A". 1878.
Maaudag 25 Maart.
Jtë 4379.
rJT >v o e e ii D e r t i <r s t c J a a r a: a n tr-
,A.A/\ A A
Abonnementsprijsper kwartaalf 1.85.
Franco per post, door het geheele Rijk. - 2,50.
Afzomlcilyke noinmers- 0.10.
KCEtEAU: MARKT, BS, 124.
Advertentieprijs: van 110 gewone regels,
met inbegrip van eene Courant f 1.10»
Iedere gewone regel meer- 0,10.
Driemaal plaatsing wordt tegen tweemaal berekend.
Bij deze Courant belioorteen Bijvoegsel.
Schiedam, 23 Maart 1878."
De Tweede Kamer der Staten Generaal heeft
het onderzoek van het Wetsontwerp op het
Lager Onderwijs in de afdeeüugeu reeds ten
einde gebracht, Weldra zal men dus bekend
worden met den indruk, dien, het op de volks
vertegenwoordiging heelt gemaakt, eu ook met
de nota, die een achttal kamerleden van de
anti-revolutionaire lichliDg hebben ingediendj
lntusschen. gaat de peis vouit het ontwerp te
bespreken. De Tijd zegt er van, dat het een
cacographie is van stijl en wetgeving en dat
het een meesterstuk is van baldadigheid. De
hooge zedelijke en maatschappelijke beteekenis
van het vraagstuk is geheel ter zijde gelaten.
Roekeloos betieedt het den gevaarlijken grond
en met de onschuldigste vermetelheid schept
het een chaos ?óo zonderliug, zóo verward, dat
men begint te twijfelen of hier eenige orde
mogelijk zal zijn. liet ontwerp di aagt in iedere
bepaling den stempel van zijn schepper. Het
is openhartig eu bezit toch leel'yke geheimen
het is onschuldig en bezit toch giftige wapenen
terwijl liet tevens mank gaat aan zekere breed
sprakigheid.
De Standaard stelt de vraag: of in Kappeyne's
Schoolwet de moed van ziju overtuiging spreekt?
Neen, zegt het blad, althans ten opzichte van
de foimule ^Christelijke en maatschappelijke
deugden." Voor iemand, die met den Christus
en het Christelijk geloof gebroken heeft, spieekt
er egn laakbaar tekort aan overtuigingsmoed
in een voordracht, volgens welke men tegen
der Christenen zin en oordeel, door onbevoeg
den en op eene wijs, met de eischen van het
Christelijk geloof in lijnrechten strijd, dusge
naamde Christelijke deugden op de neuliale
school van Christen- en Jodenkindeien en kin
deren van menschen die niets zijn. wil laten
aanpieeken eu inprenten.
Lu niet aljeen bij Kappeyne, zegt De Stand
aard, merken we losheid van het Christelijk
geloof op, maar bij de geheele groep onzer ra
dicalen, geavauceerden of progi essisten of hoe
men ze noemen wil.
fIn de formule i>Christelijke en maatschap
pelijke deugden" is met volkomen juistheid uit-
gespioken, wat het dubbelhartig geslacht, in
•1857 bedoelde, de uitdrukking is ai eveu faii-
zeesch als toen geheel de atmosfeer, eu tegelijk
even vijandig aan de oilhodoxie, als toen ter
tijd alle lieden van invloed waren. Daaraan is
't dan ook toe te sehrijien, dat in die dagen
conservatief eu liberaal elkander over dat kos
telijk artikel 23 de hand i eikten, om een school
te doen slagen, zegt De Standaard, die het
toelei op onzen ondeigang.
Maar daarom moet nu hunnerzijds gebroken
worden met een formule die schijnheilig is.
De consideration, die Kappeyne bewogen heb
ben om dit niet te doen, pleiten niet voor
moed en vastheid van overtuiging.
De Drietche Courant zegt:
Den 5 April zal er, op aanschrijving der
Vereeniging voor chr. nat. onderwijs, door het
geheele land eene bedestond worden gehouden,
naar aanleiding vau de ingediende wet op het
onderwijs.
Alzoo eene optroinmeling, hoofdzakelijk van
het volk. aijhter de kiezers, eeue poging
om de massa tegen de Regeering in het har
nas te jagen, want natuurlijk wordt door deze
oproeping tot eene geestelijke heirvaart eene
ïr.onstieuse afkeuring uitgespioken over den
geest van verlichting en vooi uitgang, welke
deze wet ademt. Een bedestond wordt natuur
lijk voorafgegaan door eene uiteenzetting van
de zaak, waarvoor rnen is bijeengekomen,
eene omschrijving van het gevaar, dat men
wenscht te zien afgewend, en alzoo kan het
niet uitblijven, of het laud zal weerklinken
van smaadiedeneu tegen het wetsontwerp,
dat is tegen de Kegeering en de "Volksvertegen
woordiging.Het zal-niet ontbreken aan poli
tieke toespelingen en raadgevingen, en het is
natuurlijk, dat de geheele manoeuvre slechts
eene voorbei eiding is tot eene adressenbewe-
ging. Evenals tegen de wet op de besmette
lijke ziekten, zal men weer overal verzoek-
schiiflen laten teekenen, krioelende van fac
simile's, welke getuigenis afleggen vandenont-
wikkelingstoestand der sehiijvers.
