19
'De Willem Ruys, dat was pas een schip
ffef 1
Snelie sloop in Bospolder: onrust groeit
Afp
Op zoek naar de indrukwekkendste schepen in de Rotterdamse haven
nni» ii_« wil H1H1HH r
De Coolsis]
Werkstraf voor verkrachter slapende vrouw
Wijkeconomie
in wereldhaven
Rotterdams dagblad I I Zaterdag 8 meit 999
Wal is er mooier dan
een schip dat van
de helling loopt,
verzuchtte oud-premier
Joop den Uyl ooit, tijdens
een van de verboren in de
RSV-enquête. En inder
daad: schepen, in alle
soorten en maten, hebben
de gemoederen altijd we
ten te beroeren. Kijk
maar wat er gebeurt wan
neer de nieuwe Rotter
dam eens een dagje aan
legt in deze stad. En dat
geldt trouwens niet alleen
voor havenstad Rotter
dam: het gedramatiseer
de epos van de Titanic
groeide wereld wijd uit tot
een van de populairste
Blms aller tijden.
Het Maritiem Museum
Prins Hendrik is in de
weer met het samenstel
len van een top tien van
de meest tot de verbeel
ding sprekende schepen
van deze eeuw, voor een
grote tentoonstelling die
volgend jaar in het muse
um te sien zal zijn. Wat
vinden Rotterdammers,
en dan vooral zij die dag
in dag uit met se heep
vaart hebben te maken,
langs het water werken of
over de haven uitkijken,
zélf het mooiste schip?
Aun welk zeekasteel be
waren zij hun dierbaarste
herinneringen? Welke
schuit maakte de meeste
indruk?
Door Ben Maandag
Jacqueline van Rijn, directeur
van de Euromast:
„Als ik er even over nadenk,., de
Amengo Vespucci, een schttie
rend zeilschip dat ik alweer een
lange tijd geleden heb bezocht,
niet in Rotterdam maar in Am
sterdam, tijdens Sail, ik geloof be
gin jaren tachtig. We hebben daar
toen die vertrekken mogen bekij
ken, prachtig, Precies zoals je je
zo'n zeilschip voorstelt, een drie
master was 't geloof ik, ik heb er
niet zoveel verstand van. Zwart
en wit waren de kleuren. En dan
nog al dat koperbeslag. Het is al
weer een tijd geleden dat ik dat
schip heb gezien, maar ik zou er
graag weer een keer op willen om
nog eens rond te kijken. Het was
niet in Rotterdam nee, maar wat
mij betreft mag hy hier zo een
keer langskomen. En laten ze 'm
dan maar voor de Euromast leg
gen."
J J. Streefkerk, loods:
,.Dat is moeilijk te zeggen. Je
kunt zoiets op verschillende ma
nieren benaderen. Qua belijning,
qua uitrusting... Bij mooie sche
pen denk je vooral aan passagiers
schepen. Dan herinner ik me als
eerste de Queen Elisabeth, die
hier een jaar of drie geleden ge
heel vernieuwd binnenliep. Tk
heb die toen niet zelf binnenge
bracht, nee, maar ik stond wel lik
kebaardend aan de kant Het was
nogal spectaculair, want het was
heiig toen hij de Nieuwe Water
weg opkwam. Toen hjj de Wilhel-
minakade passeerde viel het op
eens zo dicht, dat het schip nau
welijks meer te zien was. Maar er
was geen weg meer terug. Hij
moest een enorme draai maken
en dat is toen maar net goed ge
gaan, vandaar dat ik het me nog
zo goed herinner. En als je het
hebt over indrukwekkend... dan
denk ik vooral aan zo'n kraanplat
form dat ik eens heb versleept. Er
zitten acht motoren in de poten en
je bestuurt zo'n ding van 120 me
ter breed en 200 meter lang met
een pinnetje ter grootte van een
lucifer. Je voelt je dan wel heel
apart."
