w A®. 1869. JW ,2247-: no n d e r d a e 116 l> e c e in b e r. Verschijnt'dagelijks, oitgezonderd Biagsdag. DE SCHOOLBOEKEN.: ALGEMEEN OVERZIGT. BINNEIiLANDSCHE*hÈRIGTËN. 1 'a -TfaxI ,1' A (Brieven ^Franco.) cnwcl nog te berde vt n: n^A.«.vindt onze mededeeling opvallend, dat het onder- zoek-zich slechts tot de boelten van het lager onderwijs heelt uitgestrekt.'„Waarom zijn den heerJN o I e t de boeken, in digischolen voor meer uitgebreid lager onder wijs niet'ièr|tr„ekt? Wordt soms die in/age gevreesd." Wij anlvvooéten, dat-uit de omstandigheid, dat de lieer N o I t^Se^ bqelt'en van het gewoon lager onderwijs zijn verstrekt'' nog nipt volgt, dat die van uitgebreid lager onderwijs hemfzijn onthouden. De lieer IN ole t heeft slechtste vragen en hij kan ook die van het uit gebreid lager onderwijs krijgen. Ze mogen hem niet worden geweigerd. A.,verheugt zich over hel feit, dat deleden van de plaatselijk.e schoolcommissic het in de veroordceling van het boeuje eens waren met den heer No let en meent dan dal mén nu geen levendige discussion over dal punt op de vergaderingen van het Nut tma 't Algemeen heeft te vreezen,i* ^Vreest A^die "discussion? zouden wij vragefi. -^fMaar Svat'wij niet begrijpen isvolgens weike"logicfj.die beide zaken, de instemming van \ier leden^Ser schoolcommissie en db discussie op de verga- de'ringen vanniet Nut met elkander worden in verband gébrogt. .Omdat vier leden van de schoolcommisiie het met hun vijfden collega eens zijn, dat de Geschiedenüvan Jozef moet wórden geweerd, zal niemand van de leden van het-A'aïoi er hel wenschclijke van een sclioolboekjes- censuur discussieéren? Heeft die iodeneiingzin i In "liet"-vér volg van zijn artikel doet A. evcnvv iets ergers'tittn niet sluitende redeneringen te brengen. Wel redeneert.hij ook daar geheel valsch, mnttrde valschc redenering geeft er plaats aan een ver gelijkingvan een openbaar onderwij/er, die een school boek' gebruikt1 waar een Roomsche iets uit halen kan, met dieven en moordenaais. .JIoor,tden heer Voorzekgra ftrekt het den hoofilonderwijzers tot eer, dat zij iiunnéfscïïoolboeken zoo goed weten te kiezen Schoollmckijn* goed'te kiezen is nog zoo gemakkelijk niet.— De heer N o 1 e t heeft een jaar beziggew cost met reeds gekozen schoolboeken te censureren en toch heeft hij het nog maar*„oppervlakkig" gedaan. Strekt het dan onzen hnofdonderwijzers niet lot eer, dat ze bij de véol moeijelijker primitive .keuze zich slechts éénmaal hebbenWergist? Bijna hebben zij hun pligt gedaan, bijna hebben zij in strijd met de wet gehandeld, zegt A. en dan.'volgt.die vergelijking mot dieven en moordc- miafs.^Welkeen scheeve, schandelijke voorstelling Eel f organieke Jwpt schrijft voor, dat er in de school niets sfrijdigs mèt'de Katholieke en andere godsdiensten mag'Worden: geleerd; De hoofdonderwijzer doorzoekt dè' schoölbqèken' om- te- ontdekken of ze volgens den wet'op zijn school'kunnen worden ge bruikt —NHij is in dat onderzoek niet yoppervlakkig maar zoo „naaowkeurig", dat er'slechts een diiig hem ontsnapt; is" nu?de omstandigheid, dat een ding aan de aandacht van denhoofdonderwijzcris ontsnapt, voldoende om dien .hoofdonderwijzer voor te stellen als iemand, die wel in'mdndcren graad, maar toch op gelijke wijzede vwet héefHóvcrtréden 'als dieven en moordenaars? Geen" brug vondogica voerde-A. tot die vergelijking, maar de wensch om op'die vergelijking néér te komen verleidde hem tot ceriSlogiseh'en luchtsprong. >3 Qp i'lfétgeenr-verijér in A's stuk voorkomt komen wij -strakyeru^Sfannper ook.wij, even als A. een toepassing lll^iraoken^dp tweepunten willen wij nog de aan- fen^vopr'wij lot onze toepassing overgaan.