9 Hoogbouw terwille van het zelfrespect Hongaarse socialisten beter voor beurs dan voor achterban Wie maakt een school zwart? jKj- Wot'n Armoede Woningcorporaties Raad en daadloos ■IM WMHH ir-Tsw» rtynra: i Fm Rotterdams Dagblad Onder eindredactie van Annemlek van Oosten, tel.: 010-4004358 Ook iets op uw hart? schrijf naar: hoofdredactie Rotterdams Dagblad, postbus 2999,3000 CZ Rotterdam (E-mail: digitaal@luna.nl). Houd het kort, lange brieven hebben weinig kans op plaatsing. En: één onderwerp per brief. Vermeld altijd uw achternaam, voorletter(s), adres en telefoonnummer (onder uw brief in de krant komen alleen naam en woonplaats). Plaatsing betekent niet dat het Rotterdams Dagblad uw mening deelt. Veel mensen die met hun inkomen op of onder de ar moedegrens zitten, vragen zich vertwijfeld af hoe lang de huurverhogingen nog 2ulien doorgaan. Vroeger stondenhuizen leeg omdat het krotten waren, meteen bordje 'onbewoonbaar verklaarde woning'. Het komt nog eens zo ver dat we ook op nog goed bewoonbare huizen zulke bordjes moeten hangen. Die huizen zul len dan echter onbewoonbaar zijn, omdat mensen de huur niet langer kunnen betalen. Bedankt hoor paars kabinet! Met vooruitziende blik heeft het kabinet vast al vele kartonnen dozen besteld. Dan heb je geen liften meer nodig en je hoeft geen trappen meer te lopen. Als je water nodig hebt, vang j e regenwaterop. En alsje licht nodig hebt, dan wachtje tot het (gratis!) gaat bliksemen. Ik heb al horen verluiden dat minister-president Kok ook zo'n doos wou bemachtigen, maar hij is op de waehtbjst geplaatst Er waren nog velen voor hem. _U mag trouwens zelf de kleur van de doos uitkiezen. Die van Kok wordt paars. Ed. Reoirie, Rotterdam In zijn column van 19 mei constateert Kor Kegel een buitensporigevrijheidvoorwoningcorporaties.Ookis hij van mening dat corporaties 'kortzichtig naar hun eigen bezit en exploitatie' kijken en zich onnodig con centreren op fusies. Hij gaat zelfs verder door te stel len dat corporaties mede daardoor onvoldoende initia tieven nemen op het gebied van de leefbaarheid. Laten we eerst vaststellen dathetjuistde verantwoor delijkheid is van ae (deel-)gemeente te zorgen voor eengoedeoonomgeving.Hetzijndanvaakdecorpora- ties. die de gaten die de gemeente op dit gebied laat vallen, opvullen. Precies een jaar geleden organiseer de de Maaskoepel, samenwerkingsverband van de corporaties, een leetbaarheidsmarkt. Mede op basis van afspraken tijdens deze markt lopen er tientallen initiatieven in de stad. De samenwerkingsovereen-x komst tussen corporaties en gemeente is vooreen be langrijk deel gericht op de leefbaarheid. Corporaties en gemeente zijn op dit moment zeer actief (Grote ste den Beleid, Investeringsimpuls Ongedeelde stad, So ciaal investeren, Herstructurereing). Allemaal voor beelden van nieuwe, gelukkig gezamenlijke, intiatie- ven. Blijkbaar is dit de heer Kegel ontgaan, Corporatieszijn opzoek naar nieuwe samenwerkings verbanden, juist omdat zij meer presteren en willen blijven presteren dan alleen maar het simpel verhu ren van woningen. Dat vergt grote investeringen en daarom ontstaan er fusies. Geld vrijmaken doorver koop van woningen is daar een onderdeel van. Een be leid dat terecht door de gemeente wordt ondersteund. Ofisde beleidsbriefVolksbuisvestimgvan wethouder Meijer de heer Kegel ook al ontgaan? DeheerKegelbegrijptookbitterwemigvandeproble- matiek van de grote woningen. Zowel gemeente als corporaties zijn na een flink aantal pogingen bereid extra te investeren in