dus. Ook met iemand praten, een gesprek voeren kan mij volledig in beslag nemen. Dan vergeet ik alles om me heen en denk nergens anders aan". Hij betrapt zich erop, dat letter lijk gebeurt, wat hij vertelt en pakt de draad van zijn levensge schiedenis weer op. „Ik heb mijn studie in zo'n zes jaar gedaan en heb mijn laatste examens in pya- ma afgelegd. Ik was ziek gewor den en kon thuis bij mijn ouders examen doen. Al met al ben ik een klein jaar ziek geweest en pas daarna kon ik het laatste stukje opleiding afmaken, als leerling naast een dominee en nog drie maanden intern". Eerste standplaats In 1956 begon ds.Van der Klaauw, die het jaar ervoor was getrouwd met een vriendin uit zijn studententijd, als predikant in Noord-Holland. „Mijn eerste standplaats was Schermer en Oterleek. Het waren drie ge meenten met elk een kerk en sa men één predikant We woon den in Stompetoren. In 1961 werd ik naar Leeuwarden be roepen op een vrijzinnige predi kantenplaats". Hij herinnert zich Leeuwarden ais een gelukkige periode met zijn vrouw en kinderen. Het zou den er totaal vijf worden. Maar na negen jaar Leeuwarden kreeg hij de kans studentenpre dikant te worden in Rotterdam „Ik stond toen voor een moeilij ke keus", vertelt de dominee. „Ik kon het doen of ik kon in Leeuwarden blijven. Maar daar was ik bekend als vrijzinnig pre dikant, ook al deden we als drie Leeuwarder dominees van rechtzinnig, midden en vrijzin- „nig veel gemeenschappelijk. Ik was toen 42 en als ik nee zou zeg gen tegen Rotterdam zou ik waarschijnlijk de rest van mijn leven aan Leeuwarden gebak ken zitten. Ik was bang later een uitdaging elders niet meer aan te durven". Het werd dus ja tegen Rotterdam en het gezin Van der Klaauw ging in Kralingen wo nen. Tussen studenten „Het is een leuke tijd geweest tussen de studenten", zegt hij. „Het studentenpastoraat was heel eucumenisch van opzet met een gereformeerde, een katho lieke en een hervormde pastor. We hadden veel gesprekskrin gen, lezingen en vormingsactivi teiten. Maar de kern vormde toch de studentendiensten, eucu- menische diensten rond thema's, die door de studenten zelf waren voorbereid". Gaandeweg raakte ds. Van der Klaauw wat meer betrokken bij 'Hobokenzoals hij zegt. „Ik zat erg veel op de medische facul teit, was geïnteresseerd in de op bouw en raakte er ook een beetje bij betrokken. En ook bij de op vang van de eerste-jaars studen ten trok ik meer op met de 'me dische club' dan met Woude- stein. Het was geen echte taak verdeling, maar groeide zo. Ja, en toen de plaats van ziekenhui spredikant op Dijkzigt vrij kwam, heb ik gesolliciteerd". Vreemde wereld Het is net of de dominee even verbaasd is over zichzelf: „Pas achteraf heb ik bedacht, dat ik al die lijd al belangstelling bad ge had voor het instituut 'zieken huis'. Want het is een vreemde wereld. Mensen moeten probe ren hun eigenheid te bewaren in een situatie, waarin ze alles moe ten inleveren, tot hun eigen lijf toe. Stel je voor; iedereen loopt zomaar ongevraagd je kamer binnen, ook de dominee. En nie mand die vraagt of hij binnen mag komen en of het gelegen komt. Ik vind het verbazend, dat iedereen, van patiént tot predi kant. zich aan dat ziekenhuisle ven aanpast. Het is boeiend om te zien, hoe mensen van het lot dat hen overkomt, een stukje ei gen leven maakt en daarin een eigen houding vmden"-_ Bijna ongemerkt filosofeert hij weer over het leven, maar een blik op de rommel in zijn kamer om hem heen, brengt hem snel naar de dagelijkse nuchterheid terug. Naar Schiedam „Toen het in mijn persoonlijk ge zinsleven na toenemende pro blemen fout liep, ben ik in Schie dam gaan wonen. Het is voor mij een droevige tijd geweest en het heeft me tot het besef gebracht dat vrede een groter wonder is dan oorlog". Hoe ik in Schiedam terecht kwam? Enerzijds toeval en anderzijds het open staan voor een verhuizing. Als Leide- naar sprak de middelgrote stad me eigenlijk veel meer aan dan de echte grote stad. En de Lange Haven is een schitterende plek om te