'Het voetbal en alles eromheen heb ik gemist' Bob Janse: Kees Verkerk, een jongen uit Puttershoek op een Noorse camping _rt Rotterdams Dagblad Zaterdag 13 februari 1999 Bob Janse (78) was vanaf de eind jaren veertig tot midden zeven tig een even populaire als succes volle trainer bij een handvol clubs. Zijn gloriejaren kende hij bij Xerxes en Excelsior. Ook was hij werkzaam bij Hennes DVS, waar hij begon, 't Gooi, Emma, NAC en FC Dordrecht. Vandaag aflevering 6 en slot Door Piet Ocks EEN TOPCLUB heeft hij tij- dens zijn langdurige loop baan nooit getraind. Wel is Bob Janse zijdelings twee keer ge polst door Feyenoord. En ook met Sparta is hij in gesprek geweest, maar tot een verbintenis is het nooit met de twee, door de jaren heen, toonaangevende Rotter damse clubs gekomen. „De eerste keer dat ik door Feye noord ben benaderd, was op initi atief van voorzitter Guus Couwen- berg. Het is niet doorgegaan, om dat het bestuur vond dat ik te veel Rotterdammer was. De tweede keer ben ik gepolst door Wiel Coerver. Die zocht iemand die hem kon corrigeren, want hij kon als trainer nog wel eens emotio neel uit zyn slof schieten, Willem van Hanegem had mijn naam la ten vallen. Kom ik bij Gerard Ker- kuin, de voorzitter, die mij vraagt: "Wat kom je eigenlijk doen, wat is de bedoeling?' Terwijl ik was uit genodigd voor een gesprek. Ik hem uitleggen wat ik van Coerver had begrepen, zegt-ie tegen me: 'Daar hebben we jou niet voor no dig.' Ging het weer niet door." „Bij Sparta ook. Tussen de mid dag lunchen met George Kessler. Hij vertrok naar Anderlecht en hij zag in mij zijn opvolger. Cor van Rijn was voorzitter, maar die had ik een keer in een interview bele digd. Dat had hem kennelijk pyn gedaan. Had ik wel begnp voor, maar alle spelers, zoals Hans Ey- kenbroek, No! Heyerman en Ger ter Horst, vólden Bob Janse. Heefl Van Rijn de spelers later uitgelegd waarom ik het met ben geworden. Omdat ik in myn eigen sportzaak zelf achter de toonbank stond.. Ja, waar had ik dan moe ten gaan staan?" „Ik kon naar Ghana, dat bij de KNVB had geïnformeerd naar een geschikte bondscoach. Ik naar de ambassade om me een beetje te oriënteren over dat land. Vertel den ze me dat het daar elke dag meer dan veertig graden was, dat het er's nachts vreselyk koud kon zyn, dat er een voedselprobleem was, dat ik een taalprobleem zou krijgen en dat zo'n zestig procent nog op blote voeten voetbalde. Heb ik er maar vanaf gezien." MalmÖ „Via een kennis, die werkzaam was bij Quick, de voetbalschoe nenfabrikant, kwam ik in contact met het Zweedse Malmö, dat graag een Hollandse trainer wil de. Mijn ticket lag al klaar en Co wilde dolgraag. "Weer eens wat an ders,' zei ze. Maar hoe moest het dan met myn zaak? Die liep als een trein en ik moest meteen weg. Een paar dagen later kreeg ik een telegram, dat het ze speet, maar dat ze een Engelse trainer hadden aangesteld." „Ik was er met rouwig om. Ik kon ook nog naar Limburg, naar Sit- tardia, Maar wat moest ik daar nou? Je verstaat ze niet eens Ben ik uiteindelijk gewoon m Rotter dam gebleven. Ik was met zo'n man voor het avontuur. Ik was het liefst in mijn eigen omgeving, in myn sportzaak." 