<:A c, J w aarschuwing. L V; 1°. 1847; Vrijdag 15 October. i%vV; Deze Courant verschijnt eiken Vrijdag. K enmsgevmg. BoiTEmpmnMiMTt™, t&uslanb. JTvanfcrijfe. T K IM£1 k\V4 S3nit0cht.T«b. B1NHBKLANDSCÏÏE BEIUCTEPi, C011AIT r^M ABOHiarJEMEISTS-PKIJS t Voor Schiedam per Jaarƒ3.00. Dc Buitensteden en Dorpen Franco per Post - 3.60. (KSrieven Franco). ÏM&SUBS UER A)DtnE»'JPJEW*IBSr S Yan 1 totörcgels ƒ0.60. Iedere regel meerder ƒ0.10. Zegelgeld ->'oor iedere plaatsing- 0,35. Burgemeester en Wethouders der Stad Schiedam, ontvangen hebbende van den lieer Gouverneur dezer Provincie een besluit, betrekkelijk de suppletoire laimiften wegens dc Personeele Belasting(Prov. 8lau N°. 81) worden daarbij uitgenoodigd. de Ingeze- icnen hunner Gemeente te herinneren in het algc- Wen aan den inhoud der wet op dc Personeele i belasting, van den 2S Maart 1833, (Staatsblad N°. 4), bil bijzonder op de Art. 27; 35, 39 en 42 der ge- ijielde wet en ten einde een ieder zijne schade zoude ■•Vorkomen en met zijne verpligtingcn ten deze nader bekend zoude wordenworden gemelde artikelen hier ivoordclijk geïnsereerdzijnde van den volgenden nhoud Belasting naar Tijdsgelang. Arl. 27. 1. Zoo wanneer een perceel, hetwelk op den 15 Mol iniet in gebruik was, of ook een woonhuis, op hetzelfde tijdstip, tenkd en op den voet bij t!c laatste nnsnedc Tan art. 20, 2 3>c- "jiaald, door ccncn Huisbewaarder bewoond zijnde, gedmende den ?loop des dienstjaar» betrokken, in gclnuik genomen of van. meubilair voorzien wordt, zal de belasting volgens de vier eerste grondslagen, naar de hierboven bepaalde 1 egden, deswege moeten worden voldaan, doch slechts naar gelang van dat gedeelte des dieiistj.uushetwelk op het tijdstip der in gebruikneming, beliekking of meubelering overig blijlt. 2, Ingeval de Belastingschuldige, welke zoodanig peiceel, als tij 1 bedoeld, aanvauultin het dienstjaar bereids wegens een auder perceel was aangeslagen, en hij dit, tot dien tijd toe, door hem gebruikte perceel verlaat, met wegvoering van allo roerende goederen, hoe ook genaamd, en zonder achteilatmg van huisbewaar der of andere personen in zijne dienst, zal liet bedrag van den ten ujnen name op het kohier gebragie aanslag voor al de vier bedoelde grondslagen gezamenlijk, en in evenredigheid van bet nog te verloo- pen tijdvak, worden afgetrokken van dat des, op den voet als boven, tc doenen aanslag, zonder dat, indien dezen aanslag nnndci bedraagt .4 iAn den vroegeren, er cenige ontheffing zal kunnen gcvordcul worden. "*f§ 3. De uitbreiding, vermeerdering, verwisseling of aanschaffing van belasting-voorwerpen der vier eerste grondslagen, na 15 Mei, zal, icbulvc in dc gevallen bij 1 en 2 hierboven vermeld, geen grond geven tot oenen nieuwen of verhoogden aanslag in den loop des dienstjaars. J 4. Ter zake van zoodanige voorwerpen der xnjfde en zesde grond slagen, als na 15 Mei in dienst of gebruik genomen of aangeschaft worden, zal dc Belasting, naar gelang van den nog overigen tijd des dienstjaars, zijn verschuldigd, met dien veistande, dat gccne verwis seling van Dienstboden of Baarden met anderewaarvoor gcene hoo- gere regtcn, vcisehnldigd zijnop zich zelve tot het nogmaals aanslaan van dciuelfden Belastingschuldige zal kunnen aanleiding geven. 