Woensdag H Februari. ferschijnt dagelijks, uitgezonderd Dinsdag. A®. '1871. 2543. 3UITENLANDSCHE BERICHTEN. BINNENLANDSCHE BERICHTEN. J £01 ABONNEMENT: Ab«»B*n»cipriji, per Dri* Mutudva. Franco per Pact, door het geheet» Rijk f 1.85. - 2.60. (Brieven R'rasico.) i JI. Zaterdag ward voor aen der Londenscbe gerechte» boven de bekende zaak van den juweelondiafslal behandeld. Do beklaagde, Martha Torpey, is een niet groote, tengere vrouw, die gedarende de terechtzitting een kind van zes weken op den arm droeg. Een week gevangenisstraf en een verandering in de wjj»e waarop zjj het haar droeg, hadden baar tien jaren onder doen scbjjnen dan zjj werkelyk was, namHük acht en twintig jaren. Noch baar medepiichtigo echtgenoot, noch de gestolen juweelen, ter waarde van ƒ80,000, zjjn teruggevonden. Men meent dat da echtgenoot, die niet Mark Tyrol!, zooals hij voorgeeft, maar Michael Torpey heet, thans, of ten minste weinige dagen geleden, zich te Amsterdam bevindt om te trachten daar de vruchten van zijn roof in klinkende munt om te zetten. De eerste getuige die geboord werd, was de bediende van da firma London Ryder, die met de diamanten uitgezon den was, en wien de dame, zoo als ook uit zijn verklaring bleek, onder voorwendsel van een zuster te roepen, een hand doek, in een of ander vocht gedoopt, voor neus en mond ge houden had. Terwijl de thans terechtstaande beklaagde dit deed, zeide bij, liep de man naar mjj toe en hield mij de armen vast die hjj, na een worsteling, met koorden vastbond. De bediende schijnt niet bewusteloos gewordeD te zijn, hoewel hij een bedwelmend gevoel ondervoed. Zoodra de dieven de kamer verlaten hadden, rukte hij zijn banden los en riep om hulp, die spoedig opdaagde. De filaatt'Ani, maakt een achry ven des Keizers aan den Kroonprins openbaar, waarbij aan dezen naast zijn ove rige titels ook de waardigheid van „Kroonprins des Duitschen Keizerrjjks" met het praedicaat van „Keizerlijke Hoogheid" wordt verleend. Deze waardigheid gaat op eiken toekom- itigen troonopvolger over. In het Keizerlijke hoofdkwartier te Versailles zjjo den SS Jan. jl. tien Japanache officieren aangekomen, ten einde den veldtocht verder bjj te wooen. Onder ben bevindt zich ook de neef van den Keizer van Japan. De meeste van hen zjjn jongelieden en allen dragen Europeesche kleeding. Van hoogerhand is last gegeven, om hen overal rond te leiden en ben van alles de noodige verklaring te geven. Gedarende de insiaiting van Parjjs zjjn ruim veertig 1 nehtballons van daar naar de departementen vertrokken, die eeo gezamenlijk gewicht van 8000 kilo's aan dépêches hebben medegenomen. Het gewicht van eiken aaogebrachten brief op twee grammen stellende, berekent men, dat door die ballons, in een tijdsverloop van drie maaoden, vier millioen brieven zjjn overgebracht. Aan Daily News wordt uit Parijs het volgende ge schreven „Onder de jongelieden, die bjj den jongsten uitval zjjn gesneuveld, noemt men den heer Regnault, den schilder, die hjj de laatstgehouden*tentoonstelling de gouden medaille verwierf voor zjjn schoone schilderjj Salome. Hjj ging teo itrjjde, op zjjn borst dragende een kaart, waarop hjj zjjn naam had geschreven en de woonplaats der jonge dochter, die zjjn gade zou worden. Toen de dragers hem opnamen, had bjj nog even de kracht om op die kaart te wjjzeB. Men bracht hem bjj zijn bruid, «naar na weinige uren was hjj niet meer. Maar het smartelijkste tooneel bjj den slag was de dood van een Fransch soldaat, geveld door Franscbe kogels. Het was een gemeen soldaat van het 114de bataljon, die weigerdo vooruit te gaan. De kapitein deed hem verwjjtingen. De man vunrde op zjjn superieur en doodde hem. Generaal üellemarre, die zich in de nabjjbeid bevond, veroordeelde den moordenaar, om op de plek gefusilleerd te worden. Een pekton werd geformeerd en vuurde op hem; de man viel; men waande hem dood. Iets later kwamen de dragers daar voorbjj, meenden dat