gelaten. De leden der Eerste Kamer zouden
zitting hebben voor 10 jaar die van de
Tweede Kamer voor 5 jaar.
"Verder zouden de bepalingen van de defensie
eene wijziging ondergaan. De bepalingen, die
nu eene belemmering vormden voor eene goede
regeling der levende strijdkrachten, zouden
worden weggenomen eu de regeling van den
krijgsdienst aan den gewonen wetgever over
gelaten.
Den 10 Juli kwam er eene beschikking van
Z, M. den Koning, waarin Z. M. verklaarde,
dat hij een voorstel tot grondwetsherziening,
buiten zijn initiatief genomen, thans niet kon
goedkeuren om een Minister te behouden. Kwam
het tot grondwetsherziening, dan zouden wel
licht ook aodere bepalingen herziening eischen,
om zoo mogelijk een biyveud werk tot stand
te trachten te brengen. Behalve de redenen,
door de Ministers van Financiën en van Kolo
niën aangevoerdwaren naar de meeuing van
Z. M. nog andere gewichtige redenen, die op
dit oogenbiik den Koning er voor deden terug
deinzen om in het voorstel van den Minister
van Binneaiaudsche Zaken te treden.
Zooals men reeds weet, werden overigens
geene beslissingen genomen in de hierboven
bedoelde bijeenkomst van liberale leden, maar
dat de heeren Vau de Putte en Crerners de op
dracht tot .samenstelling van een ministerie
thans zullen aanvaarden, is niet waarschijnlijk.
Het Handelsblad deelt den volgenden
brief mede, door den lieer H. O. Van der Wijck
aan den Voorzitter der Tweede Kamer gericht:
's Gravenhage, '21 Juli -1879.
IIoojjEielGeürenge Heer
Uit het Algemeen Handelsblad van heden blijkt, dat
de heeren Fransen van de Putte en Cramers, leden
van rle Tweede Kamer, met machtiging des Konings,
heden te twee uur de liberale leden der Tweede Kamer,
ten getale ,van 49, in het lokaal dier Kamer bijeen
geroepen hebben, ten einde over een Kabinetsformatie
te beraadslagen.
Deze handeling geeft aanleiding tot de volgende
vragen
Gedoogt de Grondwet, dat de Koning, met uit
sluiting van alle andere leden, een aantal ieden der
Tweede Kamer van een bepaalde partijkleur officieej
doe oproepen,7
Hebben de beide leden der Tweede Kamer, oud-
Ministers die den Koning om de machtiging tot die
oproeping gevraagd hebben, in den geest der Grondwet
en van onze constitutioneele staatsinstellingen ge
handeld?
Zoo ja, zal dan indien die beide heeren in hunne
taak niet slagen en de Koning mocht goedvinden een
or meer tot andere staatspartijen behoorende stnats-
lieden een Kabinetsformatie op te dragen door deze
eene vergadering der Tweede Kamer, met uitsluiting
der liberale leden, inueten worden opgeroepen?
Ik neem de vrijheid deze vragen aan de overweging
van UHEG. te onderwerpen.
Zoo mogelijk zal ik van dezen brief nog bijtijds liet
noodige aantal exemplaren doen drukken en UHEG,
aanbieden, ten einde die vóór den aanvang der zitting
aan de leden der vergadering te kunnen ronddeelen.
Het komt injj toch voor, dat de opgegeven vragen
belangrijk genoeg zijn, om in nauwgezette prealabele
overweging te worden genomen.
Met hoogachting heb ik de eer te zijn,.
UltMl.Geslr. Die. Dienaar
II. C. VA.N DER WIJCK.
Hierop laat het Handelsblad volgen:
'Wij "gelooven dat de heer Van dec Wijck
volkomen gelijk heeft. De vormwaarin de
bjjeeuroeping was geschied, is zeer ongelukkig
gekozen eu van twee oud-Ministers, die licht
zoeken alvorens weder eeu portefeuille te aan
vaarden, nauwelijks 'te begrijpen, 's Koaiugs
naam had in deze oproepiug niet belmoren
gebruikt te worden, nog afgezien van het
bedenkelijke om 'zulke mededeelingenals gis
teren gegeven werden anders te doen dan iu
een zitting der geheeli/ Tweede Kamer en dan
door de Regeering zelve. Dat de Ministers niet
ter vergadering verschenenkan niet anders
als goedgekeurd worden. De redenen van ver
ontschuldiging, gisterendoor1 de heeren Van de
Putte eu Crerners gegeven, zijn nauwelijks
afdoende te noemen.
