'Mijn adresboekje was om zo te zeggen vol'
m
Au Bon
Clochard
ROTTERDAM
25
GEGETEN EN GEDÜONKEN
MARITIEM
Ook een boek over 650 jaar haven
Ds.A.van der Klaauw koos voor de vut:
Weerslag van een geografische tocht
Rotterdams Nieuwsblad
zaterdag
7 juli 1990
dwrCEESDEGRAAFF
Een jaar geleden
al
moest hij de keuze raa-
i ken. Ga ik vervroegd
weg of blijf ik werken
tot mijn pensioen. „Ik
heb heel bewust geko
zen om ermee op te hou
den", zegt dominee Al-
bert van der Klaauw, tot
eind april ziekenhuis
pastor in het Dijkzigt
Ziekenhuis.
„Het is een voorrecht om in vrij
heid voor zo'n kapitale verande
ring in je leven te kiezen op een
moment, dat het nog geen ver
plichting is. Over drie jaar zou ik
moeten stoppen. Nu is het mijn
eigen daad geweest, niet iets dat
je gewoon overkomt".
Ontspannen neemt de dominee
er in zijn luie stoel de tijd voor
even over zijn vut te filosoferen.
Hij is een bedachtzaam man,
maar met vrijwel altijd een
vleugje vrolijkheid op zijn ge
zicht, Vrijetijdskleding zit hem
lekkerder dan het eeuwig blau
we pak en hij draagt het als
'ambteloos'burger met een zeke
re zwier. „Omdat ik een jaar ge-
i leden al een keus heb kunnen
j maken, heb ik niet het gevoel de
I laan uitgestuurd te zijn. Ik heb
kunnen nadenken over wat ik
i met mijn verdere leven wilde
gaan doen. Dat maakt de over-
j gang van werk naar vrije tijd
denk ik wel gemakkelijker".
Met een lach voegt hij eraan toe:
„Bij mijn afscheid op de laatste
I zondag van april vroeg vrijwel
iedereen: 'Wat ga je nu doen'.
Grappig is dat. Iedereen gaat er
dus van uit, dat je weer 'iets gaat
i doen', gewoon niets doen komt
niet in hun gedachten op".
j Genoeg te doen
Te doen heeft Albert van der
Klaauw voorlopig genoeg. Want
kort na zijn afscheid is hij ook
i verhuisd. Zijn nieuwe woning,
i een eind verderop aan de Lange
Haven in Schiedam, staat nog
j vol onuitgepakte zaken en din-
gen die een plaats moeten krij-
gen. „Een mens kan eigenlijk
1 veel", bedenkt hij spontaan. „Ik
1 klus nu in huis van alles, terwijl
ik toch twee linkerhanden heb
I Hij corrigeert zichzelf snel: „Nou
i ja, linkerhanden? Ik heb er in ie-
I der geval nooit handigheid mee
i opgebouwd. Nu heb ik er de tijd
voor".
Tijd is iets dat dominee Van der
i Klaauw wel eens ontbrak in de
afgelopen jaren. Alleen voor zijn
hobby zeilen wist hij telkens
weer voldoende tijd vrij te ma
ken. „Ik leg elk jaar mijn zeil
bootje op Koninginnedag in het
water. Zo is dit jaar ook mijn
keus voor mijn afspheid bepaald;
de zondag voor Koninginnedag,
zodat de boot op 30 april weer het
water in kan".
Bewuste keus
Twaalfenhalf jaar is ds.Van der
Klaauw in het Dijkzigt Zieken
huis actief geweest. Waarom hij
voor de vut heeft gekozen? „Die
laatste periode in het ziekenhuis
is toch een lange geweest, waar
in je als mens veel energie inves
teert. Het was leuk werk hoor.
Het had twee kanten, iets doen
voor een ander, maar daardoor
ook zelf veel opnemen. Het was
een wisselwerking, die ook voor
mij verrijkend was. Maar...ik
merkte toch, dat er een zekere
vermoeidheid op begon te tre
den. Naast allerlei 'passanten'
heb je in het ziekenhuis mensen,
die je meermalen terugziet Zo
krijg je een groepje patiënten,
waarmee je dieper contact op
bouwt. Want ook als ziekenhuis
pastor moet je selecteren. Je
kunt niet alle driehonderd bed
den met hun wisselende bewo
ners aflopen. Maar het aantal
contacten werd na zoveel j'aar
toch te groot om echt goed bij te
houden; mijn adresboekje was
om zo te zeggen vol. En ik vond
het niet moeilijk om weg te gaan,
omdat het goed ging. Het lijkt me
veel moeilijker om afscheid te
nemen, als de zaken niet goed
meer lopen".