hjj in bet gevecht was getroffen, en legden hem op de draagbaar. Toen ontdekte men, dat de ongelukkige nog leefde, Een soldaat legde op hem aan a hout portant. Het geweer weigerde, hjj nam een ander, en nu ver- ,brjj zeide hjj hem het hoofd. iDo inbezitneming van den Mont-Valérien door de Duitschers was geen feit van geringe beieekenis. Zij hadden w uit de verte reeds lang hei oog op gericht, en waren be nieuwd of 7jj er ooit zouden komen. Toch, toen de tyd van vooruitrukken daar was gingen zjj kalm, maar welgemoed, aan het werk. In dichte drommen marcheerden zjj door Bongival naar llueil, voorzien van alle vereisebten Toor een nieuwen veldslag, met bagage, ammunitie en artillerie in den tug. De inwoners van tiet dorpje Rueil hadden zich in menigte nabjj de Pruisische buitenposten verzameld. Zjj toonden geen zichtbare sporen van uithongering, ofschoon tommigen, in tdjjkbare armoede verkeerende, om voedsel «roegen. De Pruisische muziek lokte in het dorp vele luis teraars, zoowel burgers als militairen; het doortrekken in do straten weid eenigszins lastig gemaakt door spoorweg- Wagens, die er halt hadden gehouden, en afdeelingen troepen Wolka er werden opgesteld. Eenmaal echter buiten het dorp, was liet gvmakketjjk het fort te omsingelen en van de zjjeïe tan Garenne binnen te komen. De Pruisische infanterie Irok door de poort en weldra wapperde de Duitsche drie kleur van het fort en' barstte de muziek met volle kracht in lutchtonen los. Er waren geen Fraoachen aanwezig, dooden toch gewonden, steken uoeh gevangenen, behalve een paar oude vrouwen, dte in een aangrenzend botje schenen ge woond te [hebban en over don tuinmuur gluurden, benevens een portierster. Mont-Valérien is oen prachtige vesting, goed geplaatst voor verdediging, en uitstekend versterkt. Niet gebombar deerd zijnde, is zjj niet in hot ininst beschadigd. Geen Franschen vertoonden zich bij het binnemukken der Duit schers, zjj hadden allen de plaats verlaten. De 3 olficioren de laatste vertegenwoordigers van het oude garnizoen, die met den Pruisische» bevelhebber der artillerie rondgingen, om hem de sleutels te overhandigen en hem mot de Indigo magazijn-kamers hekend te makendroegen Fransche uniform. Allo andere Franschen, bjj het fort behoorende, zjjn de Seine overgestoken en naar Parijs getrokken. Tweo der nog overgebleven officieren waren van de artillerie; de derde droeg de roode broek der infanierio; zjjn gelaat was bleek en mager, en hjj zag er uit, alsof hy door ziekte en ontberingen veel geleden had. Zjjn twee kameraden, of schoon ernstig en treurig, vertoonden minder tcekenen van uitputting. Een hunner had zelfs een krachtig en joviaal uiterlijk, dat geen rampspoed zou vermogen te veranderen. Zjj verrichten hun bezigheden uls mannen, die het pijnIjjke van den plicht, dien zjj te vervullen hebben, gevoelen, en wisselden slechts weinige, maar hoogst beleefde woorden met bun overwinnaars. Verscheiden kanonnen waren weggenomen en slechts een dozijn zware stukken is achtergebleven, waaronder de kolossale „Joséphine", een scbeepskanon, dat do bommen het verst in de Pruisische stellingen wierp, Een ander seheepskannn, ongedoopt, is bjjna even groot. Van mitrail leuses, geweren, bagage enz., was hoegenaamd niets te zien. De barakken zagen er zeer smerig uit; eveneens destallen der artilleriepaarden, en geheelo troepen van Pruisen zjjn jjverig in de weer, ontsmettend poeder ia de aanwezige matrassen te strooien. Er had in het fort veel ziekte ge- heerscht. In alle harten, zoo leest men in de Neu Preusz. Zeit., leeft hier slechts één gedachte, uit aller mond klinkt slechts één gevoelen geen noodelooze bardvochtigheid tegen hst overwonnen volk, geen ontydig oprakelen van de vele ver keerdheden der republtkeinsche Regeering; ook wjj zjjn den oorlog moede; ook wy smachten naar den vrede. Eu zoo denkt men niet alleen in deze hoofdstad, maar in geheel Noord-Duitschland, en