Vwltjnt iapliiks, ïiltpaiiW linsdai. A0. 1879. Maandag 17 Februari. M 4609. Bvie ©ju Dertigste Jaargang. COURANT: ABONNEMENTSPRIJS, per kwartaal1.85. Franco per post, door het geheele Rijk. - 2.50. iftonderliike nommers- 0.10. By deze Courant behoort ee'n Bijvoegsel. Schiedam, 15 Februari 1879v "Toen nu de verkiezingen voor den Franschen Senaat op 5 Januari ji., welke ook aan dit hooge staatslichaam eene republikeinsche meer derheid hadden verschaft, het gouverne'ment begon te spreken \ati veiandeiingen in hot personeel der rechterlijke ambtenaren, en in de tweede plaats, van vervanging van ver schillende legerhoofden, waren er velen ook hier te iande, die deze maatiegelen wel wat heel radicaal vonden, en die al aanstonds vreesden, dat de republikeinen den weg der gematigdheid zouden vei liezen, en vooitrenuende in onbesuisde vaait, op den een of anderen dog weer in de airnen van een aüeen- heeiseher 'zouden terechtkomen. Dergelijke be denking werd ook aan Henry Havard gemaakt, den Franschman, die ons vaderland en zijn '.instellingen, zijn regeenng en zijn eigenaardig heden jaren achtereen heeft bestii'deeid Hg' is op deze bedenkingen het antwooid nietschyjcfig gebleven, en in een drietal nitikelen, voor eenige dagen in het Handelsblad verschenen, behandelt hij de geschiedenis der Fiansclie ambteuaais- wereld, op eene wijze, die voox ons Nedeilandeis daarom ook van zoovee! belang is, wijl hij, met zaakkennis Fransct.e en Nederlandsche toestan den telkens met elkander vergelijkt. Ge begrypt niet, waarom de republikeinen op de hervorming der ambtenaaisvvereid aandringen, ge kunt het ook niet begrijpen, zonder kennis van de feiten. •Gij, Nedei landeis, zegt: wat kan het ons schelen "of de buigemeester, de commissaiis des Koning*, de veldwachter, de schoolmeester cn do officier van justitie liberaal zijn of niet; wij vorderen slechts, dat zij hun plicht doeD. Maar, zegt Havard, dat Vordeien wij ook en niets meer. Antwoord mij op uw beurt; als het openbaar Ministerie slechts libei ale dagbladen en geen reactionnaiie vervolgde; als de rechter steeds 'voor hetzelfde vergiijp, een iibetaal tot 2000 fr. boete en gevangemsstiaf en een ïeactionnair tot 16 fiancs boete zonder gevangenissti af ver oordeelde; als de onderwijze! s zijnen leerling inprentte, dat de maatsclmppelyke toestand waarin hij leeft, In strijd is met de goddelijke wetten en men naar goedvinden al dan niet gehoorzaam kan wezen aan de oveiheid; als dezelfde onderwijzer dag aan dag op uw Koning en uw Minister smaalde; zoudtgij dat dulden? Als uwe bisschoppen of uwe predikanten van den piedikstoel tegen uw lauden uw maatschappij smaadredenen uittenalszij, zooalsdeuheei Fi ep- pe), bisschopvan Augers, nog heden teudage doet, gematigde dagbladartikelen aan de openbare verachting prijs gaven; zoudt gij dat dulden? Als menwant da. schilderij is nog niet afgewerkt als men met schending der wet Uwe sociëteiten sloot; als men uwe staatslieden door politieagenten liet volgen; alsme a be- tSchuldigden- martelde, (zooals het proces van dagblad La Lantertie deed zien); als men, BOREAV; 3I&KKT, XI, 124. in strijd rotSt* geest en letter der wet, uwe couiantenornbrengers op straat in hechtenis en de dagbladen jzelven in de boekwiniw o in be slag nam, als?' men hen, die ze op straat Jezen, mishandelde. Als eindelijk de door den staat bezoldigde ambtenaren langs de geheele admi nistratieve ladder openlijk tegen de regeering samenspaudeii en u met bet buitenland in moeilijkheden zochten te wikkelen; zoudt ge dat dulden?Neen, geen week. Welnu, wij ongeduldige,'jevoelige, onrustige Franschen ver droegen het zeven jaar, wat zeg ik, dei tig jaar lang, want die kwelling en verdrukking begon in 1849. Deze schildeij is verschiifefeelijk, en een weldadig gepel van dankbaarheid bezielt den Nederlander als hij vergelijkingen gaat maken tusscben de Nederlandsche en Fiansche toe standen. Maar is zij ook overdieven de schil- denng? Worden de feiten ook bezien uit een Repubhkeinsch gezichtspunt, en hebben we hier te doon^inet een pui tijman, die, het J-Ostö... vviatv^et jyil^,,zijn, eigen partij wil ver heerlijken, door de tegeupaitij in al haar naaktheid voor te stellen Daarvoor staat een man als Henry Havard te hoog; hij bewijst met feiteD, en de logica der feiten is onver biddelijk. Ik wil, zegt hij, thans een tipje op lichten van den sluier, die een der pijnlijkste wonden van ingn arm vaderland bedekt en den kanker waarin wij, om er niet door verteerd te worden, het