Bespiegelingen
Praten met Albert van der
Klaauw is constant nadenken
Ds.Albert van der Klaauw vond
een rustpunt op het mooiste plek
je van Schiedam.
over gewone dingen en daaraan
soms onverwachte conclusies
verbinden. „Mijn vader had een
filosofische, bespiegelende aard.
Hij was docent, lector en later
hoogleraar dierkunde aan het
zoölogisch laboratorium van de
Leidse Universiteit. In zijn hou
ding had hij iets van de dominee
en hij hield ook vaak lezingen.
Dat heeft mij denk ik wel op het
spoor gezet om dominee te wil
len worden", zegt hij.
Hii werd in maart 1928 in Leiden
geboren na een broer en een zus.
Later volgde nog een broer. Hij
groeide er op, volgde in de oor
logsjaren het gymnasium bèta en
deed in 1946 eindexamen. Hij
vertelt: „Godsdienst had een
normale plaats in ons gezin, We
waren niet overdreven religieus.
Mijn moeder was doopsgezind,
mijn vader vrijzinnig hervormd
en er was dus ruimte in ons gods
dienstig denken. Ik ging op de
Vrijzinnige Christelijke Jeugd
Centrale en wilde op de mlT 'el-
bare school al dominee worden".
Het was dus niet gek, dat hij na
zijn eindexamen theologie ging
studeren. Thuis? „Nee, ik ging op
kamers. Dat vonden mijn ouders
goed voor ons kinderen. Zelf
hadden zij inwonende studen
ten, ook al omdat je daar met een
groot huis toe verplicht was. Ik
weet nog wel, dat ik de studie erg
droog vond, zeker gezien mijn
romantische visie op het domi
nee zijn. Maar het culturele le
ven in Leiden bloeide na de oor
log sterk op en ik hield van thea
ter. Ik heb zelf in het Leids Stu
denten Toneel gespeeld en ook
veel theatervoorstellingen ge
zien. Ik ben altijd geboeid ge
weest, en nog, door het woord en
de taal in zijn context. Natuurlijk
lees ik veel, maar een boek is me
te rechtlijnig, te weinig dyna
misch. Ik ben meer geïnteres
seerd in tekst in relatie tot ande
ren, toneel dus. Ook met iemand
praten, een gesprek voeren kan
mij volledig in beslag nemen.
Dan vergeet ik alles om me heen
en denk nergens anders aan".
Hij betrapt zich erop, dat letter
lijk gebeurt, wat hij vertelt en
pakt de draad van zijn levensge
schiedenis weer op. „Ik heb mijn
studie in zo'n zes jaar gedaan en
heb mijn laatste examens in pya-
ma afgelegd. Ik was ziek gewor
den en kon thuis bij mijn ouders
examen doen. Al met al ben ik
een klein jaar ziek geweest en
pas daarna kon ik het laatste
stukje opleiding afmaken, als
leerling naast een dominee en
nog drie maanden intern".
Eerste standplaats
In 1956 begon ds.Van der
Klaauw, die het jaar ervoor was
getrouwd met een vriendin uit
zijn studententijd, als predikant
in Noord-Holland. „Mijn eerste
standplaats was Schermer en
Oterleek. Het waren drie ge
meenten met elk een kerk en sa
men één predikant We woon
den in Stompetoren. In 1961
werd ik naar Leeuwarden be
roepen op een vrijzinnige predi
kantenplaats".
Hij herinnert zich Leeuwarden
ais een gelukkige periode met
zijn vrouw en kinderen. Het zou
den er totaal vijf worden. Maar
na negen jaar Leeuwarden
kreeg hij de kans studentenpre
dikant te worden in Rotterdam
„Ik stond toen voor een moeilij
ke keus", vertelt de dominee.
„Ik kon het doen of ik kon in
Leeuwarden blijven. Maar daar
was ik bekend als vrijzinnig pre
dikant, ook al deden we als drie
Leeuwarder dominees van
rechtzinnig, midden en vrijzin-
„nig veel gemeenschappelijk. Ik
was toen 42 en als ik nee zou zeg
gen tegen Rotterdam zou ik
waarschijnlijk de rest van mijn
leven aan Leeuwarden gebak
ken zitten. Ik was bang later een
uitdaging elders niet meer aan te
durven". Het werd dus ja tegen
Rotterdam en het gezin Van der
Klaauw ging in Kralingen wo
nen.