zelfs het oorlogszuchtigste onzer dag bladen, de nationaal-liberale Weser Zeit., erkent, dat de voortzetting van den oorlog bedenkelijk zou zjjn. Maar hieruit volgt echter niet, dat het volk, ten minste in Noord- Duitschland, van de ïnljjving van den Elzas en Lotharingen zou willen afzien; als de Franschen dit niet willen toestaan, dan is de groote meerderheid daarvan bereid, om den oorlog met nieuwe kracht door te zetten. De arme Mccklenburgers, die in den slag bjj Le Mans verschrikkelyk geleden en door den geforceerden marsch geen schoenen meer aan hun voeten hadden, kregen verlof om in hun kwartieren laarzen te „requireeren." Toen de compagnie op zekeren dag bij zeker dorp waar men hen zou inkwartieren, de wacht had, bevonden zich daar, zooals ge woonlijk een menigte nieuwsgierige Franschen, die de aan- gekomenen stonden aan te gapen. Onder dezen bevond zich een man, met zeer mooie hooge laarzen. Dat zag een der Mecklenburgers; hjj bood den Franschman dodelijk aan met hem to „ruilen." Deze had daarin weinig zin, bezag de laarzen van den Duitscher en vond ze nixbonOnze Meok- lenburger meende het echter in ernstcn gebood den Fransch man plaats te r.emen, trok hem handig zijn laarzen uit, en gaf hem do zjjnen daarvoor in plaat9. Hiermede scheen de zaak uit. Des avonds evenwel werd er een ander bij dien Franschman ingekwartierd, die van den ruilhandel niets wist. üie bemerkte spoedig dat zjjn waard Duitsche schoenen aan had, en zeide tot zjjn makkers: Ztè eens, deze Fransch man heelt Mecklenburger laarzen aan, hjj heeft er zeker een dood geslagen. Hjj moest doodgeschoten worden," De Franschman werd gearresteerd, en ofschoon hjj bjj hoog en laag zjjn onschuld betuigde, verstonden onze Mecklenburgers daar niets'van. Eerst voor den hoofdman slaagde bjj er in de zaak op te helderen en achtte hjj zich gelukkig er roet het verlies van zjjn laarzen en den schrik af te komen. De speculanten te Brussel wachten met ongeduld op het oogenblik, dut de gemeenschap met Parjjs weer zal zjjn hersteld. Enorme massa's levensmiddelen zjjn daar opge stapeid, om met de eerste de beate gelegenheid te worden vervoerd. Lang zal de stremming der gemeenschap niet meer doren. Do schade, aan de spoorwegen toegebracht, moet niet van belang zjjn. Die over 8oissons kan, volgens de Initép., in 48 uur hersteld zjjn, O n de directe tjjn Iruikbaar te muken, zullen niet meer dan 8 h 10 dagen noodïg zjjn, daar de Maatschappij van den Noordeispoorweg te Kjjsset alles heeft laten in orde te brengen, om zoo spoedig mogeljjk met het herstellen der bruggen en van den weg zelf te be ginnen, Een zonderling feit is gebeurd in een huis te Brugge. Sedert acht dagen had de gansche familie, die tamely k talrjjk is, een zonderlinge ongesteldheid. Het scheen, dat zjj ge. stadig purgeerde. Dut was alles bebulve aangenaam. Do ge neesheer sprak al zjjn Laijju voor de ganzen, en als bjj ADVERTENTIE Nj Prijv i Tin 1 tol 10 gewone regelt f 1.00 iedere r*gvl mevr ƒ0,10, oor den «erkenden (tand en voor «eldadiglieid, de Lelfl ran den |>f j|t. beproefdo om de zieken te genezen, vcrergerdo de ziekte. Men onderzocht het water en het brood, en beiden waren zuiver. Eindelijk deed het toeval do oorzaak dor kwaal kennen. Deze larailie had een meid in dienst, die moest ver trekken. Voor haar vertrek deed men haar huisprovisien nemen opdat de nieuwe meid alles in orde zou vinden. De iifsehafiing der rechten op het zout vestigde ieders aandacht op da goedkoopheid van het Engelsch zout. Moo had de tnoid aanbevolen het te koapptt. Zy had or bjj een apotheker twee kilo's van gehaald en er bet eten mede klaar ge maakt I. Een Bedouin, die eenigen tyd in Europa vertoefde en daar natuurlyk verbausd stond over de Europeesche wjj zo van begrooting met den hoed, gebruikte later, als hjj toornig was tot vloek: „Moge uw ziel even weinig rust hebban als de hoed van een Europeaun 1" ■SCHIEDAM, 7 EobVuari 1871. De