12
Onsterfelijk door
Dood in Venetië
Tijdloze Macbeth akelig actueel
musicalsensatie
van het seizoen
Gezellig blind zijn met Vincent Bijlo
Geniale Goethe was ook verdienstelijk kunstenaar
Aanhouder Wynn (t)
Rotterdams Dagblad
WEM
Maandag 10 mei 1999
Door Pieter van Li erop
Het is de droom van elke acteur
om ooit zo mooi dood te gaan als
het Dirk Bogarde vergund is ge
weest. En dan moeten we niet
denken aan zijn verscheiden op
78-jarige leeftijd aan de gevolgen
van een hartaanval gedurende het
afgelopen weekend in zijn huis in
Londen, maar aan de sublieme fi
nale van 'Death In Venice*, de
film waarin Bogarde de hoofdrol
speelde die hem onsterfelijk heeft
gemaakt
In dat van 1971 daterende mees
terwerk van Luchine Visconti,
naar een roman van Thomas
Mann, speelde de Britse acteur op
aangrijpende wijze Aschenbach,
het alter ego van componist Gust-
av Mahler. Hij heeft een fatale
ziekte onder de leden en heeft alle
schepen achter zich verbrand, als
hij de kans grijpt om op het strand
van het Venetiaanse Lado nog een
paar dagen te genieten van wat hij
beschouwt als de ultieme schoon
heid op aarde, in de persoon van
een engelachtige Russische ado
lescent
Door die visioenen verzoend met
zijn snel naderend einde, nestelt
hij zich in een strandstoel van Ho
tel Des Bains en sukkelt in slaap.
Als het gaat regenen en het strand
is verlaten, zit Aschenbach daar
nog steeds. En als de regen de
zwarte verf uit zijn haren begint
te spoelen, wordt de schoonheids
minnaar daar niet meer wakker
van.
Dirk Bogarde heeft ooit gezegd
dat het spelen van deze Aschen
bach voor hem het tegendeel was
van een moeilijke opgave, omdat
de rol hem paste als een maatkos
tuum. En deze gedistingeerde
Brit hield erg van maatkostuums.
De ingetogen homoseksuele ero
tiek, de alles omringende esthe
tiek, de hyperbeschaafde beheer
sing van zeer diepe emoties, het
was allemaal karakteristiek voor
Bogarde zelf en voor de beste rol
len die hij gespeeld heeft. De stijl
van Aschenbach had hij van huis
uit meegekregen, als zoon van
een in Nederland geboren kunst-
o.ticus van The Times. Bij de
burgerlijke stand stond hij inge
schreven als Derek Jules Gaspard
Ulric Niven van den Bogaerde. In
hetlegernoemdezehem 'Pip'.
Hij bezocht het University Colle
ge in Glasgow en toen hij voor ac
teur ging studeren, betaalde hij
de studie met zijn werk als gra
fisch ontwerper. Zijn filmaspira-
ties waren in 1939 schuchter van
stapel gelopen met een figuran
tenrol in George Formby's klucht
'Come On George', toen de oorlog
uitbrak. Zeven jaar 2ou Bogarde
Hare Majesteits wapenrok dragen
en het brengen tot majoor bij de
Militaire Inlichtingendienst.
In 1949 werd de filmloopbaan her
vat en kwam hij onder contract bij
The Rank Organisation waar hij
aanvankelijk vooral rollen kreeg
te spelen die hij zelf eens typeer
de als 'delinquenten in verkreu
kelde regenjassen, op de vlucht
voor de politie'. Vervolgens ont
wikkelde hij zich tot held van
huisvrouwenfilms: „Ik ging bijna
altijd dood, aan kanker of een her
senbloeding, en vond dan nog net
op tijd God. Of mijn tegenspeel
ster ging dood en dan vond ik ook
God."