net Vaderland doet uitkomen, sdat er geen
Ministerie is dat .een voorstel tot Grondwets
herziening heeft gedaan; is er dus geen
Ministerie, dat collectief een door den Min.
van Binnenl. Zaken gedaan voorstel heeft on
dersteund; er is niets anders geschied dan dat
de premier van het Kabinet de door hem zelf
in het leven geroepen Ministeriëele crisis een
ander stadium heeft doeu ingaan door onver
wachts aan den Koning te zeggen: eerst wilde
ik heengaan, omdat ik bevreesd was voor groote
maatregelen geen voldoenden steun in de
Kamer te vinden, maar bij nadere overweging
zal ik toch b!\jven, indien ik, Min. van Binnenl.
Zakenmet betrekking tot een door mij ge-
weaschte Grondwetsherziening van U. M.plein
pouvoir krijg."
sDe mededeelingen eergisteren gedaan
zegt Het Vaderland verder bewijzen vol
doende, dat wij recht hadden in ons nommer
van Vrijdag '18 Juli te vragen:
lo. Heeft het Ministerie ais zoodanig
voorstellen tot Grondwetsherziening aan den
Koning gedaan?
2o. Was het Ministerie volkomen eenstemmig
3o. Welke was de strekking en de omvang
dier voorstellen? "Wat was dus het nieuwe
program van het Ministerie?
4o. Waarom die voorstellen thans?
»Nog meer vragen hadden wij kunnen stellen.
Wij hadden kunnen vragen: -.Heeft wel de
Koning zich in het algemeen tegen Grondwets
herziening verklaard? Wij hadden ook kunnen
vragen, waarom niet eerst door het Ministerie
of door den premier de liberale partij ia de
Kamer over Grondwetsherziening is geraad
pleegd.
sBijua op al die punten- is-thans een volledig
antwoord verkregen. Eerst sinds gisteren weet
men, dat de Koning niet in !t algemeen zich
tegen Grondwetsherziening verzet, maar wel op
dit oogenbiik zijn meêwerking tot een zoo be
langrijken maatregel niet heeft willen verleenen
om een Minister te behouden. Eerst sinds gis
teren weet men dat de Min, van Binnenl. Zaken
reeds van zijn voornemen tot Kaïnerontbinding
heeft doen blijkenvoor hetgeval de Tweede
Kamer zyn plaunen mocht verwerpen.
»Een vraag is echter gisteren niet beantwoord
en kan ook alleen door het Ministerie beant
woord worden de vraag ul.waarom die
voorstellen thans?
Waarom die voorstellen thans?
»Op die vraag komen wij nader terug, maar
dit willen wij nu reeds verklaren: Naar onze
overtuiging zijn die voorstellen te goed, te flink
om op dit oogeublik, op deze wijze en onder
deze omstandigheden aan de orde gesteld te
wordeu.
sEcre wien eere toekomt: De nota van Grond
wetsherziening is het talent van Kappeyne
waard. Zij is een bedaarde, flinke stap in de
goede richting zoo flink zelfs, dat men om
dat progiatn voor de toekomst veel kan ver
geven van hetgeen het. verleden minder, ver
kwikkends heeft opgeleverd."
Naar Het Vaderland verneemt, hebben de
heeren Fransen van de Putte en Crerners aan
Z. M. den Koniog te kennen gegeveu, dat zij
het hun 'Opgedragen mandaat tot Kabinets
formatie in de gegeven omstandigheden niet
kunnen aanvaarden.
Wie meenen mocht dat de Javanen, welke
thans ia Arnhem verblijf houden om de game
lang te bespelen, als ballingen in ons midden
wonen, bedriegt zich zeer. Den geheelen dag
ontvangen zij bezoek en zij zyn voor ieder even
beleefd en welwillend. Zij houden zich met
Europeeschen handenarbeid bezig, die zij van
andereu afzien en waarin zij zich gaarne laten
ondenvjjzen. Gaarne nemen zij ook-deel aan
de kinderspelen, als knikkeren enz., die voor
hen vreemd zijn, maar waarin zy spoedig groote
handigheid hebben gekregen. Ook onze taal
beginnen zij reeds te verstaan en vraagt rnen
hun of zij naar hun land terug verlangen, dan
antwoorden zij; vaeen: hier, heel veel pleizier".
