ijÊfc 'X Don cl erda gl 6 Ian i. Verschijnt dagelijks, uitgezonderd Dinsdag. jl^NËWL^SGHE WmmMT 3Un - LANDSGHE BERICHTEN. A-1 (Brieven Franco.) Mr. J, R THORBEOKÉ Nederland heeft een gevoelig verlies geleden,het heeft den Staatsman verlóren, die langer dan het vierde eener eeuw, hetzij aan 't bewind, hetzij in 's lands raadzaal, een grooten invloed op zijn aange legenheden heeft uitgeoefend: de heer THORBECKE is gisteren avond aan de ziekte bezweken, die in de laatste dagen van steeds meer zorgwekkenden aard geworden was. Onder den eersten indruk van die mare, geen breedvoerige bijzonderheden, veel min beschouwin gen over de zoo gewichtige, veelomvattende loopbaan des overledenen, 't moge zijn als geleerde, of als schrijver en redenaar, of "als staatkundig leider, en als bewindvoerder, in al welke opzichten hij, naar de getuigenis van alle zijden, reeds voorlang afgelegd, een eerste plaats had verworven. Enkele herinneringen van feiten mogen thans vol doende zijn. Mr. Johan Rudolph Thorhecke was, den 15 Janu ari 1798te Zwolle geborenen had dus hij zijn af sterven een ruim 74jarigen ouderdom bereikt. Van der jeugd af wijdde hij zich aan de ernstigste studiën, woonde van 181517 de akademische lessen bij van het Athenmum Illustre te Amsterdamen vervolgens tot 1820dan de Hoogeschool van Leiden, waar hij* tot tweewerf-de gouden medaille voor zijne beant woording van uitgeschreven prijsvragen verwierf. Nadat hij den graad van doctor bekomen hadbc- zochthij gedurende een paar jaren Duitschland, waar hij zich met de studie der wijsbegeerte vertrouwd maakte; na voor een korten tijd in 't vaderland te zijn teruggekeerdbezocht hij op nieuw Duitschlanden opende te Giessenals vrij hoogleeraareen akade- misehen cursus; hij begaf zich daarna naar Gottin- genalwaar hij van zijn wysgeerig-geschiedkundige kennis blijken gaf, o. a, door zijn brief aan den hoogl. EichhomVeler den organischen Gharakter der Ge- sohiohte en als beoordeelaar in het beroemde tijd schrift G'óttinger gelehrter Aneeiger. In 1824 keerde hij naai' Nederland terug, en deed zich ook hier als schrijver kannen door zijno Bedenkingen aangaande het Èegt en den Staat." In 1825 werd hij benoemd tot hoogleeraar in de staatkundige wetenschappen aan de hoogeschool te I Gent! Zijne rede, tot aanvaarding van die betrekking, I betrof «het Ónderwijs tier geschiedkundige staatkun- dige wetenschappen." Ook in de hoofdstad,gaf hij 'léssen over de staatkundige geschiedenis, de statis tiek, de staathuishoudkunde en hare verschillende toepassing,^ en',gaf zich in jleza jaien. gelijk later te Leiden, méeï' en meer aan de beoefening van al die vakken, die hem vervolgens als Volksvertegenwoor diger of Staatsdienaar zoozger te stade zouden komen. In 1829 gaf hij een geschrift uit «over het bestuur van bet onderwijs." Na de gebeurtenissen in België werd .hij ,.als hoogleeraar in de i echten bij Leidens Hoogeschool o vei geplaatst,, en schreef hij 6. a. (in f1831) zijn beroemd wérk: «Over de verandering van f het algemeene statenstelsel van Europa." Onder de 'leervakken, waarin hij behalve in de reeds genoemde, onderwees, behoorden de geschiedenis van het Ro- •.meinsehe recht en het handelsrecht, "de constitutio- neele geschiedenis, de geschiedenis der wetgeving' in Nederland, het administratief recht en deuitlegging [vder'Grondwet.