Die melodrama's bezorgden
Bogarde in het Engeland van de
jaren vijftig een immense popula
riteit waarbij hij het ene jaar de
polls won net voor Alec Guinness,
of het ander jaar eindigde net na
Alec Guinness. Meest succesvol
was zijn reeks dokterfilms ('Doc
tor in the House', 'Doctor At Sea',
'Doctor At Large', 'Doctor's Di
lemma') waar hij zich later net zo
hard voor geschaamd heeft als
In Memoriam
voor de gewatergolfde kuif waar
mee hij in die jaren rondliep en de
'profielshots' die altijd en eeuwig
zijn linkerkant pakten omdat die
het mooiste werd gevoi den.
Maar de bijzondere distinctie van
zijn acteren begon steeds vaker
de kwaliteit te overstijgen van de
films waarin hij was te zien en dat
leidde uiteindelijk tot serieuzere
projecten en meer complexe rol
len, waarvoor ook zijn rechterpro-
hel interessant genoeg werd ge
vonden. De film die zijn verdere
loopbaan het meest heeft gedefi
nieerd was 'Victim1 (geregisseerd
door Basil Dearden in 1961) waar
in hij de tragiek verbeeldde van
een man die zijn homoseksuali
teit moet ervaren als een sociale
vloek. En nog meer spraakma
kend werd twee jaar later zijn ti
telrol in 'The Servant' (van Joseph
Losey), een net zo venijnige aan
val op het treurige, benepen En
geland van die tijd.
Het hoogtepunt van Bogarde's
filmcarrière viel tussen 1963 en
1976, toen zijn naam een waar
merk werd voor de Europese art
cinema. \Tier keer werkte hij met
Joseph Losey (The Servant' in
'63, 'King and Country' in '64, 'Mo
desty Blaise' in '66 'Accident' in
'67) twee keer met Luchino Vis
conti ('The Damned' in '69, 'Death
in Venice' in '71) en Richard At-
tenborough ('O, What A Lovely
War' in '69 en 'A Bridge To Far' in
'77) en verder onder anderen met
Liliana Cavani ('The Night Porter'
in '74), Alain Resnais ('Providen
ce' in 1977), en Rainer Fassbinder
('Despair' in 1978). Er leek geen
jaar voorbij te gaan of tijdens het
Festival van Cannes was er een
persconferentie met Dirk Bogar
de achter de tafel vanwege alweer
Acteur/schrijver Dirk Bogarde overleed dit weekeinde aan dege-
volgen van een hartaanval. Archieffoto Reuters
een glansrol in een competitie
film.
Speciaal controversieel was The
Night Porter', waarin Bogarde een
nazi speelde die na de oorlog op
nieuw Charlotte Rampling ont
moet ais een kampgevangene met
wie hij een sadomasochistische
verhouding had gehad en met wie
hij terugvalt in dat perverse oude
patroon. Ook in The Damned' en
'Despair' speelde hij decadente
vooroorlogse Duitsers en daarbij
het verkreukelde seksleven dat
bij Bogarde bleek te passen in de
meeste van zijn beroemde rollen,
maakte dat producenten huiverig
naar hem gingen verwijzen als
'die oude nicht'.
In de nuchtere jaren tachtig wer
den hem geen filmrollen meer
aangeboden waarmee hij eer kon
inleggen. In 1990 heeft Bernard
Tavernier hem nog een keer we
ten lerug te halen om hem de va
der van Jane Birkin te laten spe
len in 'Daddy Nostalgie', maar tot
echt een comeback heeft dat niet
geleid.
Bogarde had inmiddels een nieu
we artistieke liefde gevonden in
het schrijverschap. Hij publiceer
de uitstekend ontvangen boeken
zoals het autobiografische 'A
Postillion Struck By Lightning',
'Snakes .And Ladders', 'An Ordely
Man' en de romans 'A Gentle Oc
cupation', Voices In The Garden'
en *West Of Sunset*. Het acteren
beweerde hij nauwelijks te mis
sen en twintig jaar geléden liet hij
al optekenen: „De paar rollen
waardoor ik hoop in herinnering
te blijven, heb ik al gespeeld." En:
„Ik beschouw Death In Venice als
mijn testament."
DoorJosFrusch
Maastricht Het doek gaat op.
Langzaam glijdt een lorrie over de
spoorrail het hellende podium af.