-— 'A^bezigt de vólgende woorden'; - r - ceniganderlid op de keuring prijs stelde,slechts oppervlak kig te werk ging en niettegenstaande hij een jaar tijd'nam, geen naauwlettcnde zorg aan zijn werk besteedde, liet een ander niot euvel kan^geduid worden, dat hij één zaak over het hoofd. zaK,^naJ)4.iSchoplcpmmissie duldde niet willens en wetens een dergelijk boek'op de schooi daarvoor pleit liaar eenstemmigheid met den heer N o I e t in de afkeuring van het boek,'toen zij op het afkeurings- waardigegewezen werd; de heer Nolet zoo willens en wetens „oppervlakkig" en vergatniet bijna maar voor een goed deel wat hij zijn pligt rekende. Ten slotte zegt A.„Hetzelfde berigt levert nog overvloedige stof lot velerlei beschouwingen," en hij durft „van onze welwillendheid geen meerdere ruimte vragen"; wel nu, wij sommeren A. die velerlei be schouwingen mede tc deelen. Onze kolommen staan open. A, toohe, dat liet geen grootspraak is. En nu onze toepassing. Wij maken geen toepassing voor Katholieken. Wij maken een toepassing voor iedereen, onverschillig lot welk kerkgenootschap hij be hoort; voor iedereen, die slechts het hurt op de regte plaats draagt. Wij vragen, heeft de wijze waarop onze openbare school wordt bestreden iets van een eerlijken, openlijken strijd, of is ze niet veeleer met sluikmoord op een lijn te stellen? Iloe strijdt men tegen onze openbare school? ilen lieert zware beschuldigingen in tc brengende kinderen worden met ketterijen vergiftigd; de openbare school is de pest voor de ziel der kinderen; bewijzen evenwel beeft men niet. Maar toch men gevoelt, dat het niet onaangenaam wezen zou ook een argument te be zitten. Welnu, men gaat zoekenWeiligt is er uit een vergeten schoolboekje wel een argument op te duikelen. ,Mcn zoekt; mep zoekt een jaar vrcesse- lijkc teleurstelling! men kan niets van eenig belang ont dekken. Nu zal het wapen zich kecien legen den aanvaller zelf. Maar wacht, dat moet vootkomen wprden. De schoolboeken zijn verpest, dat argument tegen de school moet worden gered. Maar hoe? Gelukkig wordt er iemand gevonden, die bereid is zich zelf te vei nieligen om den laster te behouden. Die zelf opoffering draagt schoone vruch,tcn; men kan doorblijven gaan van verpeste schoolboeken Ie spreken. Maar toch, een ander begrijpt, dathetzaak is naar een ander argument om tczien. Hij doet een kostelijke Vondst; hij ontdekt een heerlijk nsyl des lusters. „Al werd ook geen enkel boek op de openbare school ge vonden, dat de godsdienstige begrippen der Katholieken niet eerbiedigde" Wij zouden zeggen, dan is ten minste een argument vervallen A. zegt, „dan vclgt daar nog niet uit, dat het onderwijs niet gevaaaifijkis"... Want er wordt ook mondeling onderwijs gegeven. Het mondeling onderwijs daarin zit liet hem nu. En uit die batterij is men vooreerst niet te verdrijven, want „op hun leeftijd zijn immers de leerlingen onbekwaam om getuigenis af te leggen." Wel kan de opmerking niet uitblijven, dat als de kinderen daartoe onbekwaam zijn men van dat mondeling onderrigt ook niets nadeeligs kan vernemen. Maar dat dóet er niet toe. Die batterij heeft groote waarde. Mun heeft zelf wel geen feileu om er de beschuldigingen mede te staven, maar dat gemis wordt vergoed door, het,gemis van de tegen partij, die geen feiten heeft,'«om