het vergroten van het aanbod grote en betaalbare woningen. En de kleinere betaal bare woningen moeten ook maar beschikbaar zijn. '"Precies het element van de betaalbaarheid maakt de materie zo weerbarstig. De heer Kegel doet het voor komen alsof een koppeling met het woonlastenfonds voorde hand ligt. Volgens mij heeft wethouder Meijer gr gelijk om die koppeling niet te maken! De Keuze voor een aanbodmodel en dus ook het losla ten van de verouderde verdelingsregels is gemaakt om beter inzicht in verhuisstromen en woonwensen te krijgen, even afgezien van de wens om eenvoudige re gels te krijgen. Dus niks 'min of meer toevallig, dank zij het aanbodmodel'. Gewoon het gevolg van een ge zamenlijke bewuste inzet van corporaties en gemeen- te. Uiteraard heeft iedereenrecht opzijn of haarmening, maar waarom de mijns inziens ongefundeerde me ning van de heer Kegel direct dekrant in mag, ontgaat mij. Een fraai voorbeeld van een buitensporige vrij heid! Roland van der Post, voorzitter samenwerkende Rotterdamse corporaties De laatste dagen regenthet bij ons, het SUGBA, klach ten van bejaarden over het niet toekennen van het Woonlastenfonds. Volgens de nieuwe normen van de dienst Volkshuisvesting maken mensen vanboven de 65 jaar 'geen kans' op het Woonlastenfonds. De dienst gaat uit van een koopkraehtstijging voor de bejaar den, waardoor ze niet meer in aanmerking komen voor het fonds. Waar die koopkrachtstijging voor die groep uit bestaat is een raadsel. Het kan toch niet zo zijn dat de schamele Zalmsnip die slechts een gedeel telijke financiële reparatie en geen koopkrach tverbe- tering is, daarvoor als excuus gebruikt wordt. Daar naast gaat de redenatie van de dienst mank: aan de ene kant wordt de koopkracht als eiterium gehan teerd, maar in de aan de mensen toegezonden kans- kaart slechts de leeftijd Hoe dan ook, in één klap worden alle 'verbeteringen' als de teruggave van de OZB-ontheffmg voor het Rei nigingsrecht en Zuiveringschap en de verstrekking van de Zalmsnip ongedaan gemaakt. Van het in gang gezette armoedebeleid blijft op die manier niets over eind En dat terwijl in het collegeprogramma Met raad en daad 1998-2002, letterlijk beleidsvoornemens staan als: 'Het niet benutten van het Woonlastenfonds te rugdringen' en 'Het opzoeken van de verborgen ar moede bij kwetsbare groepen als bejaarden'. Een prachtig programma, maar waarom wordt het niet uit gevoerd? Het is onaanvaardbaar dat de ouderen wederom het kind van de rekening worden. Het maakt de politiek ongeloofwaardig, want is het niet wrang dan na zoveel jaren armoeaediscussieial in april 1984 hebben SUGBA op de trappen van het stadhuis bij toenmalig wethouder Vermeulen gepleit voor de invoering van een minima-noodfonds) door een slecht functione rend Wooniastenfonds vele miljoenen guldens onbe nut bleven. Daan Keiler, SUGBA, mede-initiatiefaemer van de Mars van de Armoede in april 1984 Tekening Theo Gootjes Door Herman Moscoviter Dit 'Jaar van een eeuw hoogbouw in Rotterdam' moet de ste delingen een maximum aan zelfbe vrediging schenken. Tenslotte heeft de stad dankzij de hoge gebouwen een Identiteit ge kregen in Nederigland. En dank zij die identiteit hebben de bewo ners van Rotterdam ook wat van hun zelfrespect terug, dat ze in de oorlog kwijt raakten. Het hart was uit de stad gebom bardeerd en gebrand, alle naoor logse nieuwbouw was contraste rend en wezensvreemd voor dege nen die nog de oude beelden van de overvolle, gezellige, smerige, drukke, chaotische, verstopte, vooroorlogse