6. Het aanwenden, tot belastbaar gebruik van zoodanige voor werpen van de vijfde en zesde grondslagen, als aanvankelijk tot onbelastbare emden aangelegd of gebezigd waren, zal met aanschaffing worden gelijk gesteld, zoo mede, wat aangaat de Paarden, derzelver geheel verhes van het tweede viertal hunner melktanden in den loop des jaars. 6. Naar gelang de omstandigheden eens Belastingschuldige, in den loop des dienstjaars, met betrekking tot deszelfs voorwerpen van de vijfde en zesde grondslagen veranderen, zulks dat, volgens de tarieven van art. 17 en 21de opklimming der Belasting te zijnen aanzien toepasselijk zoude worden, zal, ook wegens de Dienstboden en Paarden, aanvankelijk gehouden, die verbooging voor den nog overigen tijd (les dienstjaars zijn verschuldigd. Deze bepaling is mede van toepassing in betrekking tot de Paarden "nij het opkomen van de omstandigheden, aan het einde van 7 van art'. 20 vermeld. 7. Paarden, bij verschillende personen of gezinnen in gebruik, zullen, in geval die gelijktijdig voor een zelfde lijtuig worden ge- Updnnen, hom, dio zulks doet, of wel den eigenaar of bruiker des rijtuigs, ter ipke \an het grooter aantal Paarden, hetwelk door hem ïalzoo mogt zijn gebezigd, dan waren aangegeven, mede aan de op klimming der Belasting,-naar G doen onderwerpen, 1 8. Hooger belastbaar gebruik van Dienst- en "Wcrkboden of Paar den, aanvankelijk minder belastbaar, zal de vcrpligting tot eene even redige verhooging der Belasting voor den nog overigen tijd des dienst jaars ten gevolge hebben. 9. De tijd, waarover dc Belasting loopt, zal, in betrekking tot al'de grondslagen, worden berekend bij vierendeeljaarsop het dienst jaar overschietende, zonder dat een vierendeeljaars zal kunnen worden gesplitst, en zullen als vicrendecljaais worden beschouwd dc tijdvak- ken, aanvangende met primo Mei, primo Augustus, primo November en primo February. Boete ter zake van verkorting vaji 's Rijks regtcn wegens de vier eerste grondslagen. Art. 35. 1. Dc Belastingschuldigenwelke bij de achtervolgens art. 34 hierboven door dc Schatters verrigtte werkzaamheden bevonden worden zich aan tc geringe aangave van de Huurwaarde, of van het aantal Deuren en Vensters of Haardsteden hebben schuldig gemaakt, pullen deswege, onverminderd hunne onderworpenheid aan het even- pedig meerder bedrag der Belasting, in hoofdsom cn opcenten, waar onder die wegens het meubilair, voor zoo ver de waarde daarvan vol- gens de Huurwaarde is gesteld, verschuldigd 2ijn eene boete, welke, wegens ieder der grondslagen, waarvoor de aangifte te gering bevonden is, en voor ieder perceel afzonderlijk berekend, zal bedragen als volgt, te weten: s Wanneer de Belasting wegens de meer bevonden waarde of voor werpen dan door den Belastingschuldige waren aangegeveneen achtste of daarboven, doch beneden het een vierde der Belasting, die, naar de aangifte zouden verschuldigd zijnbeloopttweemaal zoo veel als de Belasting in hoofdsom en opeenten over dat meerdere: ^Wanneer het verschil een vierde of meer, doch minder dan de helft beloopt, viermaal zooveel, en bij nog grooter verschil zesmaal zooveel, i J 2. In geval bij zoodanige afzonderlijke opgaven van eene woning of woonhui» en van een pakhuis, zolder of kelder, als bij 3 van art. 30 bedoeld, de huurwaarde van het woonhuis of der woning met de aanhoorigheden te lang mogt zijn gesteld, zal de boete volgens 1 verschuldigd zijnzonder dat dc opgave van eene te hooge huurwaarde "van het pakhuis, den zolder of den kelder, als verschooning zal kunnen dienen. 