Trtliiit flaplis, litpznM Bluste
A°. tè78.
Maandag 23 September.
M 4507.
BimunMscle Bericlittt 1
I
,fX; w o e> e li <3 r t i ss t o .T a a r <r a 11 tr.
s*'
C QURAN
Abonnementsprijs, per kwartaalf 1.85.
Franco per post, door het geheele Rijk. - '2.50.
Afzonderlijke nommers- 0.10.
«UE1JAII: HAAKT, E, 124.
Advertentieprijs: van 110 gewone regels,
met inbegrip van ecne Courant1.10.
Iedere gewone regel meer- 0.10.
Driemaal plaatsing wordt tegen tweemaal berekend.
0(| (leze Courant bclioort ecu Bijvoegsel.
Schiedam, 21 September 1878.
't Was volgens den' edelen lord Bsacoosfield
een vrede met eer, dien hij te BeiTy'n tot stand
bod helpen brengen. Misschien ziet een En-
gelsche premier door andere oogen dan een
gewoon inenscb; zulk een toch wordt in de
verzoeking gebracht met het oog op den te-
geuwoordigen toestand van ons werelddeel uit
te roepenVerward Europa
Oostenrijk is door de beschikkingen van het
congres te Berlijn in een zoo benarden toestand
gekomen, als het in jaren niet gekend heeft. Graaf
Andrassy meende een meesterstuk te doen, met
het protectoraat over Bosnië en Herzegowina
te aanvaarden. Brie regimenten Oostenrijkers
zouden genoeg zijn, om deze gewesten te
bezetten, meende hijthans blijkt, dat even
veel divisiën niet voldoende zijn, en dat in
menig gevecht de Oostenrijkers bloedige ver
liezen lijden. Bij dat. alles lachen de Turken,-
hoe ellendig hun toestand ook zijn moge, de
Europeesche mogendheden nog iu het aange
dicht uit. Zoo de Turksche admiraal Hobart
Pacha, die in een brief aan de Times schrijft:
Indien de Muzelmansche bevolking van Bosnië
en Herzegowina zich met kracht verzet tegen
de Oostenryksche bezetting, in welk verzet zy
trouwens door tal van Christenen wordt bijge
staan, och, wat wilt ge? deze bevolking meent
slechts hare haardsteden en hare vrijheden te
verdedigen, en kan rnen haar dit euvel duiden?
't Kan dan ook niet ontkend worden, dat de
Oostenrijkers de weldaden van orde en een ge
regeld bestuur aan de bevolking der bezette
Streken al zeer weinig smakelijk weten te maken.
Ei' wordt gevonnisd, er wordt gefusilleerd op
eeue wijze, die Turkije niet zou weten te ver-
beteieu. Het ergste van dit alles is, dat de
bevolking van Ooslenrijk-Hongarije met onver
holen woede haar afkeer te kennen geeft van
de rol, die de Regeering op zich genomen heeft
{e vervullen. Alle partyen zyn eenstemmig in
de voroordeeling van het regeeringsbeleid van
graaf Andrassy, Reeds werd het woord ge
hoord de Ministers moeten iu staat van be
schuldiging worden gesteld. Weg met An-
.drassy
De positie van dezen Minister is door dit
glles teu eenenmale onhoudbaar geworden, en,
wilde Keizer Frans Jozef hem niet tot eiken
prijs behouden, de graaf ware reeds afgetreden.
Het moet J den OosteWij kscheii Keizer
toch iu het eind wel duidelijk' wordeu, (lat de
genius derfortuin in militaire zaken ten minste
niet met hem is. Na den slag,'van Solferino
in '1859 weende' hijte Sadowa. werd het lot
van Oostenrijk beslist en verloor liet zyn in
vloed in 'Duitschland en Italië geheel. De be
vrediging van en het vergelijk met Hongarye
•waren■'lichtpunten op den moeielijken levensweg
•ïau dezeu Keiler'; 't vieFniet le'ontkennen,
dat Oostenrijk-Hongarije vooruit ging; daar
komt echter de ongelukkige hooge politiek met
bare overwegingen weer tusschen beiden; een
mogelijk^ uitbreiding naar het Oosten was voor
de hofpartij te Weeuen een te schoon buiten
kansje, join ongebruikt te laten voorbijgaan;
men weet het oveiige: de gansche monarchie
is in onrust, en de alloop uog niet te voorzien.
De Russen trekken langzaam van voor Kon-
stantmqpel terug. Hun vei trek, beweerde de
Times, 'zou het sein wezen tot verwarring eu
regeeringloosheid in het Turksche Keizerrijk.
Alweer mis, beweart Hobait Pacha; indien
de Turksche bevolking teekenen van ongerust
heid en ontevredenheid geeft, zulks heeft geen
andere* oorzaak, dan dat zij zich verkocht gevoelt
aan Rusland, en dat zy de Russen uog iu de
onmiddellijke nabijheid van Stamboul moet
dulden. Zelfs de opstandelingen in het Bho-
dopegebergte hebben te kennen gegeven, dat
zij de wapenen zullen nedeileggen, als de
Russen 3 zicht maar verwijderd hebben. Ik ben
overtuigd, vervolgt de admiraal, dat de on
gelukkige Turken, veilamd door de vreemde
hand, die hen drukt, zoodra de Russen ons
grondgebied zullen hebben ontruimd, zich ver
licht zullen gevoeleu en bevrijd van een ge
weldigen last.