binnenstad in -hun geheugen meedroegen. De brede acceptatie van het we- deropgebouwde centrum liet ten minste een halve eeuw op zich wachten. Natuurlijk waren er des tijds andere spijkers waaraan de jas van het zelfrespect kon wor den opgehangen: de haven, voet balclub Feyenoord, stadsvernieu wing, enz. Ik schreef met opzet het woordje destijds. Das war ein- mal. De haven is immers contradictio- neel: naarmate hij groter werd, verdween hij meer uit beeld. Naarmate hij vanwege zijn we reldse omvang meer werd opge hemeld, was hij ongrijpbaarder geworden. De grote stadsvemieu- wingsoperatie heeft sociaal en economisch gesproken de stad ge red, maar juist uit behoudzucht deze esthetisch zwaar verminkt. De vernieuwende stadsvernieu wing geeft aanzienlijk meer reden tot trots en aandacht. Over voet balclub Feyenoord doen we het zwijgen toe. Verkoopverhaal Elke stad zoekt naar zelfrespect. Iedere stad probeert zijn identi teit in te zetten bij het vasthouden en aantrekken van bewoners, be drijven, toeristen. Rotterdam heeft in zijn architectuur een cul turele aantrekkingskracht gevon den die dit verkoopverhaal onder streept. Het Jaar van de Hoog bouw legt de nadruk op een deel van dit architectonisch bezit De toren van het stadhuis is vanaf de Westkruiska de onzicht baar gewor den. Is dit symptoma tisch voor het afnemend be lang dat ge hecht wordt aan de we reldlijke macht die on der deze to ren resideert, of aan het af nemend be lang van de eerste hoog bouw (die we nu laag vin den)? Archieffoto Jaap Rozema/Rotter- dams Dagblad Eerste vraag van veel mensen: wat is dan wel hoogbouw? Hoe kan men hoogbouw definiexen? In. het vlakke Rolland is het al snel een gebouw of bouwwerk dat in aanzienlyke mate boven zijn omgeving uitsteekt en deze domi neert. Hoewel ze jarenlang vol deed stemt deze omschrijving niet tot tevredenheid. En ook de even simpele definitie van de Stichting Hoogbouw dat alle ge bouwen boven de 60 meter tot de echte hoogbouw behoren is te ar bitrair. Wat telt mee? Constructies als zendmasten en uitkijktorens (Eif- feltoren, Euromast) die een skyli ne vormen? Nee, zegt de Interna tional Council on Tali Buildings, die zich onder meer met dit soort zaken bezighoudt; alleen kantoor- en woongebouwen. En wat is het hoogste punt? De vlaggenmast, de dakrand van de liftopbouw, de hoogst begaanbare ruimte van een toren, de architectonische of de artistieke afronding zoals een spits? Langzamerhand kiest de International Council on Tall Buildings voor dat laatste: mas ten, nee; architectonische afwer king, ja. Beschaving? Soms komt de culturele waarde om de hoek kijken. Wat dragen deze hoge gebouwen elk individu eel en als categorie te samen bij aan het stadsbeeld en het functio neren van het stedelijk leven? Welke architectonische taal wordt daarvoor gebruikt? Voor- en tegenstanders ontmoe ten elkaar op dit vlak. Wolken krabbers zijn 'een teken van be schaving', of anders 'expressie van macht en technisch kunnen', of'een parvenuachtige verheerlij- k^gvanhet consumentisme', li^ogbouw brengt een monumen taliteit in het stadsbeeld en geeft tegelijk nieuwe oriëntatiepunten en een versterking van knoop punten. In het slechtste geval is alleen een demonstratieve archi tectuur, in het beste goede archi tectuur die ook aan de steden bouw accenten toevoegt. Wgt hoogbouw mugelijk meer dan laagbouw duidelijk maakt is dat de stad een ruimtelijke plastiek is, driedimensionaal en dyna misch. Elk hoog gebouw maakt een vergezicht. Niet alleen vanaf de