Gelukkig dat de modei ne geuzenpreeken niet
meer de uitweiking hebben van vroeger, en
zoo gelooven wij ook niet, dat de opzweeping
van de volksmeeniDg door middel van een be
destond groot succes zal opleveren voor de
aanleggers dezer drukte; inderdaad de heeren
agitateurs moeten weer eens iets nieuws be
ginnen om de zaak, welke zij drijven, nieuw
leven bij te zetten.
De in woorden uitgedrukte zaakvvaarby
men het volk tracht te bepalen, is natuurlijk
bijzaaken de bijbedoeling is hier hoofd/aak.
Deze gereformeerde Titanspoging om den hemel
te bestormen kau, dunkt ons, niet opgaan.
Als het Opperwezen gestemd ware vóór de
inzichten der vereeniging van christeiijk-nat.
onderwijs, dan ware er nooit eene wet van
1806 en nog minder eene wet van 1857 ge
komen; daarom gelooven wij ook niet, dat op
den bedestond van 5 Apiïl a. s. heel veel zegen
zal komen. liet gebed van den rechtvaardige
vermag veel; maar zou inderdaad het op 5
April overal ten hemel stijgeude gebed eene
bede van rechtvaardigen mogen heden? Zou
het niet veel meer zijn een noodkreet, oprij
zende uit de kelen van talrijke orthodoxe
preekhceren, welke eene positie hebben te hand
haven voor zich en iiunne collega's?
Indien de vereeniging van chr. nat, onder
wijs inderdaad iets nuttigs wil verrichten (en
wij bevelen het idéé aan om het op 5 April
uit le spreken in het midden' der gemeente),
laat zij dan tiachtei?eeu beleirn, en mi klei cd,
een echt pnedagogischen geest in linie scholen
en een humanen zin in de kerkelijke gemeen
ten te brengen aan het een en ander is
schreeuwende behoefte, en, wordt die behoefte
vervuld, dan zal de vereeniging der natie eene
weldaad bewijzen en in chrittelijken zin werken.
De heer Yerhoelf, predikant te Heeg toont
in zijn Banier tamelijke tevredenheid met het
nieuwe ontwerp van wet op 't lager onderwijs.
Evenwel wil hij de anti-revolutionaire kamerleden
toch aanporren tot verzet.
Hij schijnt gebeten op de joden vooral. Niet
op Abraham, Izaak en Jakob, maar op;de
joden in Nederland, die door hunne inwoning
en hun burgerrecht Nederland,1 tot een anti
christelijke natie maken,
ïWantzegt deze heer, ^Nederland heeft,'
door de Israëlieten onder zijne burgers op te
nemen en hun de rechten van staatsburgers te
verleenen, feitelijk van zijn naam ichristelijke
natie afstand gedaan."
Wat heeft zoo'n man al een zonderling be
grip van christelijkheid 1 .Zou..ky,_ineenen, dat
er geen christelijke joden zijn en geen onchris
telijke christenen? Wij weten bij ondervinding,
dat dit getal te zameu legio is. 'tls waarlijk
niet te hopen voor de mannen uit Juda, dat
de geest van Yerhoeff eenmaal de nationale zal
worden, dan zijn ze hier te huis als katten in
een vreemd pakhuis. Gelukkig echter, dat de
aard van het meerendeel der Nederlanders' tot
verdraagzaamheid en broederzin neigt, als uit
vloeisels van ware christelijkheid, die ook zoo
vele Nederlandsche joden versiert, en die de
openbare school aankweekt.
Voor heden aanhalingen genoeg. We hopen
ze van tyd tot tijd te vervolgen.
In de Nieuwe Rotterdamsche Courant van
heden komt een stuk voor van een iGenie-
officier," die zich daarin beklaagt over het
onrecht, te plegen aan den heer T. II. Ampt,
majoor-ingenieur. Dit stuk wordt aldus be
sloten
Met velen overtuigd zijnde, dat een ingezonden
stuk, voorzien met den naam des schrijvers,
veel meer invloed zal uitoefenen dan een ano
niem opstel, zoo heb ik het toch om wel be
kende redeucu beter geoordeeld mijne haud-
teekeuing achterwege te laten, in de overtui
ging, dat zij, die belang in de zaakstelieu, door
onderzoek tot de slotsom zullen komen, dat
ook hier weder het spi eek woord geldt: »Wie
een hond wil slaan, kan wel een stok vinden."
We kennen die militaire hiërarchie niet ge
noeg om een oouleel te vellen. Da schrijver
meent waarschijnlijkplaats ik mijn naam
onder het stuk men zal mij wel velen te vin
den. Viauger bemoeilijkte de Minister Klanken
de mededeeling \an hetgeen oificieieu over de
publieke zaak dachten. Tegenwoordig huldigt
men, naar we meencn een andere leer. Er
bestaat in Nederland oen Veieeniging tot be
scherming van dieren, de honden daaionder
begi epen. welke dieisooit in onze dagen daar-"