wonen". Zijn vut beteken de opnieuw een verhuizing, naar een nog mooier plekje van Schiedam. Piet Paaltjes Albert van der Klaauw woont nu in de voormalige pastorie van de hervormde gemeente van Schiedam. Een bordje aan de ge vel Iaat zien. dat het om een Bij zonder huis gaat; eertijds de wo ning van dominee Frangois Ha- verschmidt, beter bekend als de dichter Piet Paaltjes. „Nu ik er woon, ben ik me ook meer in die man gaan verdiepen", vertelt hij. „Het zichtbare van de ge schiedenis boeit me altijd, als ik ermee te maken krijg. In 1994 is het honderd jaar geleden, dat Haverschmidt is overleden na een zelfmoord. Ik wil daar iets aan doen, want een man, die zo aan zichzelf en zijn tijd heeft ge leden, fascineert mij. Zijn ge dichten stammen uitzijn studen tentijd, maar pas drukker Roe- landt wist dedominee jaren later zover te krijgen zijn gedichten uit te geven. Van Francois Ha verschmidt zijn ook zo'n 800 pre ken in Leiden bewaard geble ven". Albert is eerlijk voor zich zelf: ..„Als ik niet in dit huis was komen wonen, was ik nooit tot een project over de dichter-do- minee gekomen". Voorlopig heeft hij in zijn huis nog genoeg te doen, want al is het door de vo rige bewoner grotendeels opge knapt, diens meerjarenplan voor het behoud van het historische pand moet nog worden afge maakt. DOOR THEO VANDERLOON redactie: Bram Oosterwij k tel. 405 66.17 ADRES: Korte Dam 9{tel.010-4265533) DE KAART: Voorgerechten (23) van 6,50 tot 18,50; hoofdge rechten 17) van 22 tot 35. ONZE BESTELLING: Aranas met garnalen, boerenpaté, long- haasbiefstuk in rodewijnsaus en varkensvlees met oesterzwam men. De stand: f. Puccini (Bergambacht) 2. De Wagenmaker (Poortugaat) 3. La Résldence (Vlaardlngen) 4. Radèr Mas 5. Agtistlna (Spijkenisse) 6. Binnenmaas(Mljnsherenland) 7. La Cocotte (Hoogvliet) 8. Jo.in's Place (Maassluis) 9. Het Wapen van Oud-Beljerland 10. Au Bon Clochard (Schiedam) ...85.5 .85 ...82.5 ..81.5 Op het hoekje van de Korte Dam in Schiedam, tegenover het bekende pandje van het horecabedrijf Hosman Frè- res, is een bistro gevestigd, die zó uit het land van Mari anne lijkt te zijn weggelopen: Au Bon Clochard. Karakteristieke muziek van Frame zangers en zangeressen, oude aanplakbiljetten aan de muren, donkerbruine inrich ting, heel aardig allemaal. En het was goed vol, de avond van onze bezoek. Dat helpt ook al voor een leuk sfeertje. Op dat hoekje in historisch Schiedam staat dus een echte Franse bistro. Zo echt, dat zelfs de eigenaar spreekt met eeniicht Frans accent. Maar er zijn ook duidelijke con cessies gedaan. Wij vonden geen menu's. De kaart is ongebruike lijk uitgebreid voor een bistro en daaruit concludeerden wij, dat toch terdege rekening is gehou den met de Hollandse behoeften. En door die ruimere keus duur de het bereiden van de bestellin gen in de keuken wat langer. Sophie kon vanaf haar plek pre- ciesineendeelvandeopenkeu- j ken kijken en zag dus precies wat er gebeurde: ijs dat tot par- fait werd geklopt, de afwashulp die zijn handen vol had, het be- reiden van de desserts, heel aar dig om koks en hun hulpen zo Tn het wild' aan het werk te zien. Saus Sophie koos als voorgerecht ana- i nas. De halve vrucht van niet te grote afmetingen was gevuld met garnalen en overgoten met een heel goede, eigengemaakte sherrysaus. TSen heel aparte «ximbi natie en bijzonder smake- i lijk', aldus Sophie. 'De saus is pri- j ma, met heel kleine snippertjes ui en augurk', i tk had boerenpaté gekozen en die viel een beetje tegen. De plakken waren aan de dunne kant DepSté was romig, dat wel, maar mijn voorkeur gaat uit naar een wat minder glad meng-, sel. Als de pété te glad is, zo vind ik, vervlakt de smaak en dat is jammer. Sophie koos onglet, longhaas- biefstuk, die op een rodewijn saus met sjalotjes en knoflook werd geserveerd. De getran cheerde stukjes vlees lagen in derdaad op de saus. 