brandijzer moeten zetten, in het ware licht stellen. Ik weet niet of het wel goed is Fiankiijks wonden zoo bloot te leggen, maarliet komt mij beter voor, dat mijn laud om wtJikelijk leed vvoiilt beklaagd, dan om niet begane feilen veioordeeld. Deze geschiedenis der Fransche ambtenaars wei eld, waarvan we heden een gedeeltelijk o vet zicht wenschen te geven, vangt aan met den teiugbhk op Napoleon I, enden geest, die, volgens zijn systeem weldra heerschende werd. Zijn administratie stiekte zich als een onmetelijk net over het geheele land uit. Zijn wil verving de wet. Er was voor den burger geen waar hol g, geen vrijheid meer; zonder besluiten of decieten werd alle vrijheid feitelijk opgeheven; de geheele natie had slechts te gehoorzamen, de persoonlijkheid had opgehouden te bestaan oveial deed het gezag zich gelden. Het land, met voorbijzien der aloude verdeeling volgens lassen en stammen werd in departementen ver deeld en elk departement werd voor Napoleon een admiuistiatieve, 'rechterlijke, militaire en kerkelijke eenheid. Aan het hoofd van het depmtemeut een prefect, vreemd aan het depar tement slechts van het gezag afhankelijk, zijn function uitoefenende door middel van onder prefecten, die slechts ziju plaatsvervangers zijn, van maires, die hij naar willekeur kan ont slaan of schorsen, van" onderwijzers, die hij kan vei plaatsen of op'wachtgeld stellen,^ van poiitie waarover hy beschikt, van gewapende k macht, die hem gehoorzaamt. Advertentieprijs van 140 gewone regels met inbegr.p van eene Courant1.40J Iedere gewone regel meer- 0.10* Driemaal plaatsing wordt tegen tweemaal berekend. Langs die geheele ladder en alwijze, werk tuigelijke, onwrikbare ambtenaarswereld; van boven tot beneden volstrekte onschendbaarheid. De veldwachter, gedekt door den maire, de maire door den onderprefect, de onderprefect' door den prefect, de prefect door den Minister en het beroep op dezen laatste onmogelijk ge maakt door de ïechtbanken, die zich onbevoegd verklaren, of wel door den Raad van State in - de doos gestopt. Wat te doen tegen dergelijke organisatie. Zich onderwerpen. Frankrijk was tachtig jaren lang onderworpen, Wat de onafhankelijkheid der rechterlijke macht aangaat, hiervan geen sprake. De Minis ter decreteert de vervolging, bepaalt het vonnis. De ongehoorzame of eenvoudig onafhankelijke magistraatspersoon wordt niet bevorderd, ge negeerd, voorbijgegaan. Moet ik, zegt Havard van het militair gezag spieken, voorzeker niet. Daar bereiken rang- verhouding en gehoorzaamheid hun uiterste grenzen. Wat de kerkelijke macht aangaat, inen weet aan welke tucht de Katholieke geestelijkheid onderworpen is. sDe geestelijkheid mijner diocese is als een regiment; als zij marcheeien moet, marcheert zij," sprak mon- signeur de Bonnechose, aartsbisschop van Bordeaux, op de tribune van den Keizerlijken Senaat. Dit enkele gezegde is voldoende om de stiengheid der priesterlijke tucht te doen vatten. Uit deze vier elementen, wier vereeniging hettoppunt van departementale eenheid vormt, het episcopaat, dat de gewetens bewaakt, de rechtbank, die over de persoonlijke vrijheid beschikt, de administratie, die op ieder een wakend oug houdt en de militaire machtais ultima ratiogereed, geweld te gebruiken ontstond een sooit van hoogeren maatschappe- iijken kring, door oorsprong, behoeften, smaak en vooroordeelen verbonden, gewillig voor het gezag, waarvan hij alles had te wachten, streng voor het land, waaraan hij door geen enkelen band was gehecht en die het departement in de hand en de burgers onder den voet had. "Voeg hierbij, dat do prefect de leeraren van het openbaar onderwijs door een strikte af hankelijkheid aan zich verbond, terwijl de rechtbank de advocaten, procureurs, deurwaar- deis en notarissen, genoodzaakt om voor magistiaatspeisonen met den,hoed in de hand te staan, op sleeptouw nam. Deze elementen nu votmden, vereenigd, wat men in elk de- pat tement la sociétê noemde, dat is de officieele wereld, zorgvuldig gesloten voor wie geen ambtenaar was of afnankeljjk van een der vier lakken van de administratie. Nooit ik herhaal het was alwijzer ambtenaarswereld meer gedwee in de hand van die haar in het leven riep, of meer wars van zorg «n kommer. Zich beveiligd achtende voor alle wefirwraak, sloot zij, als het moest, oogen en ooren en opende ze,. wanneer het noodig was, terwijl, omdat zg, tengevolge van haar onschendbaarheid; - een ipnukje vaa de soute-

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1879 | | pagina 1