*) Tal van kweekelingen volgden die1 lessen, welke Thorbecke's naam wijd en zijd verbreid den, «en de,studeerende.jongelingschap bleef,-na het'verlaten Wan de akademie, den geleerden leider op*het innigst toegedaan^en bracht om'zoo te zeggen zijne '"staalkundige leerstellingen en school in de jjpaaatschappij over. - >;,ï)c aard zijner „studiën, de omstandigheden zélve brachten er den heer 'Phorbecke toe meer en meer in zijno geschriften hat veld der staatkunde te betreden zij waren de voorboden als 't ware van zijne dadelijke deelneming aan deze. Reeds had hij vioegcr een ge schrift geleverd Over de erkenning der onafhanke lijkheid van "Belgiëteeds had hij in 1840 eene brochure geschrevenWat kan de diMele Kamer doen?" die veel besproken werd; van grootere be- teekenis waren zijne •oAanieelceningcn op dn Grond wet waarbij eene i>J?roeve van herziening der Grondiuet" volgde. Hij was in'1840 als lid der dubbele Kamer er op uit eene ruimere, dau de toen voorge dragen heiziening tot stand te helpen brengen; toen dit mislukt was, was hij in December 1844 een der negen voorstellers van «eene veranderingen bijvoe ging in de Grondwet." Niet alleen leed ook dit ont werp schipbreuk, maar in 1846 werd de lieer Thor becke door de Provinciale Staten van Zuidholland niet weder ter Tweede Kamer afgevaardigd. Hij won echter daardoor aan invloed. En bij de Grondwets herziening van lb48, werd de heer Thorbecke (17 Maart van dat jaar) tot lid der staats-commissio be noemd. met de opdracht den Koning een voltedig ontwerp van Grondwetsherziening aan te bieden Grooten, zoo niet den grootsten invloed heeft hij op die herziening uitgeoefend. Hij ging daarbij uit van zijne diepe overtuiging: «Do Grondwet mag geen loutere vorm, zij moet een nationale krachtwezen." Hij ondervond bij de toepassing zijner denkwijze ech ter geen onverdeelden bijval, en hij werd ook niet tot lid gekozen van het eerste Ministerie, na de tot stand gekomen herziening van de Grondwet. Dit was een bron van latere moeilijkheden en partijgeschillen, waarmee de heer Thorbecke, in of buiten het bestuur, te worstelen had. "Wat zijn bestuurbetreft, opdiie tijdstippen was hij Minister van Binnenlandsche Zaken, en men mag wel zeggen, de ziel van 'tKabinet; van31 October 1849 tot 19 April'1853; van 1 Februari 1862 tot 10 Februari '1866; en van 3 Januari 1871 tot aan zijn dood. (In 1866 was hij bovendien tot Minister van Staat benoemd.) "Welk een gewichtige bcteekenis zijn beleid op 's lauds wetgeving gehad beeft, daarvan getuigen o, a. de kieswet, de provinciale wet, de gemeentewet, die op hefmiddelbaar onderwijs, op liet geneeskundig staatstoezicht; bekend is-zijn gioot aandeel aan de onderneming of voortzetting van tal van openbare werken, wegen, kanalen, spoorwegenkortom op moreel en materieel gebied was hij onbezweken werk/aam, gelijk in 't raderwerk desbestuurs. Hij was, behoudens eigen oordeel, zeer ingenomen met de lessen en het vooi beeld van Gijsbei t Km el van Hogendorp, met die van Falck, wiens bescherming hij bij zijn eerste optreden ondervondvan vauHogeu- dorp's Bijdragen bezorgde Thorbecke den tweedon di uk; zijn eigen Bedevoeringen, sluiten zich in zekeren zin daarbij aan; hij komt voor als de voortzetter van wat gene wrochtteof waarvan gene de kiemen strooide: beiden hadden bij hun leven met veel mis kenning en weerstreving te kampen, doch beiden had den bij veel overeenkomst van middelen helderheid van geest, zucht tot grondig .onderzoek, bezielende kracht tocli dezelfde groote bedoelingen: liet paren van vrijheid met orde. de grondwettige monarchie, de liefde voor den vertegenwoordigenden regeeringsvorm, de verhooging van 's lands bloei en welzijn, onder de leiding van Oranje, de éénheid van Nederland. Bij beiden gingen boven woorden, daden. De overledene was Grootkruis der Orde van den ~J Nederlandschcu Leeuw en Grootkruis of Ridder van verschillende andere Orden. De deugden van den huiselijkcu kring, de smaak voor schoone kunsten sierden den diepzinriigen denker. (?'Dé heer Gladstone hééft Maandag in liet' Lagerhuis, even als lord Granville in het Hoogerhuis, verklaard, dat een supplementair, artikel, ^ontworpen door laatstgenoemden lor*d,vdöor de raadslieden der kroon dieii mórgen is goedge keurd. Wat betreft den eiseh om Vergoeding voor indirecte schade, zoo .heeft Amerika lilt eérste gedeelte van het arti kel .betreffende dien eisch niet willen wijzigen. Demoei- -i lijkheden bestaan 'echter ten opziehito van verbintenissen voor de toekomst. Ofschoon de regééling vooralsnog niét jVyeet, of or tusschen haar en het Amerikaansche gouver- nementcen volledige ovet censtemmiug zal totstand komen, hoopt zij echt'ér allo bezwaren te overwinnen. De Londonsche bladen maken melding vau een zelf moord, door een tieujarigeu knaap, John Price, de zoon vaneen daglooner, methui veringwekkende koelbloedigheid bedreven. Uit school komende, zei de hij tot een zijner kameraden, dat hij ,zich vau tont ging maken. Hij begaf Ii'i' .7,1 zich'nu naar een gracht in dé nabyheid der school, maar daar de/e hem niet diep genoeg was, keerde hij terug en ging naar liet wisselspoor van de London-Brighton railway. Op het oogeiiblik dat een sneltrein voorbij kwam, wierp hij zich op de rails. De stoker beweert dat, toen de trein nog een paai- el van den knaap af was, deze het hoofd ophief en zijne handen voor het gelaat houdende, zich zoo liet. overrijdeu. De roden voor dien moord is niet bekend. Von Huroboldts nalatenschap z.al van 2931 dezer te Berlijn vei kocht worden, bestaande uit schilderstukken, aquarellen, antiquiteiten, kopergravures, autographen, boeken enz. In de eerste plaats merkt men daaronder op het poitrcl van vou Humboldt, in'58 door prof. Julius Schra- deï geschilderd, dat hij zelf voor het beste verklaarde, dat van hem gemaakt was. "Van groote waarde voor de weten schap zijn de physisch- astronomische instrumenten, waar van von Humboldt zich op zijn reizen bediende en die zich nog ten getale van 23 in den door hem gebruikten reiskoffer bevinden. Voor verzamelaars van zeldzaamheden zullen 17 kostbaio vreemde ordeteekenen, de beide uniformen van Kamerheer, de lamp waarbij Humboldt gewoon waste wer ken, een geschenk van Frederik Willem IV, en tal van an dere meest zeer kostbai e geschenken zeker veel aantrekke lijks hebben. Onder de autographen is zeker de interessant ste Humboldts reispas, afgegeven te Parijs op 15 October 1798 mot vele visa's; deze zit in een couvert met de eigen handig door Humboldt daarop geschreven opmerking: Grosser Maul, dicke Naee, ober menton lien fait. Voor kunstvrienden biedt de verkooping vele fraaie schilderstuk ken en teekenipgen van beroemde meesters aanook is er een fraaie Gobelin, die opgerold uit Frankrijk werd mede gebracht en Napoleon III in de gedaante van een wesp voor stelt, Eindelijk wordt? nog melding gemaakt van. een paar kasten, rijk versierd met antiek snijweik. i - Do kolonel Jussen, controleur der