hoogte, ook vanaf de begane grond. De hoogbouw van Nedlloyd (Wil- lemswerfj aan de Boompjes is do minant aanwezig voor degenen die ofwel vanaf Capelie aan den I Jssel langs de Maas de stad bin nenrijden, maar evenzeer voor hen die van de zuidelijke oever komen. En even dominant voor degenen die erachter wonen en werken. De schijf sluit hen af van de rivier. Barrière bedwongen De Erasmusbrug moet op zijn beurt duidelijk maken dat op die plek noord en zuid verknoopt worden, dat men van vele punten uit de stad kan zien hoe de barriè re van de Nieuwe Maas is over wonnen en bedwongen. De hoog bouw op de Wilhelminapier (oiit in het allereerste begin van de planontwikkeling aangeduid met de geuzennaam Manhattan aan de Maas) zal onloochenbaar ma ken dat ook hier hart van de stad klopt. Zij het momenteel weinig economisch, maar meer juridisch en belastingtechnisch. In de officiële birmenstadsplan- nen krijgt de hoogbouw al leen een kans daar waar hij aangeeft hoe de stad in elkaar zit (bijvoor beeld metzicht lijnen), waar hij ruimtelijke ef fecten sorteert (bijvoorbeeld de rivieroever versterkt) en waar hij als ba ken kan dienen (bijvoorbeeld bij een station of een ander openbaar gebouw). De ontwerpers willen ons graag doen geloven dat de stad geen ste denbouwkundige vrijplaats waar alles maar mag. Dat zijn de goede bedoelingen. In de praktijk gaat het soms anders. Eén van de vroege hoogbouwob- jecten in Rotterdam, de toren van het stadhuis met zijn ruim 70 me ter uit 1919, is vanaf de Westkruis kade onzichtbaar geworden, sinds de megabios is gebouwd. De zicht lijn is gewoon dichtgezet De vraag in het hoogbomyjaar luidt: is dit symptomatisch voor het afnemend belang dat gehecht wordt aan de wereldlijke macht die onder deze toren resideert, of aan het afnemend belang van de eerste hoogbouw (die we nu laag vinden)? Wat is er tegen het bestaan van zwarte en witte scholen? In hoeverre beïnvloedt de samenstelling van de leerlingenbevolking de kwaliteit van het onderwijs positief of negatief. En verdienen 'grij ze' scholen echt de voorkeur? De rector van het Niels Stensen College in Utrecht vindt van weL Hij vatte deze maand in het vakblad voor onderwijspersoneel de koe bij de horens en blies de discussie over de spreiding van autochtone en allochtone leerlingen nieuw leven in. Vandaag geeft Bea Kr use, raadslid voor Groen- Links in de Rotterdamse gemeenteraad haar me ning. Door Bea Kruse Het is geen gemakkelijke discussie die de rector Sja* maar van het Niels Stensen College in Utrecht aan zwengelde begin mei. Hij stelde vast dat zijn school de strijd tegen de 'verzwarting' aan het verliezen was, Tachtig procent van zijn leerlingen is allochtoon en meer dan de helft daarvan van Marokkaanse af komst Het Niels Stensen College staat in een wijk waar zes tig procent van de inwoners van niet-Nederlandse af komst is. De wijk beantwoordt aan het profiel van een probleembuurt: hoge werkloosheid, veel crimi naliteit, verloedering. Zijn eigen Marokkaanse leer lingen reageren boos. 