aterdag 24 Octobe Mijnt iaieliits, ipmiM Dinsiap. Ao. 1874. BUITENLANDSCHE BERICHTEN. BINNENUNDSOHE BERICHTEN. M 3300. -'kP tnTjTi1 a SSSSjaSSiiii ■Smmmmmmü h wniiiiViViiuMi maBBmiöm SCHIEDAM, 23 October 1874. liet Vaderland van heden behelst een uitvoerigeu brief van den generaal van Swieten aan generaal Knoop (Brieven Franco.) AB ONNBKBWT: Abonnementsprijsper Drie Meendenf 1.85. Franco per Post, door hel geheele llijk150. Frankrijk. Van 81 Algemeene Raden is het resul taat van de verkiezing der presidenten bekend; 52 be- hooren tot de conservatieve partij, 24 tot de republikeinsehe en 5 tot het linkercentium. De conservatieven winnen 11 zetels en verliezen er 5. In het departement Seine-et-Oise moet er alweder een nieuwe vertegenwoordiger gekozen worden, zoodra de Nationale Vergadering van het overlij den van den heer de Pourtalès zal hebben kennis genoineu. Als candidaten worden reeds genoemd, van do uiterste linkerzijde de heer A. .loly, van de gematigde linkerzijde de Keratry, en de hertog van Padua van den kant der Bonapartisten. In de Fransche en buiteulandsche dagbladen worden verschillende geruchten vermeld naar aanleiding van het door den Spaanschen ambassadeur te Parijs aan den minis ter Decazes overgegeven memorandum, waarvan tegelijk een afschrift aan de Duitsche regeering is medegedeeld. Aan de Augsburger Allg. Zeil wordt uit Berlijn gemeld, dat dit stuk niet is medegedeeld geworden door den Spaan schen gezant by de Duitsche regeering, maar dat de Spaan— sche ambassadeur uit overdreven dienstijver op eigen gezag en zonder last of machtiging van zyne regeering bet me morandum naar Berlijn opgezonden had; ook het overzicht van den inhoud in de Timeswaardoor die het eerste is bekend geraakt, kwam, volgens hetzelfde bericht, uit het zelfde kanaal. De officieuse Fransche dagbladen hebben reeds medegedeeld dat dit overzicht zeer sterk gekleurd was en de bewoordingen en vorm van het memorandum op verre na zoo dreigend niet zijn als de steller van het overzicht doet onderstellen. Het meest verrassende bericht omtrent het memorandum wordt echter door denParij- schen correspondent van den Londenschen Standard ge- leverdnamelijk dat de Spaansche ambassadeur dat stuk zonder last en zelfs buiten medewelen van zijne regeering aan den Franschen minister van buitenlandsche zou heb ben overhandigd. Engeland. De beslissing van den scheidsrechter iu het geschil tusschen de werklieden der katoenfabrieken te Bolton en de patroons is in het voordeel der laatstgenoem den uitgevallen. De vermindering van het werkloon inet vijf percent zal terstond beginnen. Op Maltha heeft jl, ZoDdag namiddag eene vrij hevi ge aardbeving, vergezeld van een sterk onderaardsch ge luid, plaats gehad. Daarna heeft men nog acht lichte schok ken gevoeld. Verscheidene gebouwen hebben min of meer belangrijke schade bekomen. Slachtoffers zijn daarbij ge lukkig niet te betreuren. De stoornis op de kabels van de öreat Northern Telegraph Company is hersteld en het verkeer daarlangs tusschen Shanghay, Amoy en Hongkong weder geopend. Rusland. Blijkens het Journ. de St. Pèlersb. heerscht thans in de gouvernementen Cherson en Bessa- rabie een even geduchte hongersnood als het vorige jaar in Szamara. De regeering verzoekt reeds om bijdragen voor de noodlijdenden. In de districten Szamara en Oren- burg, waar de nood in '1873 zoo groot was, is thans de oogst meer dan overvloedig uitgevalleo. Oostenrijk. Het New Premdenblatt van 20 Oct meldtVolgens het requisitoir, door het Berlijusche Stadl- gericht aan de "Weenarechtbank gezonden, is het aan den graaf von Arnim ten laste gelegde feit averduistering van officieele, aan nem toevertrouwde en voor hem toeganke lijke bescheiden." De uitgever en de verantwoordelijke redacteur van het Neue Premdenblatt hebben voor de Wee- ner rechtbank onder eede verklaard, dat Dr. Lang op den 14 April aan het genoemde blad diplomatieke stukken nis