den laster le weder leggen. De onderwijzeri'bederft de kinderen in zijn mondelinge voordragtcn En mogt men uit dit kostelijk bolwerk ook ol te cenigcr tijd verdreven w orden, men heeft zijn kruid nog niet verschoten. A. laat ons heel eventjes zien welk een krachtig argument men nog in reserve heeft. De raadgevingen der geestelijke overlieden raadgevingen geen bevelen van overheden!!). De... de raadgevingen der geestelijke overheden worden er bijgehaald.Wel zeker. Als het niet meer te bewijzen vult, dat de openbare onderwijzer zijn pligt niet doet, dan brengt men liet priesterlijk gezag ten looncclc; dan zal een onfeilbat^, onfeilboarder of onfeilbaarste priester komen verklaren, dut de onderwijzer mondeling de kinderen bederlt; dan zal hij komen verklaren „dut wat volgens niemand weten kan, omdat de éenige die het zouden kunnen zeggen,, gécn getuigenis af kunnen leggen om hunnen leeftijd." Meii-moke zich echter niet te veel 'illusie; de priesters zullen teveel nchting'voorzich 'zelf hebben om zich op zulk een wijze door de schoolwet- bestrijders te laten gebruiken.^z t r )V Strijdende op dil terrein, moet laster zijn locvlugt nemen. men,lot leugen en DRUKFEIL. Zs C11 Picrsop^ docout 'Hoe'komt hét, dot men de schoolwet zoo moet bc^ strijden. Men is tegen^onkerkgchoolschappelijk onderwijs, mtmr men is daar eigenlijk' niet .tegen omdat er iets geleerd 'wordt, dat deiTCntholieken'zou kunnen schadenneen, men is er tegen, omdat op dc openbare school "liet ohd crwijshi e t" v'érwr o ri ge n'w or (11 nnar-een'l 'r1 dogmatiek. Men is tegen de openbare school, omdat daar het onderwijs een ander doe! heeft (inn récrütering voor de Jezuitisch-ulttamohtaaiische partij.'^- Menjs" tegen het openbnar^onderwijs, omdat men isst'eglm',, onderwijs om onderwijs wil. Men is'-tegèjiopcn-^v^ baar onderwijs, omdat dat openbaar ondej^vijs&dé zprgv om de kinderen tot Katholieken ,op le v<fcdén|iJhMeA ouders en geestelijken overlaut. Niet duIrpm5^fÖ^t}f deopenbare onderwijzer gelasterd, omdathrjdekifideren van het Katholicisme vervreemdt, maar omdat Jiïj aan de ontwikkeling van verstand eh hart den'viijeh lpopilaat, die hen nimmer van hunne godsdienstfyéryVe<ïmdep zal, maar die hen wel minder geschikte werktuigen zal maken van de Jeziiitisch-ultramontaansche partijv En nuDe ware reden der bestrijding,wil men niet bloot leggen Men ontwijkt liet terrein waarop men eigenlijk strijden moest, omdat men gevoelt, dat het een zwak let rein is.De Boomsch-Kalholicken hebben veel te veel achting ook voor verstandelijke ontvvikke-1 liag, dan dat het geschikt zou zijn op het eigenlijk terrein te strijden. Maar als men hen bezorgd maakt en hun vooilioudtd.it het dierbare Iloomsch-Katholiekc geloof,op,de openbare school wordt aangerand, dan heeft* mén bij vrome Roomsch-Kalholieken meer hoop op succes. Men valt echter in zijn eigen zwaard. - 11e KAMER DER STATEN GENERAAL, - Hiiioii, ■'l '4 if A r ai^; -? *i i i Kf i v t - 1 t ^WpIv «w£a A B ONNEKBITT:'! I» *A bon nemen tipnja, per Drie Kaanden. J 85. /sanco per A?Jf, door Eel geheele Rijk 250. ..i-- 'i v *■<■-* -Cf J f> tf i ADVBETMT IBTigj v siS i Prij«van 1 lot 10 gewon, regel, f 1,00iedere rrge'. meer 0.1Ö. Voor den werkenden .tend en roor weldadigheid, de belli ran dtn prijs. „ff- f f. r 1 -'m»iletfstrcktorizen lioofilnndcrw ijzers loorzckcr lot eer, du zij hunne schoolboeken zoo-goed weten Ie kie/cn "t I- derhalve in den Icgenwoot- d'jc1 colleger lljl men bijna zijn pligl doel, Injnn met in slrijd Inndelt nicl'-'dêïïionilingen der wel Gaat men «f> dien weg vooi l dan r d licl wcldia den dicCtot eer strekken dal hij Oijna nala il /icli mecslei lo maken van eens nitilcfslocdnslraks iisUmco dan voor den moonleimr nog een gcdmik- leêken fea|sthij iymnlalaat zijn c\eiiinciiscli v in hei leven le hcioovcn; .!nn j 1 hicn, hctïSlcohls.