verkiezing vnn een lid voor do Kamer van Koopb&ndol en Fabrieken ulhier, zal plaats hebben op Donderdag 9 Februari u.s., van des voorroiddags ten elf ure, tot des namid dags ten halftwee ure, ten Raadhuize. .v Uit het verslag omtrent de inrichting voor doofstom-/ men-onderwjja te Rotterdam, over het zeventiende jaar van haar bestaan, 1869 1870, bljjkt o. a dat de inrichting in dat jaar woder vele bljjken van sympathie mocht onder vinden bjj het vele goede, dat stof tot bljjdschapgaf, leverde echter dit jaar ook stof tot groote droefenis op, daar een barer bestuurders, d'e heer dr. A. Maas, te Schiedam, haar, op dec 2 December 1869, in 58jarigen ouderdom ontviel. Hjj was een der eersten die medewerkten tot het nemen van een besluit, dat de vestiging eener inrichting naar de Duit sche methode een gewenschte zaak zoude zjjn, en nam plaats in de commissie, die zich daartoe constitueerde. B(j de defi nitieve vestiging der inrichting werd hjj lid van het bestuur, welke betrekking hy, ondanks zjjn veelvuldige andere bezig heden met jjver waarnam, terwjjl bjj bovendien het corres pondentschap voor Schiedam en omstreken op zich nam. Ais een der stichters dezer inrichting zal de de heer Maas steeds met onderscheiding en erkentelijkheid herdacht worden. De heer Polano, professor te Leiden, nam de plaats als buitenlid in hel bestuur voor den heer Maas in. Na een woord van hulde aan den jjver, die al de onder wijzers bezielt, gebracht te hebben, wordt melding gemankt dat de gezondheidstoestand der leerlingen bjjtonder be vredigend was. De schoolcursus werd met 95 leerlingen (52 jongens en 48 meisjes) gestoten, waaronder 2 uit Schiedam. Zeven leerlingen werden tot leden van hun kerkgenoot schap aangenomen. Zestien knapen zjjn tbans op winkels geplaatst, waarvoor ƒ750 leergeld wordt betaald. Bij bet gehouden examen zjjn 8 leerlingen ontslagen. In het personeel der correspondentie, is o, a, in plaats vso den heer dr, A, Maas, te Schiedam, benoemd de heer dr. C. J. Vuillant. Het aantal coutribueerende leden bedroeg in 1869, 1876, die een som van ƒ6661.60, bjj wyze van vaste contributien, voor de inrichting afzonderden. De volgendo subsidien werden ontvangen, als: van het Rjjk ƒ3000, van de provincie Zuidholland /2500. en van de gemeente. Rotterdam ƒ2500. Deze subsidien zijn echter, te beginnen met 1870, elk met ƒ1000 vermeerderd. De schuld, die vroeger 53,000 bedroeg, is thans tot ƒ26,500 gedaald, voor een deel tengevolge van het vrij willig ufstand doen van schuldvorderingen, ten bedrage van 14,000 door tweo edelmoedige geldschieters; ƒ12,500 werden nit de beschikbare middelen der inrichting aan af lossing uitbetaald. Een meer vermeld weldoener, die zjjn naam geheim wenscht te houden, zond een som van 875;"door den hoog leeraar L VV, E. Rauwenhoff, te Leiden, werd een som van ƒ340 toegezonden, zjjnde de opbrengst van de uitgave der leeiredenen van wjjlen den heer dr. F, Rauwenhoff, te Rotterdam. Het gezamenlijk bedrag van alle legaten en giften bedroeg 2420.97 '/i. De rekening over 1869 sloot ala_vo!gt: De uitgaven bedroegen21528.54 De inkomsten bedroegen- 19715.97Va Nadeelig saldo. 181*2,56'/* Deze ongunstige uitkomst is eensdeels te wijten aan het minder bedrag der buitengewone inkomsten, die de kas in 1869 zijn toegevloeid; andeidecls aan de omstandigheid, dat een aantal restitution niet op den behoorljjken tyd zjjn ingekomen, om nog in deze rekening te worden opgenomen. Wjj eindigen met de votgonde, eenigszins gewjjzigde, woorden uit het verslag (bladz. 81) over te nemen Moge dit uittreksel eenig nut slichten en er iets toe bijdragen, dat de stoffelyke bewyzen van sympathie voor deze r.oo hoogst heilzame en nuttige inrichting ook in deze stad krachtig toe nemen; opdat de middelen ter beschikking van het bestuur gesteld voldoende mogen zjjn om het onderwijs voortdurend

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1871 | | pagina 1