Op het wagentje ligt een lijk. Over
het toneel verspreid liggen nog
andere lichamen. De dood waart
vanaf het begin nadrukkelijk
rond in de nieuwe productie van
Opera Zuid, 'Macbeth' van Verdi.
Zaterdagavond was in het Thea
ter aan het Vrijthof van Maas
tricht de eerste van een reeks van
elf voorstellingen.
Het is niet alleen de associatie
spoorlijn-dood waarmee de Itali
aanse regisseur Giusseppe Frige-
ni duidelijk wil maken dat moord
en doodslag van alle tijden zijn.
De manier waarop het bezoek in
de drinkliedscène uit de tweede
acte door de ordedienst op afstand
wordt gehouden, roept beelden op
uit oorlogsgebieden die regelma
tig via de televisie tot ons komen.
Natuurlijk is het gegeven van een
volk dat lijdt onder de wreedhe
den van een paranoïde tiran ake
lig actueel. Teksten als 'De weg
naar de macht is bezaaid met mis
daden" en 'Elke morgen klinken
de rouwklachten van nieuwe we
duwen, nieuwe wezen' geven aan
dat het drama van Shakespeare
ook in onze tijd kan spelen. De
nieuwe Opera Zuid-productie
heeft dan ook terecht een tijdloos
karakter en wekt met sobere mid
delen een maximum aan drama
tiek op: veel zwart, weinig bewe
ging en een uitgekiend en bijzon
der effectief lichtontwerp als
sfeerbepalende factor.
Tegenover het sobere en sombere
toneelbeeld en dc statische pre
sentatie staat de zeer levendige
uitwerking van het muzikale ge
geven. De kleine maar oh zo ener
gieke Japanse dirigent Junichi
Hirokami zorgt voor een onge
kende hoeveelheid dynamiek. De
opmerkelijk luchtige klanken die
soms uit de orkestbak opstijgen,
hebben een haast relativerende
werking op het bloedvergieten op
het podium maar versterken tege
lijkertijd de dramatische hande
ling. Want de extreme contrast
werking die daardoor ontstaat,
ontlaadt zich herhaaldelijk in
machtige klankerupties die met
de begeleidende toneelbeelden
voor indrukwekkende momenten
zorgen. Het alert musicerend
Limburgs Symphonie Orkest laat
zich daarbij van zijn beste kant
horen met een orkestklank die nu
eens compact, dan weer licht en
transparant is.
Ook vocaal behoort deze produc
tie tot het beste dat de laatste tijd
door het Limburgse opera gezel
schap op de planken is gebracht.
De uit het voormalig Joegoslavië
afkomstige bariton Bons Tra-
janov (Macbeth)en de Engelse so
praan Christine Bunnir.g (Lady
Macbeth) beschikken beiden over
indrukwekkend stemmateriaal
met ongekende dramatische mo
gelijkheden. Zij weten vocale
kracht en souplesse op geloof
waardige manier met het acteren
te combineren. Ten opzichte van
dit geweld verbleekt enigszins de
wat doffe tenor van Fernando de!
Valle (Macduff), maar weet de
Nederlandse bas Jacques Does
('Banquo') zich met zijn kernach
tig klinkende stem goed staande
te houden.
Het koor - Het Zuidelijk Theater
koor en het Limburgs Operakoor -
kende een zwak begin (ongelijk,
intonatieproblemen), vooral waar
óf de vrouwen óf de mannen aan
het woord waren. Maar het her
stelde zich naarmate de voorstel
ling vorderde, vooral m de stati
sche massascènes die vol passie
en overgave werden aangepakt.
'Macbeth' door Opera Zuid in
Theater aan het Vrijthof, Maas
tricht. Gehoord: zaterdagavond.
Door Marc Floor
Rotterdam Cabaretier Vincent
Bijlo niet blind vanaf zijn ge
boorte maar, zoals hij zelf placht
te zeggen, 'daarvoor al' han
teert in zijn laatste voorstelling
'Scheve Bomen' wederom zijn vi
suele handicap als rode draad. Zo
als alleen een allochtoon gelegiti
meerd is alloehtonenmoppen te
vertellen en alleen een homosek
sueel homomoppen, zo mag Bijlo
de humoristische mogelijkheden
uitbuiten van zijn blindheid. Iets
wat hij ten volle doet, want bijna
elke grap of anekdote is eraan ge
relateerd.