3. In geval dat een Belastingschuldige, een zelfde perceel als in jfcet onmiddeUuMoor'afgftaiide, jaar in gebruik hebbende, deszelfs op- gave voor dat perceel, voorzoo veel do Huurwaarde, Deurenen Ven sters en Haardsteden betreft, niet zal hebben gedaan beneden de laatste schatting of telling, onder liet beheer dezer wet, door Schatters be werkstelligd, en het perceel, sedert die schatting of telling, door vcr- tiramering, vergrooting of anderzins, geene, tot lioogere telling of schatting grond gevende, veranderiiig blijkt te hebben ondergaanzal hijwanneer de schatting of tellingbij herziening in het loopend ja'ür eene hoogcre huur of een grooter aantal Deuren en Vensleis of Haard steden mogt aanwijzenalleen de bijbetaling der Belasting cn geene boete noch kosten verschuldigd zijn, z Deze bepaling zal echter eerst ïnct het dienstjaar 1834 beginnen van toepassing tc wezen. 4. Do zoodanigen, welke, met betrekking tot al hunnepcreeeïen in de Gemeente, tot eenige derzelve, of tot het cenige waarvoor zij de Belasting verschuldigd zijn, wegens Huurwaarde, Deuren en Ven sters, Haardsteden of Meubilairgeheel nalatig zijn gebleven in het doen der van hen gevorderde aangifte, zullen, onverminderd hunne gchou- dcnhcid tot betaling der verschuldigde Belasting, wegens die nalatig heid eene boete moeten voldoen, gelijk staande met achtmaal het he- drag der Belasting, in hoofdsom cn opcentenvoor dc niet aangegeven grondslagen. 5. De gezamenlijke hoete, door een Belastingschuldige, volgens I of 0 van dit artikel te Betalen, zal nimmer minder bedragen dan drie gvlden, behalve de opcenten, in eene cn dezelfde Gemeen te. jj In geval een Belastingschuldige, welke naar de bevoegdheid hem hij art. 28 2 toegekend, schatting der waarde van zijn meu bilair gevraagd heeft, bevonden wordt een of meerdere vooi werpen daarvan tc hebben veidonkeid of aan d<' schatting onttrokken, zal de zoodanige, onverminderd de verschuldigde Belasting ter zake van de waarde dier voorwei penin hoofdsom en opcenten bet Ivvintigdubbel derzelve Belasting als boete moeien betalenwanneer echter die waarde niet meer dan een twintigste van het geheel der geschatte meubilaire waarde bedraagizal met de bijbetaling der Belasting deswege wor den volstaan. 7. Zoo wanneer eenige schatting, telling of herziening, in de gevallen bij I, 4 cn 0 bedoeld, den persoon, met betrekking tot wiens belnstingsvoorwerpen dezelve verrigt is, aan de bijbetaling van regten of wel aan de Belasting onderwerpt, zullen de kosten dier schatting, telling of herziening voor zijne rekening komen cn op de kohieren worden uitgetrokken. Boeten ter zake van verkorting va?i 's Rijks regten wegens de vijfde c?i zesde grondslagen. Art, 30. Dc Belastingschuldigen naar de vijfde cn zesde grondsla gen, welke bevonden worden dc door bon verschuldigde Belasting te hebben verkort, of daartoe onmiddellijk aanleiding te hebben ge geven, door zich niet, of door valsche of onvolledige opgaven met behoori'jk van hunne verpligting ten aanzien van eenige der ter zake vooischreven gevorderde aangiften tc hebben gekweten, zullen niet slechts gehouden