Tussen studenten
„Het is een leuke tijd geweest
tussen de studenten", zegt hij.
„Het studentenpastoraat was
heel eucumenisch van opzet met
een gereformeerde, een katho
lieke en een hervormde pastor.
We hadden veel gesprekskrin
gen, lezingen en vormingsactivi
teiten. Maar de kern vormde
toch de studentendiensten, eucu-
menische diensten rond thema's,
die door de studenten zelf waren
voorbereid".
Gaandeweg raakte ds. Van der
Klaauw wat meer betrokken bij
'Hobokenzoals hij zegt. „Ik zat
erg veel op de medische facul
teit, was geïnteresseerd in de op
bouw en raakte er ook een beetje
bij betrokken. En ook bij de op
vang van de eerste-jaars studen
ten trok ik meer op met de 'me
dische club' dan met Woude-
stein. Het was geen echte taak
verdeling, maar groeide zo. Ja,
en toen de plaats van ziekenhui
spredikant op Dijkzigt vrij
kwam, heb ik gesolliciteerd".
Vreemde wereld
Het is net of de dominee even
verbaasd is over zichzelf: „Pas
achteraf heb ik bedacht, dat ik al
die lijd al belangstelling bad ge
had voor het instituut 'zieken
huis'. Want het is een vreemde
wereld. Mensen moeten probe
ren hun eigenheid te bewaren in
een situatie, waarin ze alles moe
ten inleveren, tot hun eigen lijf
toe. Stel je voor; iedereen loopt
zomaar ongevraagd je kamer
binnen, ook de dominee. En nie
mand die vraagt of hij binnen
mag komen en of het gelegen
komt. Ik vind het verbazend, dat
iedereen, van patiént tot predi
kant. zich aan dat ziekenhuisle
ven aanpast. Het is boeiend om
te zien, hoe mensen van het lot
dat hen overkomt, een stukje ei
gen leven maakt en daarin een
eigen houding vmden"-_ Bijna
ongemerkt filosofeert hij weer
over het leven, maar een blik op
de rommel in zijn kamer om
hem heen, brengt hem snel naar
de dagelijkse nuchterheid terug.
Naar Schiedam
„Toen het in mijn persoonlijk ge
zinsleven na toenemende pro
blemen fout liep, ben ik in Schie
dam gaan wonen. Het is voor mij
een droevige tijd geweest en het
heeft me tot het besef gebracht
dat vrede een groter wonder is
dan oorlog". Hoe ik in Schiedam
terecht kwam? Enerzijds toeval
en anderzijds het open staan
voor een verhuizing. Als Leide-
naar sprak de middelgrote stad
me eigenlijk veel meer aan dan
de echte grote stad. En de Lange
Haven is een schitterende plek
om te wonen". Zijn vut beteken
de opnieuw een verhuizing, naar
een nog mooier plekje van
Schiedam.
Piet Paaltjes
Albert van der Klaauw woont
nu in de voormalige pastorie van
de hervormde gemeente van
Schiedam. Een bordje aan de ge
vel Iaat zien. dat het om een Bij
zonder huis gaat; eertijds de wo
ning van dominee Frangois Ha-
verschmidt, beter bekend als de
dichter Piet Paaltjes. „Nu ik er
woon, ben ik me ook meer in die
man gaan verdiepen", vertelt
hij. „Het zichtbare van de ge
schiedenis boeit me altijd, als ik
ermee te maken krijg. In 1994 is
het honderd jaar geleden, dat
Haverschmidt is overleden na
een zelfmoord. Ik wil daar iets
aan doen, want een man, die zo
aan zichzelf en zijn tijd heeft ge
leden, fascineert mij. Zijn ge
dichten stammen uitzijn studen
tentijd, maar pas drukker Roe-
landt wist dedominee jaren later
zover te krijgen zijn gedichten
uit te geven. Van Francois Ha
verschmidt zijn ook zo'n 800 pre
ken in Leiden bewaard geble
ven". Albert is eerlijk voor zich
zelf: ..„Als ik niet in dit huis was
komen wonen, was ik nooit tot
een project over de dichter-do-
minee gekomen". Voorlopig
heeft hij in zijn huis nog genoeg
te doen, want al is het door de vo
rige bewoner grotendeels opge
knapt, diens meerjarenplan voor
het behoud van het historische
pand moet nog worden afge
maakt.