MiSjW, tr,..
Door Martin Hermans
Ütwdit Misdadigers die zich
ontwikkelen tot mediasterren.
Fred Ebb en John Kandex waren
hun tyd ver vooruit toen ze dat
thema ruim twintigjaar geleden
verwerkten in de voorstelling
'Chicago'. Destijds kreeg de „cy
nische musical lauwe reacties,
maar drie jaar geleden keerde'
Mjje show op Broadway terug in
een geheel nieuwe versie en
jjen bleek hoe actueel 'Chicago'
nog altijd is. De hele wereld had
zich net zitten vergapen aarihet
proces rond OJ. Simpson, de
sportheld die ervan verdacht
'yrerd zijn vriendin te hebben
vermoord. Dat proces ontwik
kelde zich tot een mediagebeur
tenis van de bovenste plank.
In 'Chicago' gebeurt exact het
zelfde, alleen speelt het verhaal
zich af in de jaren twintig van
deze eeuw. In een vrouwenge
vangenis doen de moorddadige
dames Velma Kelly en Roxie
Hart hun best om ondereen ver
oordeling uit te komen. Met de
hulp van de gladde Bflly Flynn,
een slimme advocaat van de dui
vel, halen beide dames alles uit
Je kast om via de htedia hun
misplaatste onschuld te bewij-
Kanderen Ebb maakten er een
.energieke en sexy musical van.
Scherpe teksten, een mengeling
van dixieland-, rag- en jazzmu
ziek gecombineerd met de inno
vatieve dansstijl van Bob Fosse
zorgden voor een opzienbarende
productie. Gestoken in een ja
ren-negentig-jasje blijkt 'Chica
go' - meteen minumura aan de
cor - nog scherper en bitser dan
twintig jaar geleden.
Razendsnel
Joop van den Ende liet zijn oog
vallen op 'Chicago' als openings-
voorstelling voor het nieuwe
Beatrix-theater in Utrecht De
vraag bleef hoeveel van deze op
en top Broadway-shcw zou over
leven in een Hollands poldermo
del-aanpak. Toegegeven, dat
echte Amerikaanse showbizzge-
voel kennen we hier niet Maar
'Chicago' toont in één klap aan
dat er in Nederland wel degehjk
sterke, humoristische en vooral
ook (artistiek) overtuigende mu-
Met Simone Kleinsma (Roxie
Hart) en PiaDouwes (Velma Kel
ly) in de hoofdrollen beschikt de
ze 'Chicago' over twee perfecte
leading ladies, Speelt Kleinsma
een wat naïef en lief moordena-
resje,Douwes schittert als vinni
ge bitch. En waar Douwes dans
technisch net iets meer in huis
heeft dan Kleinsma, straalt
laatstgenoemde optimaal in de
comedy-scènes. Samen vormen
ze het vurig kloppende hart van
deze razendsnelle musical
Stanley Burleson is geknipt
voor de rol van BiDy Flynn, de
'prins van de rechtbank'. Tot in
detail weet hij de goede en voor
al de slechte kanten van deze ad
vocaat perfect te raken. Serge-
Hecri Valcke als Amos Hart, de
saaie echtenoot van Roxie, lijkt
zo uit de huiskamer van je buren
weggelopen. Zijn grote moment
komt in de tweede akte en dat
moment is grandioos. Marjoüjn
Touw als moeder van de gevan
gen vrouwen is vocaal sterk,
maar zou in haar spel iets meer
raffinement mogen hebben.
Het ensemble is een verade
ming om te zien. Ze brengen de
dansen van Bob Fosse en Ann
Reinking fenomenaal tot leven.
Sexy, geil, grillig, spannend en
met onweerstaanbaar gevoel
voor detail Gekoppeld aan een
gedreven spelend orkest - dat te
recht een plaats midden op het
toneel gekregen heeft en conti
nu betrokken is bij de actie - en
een haast hitsige vertaling van
Seth Gaaikeraa staat hier het be
wijs dat musical op topniveau in
Nederland echt kan.