"Wat de beweging in Griekenland betreft,
hiervan geeft Hobart eenige opmerkingen ten
beste, die van gezond verstand getuigen. De
uitnoodiging van een machtig congresals
dat van Berlijn, zal een verbrokkeld rijk toch
we! niet overhalen om nieuwe concessiën
te doenwaar bet den afstaud van grond
geldt. Ik geloof, zegt hijdat de Turken
wel zullen toestemmen in den afstand van een
gedeelte van het grondgebied vau Thessalië,
omdat daar het grootsle gedeelte der bevolking
uit Grieken bestaat. Maar ik kan onmogelijk
inzien, op welken grond Griekenland zou willen
profiteeren van de ongelukken van een laud,
om zich te zijnen koste te verrijken. Van
Epirus zou ik geen duim grond willen afstaan;
meer dan de helft der bevolking zjju Muzel-
manuen, en ook de Albaneezen duchten meer
nog dan de Muzelmannen het juk der Grieken.
Een woord van pas aan het adres der Grieken
gericht, mag niet verzwegeu worden. Welke
zouden, vraagt Hobart, de gevolgen zyn van
eene overweldiging dezer streken door de
Grieken? Kan het Griekscherijk, gelijkOostenrijk,
de kosten dragen van een oorlog vau verschei
dene jareu, vau een oorlog, die bloedig en ver
woestend eu van een twijfelachtigen uitslag
zou zijn? Wat mij betreft, ik geloof niet, dat
Griekenland zijn grondgebied zal kunnen uit
breiden vóór zijn dwaze y verzucht zal zijn
bekoeld. Eerst irioeten zijne geldmiddelen toe
staandat het met Turkije een fiuanciëel
verdrag sluit betrekkelijk de 'uitbreiding van
grondgebied, die hét met zooveel drift najaagt.'
Eeist moet het' aan Europa de bijwijzen' leveren,
dat het kan besturen en verbeteren tegelijk, het
kleine grondgebied, dat het thans bezit.
Ik geef toe, dat het natuurlijk is dat Grie
kenland er naar haakt al het land te bezitten,
dat, het meent te kunnen bereiken; rnanv op
welken grond verlangt het zulks. Moot de
man, die een vertrek huurt in het huis van
een ander, daarvan als eigenaar bezit nemen?
Is hij niet over zijn logement tevreden, welnu,
hij verlate het en ga zich elders vestigen. In
het algemeen bezit het Grieksche volk natuur
lijk verstand en een gezond oordeel; maar wat
tot zijn ongeluk strekt is de onrustige ijver
zucht van eene woelige minderheid.
Ik vraag mijzei ven al, hoe zou Europa het
hebben opgenomen als Italië terstond na den,
Fransch-Duitschen oorlog Nizza en Savoie had
opgeëischt, en of Frankrijk daarin zou hebben
toegestemd, zeifs wanneer een Europeesch
congres in dezen zin had besloten?
Er is logica in de beweringen vaa dezen
Turkschen adiniiaal. Moge hij die met niet
minder kracht aanwenden om bij den Sultan
de verbeteringen te bepleiten, die het dood
kranke land uit zijn ellendigen toestand kunnen
opheffen! Voorshands bestaat daartoe nog niet
zoo heel veel kans. De verbannen Midhat-pacha,
een der weinigen, die de wonden van bun land
gepeild hebben, is wel teruggeroepen, maar hy
moet zich op het eiland Oreta vestigen, terwijl
zijn plaats moest zijn te Konstantiuope), midden
in den vuilen kring van kuiperij en diep verval
doch de groote heer vreest hem, de groote
heer, wiens grootheid zoo gedaald is, dat hij
zich opsluit en door een sterke wacht laat
bewaken 1
De inwendige toestand in Rusland is evenmin
rooskleurig. Hoewel men er weinig van te
hooren krijgt, is het een feit, dat de hande
lingen van eenige honderden aanzienlijke en
een evenredig aantal mindere ambtenaren aan
een streng onderzoek worden onderworpen,
waaruit zal bl'ykoD, dat de Engelsche oorlogs
correspondent niet teveel verzekerde, toen hij
Rusland dooi' diefstal en bedrog ondermijud
noemde.
Is het wonder, dat onder de burgerij en
vooial onder de studeerende jongelingschap de
ontevredenheid steeds stijgende is eu het ver
langen naar een nieuwen toestaud met deu
dag grooler wordt?
DEN UAAK, 21 September. 41
De Koning heeft op het adres van de
Eerste Kamer der 'Staten-Generaal, ter beant
woording, van de troonrede, op den 20sten
September, 1878, bet volgend wederantwoord
gegeven*.
Mijne Heeren! met genoegen ontvang ik van
de'Kamer de verzekering harer ijverige mede-
tm 5
f