bij drage tot de geschiedenis van den kerkelyken strijd in Pruisen ter openbaarmaking heeft aangeboden. Tegen morgen is de redacteur Voget als getuige gedagvaard. Deneraarken. De mededeeling van de AVeener Tagosprosse omtrent toezeggiugen, welke door het depar tement van buitenlandsche zaken te Berlijn zouden gedaan zijn, met betrekking tot de kwestie der uitzetting van Dcen- sche onderdanen uit Noord-Sleeswyk, vindt hier weinig geloof. Biiitsclilnnd. De militaire rijksbegrooting voor 1875 bedraagt 106 millioen thlr., d. i. 15'/» millioen tlilr. minder dan in 1874. Spanje. Volgens officieele berichten is het aantal der Carlisten in de provincie Murcin, na de aan Lozano toegebrachte nederlaag, tot op omstreeks 100 man vermin derd. Het gerucht dat de stad Pampeluna door de Car- listen bedreigd wordt is ongegrond. Amerika. De Amorikaansche regeering heeft een oorlogsschip naar de Navigator-eilanden afgezonden. iV over de Atsjineesche expeditie. Ous bestek gedoogt niet dit belangrijke stuk in zijn geheel over te nemen, toch mochten wij niet .verzuimen, zij het dan ookinkortetrekken.de strekking ervan aan onze lezerstaedetedeelen. De briefis geschreven naar aanleiding van" een artikel van Generaal Knoop, in de Gids van *187,4 no. 10. Na erkend te hebben, dat het oordeel van "uhn schrijver over de beide Atsjineesche expeditiün zeer welwillend is geweest, merkt generaal van Swieten op, dat daarbij zeer terecht wordt gezegd, dat het verkeerd is critiek uit te oefenen over pas voorgevallen wapenfeiten, die men dus maar oppervlakkig kent; niemand zegt hij verder, kan weten wat de gevolgen zouden zijn geweest van handelingen die niet hebben plaats .gehad, en kan dus ook mot geen zekerheid zeggen, dat een operatie beter zou zijn geslaagd als ze op andere wijze ware uitgevoerd. Daarop volgt een overzicht van genomen maat regelen ter regeling van de tweede expeditie, aan liet slot waarvan de opperbevelhebber verklaart »Dit was dus het militaire doe! en programma van de tweede expeditie en dat is ten voile uitgevoerd en wellicht meer daiulat.'- Verder zegt Generaal van Swieten: »Ikstelor room in. dat in dezen oorlog geen bloed nutteloos vergoten is en dat hij met humaniteit is gevoerd. Het geheelc Nederlandsche volk kan zeggen, dat geen enkele smet van wreed- lieid, woestheid of vernieling aan onze wapenen kleeft. Ik meen, dat dit voor de oer var. ons volk niet zonder waaide is. Maar ook de golicele onderwerping van de Atjchneezen zal er des te gemakkelijker en spoediger door worden. Wij hebben immers in hun harten liet gevoel van wraak niet gekweekt en, zoo het bestaat, niet aangewakkerd, docli eerder uitgedoofd, liet is een afgezaagd gezegde, dat mep ruwe en onbeschaafde volken alleen door de vrees kauregceren. De ondervinding, die we te Sumatra's Westkust hebben opgedaan, bevestigt die leer niet, en wij heb ben op de Atjehr.co/.en toegepast, wat de omlei vinding ons daar geleerd heeft de beste weg te zijn, om hot volk mot onze heer schappij te verzoenen." aMogen wij," vraagt generaal van Swieten, vals wij nu ten slotte het resultaat in beschouwing nomen, dat de tweede expeditie naar Atjeh heeft behaald, dan ook niet de inlijving van het rijk bij het gebied van Ncderlandsch Indié in rekening brengen? Dit was niet in liet staatkundig programma van den oorlog, opgenomen. De instructie was: sluiten van een tractaat en handhaving van de integriteit van het rijk. Maar de omstandig heden hebben toegelaten verder te gaan en het land bij Ned. Indié in te lijven. Hieidoor zal in de toekomst beter dan door het sluiten van een tractaat en de handhaving van de integti- teit des lijks ouder een Sultan, aan het staatkundige oogmeik van den oorlog Atjeh te brengen in de lichting der beschaafde Staten voldaan worden en daardoor vele moeilijkheden woiden voorkomen, terwijl het ons meester van geheel Sumatra zal hebben gemaakt. vDat de oorlog nog lang zal kunnen