'Zalige saus met wel veel knoflook', waar schuwde Sophie. Het vlees was gewoon goed en heel aardig wa ren de dobbelsteentjes gefrituur de aardappel. Het geheel zag er heel gezellig uit en het smaakte Sophie goed. Ik had émincé van varkensvlees met oesterzwammen gekozen. Op een groot en zeer warm bord kreeg ik, in een een smeuïge roomsaus de stukjes vlees en de nogal grof gesneden paddestoe len, omsloten door een randje 'pomme duehesse', aardappelpu ree. Het geheel kwam uit de oven en vooral de puree houdt de warmte lang vast. Het gebra den en in plakjes gesneden vlees (émincé, dus) viel mij een heel klein beetje tegen, was te droog. De saus en de zwammen maak ten veel goed. Kruiden Beide kregen -ons piepkleine ta feltje kon het nauwelijks bevat ten- een schoteltje rauwkostsala- de met een eenvoudige, buiten gewoon smakelijke dressing. Die dressing leek heel gewoon, met als basis drie delen olie en een deel azijn. De toegevoegde krui den en de gesnipperde ui maak ten hem echter heel lekker en fris. Van de wijnkaart hadden wij ons iets meer voorgesteld: geen ver rassingen en geen al te ruime keus. Wij kozen uiteindelijk een aardige, droge witte Macon Vil lages. De bediening hebben wij als prettig ervaren: geen vormelijk gedoe, dat zou niet gepast heb ben, gewoon netjes, en met zorg En gelukkig niet al te vrij, zoals men tegenwoordig wel tegen komt in sommige post-moderne of zich zo afficherende zaken, waar het bord als het ware van een afstandje tussen het bestek wordt gemikt. De koffie kwam uit eenzelfde apparaat, waaruit wij ook wei eens een soort slootwater aange reikt hebben gekregen. In Au Bon Clochard wordt het bewijs geleverd dat zo'n machine ook heel fatsoenlijke koffie kan voortbrengen. De rekening, die wij vervolgens gepresenteerd kregen was van een aanvaard bare hoogte en bedierf in elk ge val de avond niet. Au Bon Clo chard is een etablissement dat wij de moeite waard vonden. En wij zijn kennelijk niet de enigen. Het schijnt regelmatig zo vol te zijn als tijdens de avond van ons bezoek en daarom lijkt reserver en gewenst. De Punten: Voorgerecht: 7 (telt dubbel: 14); hoofdgerecht: 7,5 (telt dubbel: 15); bediening: 7; wijn: 7; koffie: 7,5; prijs/kwaliteit: 7 (telt drie maal 21); sfeer 8; totaal 79,5 pun ten. Een nette plaats juist binnen de Top Tien voor Au Bon Clo chard. Net als de stad is de Rotterdamse haven in het jubileumjaar 1990 vanzelfsprekend óók 650 jaar oud. Want water, schepen en va ren zijn altijd, vanaf het allereer ste begin, verbonden geweest met de nederzetting op het kruispunt van de Rotte en de ri vier die nu Nieuwe Maas heet. Zesenhalve eeuw haven dus en daar heeft de Amsterdamse (I) uitgeverij De Bataafsche Leeuw een boek over gemaakt. Met een titel die kort en krachtig zegt waar het op staat: 'De Rotter damse haven 650jaar'. Selectie De basis van het boek is een rui me selectie uit de collectie foto's die Teun van Dam als fotograaf van het gemeentelijk havenbe drijf her en der in de haven en bij allerlei gelegenheden heeft gemaakt; daarnaast heeft hij ook veel beelden verzameld. Kra nen, schepen, lading, terminals en mensen. Van de bijna 250 fo to's in het boek (waarvan twaalf in kleur) zijn er zo'n twintig van Van Dam zelf, Al met al is het een nogal feitelij ke en zakelijke visie op de haven geworden, die eigenlijk alleen tn de eerste twee hoofdstukken als het gaat over het ontstaan van Rotterdam en over de aller oudste havens van de stad— met een aantal sfeervolle illustraties een echt historisch aspect mee krijgt. Fotograaf Van Dam, die trou wens ook de tekst voor het boek verzorgde, laat met zijn keuze van afbeeldingen vooral zien hoe de haven vanaf de jaren zes tig van deze eeuw is veranderd; van een haven waarin het klas sieke stukgoed steeds meer plaats maakte voor de container, waarin ruwe olie de overhand kreeg en waarin de grote massa goed terminals in het westenin Europoort en op de Maasvlak te— het gezicht van wereldha ven-nummer-één grotendeels gingen bepalen. Geografisch Het zwaartepunt ligt, zeker wat het beeldmateriaal betreft, dui delijk op de paar laatste decennia en dat stemt toch niet helemaal overeen