C.W. Lieverst, regiowachtchef
bjj het Gemeentelijk Havenbe
drijf Rotterdam en vrijwilliger
■j - r- - i
'J*
De oude Rotterdam, gebouwd in 1959, toentertijd het vlaggenschip van de Holland Amerika Lijn. Archieffoto-sRotterdams Dagblad
bij het Maritiem Buitenmuse
um:
„Wat een moeilijke vraag, daar
zou ik zo eén twee drie geen ant
woord op weten. Even denken...
Dan kom ik toch uit bij de oude
Rotterdam, die vind ik wel wat Ik
heb wel wat met dat schip: toen
hij 1e water ging, ging ik naar zee.
Het was een schip met een zeeg,
dat hebben de schepen tegen
woordig niet meer. Een schip
hoort een zeeg te hebben, dat is
myn mening. Sleepboten, ja die
hebben ook wel wat. Ik heb vroe
ger op zo'n sleepboot gevaren, zo
een als de Hudson, die nu nog wel
eens aan de Leuvehaven ligt. Zo'n
schip hééft 't. Een schip moet iets
hebben. Bij die moderne schepen
is dat een beetje weg. Misschien
komt het wel door m'n leeftijd
hoor, ik ben 57. Maar die moderne
schepen hebben iets onpersoon
lijks. Ik zit hier op de wachtpost
Botlek en daar passeert elke vijf
minuten een zeeschip. Het moet
wel heel erg bijzonder zijn wil je
er een tweede blik aan wijden.
Voor een Engels coastertje word
ik nog wel eens geroepen. Maar
verder is er eigenlijk niet? mwr
tussen waarvan je zegt: goh, wat
bijzonder. Er zyn ook zoveel ver
schillende soorten. Het zyn eigen
lijk niet meer dan ships that pass
in the night.."
Mai Elmar, directeur Cruise Rot
terdam:
„Nou zeg, da's een lastige... Je
kunt natuurlijk zeggen de Rotter
dam, omdat dat een combinatie is
van emotie en dat hij hier weer in
Rotterdam is geweest. Maar er
zijn natuurlijk ook andere prach
tige schepen Oude schepen, zoals
de Öosterschelde, die weer hele
maal is hersteld. Ja, laat ik dat
maar zeggen: de Rotterdam is
myn favoriete schip. Het is een
prachtig nieuw schip met goede
voorzieningen voor de passagiers,
maar toch is het nog steeds een
schip. En dat zo'n schip dan in het
hartje van Rotterdam ligt, dat
heeft toch wel iets speciaals. Hy
zou hier best wat meer mogen ko
men, ja, maar daar zyn we dan
ook volop mee bezig."
Willem Zoeteweij, 'manusje van
alles' bij Troost Scheepsbeno-
digdheden bv:
„Wat op mij de meeste indruk
De sterkste
en grootste
wereld, de
luidde in 1963
het bijschrift
bij deze foto.
De Nieuw Amsterdam
heeft gemaakt dat is toch wel de
Nieuw Amsterdam van de Hol
land Amerika Lijn. Dat is myn fa
voriet. Die heb ik van myn veer
tiende, vijftiende jaar zo dagelij ks
meegemaakt hier aan de Wilhel-
minapier dat de indruk echt ver
pletterend was. Al die drukte, al
die bedrijvigheid eromheen, dat
deed je wat. Ik moet bekennen
dat ik een groot zwak heb voor de
HAL. Ik ben nou eenmaal zo'n
halve 200I die alles wat hij daar
over tegenkomt bewaart, uit een
soort nostalgie... Wat me toch ook
altijd wat deed, dat waren de sche
pen van de Rotterdamse Lloyd, de
Willem Ruys en hoe al die sche
pen ook heetten. De Willem Ruys.
dat was een ding waarvan je zegt,
ja jongens zeg. dat is pas een
schip. Ik heb het dan natuurlijk
vooral over zeeschepen. Even
denken... Ja, de vrachtschepen
van de KNSM, dat was ook je van
het. En zoals je vroeger die sleep-
schepen aan de Waalhaven zag
liggen... Dat heb je toch tegen
woordig allemaal met meer."