'We gaan gewoon naar school, zijn niet crimineel en nu is het weer niet goed', is hun commentaar. En gelijk heben ze. Op zich is het verschijnsel bekend, ook in Rotterdam. Het is het gevolg van een proces dat enige tientallen jaren geleden begon. In oude stadswijken trok een groot deel van de oorspronkeljke bewoners weg om begrijpelijke redenen. Er werden op andere plaatsen, soms buiten de gemeentegrenzen, nieuwe wijken ge bouwd, vaak met eengezinswoningen en woonerven. Veel, met name jonge gezinnen, verhuisden daar naar toe. De nieuwkomers namen hun plaatsen in. Ze waren zelden ryk en afhankelijk van goedkope woonruimte die zich juist in die oude stadwijken be vond. Ze stichtten gezinnen of lieten hun gezinnen overkomen. Ook de discussie over zwarte scholen is niet nieuw: Zo'n tien, vijftien jaar geleden woedde die ook. Toen ging het over het basisonderwijs. Grote groepen al lochtone leerlingen die van een witte school, een zwarte school maakten. En Nederlandse ouders die daarop reageerden. Of door hun kinderen buiten de -buurt op andere scholen te plaatsen onder het motto: je wilt toch het beste voor je kind, zoveel kinderen van buitenlandse afkomst dat moet wel gevolgen hebben voor de kwaliteit van het onderwijs. Of ze hielden hun kinderen gewoon op die school vanuit het besef dat hun kinderen voorbereid moesten zijn op de multiculturele toekomst van Nederland. Ze wa ren in de minderheid. Ik was zo'n ouder en met mijn zonen gaat het prima. Want wie maakt nu precies zo'n school zwart, de al lochtone ouders die hun kinderen in de buurt op school doen, of de Nederlandse ouders die dat juist niet meer doen. In Rotterdam zijn in meer dan de helft van de basisscholen de leerlingen van allochto ne afkomst. De meeste basisscholen in de oude stadswijken zijn gewoon hard aan de slag gegaan. Doen aan achterstandsbestrïjding, organiseren mee aan de voorschoolse opvang, proberen ouders bij de school te betrekken, vooral moeders, nog niet als leesmoeders, wel als buurtmoeder. Ze ontwikkelden het concept van de brede school. Werden kortom buurtscholen in verandering omdat de buurt veran derde. Kleine kinderen worden groot. Binnen !et al te lan ge tijd bestaat de helft van de leerlingen van het voortgezet onderwijs in de vier grote steden uit al lochtone leerlingen. Het vbo is ai sterk gekleurd, de mavo ook en de havo en het vwao zullen volgen. Ze zijn gewoon aan deceurt. Ook deze scholen zullen zich moeten aanpassen aan een veranderde omgej ving en uit moeten groeien tot brede scholen. I Ondanks alles is het basisonderwijs in de oude stads wijken op de goede weg, ze hebben het niet opgege ven en de brede school is veelbelovend. Ik ben er van overtuigd dat ook het voortgezet onderwijs er in zal slagen die veranderingen door te voeren die nodig zijn om alle kinderen in Rotterdam goed onderwijs te bieden. En sommige ontwikkelingen kosten gewoon tijd: mijn ouders hadden nauwelijks meer dan de lagere school, ze groeiden op in de crisistijd. Hun kinderen gingen naar de middelbare school en hadden volgens de buurt toen 'kapsones' en 'het hoog in de bol'. Mijn kinderen studeren met veel plezier en zijn gepokt en gemazeld op de zwarte school in Bloemhof. Het kan verkeren, maar we komen er wel! Door Hans Gertsen De reactie van de beurs van Boeda pest gistermorgen was veelzeggend: luttele uren nadat duidelijk was ge worden dat de Hongaarse socialisten hun meerderheid in het parlement hebben verloren, kelderde de beurs index ruim 8,5 procent Als de beurs of de internationale financiële we reld het in Hongarije voor het zeggen hadden gehad, zou de MSZP, de uit de vroegere communistische partij voortgekomen socialistische partij, onder leiding van premier Gyuia Hom ongetwijfeld nog vier jaar ver der hebben mogen regeren. Van die kant is er niets dan lof voor de ma nierwaarop Horn's vroegere commu nisten het land de afgelopen vier jaar hebben hervormd. Toer. de socialisten in 1994 samen met de liberale SZDSZ een regering vormden, stond het land