Het geheim van deze overweldi
gende 'Chicago' schuilt in de flit
sende eenheid van de groep. Ie
dereen - solisten, ensemble, or
kest - heeft zijn eigen Grote Mo
ment en krijgt van regisseur en
choreografe ook alle gelegen
heid om dat neer te zetten. Die
eenheid is bijzonder ze ontbrak
vaak in de andere musicals die
dit jaar de revue passeerden. En
dat maakt met recht van 'Chica
go1 de musicalsensatie van dit
seizoen. 'Geef ze een show die
fantastisch is, maar waarvan de
ondertoon sarcastisch is', zingt
de dub op toneel Dat is ook pre-
des wat je te zien krijgt
'Chicago'. Be&tmtheater,
Utrecht Genen: gistermiddag.
f.' iH
Door Fran^oise Ledeboer
Amsterdam In het Rembrandt-
huis in Amsterdam is een exposi
tie gewijd aan de passie van Goe
the voor het verzamelen van wer
ken van Rembrandt en andere
Hollandse meesters uit de Gou
den Eeuw. Tientallen fraaie wer
ken portretteren hem als briljant
verzamelaar, maar vooral aardig
aan deze expositie is de aanwezig
heid van tekeningen van Goethe
zelf. De geniale Duitser verwierf
al tijdens zijn leven grote roem
met zijn veelzijdige literaire oeu
vre, maar dat hij ook een niet on
verdienstelijk kunstenaar was is
minder bekend.
Het initiatief voor de tentoonstel
ling kwam van het Goethe Insti
tuut in Amsterdam, dat daarmee
een belangwekkende Nederland
se bijdrage levert aan de evene
menten ter herdenking van Goc-
thes 250ste geboortejaar. Cen
trum van de festiviteiten is Wei-
mar, dat in 1999 onder meer Euro
pese Culturele Hoofdstad mag
zijn omdat Goethe daar het groot
ste deel van zijn leven heeft ge
woond.
Na de voltooiing van zijn rechten
studie in Straatsburg vestigde
Goethe zich als advocaat in zjjn
geboorteplaats Frankfurt, maar
hij gaf in 1775 gehoor aan het ver
zoek van hertog Carl August van
Weimar bij hem in dienst te tre
den. Hij zou er tot zijn dood in
1832 blijven wonen en uitgroeien
tot de machtigste staatsman.
Naast zijn supervisie over de hof-
bibliotheek, legde hij voor de her
tog bovendien het fundament
voor de uitzonderlijke tekenin
gencollectie van Hollandse mees
ters die nu is ondergebracht in het
Schlossmuseum in Weimar,
De expositie omvat tekeningen
uit dit museum die nog niet eer
der in ons land waren te zien,
waaronder tekeningen van Ferdi
nand Bol, Albert Cuyp, Allaert
van Everdingen, Govert Flinck,
Jan van Goyen, Adriaen van Osta-
de, Jacob van Ruisdael, Pieter
Saenredam en Comelis en Her
man Saftleven. Bovendien is ge
put uit de collectie van zeventien
werken van Rembrandt en zijn
leerlingen die Goethe tuevuegue
aan de gigantische verzameling
in zijn huis aan het Frauenplan.
In de catalogus staat een opsom
ming: bij zijn dood liet hij naast
talrijke afgietsels van antieke
sculpturen, schilderijen en ma-
jolica-sehalen ook 17.800 stenen,
4500 afgietsels van antieke gem-
men, 8000 boeken, meer dan 9000
prenten en 2512 tekeningen na.
De begeleidende teksten op de ex
positie zijn te summier voor wie
een meer dan oppervlakkige in
druk wil krijgen van Goethes acti
viteiten als verzamelaar, kunst
kenner en tekenaar. De inleiding
van Rembrandthuis-conservator
Bob van den Boogert in de catalo
gus voorziet daarin wel maar niet
iedereen ts nu eenmaal bereid of
in staat daarvoor bijna vijf tientjes
neer te tellen.