Ir. Pieter Struijs, directeur
Scheepvaart bij het Gemeente
lijk Havenbedrijf Rotterdam:
„Het indrukwekkendste schip is
natuurlijk niet altyd het grootste.
Indrukwekkendheid heeft ook
veel te maken met emotie. Voor
mij geldt daarom de Koningin
Beatrix als het indrukwekkendste
schip. Ik werkte toen bij van der
Giessen-de Noord, waar het schip
werf gebouwd. Het moest toen, in
de crisistijd van de scheepsbouw,
1985, vorden afgebouwd en ik
was daarvoor verantwoordelijk.
Er moesten in die tijd helaas veel
mensen worden ontslagen. Het
was een moeilijke tijd, maar wel
een geweldig gevoel toen hij een
maal voer: een Van der Giessen-
óe Noord-product, een groot
schip. Dat hebben we toen toch
met zijn allen gedaan. Ja, dat
schip maakt bij mij de meeste
emoties los."
H.B. Dirkzwager, directeur Dirk
zwager bv:
„Tja, veel mensen zullen wel de
Willem Ruys, de Rotterdam en
dat soort schepen noemen, maar
ik kom toch uit op de Albireo, die
heeft gevaren van '48 tot en met
'79, dus 31 jaar. Dat was een schip
meteen snelheid van 12 mijl. Het
was vooral de vorm van het schip.
Er zat een vooruit aan, een mid
scheeps en een achteruit, een
beetje ouderwetse indeling nog.
Maar het was een gezellig schip,
met een mooie lijn. Ik heb er een
jaar als stuurman op gezeten,
voordat hij werd verkoelJat was
in 1963. Een mooi schip, gebouwd
voor Van Nieveit Goudnaan. Dat
was een schip met klasse."
S. Muntz, oud-werknemer bij
Wilton:
„De heb altijd de Nieuw Amster
dam een erg mooi schip gevon
den, al is hij niet bij Wilton ge
maakt. Daarvan heb ik hier ook
een schilderij aan de muur han
gen. Die hele lijn van het schip
vind ik prachtig. En later heb ik
eens op de tv gezien hoe de ac
commodatie van het schip eruit
ziet: schitterend. Myn broer heeft
nog bij het droogdok gewerkt
waar hij werd gemaakt Mijn moe
der is toen nog bij de tewaterla
ting geweest en by de bezichti
ging. Hij is later een paar keer by
Wilton in reparatie geweest. Dat
schept toch een band met zo'n
schip, Zo maken ze ze tegenwoor
dig niet meer. Ach, in Nederland
is het begonnen toen Verolme
kwam met die grote tankers.
Daaraan is de scheepsbouw in Ne
derland naar de knoppen gegaan.
Er moest alleen maar geld bij en
er werd geen stuiver aan ver
diend. Dat is mijn persoonlijke
mening."
HJ.G. Walenkamp, groepsdirec-
teur bij Smit Internationale:
Als je naar Smit kijkt, dan heb je
het onmiddellijk over sleepvaart
en berging. Dan komt vrijwel me
teen de naam de Zwarte Zee op.
Die is voor ons bedrijf heel be
langrijk geweest. Er zijn er een
stuk of vier van geweest, ik denk
dat de laatste in '65 of '66 uit de
vaart is genomen. De Zwarte Zee
was zo'n beetje de sterkste in zijn
soort, wat betreft trekkracht een
van de zwaarste sleepboten ter
wereld. Ook telde natuurlijk mee
wat ze aan ankers aan boord had
den, welke aggregaten en welk
bergingsmateriaal. Ze hadden
een enorme bergingscapaciteit.
Wat die schepen zo bijzonder
maakte was een combinatie van
kapitein, bemanning en het schip.
Zo hadden we kapitein Teun Vet
en zijn bemanning, die heel lang
op zo'n schip heeft gevaren en
daarmee grote bekendheid kreeg.
De Zwarte Zee III werd gebouwd
in de crisisjaren en werd vooral
ingezet voor berging op de Atlan
tische Oceaan. Vanuit Madeira of
de Azoren opereerde hy. Tja, dat
schip heeft heel wat schepen ge
borgen en branden geblust..."