'Als ik nou terugkijk op myn car rière, zeg ik, dat ik het plezierigst heb gewerkt by Xerxes en Excel sior. Echte Rotterdamse clubs met mensen naar mijn hart. Ik kom nog wel eens in het café van Nol Heijerman. Hij speelde in zijn en myn laatste seizoen bij Excel sior. Nol is een gabbertje van me geworden, Hy is heel sociaal voe lend. Laatst belde Kick van der Vall hem op uit Enschede. Diens moeder zit hier in een bejaarden tehuis. Vroeg hy Nol of hij even tweehonderd gulden by zijn moe der kon brengen, ze zat zonder. Dat doet-ie dan. En dat is maar één voorbeeld. Hy staat altijd voor iedereen klaar. En werkt zich elke dag te pietter in die zaak zonder een druppel alcohol, alleen maar koffie. Vind ik toch knap." „Er is een groot verschil tussen de clubs van binnen en buiten de stad, al moet ik zeggen dat ik ook by't Gooi. toen ik eenmaal in Hil versum woonde, een mooie tyd heb meegemaakt. Ik ging veel om Even bijpra ten met Nol Heijerman. „Hij is een gab bertje van me geworden," zegt Bob Jan se. Foto Jaap Ro- zoma'Rotterdams Theo Mos terd, de kee per en aan voerder van *t Gooi, stelt zich voor aan prinses Bea trix- Bob Jan se (derde van links) wacht zijn beurt af. „Deze foto is uit 1951. We speelden met 't Gooi elk Jaar een liefdadig heidswed strijd tegen Heerenveen met Abe Len stra. Juüana, die toen nog koningin was, en Prins Bern- hard waren er ook altijd bij. Prinses Bea trix deed de prijsuitrei king." Archieffo to ANP met Barend Hoogeveen, hij was chauffeur van de koningin en met Piet Oothout, die ging over de paarden. Als ze een personeeis- feestje hadden, werd ik ook altijd uitgenodigd. Koningin Juliana, prins Bomhard en de kinderen waren er dan ook allemaal. We speelden met 't Gooi elk jaar een liefdadigheidswedstrijd tegen Heerenveen met Abe Lenstra. Dan was de koninklijke familie er ook altijd bij. Prinses Beatrix deed dan de prijsuitreiking." „Ik ging ook wel eens mee met de Ramblers als ze m de buurt moes ten optreden - waren allemaal wenden van me. Vooral Bertus Grijzen, de trompettist. Die heeft nog bij my bij 't Gooi in het eerste gespeeld." Slechts van één ding heeft hij spijt. Dat hij op 56-jarige leeftijd radicaal heeft gebroken met het voetbal na zijn actieve trainersloopbaan. „Achteraf kan ik nog wel eens de haren uit mijn hoofd trekken. Ik ben toen veel te abrupt gestopt, Eigenlijk zonder goed erover te hebben nagedacht. Ik heb er te vroeg afstand van ge nomen, terwijl ik er eigenlijk nog middenin zat. Ik heb nog wel aan biedingen gekregen om by Xer xes, Excelsior en zelfs bij Feye noord als scout of technisch advi seur te komen, maar op dat mo ment voelde ik er vreemd genoeg mets meer voor." „Ik heb er te rigoureus afstand van genomen en dat is fout ge weest. Ik voelde me toch wei thuis in dat wereldje. Ik heb het voetbal en alles eromheen gemist. Had ik nooit verwacht. Dat durf ik nu best wel te bekennen." „Al moet ik ook zeggen dat het voetbal me in die tijd al niet meer zo boeide. Het is niet attractief meer. Als ik naar Feyenoord zit te kijken of naar Ajax, dat tikkie breed en tikkie terug: ik verveel me kapot. Als mijn vrouw Co dan zegt: 'Bob, op het andere net is Derek,' dan zet ik dat op." „Joh, toen ik begin jaren vijftig trainer was van Xerxes, het laat ste jaar met Faas Wilkes - dat zie je toch niet meer? Die pakte de bal op bij zijn eigen strafschopge bied, passeerde vier, vijf mensen, inclusief de keeper en dan even dat handje omhoog. Dan genoot ik. Als je nu een vent gepasseerd bent, ga je bij de tweede plat Alles speelt zich af op het middenveld. Er is niks meer aan. Ik kan me ook de tijd niet heugen dat ik naar een wedstrijd ben wezen kijken, terwijl ik toch een geboren voet balman ben." Tevroeg „Ik ben veel te vroeg geboren. Als je tegenwoordig de bedragen hoort, die voetballers verdienen... Het loopt de spuigaten uit Niet dat ik het ze misgun, maar een chirurg, die jarenlang heeft moe ten studeren, verdient een schijn- tje vergeleken bij een voetballer. Dat is toch absurd? Dat zou toch niet mogen? De verhoudingen] zijn zoek. Maar dit kan geen stand 1 houden. De bomen kunnen toch niet tot in de hemel blijven groei en! Dat gaat gegarandeerd een keer fout. Het is allemaal com-A mercie geworden. Het gaat alleen - nog maar om geld. En iedere voet baller heeft een eigen zaakwaar- nemer, die er ook nog aan moet verdienen. Het voetbal komt op de derde plaats. Als je niet uit-» kijkt, gaat het voetbal echt naar-? de klote." wen. Maar HH rlandse top- I 1 t,. 1 feU II fl M *8 f>*-« j kM 'II' BKflM ÜHHf^ f J ^MhMlWArf. Sport is van alle eeuwen. Maar wie waren de Nederlandse top sporters van déze eeuw? Rang lijsten zijn definitief, lijstjes ech ter veelal arbitrair. De top-50 van deze eeuw is een rangschikking, opgesteld door de sportredactie van deze krant, met hier en daar een stevig Rotterdams accent. Ie dere zaterdag in het Rotterdams Dagblad een portret van een van die vijftig belden. Vandaag nummer 45 in 'Eeuwige roem', schaatser Kees Verkerk. Volgende week nummer 44: Ellen van Langen. De lijst tot nu toe: 50. Just Göbel, voetbal 49. Bep van Klaveren, boksen 48. Betty StÖve, tennis 47. Bok de Korver, voetbal 46: Marcel Wouda, zwemmen 45: Kees Verkerk, schaatsen Door Fred Stamkot EEN COMPLETE, inmid dels wat oudere generatie heeft aan de beeldbuis ge kluisterd gezeten als Theo Koo- men zijn enthousiaste commen taar gaf by Europese en wereld kampioenschappen schaatsen. En Theo kón enthousiast zyn, want Nederland had toentertijd met Kees Verkerk, Ard Schenk en - in wat mindere mate - Jan Bols een paar toppers in huis. „En weer een rondje van 36. J.I" Het rondje van 36 staat in het ge heugen gegrift, maar de helden van'weleer zijn een beetje uit beeld verdwenen. Voor Kees Ver kerk - 56 jaar inmiddels - geldt dat ook in letterlijke zin, want de voormalige schaatstopper woont en werkt in Noorwegen, vlakbij Kristiansand, Zo'n vijftien kilo meter buiten de stad beheert hij samen met zijn vrouw Sally een grote camping. Kees is in zijn jeugd gevormd in het befaamde café 't Veerhuys in Puttershoek. „Eigenlijk had ik geen jeugd. Pa trainde óf ik werk te in de kroeg, iets anders was er niet. Van discotheken of uitgaan wist ik niets. Aan de andere kant was het best een leuk leven in het café. Gezellig een muziekje van Elvis Presley of Fats Domino en een beetje praten met de klanten. Het was hard werken, maar je leerde met mensen omgaan. Sori- - Cto^Iis Arte Verkerk Werd j toFs!? i in Kitetteaad, Noorwegen. - 'Kttsslr' Verkerk was «n van dimmtMtmsximiïféw- kereen 4s Neder- li Europees Kees Verkerk in zijn glorietijd. Ard Schenk blijft ver achter bij de kleine man uit Puttershoek. 'Ik bon als topsporter nooit in dat overbekende zwarte gat gevallen,' zegt 'Keessie* nu. ArchfoffDtQ G.G. Davts/Rotterdams Dagblad KeesVerkerkvoorzijnHamresandencampIngin Kristiansand. 'Of Ik wel eens aan vroeger terugdenk? Nauwelijks.' Foto Fred Stamkot aal contact was belangrijk en dat stond me wel aan. Tegen proble men oplopen en die zien op te los sen." „Da's nu nog zo, trouwens. In het hoogseizoen staan hier duizenden mensen op de camping en op de dagrecreatie; wat dacht je daar van? Wat dat betreft heb ik mijn jeugd hier in Noorwegen voortge zet. En waarschijnlijk ligt dit le ventje me ook wel. Aan de andere kant is het compleet anders hier. 