er in veel opzichten beroerd voor. Het begro tingstekort en de inflatie dreigden totaal uit de hand te lopen en de nog uit de communistische tijd stam mende verzorgingsstaat bezweek on der haar eigen gewicht. Grote delen van de industrie en het bankwezen waren nog in handen van de staat en leden forse verliezen Beste leerling Vier jaar later geldt Hongarije als de 'beste leerling van de Centraai-Euro- pese Idas'. De inflatie en het begro tingstekort zijn tot aanvaardbare proporties teruggebracht via een aantal keiharde bezuinigingsopera ties; het gros van de industrie en vrij wel de hele financiële sector zijn ge privatiseerd; de werkloosheid loopt terug en de economische groei is ruim boven de vier procent beland. Bovendien staat vast dat Hongarije als een van de eerste landen in de re gio lid wordt van de NAVO en de Eu ropese Unie. Bepaald geen slechte balans voor een regering, zou je zeggen. Maar het gros van de Hongaren dacht daar af gelopen zondag toch anders over. Tij dens de tweede ronde van de parle mentsverkiezingen mden ze mas saal op de rechtse ■sitie. Die be loofde met alleen ecu nog hogere eco nomische groei, maar ook een eerlij kere verdeling van de stijgende wel vaart. Daarnaast hamerden oppositieleider Viktor Orban en de zijnen voortdu rend op de noodzaak de explosief ge stegen corruptie en criminaliteit aan te pakken. Op die punten was de ba lans van de regering-Hom ronduit bedroevend. Boedapest is de afgelo pen jaren het toneel geweest van meer dan twintig bomaanslagen en van een serie spectaculaire moorden. Hoewel het gros van die misdrijven onderlinge afrekeningen in het cri minele milieu betrof, is het gevoel van onveiligheid wijdverbreid. Verrijkt Het gros van die misdaden is nog al tijd niet opgelost. Veel Hongaren zijn er van oyertuigd dat dat geen toeval is. De Hongaarse onderwereld zou nauwe banden onderhouden met een deel van de politieke elite en dankzij die contacten ongestoord zijn gang kunnen gaan. Veel Hongaren zijn er tevens van overtuigd dat heel wat kopstukken van de socialistische partij zich de afgelopen jaren via schimmige deals enorm verrijkt heb ben. De paar grote corruptieschanda len die in de medio breed zijn uitge meten, zijn volgens velen slechts het topje van de ijsberg. Terwijl het gros van de Hongaren moet zien rond te komen van salaris sen van amper zeshonderd gulden per maand, zijn de afgelopen jaren in de groene gordel rond Boedapest honderden protserige, peperdure vil la's verrezen. Dat lang niet al die nieuwe rijken op een eerlijke manier fortuin hebben gemaakt, staat voor veel Hongaren vast De geëtaleerde weelde steekt te meer daar 'Janos Mcdaal' er door de bezuinigingen van de socialisten netto minstens tien procent op achteruit is gegaan. De socialisten zijn de afgelopen jaren ongetwijfeld goed geweest voor de beurs en in veel gevallen ook voor hun eigen beurzen. Maar aan hun ei gen achterban hebben ze naar de zin van de kiezers duidelijk te weinig ge dacht. De socialisten beloofden vier jaar geleden 'een markteconomie met een sociaal gezicht'. De eerste helft van die belofte hebben ze waar gemaakt, de tweede in het geheel niet. Vandaar dat de Hongaarse kie zers na enige aarzeling - de socialis ten wonnen de eerste ronde van de verkiezingen nog nipt- de rechtse op positie het voordeel van de twijfel hebben gegeven.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Rotterdamsch Nieuwsblad / Schiedamsche Courant / Rotterdams Dagblad / Waterweg / Algemeen Dagblad | 1998 | | pagina 2