duren, vrees ik niet. In- landers schikken zich spoedig in het onvermijdelijke en dat zul to Atjeli ook het goval worden. Maar men heeft mij zoo dikwerf optimisme verweten, dat ik hierbij niet zal blijven stilstaan en het aan de toekomst zal overlaten mij gelijk te geven. Men zoude echter, waar men mij optimisme verweet, der waarheid meer nabij zijn gekomen, als men mij ervaring van Indische, vooral van Sumatiasehe aangelegenheden had toegekend en met deze de bevoegdheid wat boter dan anderen daarin een helderen Wtk te werpen." Aan iiet slot van zijn schrijven zegt de opperbevelhebber: Wij zijn over liet algemeen te nederig en doen onze land- gcuooten niet altoos naar eisch recht wedervaren. Partij- en ijverzucht zijn dikiveif oorzaak dat belangrijke gobemtenissen worden verkleind of te gering geacht. Wij hebben, alles te zamen genomen, door dezen veldtocht een groot resultaat vor kregen, dat hoog geprezen zoude zijn, indien het door een ander volk ware behaald. Onze landgenooton zijn er echter niet mede tevreden en versmaden uit partijzucht wat oen schoonc blad zijde in de geschiedenis van onze koloniale staatkunde en Indische oorlogen z.al geven." De hevige storm welke eergisteren alhier woedde heeft op verschillende plaatsen des lands de geweldige kracht van den winddruk doen gevoelen. Behalve te 's Hoge, waarvan wij gisteren melding maakten, heeft de storm te Delfshaven belangrijke schade aan de werken tier Ruige Plaat en de onderhanden zijnde afdamming der Kous (riviertak der Maas) veroorzaakt; er zijn '14 schapen en eenige lammeren, die in het buitenland liepen, door den hoogen watervloed verdronken; te Amsterdam zijn enkele hoornen omgewaaid en 8 in aanbonw zijnde huizen ingestort; te Haarlem hebben verscheiden daken schade bekomen en heell inen in den Haarlemmerhout het verlies van sclioone boomen te betreuren, en te Dockum is de toren van den iu. aanbouw zijnde R. C. kerk omver- gewaaid en heeft belangrijke schade aan de kerk teweeg gebracht. Door den storm van 21 dezer is du 'Konig Wilhelm op het strand nabij Huisduinen 35 meters naar de landzijde verplaatst. II. M. do Koningin der Nederlanden is "Woensdag namiddag te Baden-Baden aangekomen en heeft haar intrek in het Hótel Englischen Hof genomen. Men leest het volgende in het Pagblai De Middelb. Ot. noemde dezer dagen als een voorbeeld van onhandigheid, dat de regeering zou hebben verboden een standbeeld van Thorbecke op de Plaats te zetten. Pat er een verbod is gegeven, blijkt echter niet; de Middelb. öt. «mizif dat eenvoudig. ..Doch wat geen verzinsel is, maar een feit, dat is: dat het C0I1RANT. ADVBBTBNTIBK: Prijs: van 1 tut 10 gewone regels f 1.00; iedere regel meer ƒ0.10. Vuur don werkenden stand en voor weldadigheid, de helft van den prijs. vorige ministerie heeft verboden het standbeeld op het Binnenhof te zetten. AVaar waren destijds de Middelb. Ct. en de N. B. Ct, om dat af tc keuren AVaarom was dat niet sonlmndig"? De heer II. Heijkamp, bisschop der R.-IC. clerezy te Rotterdam, is- sedert eenigen tijd ernstig ongesteld, zoo zelfs dat men voor zijn leven heeft gevieesd. Naar luid' van nader ingewonnen berichten bestaat er echter hoop op herstel. Gisteren, morgen is te Rotterdam de fontein, het ge- denkteeken ter herinnering aan den feestdag van 1 April 1872 op de Nieuwe Markt opgericht, door den burgemeester iu naam der gemeente aanvaard. Het water der fontein ontspringt uit de bekken van vier zwanen en dolfijnen, die, uit metaal gegoten, in de nissen van vier zyden van het achthoekig voetstuk zijn bevestigd. De stralen water komen weder in schulpvormige bakken. Het voetstuk, dat eene biecdte van circa 4 meter heeft, is geheel van hardsteen vervaardigd, met uitzondering van de vier beelden, die aan elk der vier schuine zyden zijn geplaatst. Deze zijn, evenals het groote beeld der stedemaagd, op het voetstuk uit eene soort steen gebeiteld, die de kleur heeft