met de lange periode die het boek in z'n totaliteit zou moe ten bestrijken: 650 jaar! Een chronologische en aan. de mari tieme ontwikkelingen opgehan gen aanpak had meer recht ge daan aan de titel dan de geogra fische tocht die fotograaf-annex- auteur Van Dam nu door het ha vengebied heeft gemaakt De eerste eeuwen komen er dus nogal bekaaid af. De aanpassing, de inrichting en de uitbreiding van de haven in relatie tot de £r<f'«ïba In 1975 lag in de Rijnhaven en de Maashaven nog een groot aantal vrachtschepen. groei van de handel en geprojec teerd tegen de veranderingen in de scheepvaart zelf (van zeil vaart naar stoom- en motor vaart) komen ook niet zo duide lijk uit de verf. De passagiersvaart had als ha venfenomeen meer aandacht verdiend. Want vanaf het laatste kwart van de negentiende eeuw is er in die sector beslist wel iets gebeurd: met de Holland-Ameri ka Lijn aan de Wühelminakade en met de Rotterdamsche Lloyd aan de andere kant van de ri vier. Jammer, want de 'grote' passagiersvaart was toch zo'n honderd jaar lang een uiterst be langrijk facet van Rotterdams maritieme activiteiten. En wat zijn er een fraaie foto's van! De keuze voor deze vorm van presentatie veel feiten, namen en cijfersheeft geleid tot een enigszins statisch boek, dat voor degenen die weinig of niets van de Rotterdamse haven weten niettemin een aardige indruk geeft van hoe het in het betrek kelijk nabije verleden is geweest en van wat er vandaag-de-dag zoal aan de hand is. Na een korte opsomming van wat er heeft gespeeld rond Ou dehaven, Haringvliet, Leuveha- ven, de andere havens in het stadscentrum, het Kanaal door Voorne en de aanleg van de* Nieuwe Waterweg begint Van Dam aa>. rijn tocht door het uit gestrekte havengebied. Hij gaat van oost naar west en springt daarbij een enkele maal over de rivier. Van de Boompjes en de Parkhaven naar Feije- noord; van Katendrecht, van de Rijn-, Maas- en Waalhaven naar de oudere havens aan de rechter rivieroever. En tenslotte via het Eemhaven-gebied en Pemis naar Bollek, Europoort en Maas vlakte. Het is een tocht gewor den die andere auteurs en foto grafen de afgelopen jaren ook al eens hebben gemaakt en die mede daarom veel bekends heeft opgeleverd. In elk geval had voorkomen moeten worden dat er een aantal slordigheden met het beeldma teriaal is gemaakt enkele fato's zijn bijvoorbeeld 'gespiegeld' en zo zijn er ook wat bijschriften met verkeerde dateringen, loka- ties of namen in het boek terecht gekomen. Onnodige foutjes, die bij een volgende druk, als die er komt, toch rechtgezet zullen moeten worden. Lancering Boeken over schepen en havens doen het doorgaans goed en 'De Rotterdamse haven 650 jaar' zal z'n weg waarschijnlijk ook wel vinden. Boekhandelaar Gert van Rietschoten heeft ervoor ge zorgd dat het havenboek onlangs met de nodige maritieme entou rage in één van zijn drie winkels in Rotterdam-Zuid werd gelan ceerd. „Toen ik vorig najaar hoorde dat het zou verschijnen, ben ik er in gesprongen", vertelt hij. „Ik kreeg de uitgever zover dat het boek in onze winkel aan de Keizerswaard zou worden ge presenteerd, Drs.René Smit, de nieuwe havenwethouder, heeft het eerste exemplaar ontvangen. In onze winkel hingen havenfo to's en maritieme tekeningen. Ook stond er een model van een containerschip. Tijdens de pre sentatiedag waren buiten allerlei activiteiten georganiseerd die met de haven hadden te ma ken". Van Rietschoten heeft er tevens voor gezorgd dat havenbedrij ven exemplaren van het boek kunnen laten voorzien van vier pagina's waarop ze hun 'eigen' verhaal, feiten over hun bedrijf mogen vertellen; uiteraard te gen betaling. Enkele tientallen bedrijven hebben daar, met het oog op hun relatiekring, inmid dels interesse in getoond. 'De Rotterdamse haven 650 jaar' telt 160 pagina's en kost op een dubbeltje na veertig gulden.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Rotterdamsch Nieuwsblad / Schiedamsche Courant / Rotterdams Dagblad / Waterweg / Algemeen Dagblad | 1990 | | pagina 1