Van den Boogert wijst erop dat
Goethes levenslange affiniteit
met 17de eeuwse Hollandse kunst
al tijdens jeugd in Frankfurt werd
gelegd en niet uit de lucht kwam
vallen. De kunstsmaak van de
welgestelde burgerij was er haast
volledig op de buren gericht:
schilderijen, etsen en tekeningen
uit de Gouden Eeuw waren gelief
de verzamelobjecten en de kun
stenaars van die tijd werkten in
de trant van de Hollandse mees-
ters.
Toen Goethe van 1765 lot 1768
rechten studeerde aan de univer
siteit van Leipzig kreeg hij privé-
tekenlessen bij Friedrich Adam
Oeser, directeur van de Kunstaca
demie in deze stad. Oeser schil-
derde zelf eveneens in de stijl van
de Hollandse meesters, maar hij
beïnvloedde zijn leerling vooral
ook met zijn gloedvolle uiteenzet
tingen over de kunst uit de klas
sieke oudheid. Goethe zou pas in
1786 naar Italiè reizen en terugke-
J. W von Goe
the, brug over
de llm te Wei-
mar, ca. 1780,
potlood, pen en
penseel. Foto
GPD
ren als hartstochtelijk promotor
van de klassieke erfenis, maar de
kiem voor zijn andere passie werd
al in Leipzig gelegd.
Met de publicatie van 'Die Leiden
des jungen Werthers' verwerf
Goethe in 1774 grote roem in
Duitsland en al gauw ook in de
rest van Europa. Intussen bleef
hij zich bekwamen in de teken
kunst, onder meer tijdens zijn
eerste reis door de Zwitserse Al
pen, In zijn landschappen, het
genre dat zijn voorkeur had, is de
stilistische invloed van de Gou
den Eeuwers duidelijk zichtbaar.
Hoezeer hij in Rembrandts ban
was toont een citaat uit een brief
die hij in november 1774 aan een
vriendin schreef: „Ik teken, maak
kunst... en leef helemaal met
Rembrandt." Op de omslag van
de eerste uitgave van zijn beroem
de toneelstuk Faust in 1790 kwam
niet voor niets de gravure van Jo-
hann Heinrich Lips naar de be
faamde Faust-ets van Rembrandt
te staan. Volgens Van den Boogert
heeft deze ets hem bij het schrij
ven van zijn hoofdwerk voortdu
rend voor ogen gezweefd.
'Goethe en Rembrandt. Tekenin
gen uit Weimar1, Rembrandt-
huis, Jodenbreestraat 4, Amster
dam duurt tlm 18 juli Openings
tijden: ma-za van 10-17; zon- en
feestdagen van 13-17 uur.
Als hij opkomt op een verduisterd
podium, ben je dan ook even bang
dat hij de hele voorstelling het
licht zal uitlaten, om hel publiek
deelgenoot te maken van zijn we
reld. Maar gelukkig, na het eerste
liedje op piano loopt Bijlo naar de
schakelaar om het licht aan te
doen. *Wel zo gezellig', vindt hij
zelf.
En dan begint het, de grappen en
grollen rond wat in ieder geval
anderen zien als 'zijn gebrek'.
Zo houdt Bijlo van uitdagingen
('Gisteren een blender gekocht en
vandaag een soldeerbout') en
heeft hü zijn woordje klaar voor
hem aanschietende Jehovagetui
gen: „Er zal een dag komen dat ik
weer zal kunnen zien? Dat is dan
dezelfde dag waarop jij je ver
stand terugknjgt."
Het biedt een leerzaam kijkje in
de wereld van iemand die niet
kan zien. Een avond Bijlo doetje
beseffen dat blind zijn iets is wrt
je bij zo ongeveer alle bezigheden
merkt. Vandaar dat hij bijna niet
kan vertellen zonder zijn handi
cap centraal te stellen. Niet in de
eerste plaats om makkelijk te sco
ren, maar omdat zijn blindheid er
nou eenmaal altijd is.