En werkelijk schijnen zij hun toestand niet
onaangenaam te vinden. Vooral van kinderen
houden zij veel. Voortdurend ziet men die op
hun schoot zitten, of zij gaan er mede wande
len in de buurt eu niet zelden koopen zij hun
eene kleinigheid. Het Ilollaodsche kindergezang
heeft iets aantrekkelijks voor hen, naar het
schijnt, en meer dan een tracht mede te ziugen.
Vooral in het volkslied kunnen verscheidenen
van hen reeds instemmen.
Terwijl zij vau aanzienlijken en geringe» da
gelijks talrijk bezoek ontvangen, worden zij ook -
bij Oostersche familiën dikwijls te gast genoo-
digd. Het zijn allen stille, ordelijke lieden, met
een gemoedsaard, waarnaar de Westersch be
schaafden zich wel een weinig naar regelen
mochten. Ook hier blijven zij matig: bier is
hun geliefkoosde drank. ArnhCt)
De hoofdonderwijzer te Petten verzoekt,
in een advertentie in de Held. en Nd. CL,
den kiezers een in herstemming komend lid
van den Raad dier gemeente niet te herkiezen,
daar die persoon.... schrijven nog lezen kan.,
In het kerkgeboujv der Luthersche ge
meente te Rotterdam had jl. Maandag het jaar-
lijksch openbaar examen van de Inrichting voor
Doofstommen-onderwijs plaats. De voorzitter, de
heer R. Mees, opende de plechtigheid 'met een
toespraak, waarin hij allereerst wees op't ver
lies, door den dood fan prof. Polauu eu jhr,
mr. F. Gevers Deynoot geleden.
De naam Polano zeide spreker is onaf
scheidelijk aan onze inrichting verbonden. Hij
toch was het, door wien de Uuitsche methode
van onderwijs iu ons land voor *t eerst zuiver
ia practjjk is gebracht, doordien hij den heer
Hirseh uilnuodigde zijn twee kinderen volgens
die methode te onderwijzen. Later behoorde
hij tot de stichters van de school en als bestuur
der heeft hy van 't begin af tot zijn dood toe
met den meesten ijver de belangen der school be
hartigd. De heer Gevers Deynoot, behoorde niet
tot de stichters, maar was van den aanvang
af lid van liet bestuur en nam steeds met de
zelfde trouw eu belangstelling aan alie werk
zaamheden deei.
Het schooljaar zoi^ deelde hij verder o. a.
mede, begou met 103 leerlingen. Er werden er
'14 opgenomen, zoodat er nu 117 zijn, 65jon
gens en 52 meisjes. Onder dezen zijn er maar
9, die het-volle schoolgeld betalen, 183 ontvan-'
gen gt-heel kosteloos onderwijs, terwijl er 73
geheel of gedeeltelijk voor rekening der inrich
ting worden verpleegd. De gezondheidstoe
stand was zeer voldoende. Zes jongeus zijn in
winkels geplaatst om eeu ambacht te leeren,
eu onder de meesters, bij wie ze iu de leer
zijn, behooren er dcie tot de oud-leerlingen.
Acht leerlingen werden Maandag ontslagen.
Het onderwijzend personeel bestaat uit den
directeur, deu adjunct-directeur eu 9 hulp
onderwijzers, terwyl er onder toezicht van de
vrouw van den directeur drie onderwijzeressen
zijn voor vrouwelijke handwerken. Met Lat'
wordt gewaagd van den ijver en de trouw,
waarmede allen werkzaam zyn. Ook de ver
pleging der kinderen, steeds streng gecontroleerd,
gaf iu het algemeen stof tot tevredenheid.
Den 5n Juni werd op verzoek te 's Hage
met 65 leerlingen een publieke les gegeven!
De correspondenten hadden den kinderen daarbij
een aangeuamen dag verschaftde Zoölogische
tuin werd bezichtigdSchevcningen bezocht.
Stoffelijk voordeel bracht deze zaak niet op; de
ingekomen giften dekten niet1 eens de onkosten.
Maar de gunstige indrukdoor de les achter
gelaten, zal later wel goede vruchten, opleveren.