zijn do geslohcne Belasting, berekend tot het bedrag over,het volle jaar, opteleggen, maar ook, daarenboven, te voldoen eene met het vijfdubbel dier ahoo berekende Belasting, in hoofdsom en opcenten gelijkstaande boete, die echter wegens ieder der ge noemde grondslagen, in geen gevaL beneden de ƒ20 bedragen '/al. De vervolging voor deze boete zal plaats hebben voor de Kegtlmn- kenop den voet van art. 50. Aangiften in den loop des dienstjaars te bewerkstclligcxi Art. 42. Dc zoodanigen, welke, door eenige der omstandigheden, voorzien bij art. 27, in den loop des jaars, komen te vallen onder de toepassing van het aldaar bepaalde, zullen, alvorens en naar ge lang Yan liet ontstaan (lier omstandighedenen op de boete bij art. 35 cn 39 bepaald, verpligt zijn lot het indienen van bchooilijke aan giften deswege, in voege als bij art, 30 voorgeschieven, zullende zij daarvoor een biljet ter invulling bij den Ontvanger kunnen bekomen. Aldus gearresteerd cn afgekondigd den 7. Oc tober 1847. Burgemeester cn Wethouders voornoemd, S. 11 IJ NB EINDE. Ter ordonnantie van dezelve, Y15 R N B E. Burgemeester en Wethouders der Stad Schiedam Gezien de Circulaire van den heer Staatsraad Gouverneur dezer Provincie, van 9 October 1847, A. n°, 10443,1. Afd., Prov. Blad nO, 87 Brengen bij deze ter kcnnissc der Ingezetenen dat door Zijne £x- cellentio den Minister van Finanlicnbij resolutie van den 4. October jl., n0. 47maatregelen zijn genomen tot gcheele intrekking Yon alle Zccuwsclm Rijksdaalders of Stukken van Twee Gulden Zestig Cents; zijnde hieronder de gedeelten van die Stukken (y2ven, y^ten en y8sten) niet begrepen. Dat tea gevolge hiervan, is aan een ieder gelegenheid gegeven, om gezegde oude muntspecie hij dc Nedeilandsclic Bank cn bij de Betaalmeesters in de Airondisscmcnten, alsmede bij alle Bijks-Ontvan- gers, voor zoo veel de kassen van deze laatsten dit zullen toelaten, tegen voorloopig in omloop blijvende oude Munten, of wel tegen nieuwe zilveren Munten, of ook tegen Muntbiljetten, volgens de Wet van den 18. Dec. 1845 Staatsblad n®. 00) daargcsteld, in'te wisse len, en wel van Donderdag den 21. tot cn met Zaturdag den 23. October aanstaande, alsmede nog op Maandag en Dingsdag den25. en 26$ October daai aan volgende; te? wijl, te beginnen met den 24. derzelve maand, dc bovengemelde Zceuwschc Rijksdaalders buiten om loop worden gesteld, cn dien ten gevolge met meer in betalingen voor de Schatkist zuilen aangenomen worden, uocli door de Ingezetenen zullen behoeven te worden aangenomen. Wordende eindelijk bij deze kennis gegeven dat, even als vroeger de Stedelijke Ontvanger J. van der IIoeyenAz. is gemagtigd geworden om voor zoo verre dc Stads kas zulks zal toelaten, tot,de voormelde inwisseling de behulpzame hand tc bieden. Gedaan bij Burgemeester cn Wethouders der Stad Schiedam, den 14. October 1847. S. RIJNBENDE. Ter ordonnantie van dezelve YERNÈDE. PETERSBURG. Ten opzigle der cholera blijven de herigten nog altijd ongunstig, Uit Wladikawskas- wordt gemeld dat dezelve zich over de gcheele streek heeft verspreid, en aan dc Kaukasischc linie is de ziekte nog veel boosaardiger dan in Gruslie s cn zulks in weerwil van allereeds vroegtijdig daartegen ge nomen maatregelen. Het érgst van alles is,1 dat liet fanatjVmus er weder eene röl onder begint