's Winters ben je op jezelf aange wezen, je leeft hier in een ijskast met die strenge winters en denk erom dat het dan stil kan zijn „Of ik wel eens aan vroeger terug denk? Nauwelijks. Ik heb eigen lijk geen uur dat ik stilzit; ik ben altijd bezig. Uiteraard in het hoog seizoen, maar ook in de winter. Je moet zaken controleren, repare ren, voorbereidingen treffen voor het kerstseizoen. Maar ik voel me hier zeer happy, dit is mijn thuis. Al ben en blijf ik Nederlander, wat trouwens ook voor myn zoon en dochter geldt." „Hier vinden ze me een halve Noor, want ik ben volledig geac cepteerd. Ze zeggen: 'Kees, wat heb je ons vroeger dwars gezeten, je pikte alle medailles in.' Ander zijds vinden de Noren het maar wat leuk als ik op een bruiloft myn muzikale kunsten kom ver tonen. Ik word regelmatig ge vraagd, en dat gaat heel Noorwe gen door. Ver weg soms, maar wat dat betreft ben ik nog van de oude stempel: beloofd is beloofd." „Dan komt de oude topsporter weer boven, hè. Je doet iets en je stéét ervoor. Dat is karakter. Het kun nog zulk rotweer zyn, ik moest trainen en ik ging. Ook op de kampioenschappen. We heb ben eens in Lahti gereden bij 30 graden onder nul. Iedereen was hartstikke dik ingepakt, maar Kees niet. Ik trok mijn eigen plan. Er was daar één verwarmd wc-tje en daar zat ik; ding op slot en pas op het laatste moment naar bui ten in myn gewone wedstrijdkle- dïng. Ik reed als een trein. Tegen woordig lopen ze te zeuren als ze op een buitenbaan moeten schaat sen. Man, wij reden niet anders dan buiten. Ze zyn nu behoorlyk verwend." Jaap Edenbaan Het schaatstalent van Kees Ver kerk diende zich al snel aan. „We gingen vanaf 1961 op de Jaap Edenbaan regelmatig trainen. Toen ik by het NK jeugd in mijn leeftijdsgroep twee keer tweede was geworden, zei men: dat kan een goeie woiden. In '03 - m die strenge winter - kwam ik bij de kernploeg en toen is het begon nen. Vrij snel daarna zilver in Innsbruck op de Olympische Spe len, de grote doorbraak. Tot eind jaren zestig heb ik op alle toer nooien mijn titels en medailles meegepikt." „Daarnaast ben ik dus in ons café blijven werken. Dat was toen een begrip in Nederland. Met de kern ploeg trokken we vaak naar Noor wegen, om te trainen of voor wed strijden. In 1969 logeerden we op de camping van myn huidige schoonouders, in houten huisjes. Ik heb er myn wouw leren ken nen." Toen de schaatsearrière voorby was, rolde Kees automatisch het bedrijf in van zijn schoonouders, een kleine camping. „Er was een restaurantje en er stonden tien vakantiehutten. Het is hier na tuurlijk een gouden plaats (Ham- resandeneamping ligt aan een fjorduitloper, temidden van de Noorse natuur - red.), we hebben een mooi strand, water, ruimte. In jum, juli en augustus is het hier vo' -aat je - inclusief dagre- cre over zo'n vierduizend mensen par dag. Da's voor Noorse begrippen gigantisch." Er staan* een appartemer.tcnho- tel, geschakelde appartementen, vakantiebungalows en een strand van drie kilometer lengte met een prachtig uitzicht over de fjord, met waterglijbanen, drie kiosken, een tennisbaan en een midget- golfbaan. Het hoofdgebouw om vat een restaurant, een fitness ruimte, een sauna, vergaderruim tes en een grote zaal. „Als je weet waarmee we begon nen zijn... Daar is dus aardig wat