Wat heb je bijvoorbeeld aan at
tracties als je blind bent? Ga naar
de Keukenhof word je bijvoor
beeld geadviseerd, kan je tenmin
ste nog wat ruiken. „Maar dan
kan ik toch net zo goed thuis een
hyacint in een vaasje zetten,"
vindt Bijlo. „Heb ik ook geen last
van die vieze Duitse parfums."
Madurodam heeft hij nog wel ge
probeerd: „Kreeg ik meteen de
Domtoren in m'n kloten."
Ondanks dat begrip zijn de grap
pen over het algemeen veel le
goedkoop: heb je het in je zevende
cabaretshow nog over 'blind ty
pen' of'Bhndows' („Windows voor
blinden") dan is dat niet best.
Vooral als je zoals Bijlo een grap
van dat niveau met beter kan ma
ken door hem leuk te vertellen.
Zijn gemaakte verteltrant en
slecht gevoel voor timing halen
eerder de humor uit de grappen,
dan dat ze er leuker van worden.
Zo zijn er vele manco's aan 'Sche
ve Bomen', De uitsmijters van
anekdotes zijn niet sterk genoeg,
de oneliners ontberen scherpzin
nigheid en de grappen missen
rauwe kantjes. Een van de spaar
zame hoogtepunten is een samen
spel van Bijlo en zijn computer,
die als blindenhulp ai het ge
schreven werk omzet in een blik
kerige apparatenstem. Zo weet hij
een e-mailboodschap van zijn
vriendin, die zogenaamd in Span
je verblijft, wonderschoon in te
passen in zijn pianospel.
Maar je zou willen dat hij meer
woede had, scherper was of des
noods zwartgalliger. Het blijft al
lemaal zo godsgruwelijk braaf,
dat juist cynisme een heel welko
me verrassing zou zijn. Niet eer
der dan in het slotlied vind je iets
terug van een pure emotie die
voortkomt uit zijn veroordeling
tot een zwarte wereld. Pas dan
zingt hij: 'Zien is voelen aan sche
ve bomen/ zien is horen hoe de
golven het strand opstromen',
'Scheve Bomen' van Vincent
Bijlo, Bibliotheektheater. Ge
zien: zaterdagavond.
STEVE WYNN
rtlsttt
Steve Wynn
«tb
'My Midnight'
I a b I
Blue Rose
Records
duur
48.44minuten
Aan het begin van de jaren tachtig was Steve Wynn met zijn band The
Dream Syndicate samen met R.E.M. verantwoordelijk voor het geluid
van de nieuwe golf van alternatieve Amerikaanse gitaarbandjes. Maar
waar de groep rond Michael Stipe succes na succes boekte, moest Wynn
het doen met een plaats in de schaduw daarvan. Ter illustratie: R.E.M.
staat dit jaar als hoofdact op Torhout/Werchter geprogrammeerd en
Wynn brengt op zaterdag 29 mei in de intieme ambiance van Rotown
zijn materiaal ten gehore. Het weerhoudt de zanger/gitarist er niet van
aan de lopende band solo-cd's te maken. Zijn achtste bevalling heet
'My Midnight' en dat is er eentje waar dertien loepzuivere parels van
nummers op staan. Al na twee luisterbeurten groeit 'My Midnight' uit
tot een monument. Popliedjes die totaal van elkaar verschillen - het ene
nummer klinkt nog beter dan het andere - dwingen je het album voor de
zoveelste maal op te zetten. De scherpe stem van Wynn en de zoetge
vooisde klanken van drumster Linda Pitmon vormen een prachtig, oor-
strelend stemmencombo die een serene rust brengt. Je veert alleen op
als de 'noisy' gitaar zyn intrede doet. Het stevige werk is namelijk in de
minderheid. Te betreuren is het niet. Ondersteund door hoominstru-
menten, strijkers en accordeon en ontdaan van alle productionele franje
komt 'My Midnight' zowel veelzijdig en kleurrijk als direct en sober
over. Wynn levert het bewijs af dat het schrijven van goede popmuziek
eigenlijk heel simpel is- Maar die schijn van vanzelfsprekendheid ver
raadt juist de klasse van een vakman.
John Verweij