DOOR THEO VANDERLOON
redactie:
Bram Oosterwij k
tel. 405 66.17
ADRES: Korte Dam 9{tel.010-4265533)
DE KAART: Voorgerechten (23) van 6,50 tot 18,50; hoofdge
rechten 17) van 22 tot 35.
ONZE BESTELLING: Aranas met garnalen, boerenpaté, long-
haasbiefstuk in rodewijnsaus en varkensvlees met oesterzwam
men.
De stand:
f. Puccini (Bergambacht)
2. De Wagenmaker (Poortugaat)
3. La Résldence (Vlaardlngen)
4. Radèr Mas
5. Agtistlna (Spijkenisse)
6. Binnenmaas(Mljnsherenland)
7. La Cocotte (Hoogvliet)
8. Jo.in's Place (Maassluis)
9. Het Wapen van Oud-Beljerland
10. Au Bon Clochard (Schiedam)
...85.5
.85
...82.5
..81.5
Op het hoekje van de Korte
Dam in Schiedam, tegenover
het bekende pandje van het
horecabedrijf Hosman Frè-
res, is een bistro gevestigd,
die zó uit het land van Mari
anne lijkt te zijn weggelopen:
Au Bon Clochard.
Karakteristieke muziek van
Frame zangers en zangeressen,
oude aanplakbiljetten aan de
muren, donkerbruine inrich
ting, heel aardig allemaal. En het
was goed vol, de avond van onze
bezoek. Dat helpt ook al voor een
leuk sfeertje. Op dat hoekje in
historisch Schiedam staat dus
een echte Franse bistro. Zo echt,
dat zelfs de eigenaar spreekt met
eeniicht Frans accent.
Maar er zijn ook duidelijke con
cessies gedaan. Wij vonden geen
menu's. De kaart is ongebruike
lijk uitgebreid voor een bistro en
daaruit concludeerden wij, dat
toch terdege rekening is gehou
den met de Hollandse behoeften.
En door die ruimere keus duur
de het bereiden van de bestellin
gen in de keuken wat langer.
Sophie kon vanaf haar plek pre-
ciesineendeelvandeopenkeu-
j ken kijken en zag dus precies
wat er gebeurde: ijs dat tot par-
fait werd geklopt, de afwashulp
die zijn handen vol had, het be-
reiden van de desserts, heel aar
dig om koks en hun hulpen zo Tn
het wild' aan het werk te zien.
Saus
Sophie koos als voorgerecht ana-
i nas. De halve vrucht van niet te
grote afmetingen was gevuld
met garnalen en overgoten met
een heel goede, eigengemaakte
sherrysaus. TSen heel aparte
«ximbi natie en bijzonder smake-
i lijk', aldus Sophie. 'De saus is pri-
j ma, met heel kleine snippertjes
ui en augurk',
i tk had boerenpaté gekozen en
die viel een beetje tegen. De
plakken waren aan de dunne
kant DepSté was romig, dat wel,
maar mijn voorkeur gaat uit
naar een wat minder glad meng-,
sel. Als de pété te glad is, zo vind
ik, vervlakt de smaak en dat is
jammer.
Sophie koos onglet, longhaas-
biefstuk, die op een rodewijn
saus met sjalotjes en knoflook
werd geserveerd. De getran
cheerde stukjes vlees lagen in
derdaad op de saus. 'Zalige saus
met wel veel knoflook', waar
schuwde Sophie. Het vlees was
gewoon goed en heel aardig wa
ren de dobbelsteentjes gefrituur
de aardappel. Het geheel zag er
heel gezellig uit en het smaakte
Sophie goed.
Ik had émincé van varkensvlees
met oesterzwammen gekozen.
Op een groot en zeer warm bord
kreeg ik, in een een smeuïge
roomsaus de stukjes vlees en de
nogal grof gesneden paddestoe
len, omsloten door een randje
'pomme duehesse', aardappelpu
ree. Het geheel kwam uit de
oven en vooral de puree houdt
de warmte lang vast. Het gebra
den en in plakjes gesneden vlees
(émincé, dus) viel mij een heel
klein beetje tegen, was te droog.
De saus en de zwammen maak
ten veel goed.