bygekomen, en we hebben ge noeg plannen voor de toekomst. De ligging is prachtig. We bieden fijn onderdak, hebben een goed restaurant, er is een stukje mu ziek, de gasten blyven graag te rugkomen. Verder hebben we nog seminars, cursussen, bruiloften en partijen en in december is het topdrukte voor de kerst. Dan heb ben we een kleine driehonderd Noren in huis. Alleen met kerst nemen we zelf vry. Maar voor de rest werken we hier met het fami liebedrijf eigenlyk het hele jaar door." Lekker golfen „Een enkele keer ga ik lekker gol fen; er ligt hier by Kristiansand een prachtige baan. Ik doe het te weinig, want ik vind het nog steeds heerlijk in de buitenlucht te sporten. Maar goed, hard wer ken is geen schande. Ik ben als topsporter nooit in dat overbeken de zwarte gat gevallen. In 1973 ben ik getrouwd, we zijn hieraan de slag gegaan en we zijn nog steeds bezig. Ik voel me hier thuis, we hebben de ruimte, ik kan het goed vinden met de No ren, wat wil een mens nog meer?" „Natuurlijk denk ik wel eens te rug aan vroeger. Ik zou myn schaatsloopbaan zo weer over wil len doen. Ik heb zoveel mooie mo menten beleefd. Mijn moeder was myn grootste fan. Ze leefde ont zettend mee, was apetrots op me bij de huldiging na Innsbruck. Maar een dag later overleed ze, hartstilstand. Dat was een ontzet tende klap. Ik was kapot, maar na verloop van tyd pak je de draad toch weer op, voor je moeder, voor jezelf, omdat je wilt presteren. Nee, niet voor de financiën. Voor het geld hoefde het niet. Als ik dan zie hoe die schaatsers net te genwoordig hebben. En nóg zyn ze niet tevreden." „Bij ons stond de sport voorop. En nu is het de sponsor. Kijk, Ard en ik waren zo'n beetje de eerste pu bliekslievelingen, we leverden oen; behaalde lx olympisch send ea 3x olympisch zilver. Verkerk verbeterde 9x een wereldrecord. prestaties, maar waren tegelijker tijd ook eikaars tegenpolen. Hij was de lange, wat gesloten Noord-Hollander; ik de kleine, gebekte jongen uit Puttershoek. De slimmerik die gevormd was in de kroeg. Natuurlijk heb ik nog contact met Ard, maar meestal te lefonisch; we hebben het allebei druk genoeg. In Noorwegen is Fred Anton Maier, de lange af standspecialist uit mijn tijd, mijn grote vriend" „Nee, schaatsen doe ik nooit meer. Dan moet ik met de auto he lemaal naar de kunstijsbaan in Larvik of Stavanger; dat zijn fikse afstanden en daar voel ik niks voor. Bovendien heb ik er totaal geen zin in er achter te komen dat ik inmiddels 55 seconden over de vijfhonderd doe..." Schaatsmuseum „Heimwee? Ik terug naar Neder land? Nee, mijn leven is hier, mijn herinneringen zijn daar. Af en toe wip ik nog wel eens aan in Put tershoek, ook in het oude café, dat trouwens niet meer van ons is. Mijn vader is ook niet oud gewor den, overleed toen-ie eenenzestig was. Tegenwoordig wordt de zaak gerund door Dikkie. Hij kent het klappen van de zweep, want hij heeft nog bij mijn vader in het ca fé gewerkt. Hij kent ook de sfeer. De schaatsfoto's van vroeger han gen er nog steeds." Kees Verkerk wijst op een karak teristiek Noors huisje. „Dat willen we kopen en dan wil ik er een soort museumpje van maken. Een schaatsmuseum als herinnering aan een machtige periode. Ik weet zeker dat mijn Nederlandse gas ten dat óók leuk zullen vinden."

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Rotterdamsch Nieuwsblad / Schiedamsche Courant / Rotterdams Dagblad / Waterweg / Algemeen Dagblad | 1999 | | pagina 1