Rotterdam De rechtbank in
Rotterdam heeft gisteren een 30-
jarige man veroordeeld tot hon
derd uur dienstverlening en
twee maanden voorwaardelijk
wegens het verkrachten van een
slapende vrouw. Het Openbaar
Ministerie had eerder een half
jaar celstraf geeist.
Het slachtoffer, haar vriend en
diens makker, de verdachte, wa
ren na een avondje stappen in.
één bed beland, omdat het hen
alledrie te veel moeite was om op
de bank een bed voor R. K. op te
maken. Het drietal had die
avond flink gedronken
Wakker
De vrouw was wakker geworden
toen ze voelde dat er iemand bij
haar binnendrong. Toen ze zich
realiseerde dat dat niet haar
vriend was, had ze K. wegge
duwd en was ze opgestaan en
weggegaan.
De rechtbank acht bewezen dat
K. het slachtoffer verkrachtte en
ontuchtige handelingen pleegde
op het moment dat de vrouw in
lichamelijk onmacht verkeerde.
De verdachte kan zich van het
hele voorval echter niets herin
neren. Ook zijn makker, de
vriend van het slachtoffer, zegt
van niets te weten.
Rotterdam Bn bewoners in Bos
polder neemt de ongerustheid toe
over de versnelde sloooplannen
van woningstichting De Combi
natie. Inwoners van de w ik m
Rotterdam-West waren deze v°ek
met honderd in getal op de deel
raadsvergadering van Delfshaven
aanwezig om opheldering te vra
gen over hun toekomst.
De sloopplannen van De Combi
natie houden in dat in de komen
de vier jaar elfhonderd woningen
verdwijnen Daar staat nieuw
bouw tegenover, maar blykens de
gang van zaken in de Spanjaard
straat duurt de kaalslag m Bospol
der langer dan goed is voor de
wyk. De bewoners wezen op toe
nemende onleefbaarhesd en leeg
loop van Bospolder.
De huurstop die is ingesteld in de
Schippersbuurt, Puntstraat en
Hudsonstraat stellen de aehter-
blyvende huurders niet op hun
gemak omdat dichtgemetselde
huizen verpaupering in de hand
werken. Vervangende nieuw
bouw heeft er zeker niet plaats
vóór 2002.
Aangezien het de grote vraag is
hoeveel betaalbare huurwonin
gen er zullen worden terugge-
bouwd, spraken Bospoidemaren
tegenover de deelraadsleden de
vrees uit dat ze na uitverhuizing
niet meer kunnen terugkeren in
de nieuwe woningen.
De deelraad van Delfshaven heeft
zich voorgenomen alle middelen
aan te wenden om meer gTeep te
krijgen op uitvoering van de
stadsvernieuwing. Vanuit de
Bruynstraat/Mathenesserdijk in
Tussendijken hebben bewoners
er bij de deelgemeente op aange
drongen hun uitgewoonde huizen
(vocht, schimmel, lekkage, kapot
te ramen) zo spoedig mogelijk te
slopen.
Volgens de plannen wordt op deze
locatie, bekend als project De
Punt, over een periode van vijf
jaar in fases gesloopt en/of gere
noveerd. Dagelijks bestuurster M.
Axwijk {stadsvernieuwing) zegde
toe contact op te nemen met
bouw- en woningtoezicht om de
staat van de woningen te inspec
teren.
In de havenstad Rotterdam is het
economisch beleid altijd toebe
deeld aan niet de geringste wet-
houdeis {Roel den Dunnen, Joop t
Linthorst, Hans Simons), want de
haven vraagt om ruimte, facilitei
ten en bereikbaarheid en daar
gaan forse investeringen mee ge
moeid, ook van overheidswege.
Economischezaken was dus een
zware portefeuille, in Rotterdam
veel meer dan in kleinere steden,
waar het lokale economische be
leid doorgaans neerkwam op her
bestrating en aanleg van parkeer
plaatsen.