inkomende rech ten te Chicago, kreeg dezer dagen zijn ontslag, naar men meent omdat hijniettegenstaande men hem een groote som geld aanboodgeweigerd had de oogen te sluiten voor cfe kolossale sluikerijenwaaraan i de heer Ollivier Grant, de broeder van den president der Ver- eenigde Staten, en fabrikant van spiritualiën, zich schuldig maakte. De ongehoorde omkooperijen bij de N. Amerikaansche administratie sedert lang in zwang schijnen thans evenwel nietmeer zoo ongestraft ge pleegd te kunnen worden, aangezien het volk.'dat niet langer duldt dat diefstallen van ambtenaren door in vele gevallen mede omgekochte rechters ongestraft blijven zich zelf recht gaat verschaffen. Het vol gend feit kan daarvoor ten bewijze strekken. In het graafschap Cass in Missourri, hadden de voornaamste overheidspersonen, de heeren Stevenson, Cline, Dutro en andeien, valsche aandeelen in een geldleeningten behoeve van het graafschap aangegaan, in omloop ge bracht. Toen het bedrog nu ongeveer drie weken ge leden ontdekt werd en de drie genoemde personen zich uit de voeten wilden maken, werd de spoortrein waai op 7ij zich bevonden te Gunn-Oity, op last van een volks-voiligheids-comité aangehouden, de drie schul digen gevat en op de plaats doodgeschoten. 11 SCHIEDAM, 5 Juni 1872. Heden trof Schiedam een gevoelig verlies dooi'het over lijden van een liarer waardigste ingezetenen, .den heer. mr.'P. Loopuyt, Wij hopen door een bevoegde hand in staal te zullen worden gesteld, in een volgend nommer, een en ander omtrent den algemeen geachten overledene te kunnen mededeelen. rfi>, In ons nommer van 25 Mei maakten wij. melding1 van de stellingen van den JezuietLiberatore, aangaande de ver houding tusschen de wereldlijke en geestelijke macht. >Nu zou men misschien; nog kunnen meenen, dat Liberatore slechts zijn eigen meening uitdrukt; echter: een Jezuïèt met een eigen meening 1en daarom zullen wij, of schoon' alleen reeds het feit, dat Liberatore's werk in het oflicieuse orgaan der curie, de Oiviltd Oattoliea, werd op genomen, genoeg bewijst welke beteekenis aan zijne woor den moet gehecht worden, toch nog ten overvloede in de bijzonderheden aantoonen, dat, dat wat Liberatore zegt niets ander is dan de bekende staatsleer der Ultramon- taneu, zooals die voorkomt in Syllabus, Encycliek en Pauselijke Constitutie. Wy nomen stelling voor stelling.* Liberatore zegt«In den Paus vereenigen zich de beide machten, namelijk de geestelijke en de wereldlijke macht.'*. Hetzelfde zegt de onfeilbare Bonifacius VJH in zijn con stitutie «unam sanetam". .>,ts «Beide zwaarden, het geestelij ke en het wereldlijke name ly k, zijn in de macht van de Kerk, maar het tweede moet voor de Kerk, het eerste door de Kerk gehanteerd worden het eerste is van den priester, het tweede in de hand van Koningen en strijders; doch niet dan met den wil én de toestemming van den priester., Het eene zwaard nu moet COURANT. u ABONNEMEMT: Abonnementsprijsper Drie M wmlonf J 85. Franco per Puit, donr jiet gclioolo Itijlc2 50, ABVEEISSUïJIi I'rijsmi I tot 10 gewuni» iegels f I 00; ipileifc regel mrdr f0 10. Vuur den wakenden sl tuil en voei «olilnliflieïd, de hnlft vjo den prijs «ft Van zijnen cursus in liet administratief recht in Ne- deriand mocht Mn de .ia Bassccour Gaan tin zijne ITamtlei- ding tot dat recht" vóel gebruik- maken. I r (l rit mP- j. j L i -t i i

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1872 | | pagina 1