tc spelen en dat dc bevolkingen, die vermcenen dc oorzaak der plaag aan de groenten en vruchten te moeten toeschrijven, de moczerijcn cn boomgaarden beginnen plat te loopen cn daardoor nog zelve hare ellende verzwaren. Opmerkelijk is bet, dat terwijl oude cn ziekelijke lieden meestal onaangetast blijven, het vooral aan kinderen, jongelingen cn menscben in de volle kracht des levens is", dat de cholera zich schijnt tc licchtcn. AUGSBURG6 Oct. Uit Emmerik wordt onder dagtoekening van den 29. September geschreven: «In het koningrijk der Nederlanden schijnen vreemde zaken op til te zijnwant dc koerier-wissel is zoo druk, als wij ons naauwelijlcs kunnen herinneren j zoo wij vernemenzou liet eene geheclc verandering van het tol-stelsel betreffen. Bij een adres van Ilollandsche kooplieden aan het ministerie zou aanzoek gedaan zijnom Duitschland voor het cogcnblik met de meest begunstigde natie gelijk tc stellen, daar men, ten gevolge der velerlei nieuwe middelen van gemeen schap voor eene uitsluiting des Ilollandsciien handels van dc Duitsclic markten bevreesd is, alzoo dc Rijn niet langer dc eenige verbinding van Zuid-Duitsch- land met de zee daarstelt. Antwerpen is, dit blijkt al meer en meer, een zeer gevaarlijke mededinger voor dc Nederlandenvooral sedert de spoorweg- gemeenschap zoo sterk aan het toenemen is. Ook zelfs het Lodewijks-kanaal geeft Holland stof tot na denken. Alle voortbrengselen uit de Middellandsche cn Zwarte zeccn moesten vroeger den weg noodwen dig over Holland nemen, maar thans is dit niet meer noodig, daar de schepen langs het Lodewijks-kanaal van den Donau in den Rijn kunnen komen. Holland gevoelt dit zeer wel, cn uit overweging van dit alles neemt het maatregelen tot liet verbeteren der Rijn vaarten en worden er wijzigingen in het tol-stelsel voorbereid." {dig. Zeit.) PARIJS. Yan St. Omer wordt liet volgende ge schreven: De Graaf Gustaafde Comers heeft zoo even eene daad verrigt, die eene grootc ontroering in den omtrek heeft; veroorzaakt. Dc graaf jaagde in zijn bosclitoen hij een arm kind ontdektedat in eenen eikenboom geklommen was, op dc plaats waar liij jaagdecn dat bezig was met takken dood hout te plukken. Ilij liep er naar toe AiU ocpendo: wit- muts (het kind droeg eene wiittc muts), reeds lang bib ik jc een geweerschot beloofd, ik zal je dat nu geven." liet kind begon te wc.cncnvroeg vergiffe nis en beloofde niet meer op den boom tc zullen klimmenmaar '/onder naar die bedUi te luisteren, deed de graaf, om beter tc'mik .on, eenige schre den achterwaarts, cn schoot toe als gold het slechts een eenvoudig stuk wild. liet kind viel, overal door- het lood getroffen, in zijn bloed badende neder. Personen, die in de omstreken aan het werken wa-' ren, schoten op het geschreeuw en de ontploffing van het geweer toe, raapten het kind op cnjschon- ken het de eerste hulp, die zijn staat vcreisektc, Dc regterlijke autoriteit van dit feit oud: mgt heeft zich dadelijk |lc zaak aangetrokken en tegen den graaf eene regtsvcrvolging verleend. SCHIEDAM, 14 October 1847. I i Maandag den 18. dezer zal de gewone jaarlijksehe vergadering van de Staten-Generaalzitting-jaar,j 184748, door Z. M. den Koning met de gebruike lijke plegtighcden worden geopend.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1847 | | pagina 1