Een te klassieke benadering, zei
wethouder Simons hierover op
het recente zakenfestival. Simons
heeft recht van spreken. Sinds
het Ontwikkeb'ngsbedrijf Rotter
dam (OBR) en het Gemeentelijk
Havenbedrijf Rotterdam in 1996
de nota 'Naar een nieuw econo
misch klimaat'uitbrachten, waar
in gewaarschuwd werd voor te
grote afhankelijkheid van de -
eenzijdige - haveneconomie, is
het economisch beleid in Rotter
dam vernieuwd, verdiept, interes
santer en aantrekkelijker gewor
den. Resultaten blijven niet uit
Dat is de verdienste van Simons
en ook van enthousiaste deelge
meentebestuurders (in Charlois,
Noord, Delfshaven) die veel meer
nadruk legden op goed contact
met het plaatselijke bedrijfsleven.
Met een nieuw actieprogramma
voor het midden- en kleinbedrijf
schiet Simons de Rotterdamse on
dernemers met een scala aan
maatregelen te hulp. De aanpak
gaat verder dan het zoeken naar
ruimte voor bedrijvigheid (wat
niet meevalt in een stad waar het 1
twintig jaar geleden nog gebruik
was om hinderlijke bedrijven de
oude wijken uit te saneren).
Nu het grote-stedenbeleid een
verband legt tussen stedelijke
vernieuwing en wijkeconomie,
mag Rotterdam verwachten dat
het beleid gericht wordt op een
prettige mix van wonen en wer
ken. Het welslagen hangt sterk af
van eensgezind collegebeleid,
waarbij het dan vooral aankomt
op Hans Simons, Hans Kombrink
en Herman Meyer,
De hulp aan de ondernemers
hoeft niet op dat mixende beleid
te wachten. Er zyn nu al veel pro
jecten aan de gang en ze hebben
te maken met kennisbevordering,
netwerkvorming, innovatie, een
helderder regelgeving en inten-
sieve ondersteuning van starten-
de ondernemers. De gemeente
Rotterdam werkt hiertoe samen
met de Kamer van Koophandel,
ondernemersverenigingen en op
leidingsinstituten.
Het is vooral de taak van het OBR
om leegstaande winkelpanden en
accommodaties geschikt ten be
taalbaar) te maken voor starters.
De dienst Stedebouw en Volks
huisvesting zal moeten proberen
meer koopkracht terug te krijgen
in de wijken rond de binnenstad.
En in het Oude Noorden bestaan
leuke ideeën over verfraaiing van
winkelstraten en -panden, met
een solidaire deelraad die de be
woners oproept de boodschappen
vooral in de buurt te doen, In het
stimuleringsgebied (kansenzone)
Waalhaven-Zuid raken werklozen
uit Charlois aan de slag. Met de
Tante Agaath-regeling kunnen
ondernemers voordelig geld le
nen, terwijl de belastingdruk in
de aanloopjaren minder is. En
dan hebben we het nog niet eens
over de invulling van de Kop van
Zuid, de MüUeipieren omgeving
en het Piet Smit-terrein. Verdere
groei van de bedrijvigheid en
werkgelegenheid in de Rotter
damse regio moet vooral komen
uit Bleiswijk, Schiedam, Helle-
voetsluis.Hoek van Holland en de
tweede Maasvlakte. Daarvoor zijn
gemeentebestuurders nodig, die
van economisch beleid meer ma
ken dan het vernieuwen van het
wegdek, want die klassieke bena-
dering, volgens Simons, is niet
wervend genoeg. Het bedrijfsle
ven verdient meer steun, en het
zal niet meevallen om de trend te
keren dat ondernemers uitwijken
naar andere delen van het land.
De ondernemers kunnen zelt ook
meer doen om het werkklimaat te
verbeteren. Middenstanders zijn
vaak individualisten en het valt
winkeliersverenigingen niet mee
om leader te vinden (suggestie:
werk samen met wijk- en bewo
nersorganisaties). Het zijn tot nu
toe vooral de grotere bedrijven,
die de potenties van oude wijken
ontdekken en. personeel uit de
buurt aannemea Het begin is er.
De wijkeconomie kan dé drijfveer
worden van de wijkaanpak.