Kruiden
Beide kregen -ons piepkleine ta
feltje kon het nauwelijks bevat
ten- een schoteltje rauwkostsala-
de met een eenvoudige, buiten
gewoon smakelijke dressing. Die
dressing leek heel gewoon, met
als basis drie delen olie en een
deel azijn. De toegevoegde krui
den en de gesnipperde ui maak
ten hem echter heel lekker en
fris.
Van de wijnkaart hadden wij ons
iets meer voorgesteld: geen ver
rassingen en geen al te ruime
keus. Wij kozen uiteindelijk een
aardige, droge witte Macon Vil
lages.
De bediening hebben wij als
prettig ervaren: geen vormelijk
gedoe, dat zou niet gepast heb
ben, gewoon netjes, en met zorg
En gelukkig niet al te vrij, zoals
men tegenwoordig wel tegen
komt in sommige post-moderne
of zich zo afficherende zaken,
waar het bord als het ware van
een afstandje tussen het bestek
wordt gemikt.
De koffie kwam uit eenzelfde
apparaat, waaruit wij ook wei
eens een soort slootwater aange
reikt hebben gekregen. In Au
Bon Clochard wordt het bewijs
geleverd dat zo'n machine ook
heel fatsoenlijke koffie kan
voortbrengen. De rekening, die
wij vervolgens gepresenteerd
kregen was van een aanvaard
bare hoogte en bedierf in elk ge
val de avond niet. Au Bon Clo
chard is een etablissement dat
wij de moeite waard vonden. En
wij zijn kennelijk niet de enigen.
Het schijnt regelmatig zo vol te
zijn als tijdens de avond van ons
bezoek en daarom lijkt reserver
en gewenst.
De Punten:
Voorgerecht: 7 (telt dubbel: 14);
hoofdgerecht: 7,5 (telt dubbel:
15); bediening: 7; wijn: 7; koffie:
7,5; prijs/kwaliteit: 7 (telt drie
maal 21); sfeer 8; totaal 79,5 pun
ten. Een nette plaats juist binnen
de Top Tien voor Au Bon Clo
chard.
Net als de stad is de Rotterdamse
haven in het jubileumjaar 1990
vanzelfsprekend óók 650 jaar
oud. Want water, schepen en va
ren zijn altijd, vanaf het allereer
ste begin, verbonden geweest
met de nederzetting op het
kruispunt van de Rotte en de ri
vier die nu Nieuwe Maas heet.
Zesenhalve eeuw haven dus en
daar heeft de Amsterdamse (I)
uitgeverij De Bataafsche Leeuw
een boek over gemaakt. Met een
titel die kort en krachtig zegt
waar het op staat: 'De Rotter
damse haven 650jaar'.
Selectie
De basis van het boek is een rui
me selectie uit de collectie foto's
die Teun van Dam als fotograaf
van het gemeentelijk havenbe
drijf her en der in de haven en
bij allerlei gelegenheden heeft
gemaakt; daarnaast heeft hij ook
veel beelden verzameld. Kra
nen, schepen, lading, terminals
en mensen. Van de bijna 250 fo
to's in het boek (waarvan twaalf
in kleur) zijn er zo'n twintig van
Van Dam zelf,
Al met al is het een nogal feitelij
ke en zakelijke visie op de haven
geworden, die eigenlijk alleen tn
de eerste twee hoofdstukken
als het gaat over het ontstaan
van Rotterdam en over de aller
oudste havens van de stad— met
een aantal sfeervolle illustraties
een echt historisch aspect mee
krijgt.
Fotograaf Van Dam, die trou
wens ook de tekst voor het boek
verzorgde, laat met zijn keuze
van afbeeldingen vooral zien
hoe de haven vanaf de jaren zes
tig van deze eeuw is veranderd;
van een haven waarin het klas
sieke stukgoed steeds meer
plaats maakte voor de container,
waarin ruwe olie de overhand
kreeg en waarin de grote massa
goed terminals in het westenin
Europoort en op de Maasvlak
te— het gezicht van wereldha
ven-nummer-één grotendeels
gingen bepalen.