ééiim ui por j ur doet Dil is de ecmgo zitöwelke-dan•boven aangclnalde wojmlon km worden «Clioi ld Want ériUid, men erkent liet;'-oen'hoek gebezigd waarvan de wel liet gebruik verbiedt. nU iufon nnnton willpn wii nniT flp. ann- En (Inn .'/.".''wadmoot nicn zeggen vnn deopénharoschool in dc'to «o- meente.-'nls'ecn 'jetigdig' lid der plaalsolijke schoolcommissie nog lerpligt is op hot ceb'rulkjam_eon bock te?wijzen: (J.il roedsinooril.ui ecnjaai geleden op do opru' i te ltolteruam isgewceid, zooals ondctsclicidon dag- hindco hebbcnfpmcld. .Jta», ti\ r -^.Watof men daarvanzeggenmoet? Eenvoudigdit» daj, •svaAr 'daVjéucdig lid.van'deschoolcoranjissio(dat meer dan i In ons vorig nummer staat in de ttvcedc ko|om van het hoofdartikel, elfden regel Omdat gij de zaak van geen hoog belang achttet De oplettende lezer zal wet bemerkt hebben, dat hot woordje geen daar overtollig is z Bij konnii er J. A. N' SCHIEDAM,. 1 5 December' nhl. besluit van ^len 11 dezer..no: §0. is^do V 'J -«« 1 Nolet Wz„ wien&.dienstlijd als lid der directief van bet vrije entrepöt te Schiedam den"6 Janaarjjri870 eindigt, ala zoodanig op nieuw benoemd. Bij koninkl. besluit van den 11 dezer, no..2L,gjs benoemd tot 2den lnitenant-komn^andant van het korps," gevormd uit de scherpschutters-vcreeniging'te Schiedam, do. heer G. Visser Bz. 1 Het Staattblad bevat het besluit van don 8 December l 1869, houdende vaststelling van den vorm van hel plukzéget voor bapdelspapier. Artikel l.-fHct plakzegel voor handelspapier is van regt- hoekigen vormden beeft een lengte van vier en veertig" millimeters bij eq'n breedte van twintig mïllimélcrs. r' Hot is parelkleurig en voort in het midden een medaillon, bevattende op"een witten grond 's rykswapen, omgeven van' een eiken- en een oranjetuk, onder bet wapen met elku'ndèr yorcenigd. Het wapen met dellakken is van een blaauwe kleur voor de zegels van f 5, in hoofdsom en minder, en-van een rou'de kleur voor de zegels bov^pt/'5, in hoofdsom, Zoowel boven als onder, bot genoemde medaillon ïs het bedrog van liet zegelreg't.in hoofdsom in zwarte kleur uit gedrukt op eèn grondvvaarop in mikroskopiache lettcis ettelijke malen het wooro|plak zegel voorkomt. De,buitenrand van hetjzegel bevat de woorden: Plak zegel. Koningrijk der .Nederlanden. Art. 2.'Dit besluit treedt in werking,den 1 .Jannarn 1870.' nn,t. A D:..J Onze» voormaligejdandgenoot dr.^ A. r, De geheele zilting van de tvveodekmner der staten -generaal "van gisleren is aan de oriderwys-kwestie gewjjd geweest, waarover door de hoeren v.Wassenuer v. Calwijck, Heydet ryck, van der Does do Willebois, Snnymnns Vader, Luyben, van ICnyk en v>in Lyndon van Sandenburg het woord is, gevoerd, allen in den geoat eener wyziging vim de'orfddr- vvyswet. Do heer Jonckbloet heeft op hunne vertoöggn antwoord, terwijl door den hoer van V^assonaey Gatwyckl, ecne motie is aangekondigd om te verklaren, dat.ïnk'elafc bepalingen der wetgeving de vrije oniwikjeejinfjffvjtijliét," byzonder ondorwys belemmeren. Na eonigMdisciieMé'la voorloopig die motie ingetrokken. .t» r

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1869 | | pagina 1