van zandsteen. Deze vijf beelden, gehouwen door Jos. Graven, van Den Bosch, zijn allerbezienswaardig. De vier beelden aan de hoeken stellen, voor de vier hoofdgroepen van den allegori sch en optocht, bij gelegenheid van het Aprilfeest te Rotter dam gehouden. Alzoo stelt liet eerste beeld een Batavier, het tweede een middeleeuwsch poorter, het derde een sol daat uit den SOjarigeu oorlog en het vierde een werkman uit de 19e eeuw voor. De poorter heeft in de hand den privilege-brief van graaf Willem den Vierde, die Rotterdam tot stad verhief. Aan de randen van het voetstuk, waarop de stcdemaagd prijkt, houden vier leeuwen de cartouches vast, waarop keuriggeschilderd zijn de wapens van Oranje- Nassau, Nederland, Rotterdam en Brielle. Naar men verneemt, zijn vele valsche guldeus in omloop, die zich van de echte onderscheiden door hunne loodkleur en aanmerkelijk lichter zijn dan deze, De heer Tindal, wethouder der gemeente Amster dam, heeft als zoodanig zijn ontslag genomen om de vol gende redenEen der hoofdambtenaren by de publieke werken aldaar, de heer Bergsma, had in tijdschriften en dagbladen geschreven over de te Amstordam aanhangige toepassing van het Liernurstelsel. Zyne beschouwingen waien in strijd met het gevoelen van deii heer Tindal, die nu verlangde dat de ambtenaar zou worden ontslagen. Het dagelijksch bestuur had daartoe geen termen gevonden al keurde het ook het feit af. Daarop heeft de lieer Tindal zijn ontslag ingediend. Eene breedvoerige gedachtenwis- seling, ook over het recht van den ambtenaar als staats burger, volgde; een voorstel om den heer Tindal uitte noodigen op zijn besluit terug te komen, werd ingetrokken en het ontslag van genoemden heer voor kennisgeving aangenomen. De beide veroordeelden, wegens het ontvreemden van een zwaan uit de diergaarde te Amsterdam, hebben zich per adres aan Z. M. den Koning gewend met verzoek om gratie. Gisterenmiddag bevond zich tusschen Bennebroek en Vogelenzang een koe op de rails van den IIoll. IJzeren Spoorweg, juist toen een trein passeerde. Het beestwverd door midden gereden, doch de trein is niet ontspoord. Te Utrecht is de vereeniging Pen dracht maakt Macht tot stand gekomen, die haar doel heeft uitgestrekt niet alleen tot verkrijging van goedkooper vleesch, maar dat ook op het brood zal toepassen. Reeds wordt door het be stuur eeu oproeping gedaan om met de slachters en bak kers een overeenkomst le treffen. (17. P.) In de Hcldcnche en N. Pieper Ct. van 14 dezer komt een ingezonden stuk voor van dr. J. J. Aghina, te I-Joorn, waarin een middel wordt aan de hand gedaan ter voorkoming van spoorwegongelukken. Het middel be staat daarin, dat voor eiken trein steeds een kleine loco motief locomotief-conducteur) rijde op remmings-af stand d. i.dien afstandwelken de trein nog moet doorloopen alvorens tot staan te worden gebracht. Deze troingids moet van signaal voorzien zijn ('s avonds een licht) dat zoowel door den trein, die achter hem komt als door den gids van den trein, die van-de andere zijde nadert, kan worden waargenomen en welker weg neming een toeken isdat de weg niet vrij is en dus do trein of de treinen tot stilstand moeten gebracht worden. Met zulk een voorzorgsmaatregel zouden de on gelukken van Warmond en Norwich voorkomen zyn. Bij ongelukkeu door brand, verzakking, defect oan de loco motief kan tevens de conducteur dienen om van het naaste station hulp te ontbieden en ongelukken met andere treinen te voorkomen. Er zullen wel vrij wat meer machinisten en locomotieven noodig zijn dan thans,maar voor de veiligheid welke deze inrichting aanbiedt, waar het zoovele menschen- leveus geldt, kan geen opoffering te groot wezen en zou zelfs een verhooging van vrachtprijzen gewettigd zijn. By krommingen van den weg, bij welke de conducteur korten tyd uit het oog verdwynt, behoort de.snelheid der treinen

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1874 | | pagina 1