Geografisch
Het zwaartepunt ligt, zeker wat
het beeldmateriaal betreft, dui
delijk op de paar laatste decennia
en dat stemt toch niet helemaal
overeen met de lange periode die
het boek in z'n totaliteit zou moe
ten bestrijken: 650 jaar! Een
chronologische en aan. de mari
tieme ontwikkelingen opgehan
gen aanpak had meer recht ge
daan aan de titel dan de geogra
fische tocht die fotograaf-annex-
auteur Van Dam nu door het ha
vengebied heeft gemaakt De
eerste eeuwen komen er dus
nogal bekaaid af. De aanpassing,
de inrichting en de uitbreiding
van de haven in relatie tot de
£r<f'«ïba
In 1975 lag in de Rijnhaven en
de Maashaven nog een groot
aantal vrachtschepen.
groei van de handel en geprojec
teerd tegen de veranderingen in
de scheepvaart zelf (van zeil
vaart naar stoom- en motor
vaart) komen ook niet zo duide
lijk uit de verf.
De passagiersvaart had als ha
venfenomeen meer aandacht
verdiend. Want vanaf het laatste
kwart van de negentiende eeuw
is er in die sector beslist wel iets
gebeurd: met de Holland-Ameri
ka Lijn aan de Wühelminakade
en met de Rotterdamsche Lloyd
aan de andere kant van de ri
vier. Jammer, want de 'grote'
passagiersvaart was toch zo'n
honderd jaar lang een uiterst be
langrijk facet van Rotterdams
maritieme activiteiten. En wat
zijn er een fraaie foto's van!
De keuze voor deze vorm van
presentatie veel feiten, namen
en cijfersheeft geleid tot een
enigszins statisch boek, dat voor
degenen die weinig of niets van
de Rotterdamse haven weten
niettemin een aardige indruk
geeft van hoe het in het betrek
kelijk nabije verleden is geweest
en van wat er vandaag-de-dag
zoal aan de hand is.
Na een korte opsomming van
wat er heeft gespeeld rond Ou
dehaven, Haringvliet, Leuveha-
ven, de andere havens in het
stadscentrum, het Kanaal door
Voorne en de aanleg van de*
Nieuwe Waterweg begint Van
Dam aa>. rijn tocht door het uit
gestrekte havengebied.
Hij gaat van oost naar west en
springt daarbij een enkele maal
over de rivier. Van de Boompjes
en de Parkhaven naar Feije-
noord; van Katendrecht, van de
Rijn-, Maas- en Waalhaven naar
de oudere havens aan de rechter
rivieroever. En tenslotte via het
Eemhaven-gebied en Pemis
naar Bollek, Europoort en Maas
vlakte. Het is een tocht gewor
den die andere auteurs en foto
grafen de afgelopen jaren ook al
eens hebben gemaakt en die
mede daarom veel bekends
heeft opgeleverd.
In elk geval had voorkomen
moeten worden dat er een aantal
slordigheden met het beeldma
teriaal is gemaakt enkele fato's
zijn bijvoorbeeld 'gespiegeld' en
zo zijn er ook wat bijschriften
met verkeerde dateringen, loka-
ties of namen in het boek terecht
gekomen. Onnodige foutjes, die
bij een volgende druk, als die er
komt, toch rechtgezet zullen
moeten worden.
Lancering
Boeken over schepen en havens
doen het doorgaans goed en 'De
Rotterdamse haven 650 jaar' zal
z'n weg waarschijnlijk ook wel
vinden. Boekhandelaar Gert
van Rietschoten heeft ervoor ge
zorgd dat het havenboek onlangs
met de nodige maritieme entou
rage in één van zijn drie winkels
in Rotterdam-Zuid werd gelan
ceerd. „Toen ik vorig najaar
hoorde dat het zou verschijnen,
ben ik er in gesprongen", vertelt
hij. „Ik kreeg de uitgever zover
dat het boek in onze winkel aan
de Keizerswaard zou worden ge
presenteerd, Drs.René Smit, de
nieuwe havenwethouder, heeft
het eerste exemplaar ontvangen.
In onze winkel hingen havenfo
to's en maritieme tekeningen.
Ook stond er een model van een
containerschip. Tijdens de pre
sentatiedag waren buiten allerlei
activiteiten georganiseerd die
met de haven hadden te ma
ken".
Van Rietschoten heeft er tevens
voor gezorgd dat havenbedrij
ven exemplaren van het boek
kunnen laten voorzien van vier
pagina's waarop ze hun 'eigen'
verhaal, feiten over hun bedrijf
mogen vertellen; uiteraard te
gen betaling. Enkele tientallen
bedrijven hebben daar, met het
oog op hun relatiekring, inmid
dels interesse in getoond.
'De Rotterdamse haven 650 jaar'
telt 160 pagina's en kost op een
dubbeltje na veertig gulden.