1879, Vrijdag 12 Séptember. JW. 4755, Tersijit iaplijts, iiitpmlri linsiai. Kennisgeving. Drie e I> e r t i g st e Jaargaug, Aan het Commissariaat van Politie te Jiodam is als gevonden aangebracht een ilsdeursleutel. >'urigtlncen welke gevaar, schade of hinder kunnen veroorzaken. m Schiedam; Gelet op Art. 8 der Wet van den *2en Juaii 575 Staatsblad no 95) Geven kennis aan de ingezetenen, dat op den aan JACs. SUTTORP Pzn. en zijne jtverkrijgenden vergunning is verleend tot jrigÜDg eener slagterij in ?ijn pand staande de Grofbaan aan de Westzijde van het roersveld, wijk C. no. 580, kadaster Sectie B, I 261 Schiedam, den 11 September 1879. Burgemeester en Wethouders voornoemd P. J. VAN DIJK VAN MATENESSE. I>e Secretaris A. W. MULDER. Schiedam, 11 September 1879. Een groot jaar geleden verliet lord Derby j d Engelsche ministerie. Geen verschil van ètieke denkbeelden maakte het hem onmoge- ji langer met den Engelschen eersten Minister lisraeli samen te werken; maar wel diens lontumlijke handelingen ten opzichte van Azië, oorlog met Afghanistan noemde hij een lisgreep, door niets gerechtvaardigd en vol j svaren. De eerste Minister liet zijn ambtgenoot eengaan en verheerlijkte zijn staatkunde zoo sped hij kon; de oorlog met Afghanistan werd légonnen en geëindigd. De oude Emir Shere- ]Ji verliet zijn hoofdstad; zijn zoon Yakob-Khan rad in zijn plaats; Engeland sloot vrede; de .«rate Minister had in schijn gezegevierd. In ihjjn; want terwijl Yakob-Khan da vredes voorwaarden van Engeland aannam, dorstten io dweepzieke Afghanen naar wraak. De oude bhere-Ali had goed gezien, toen hij verleden iisr den toegang tot zijn land aan een Engelsch pantschap weigerde. Hij wist wel, dat vreemde- n gemakkelijk de landpalen van Afghanistan hanen overschrijdeneen andere zaak is het, lijzonder hinder weer kunnen vertrekken. Hg verheelde deze meening niet, en ze kostte zijn rijk. Zijn zoon, die zoo pas uit de i'wngenis was ontslagen, heeft den zin der Eageischea gedaan en hij kreeg den vrede, en M zou hij ook een firitsch gezantschap in zijn fi'jk moeten toelaten. Hij schijnt óf op den toestand der bevolking niet te lebben gelet of de Engelsche vordering niet te durven weigeren. Lord Cavagnari is k ambassadeur te Kaboel aangekomen, en den 3en September is de gezant met zijn e gevolg aangevallen en vermoord. Den November 1841 trof een ander gezant Veiander Burnes hetzelfde lot. 'jl,"geland is in rep en,roerreen gedeelte ÖiW'i' yyfÉsé van de pers roept om wraak: Kaboel moet verwoest worden", is de kieet; maar uit het raidden van Londen wordt zulk een decreet wel zeer gemakkelijk uitgevaardigd;'t is echter nog iets andets hét in z'iju vollen omvang uit te voeren. In Oktober toch wordt het oorlog voeren in Afghanistan wegens den strengen winter onmogelijk en de uitrusting van een expeditie, die aïn het noodige geen gebrek zal hebben, kost noodwendig zooveel tijd, dat de winter haar lichtelijk ovei vallen kan, voor ze haar doel heeft beieikt. Yakob Khan schijnt aan den verraderlijken aanval zyner soldaten vreemd te zyn. ■■De kerels verkeerden reeds in opgewonden toestand, toen de Emir Onmachtig bleek de verschuldigde soldij te betalendaarbij kwam de viering van den ramazan, de groote vasten, gedurende welke men des daags vast, maar zich des nachts door allerlei genietingen voor de doorgestane ontberingen dvchtig scha deloos stelt, 'tgeeu de lieden licht tot dweep zieke handelingen opwekt. Een gedeelte van de pers, hoewel het ge beurde diep betreurende^ wyst* echter tegelijk op de groote verantwoordelijkheid, welke da regeering op zich geladen heeft, door haar handelingen in Afghanistan, die ia den grond geen ander beginsel hadden dan Rusland in Azie te bemoeielyken. De aanstaande vei kie zingen zullen bewjjzen, of liet Engelsche volk de politiek van avontuien moe is of die be stendigd weascht te zien. De toestand van ons wetelddeel, hoewel er oveial vrede bestaat, is zeer zeker van bedenkelyken aard. De staatslieden hebben ie hoofden vol moeiehjkheden; de yoisten peinzen over de dingen, die komen zullen. Zoo b. v. de Koning van Zweden en Noorwegen. Aan hem schrijft men het auteurschap toe van een te Stockholm verschenen brochure, getiteld: ïTvvee zeestiaten, opmei kingen over den tegen- wooidigen toestand van de Oostersche kwestie." De schiijver gaat van de stelling uit, dat de historie der volken wordt geregeld door natuurlijke, onwrikbare wetten. Een daarvan is, dat de politiek van een staat vooi een groot deel door zyn begienzing en zijn aardrijkskun dige ligging wordt bepaald. Vandaar, dat een van de zee verwijderd rijk, als door instinct gedieven, zich een weg naar den Oceaan tracht te banen. Een andere, meer staatkundige, dan natuur lijke wet is deze, dat de naijver tusschen de groote mogendheden een waarborg is voor het blijvend bestaan, der kleinere, die zich ter zijde van de groote bevinden. Dit is de roldie reeds sedert langen tijd de Scandinavische rijken, Zweden, Noorwegen en Denemarken tusschen Duitschland en Rusland vervullen. Het is tevens de roldie de kleine Slavische staten aan den Balkan zullen te vervullen heb ben tegenover datzelfde Duitschlaud en datzelfde Rusland; Oostenrijk toch, zegt de sch'ryver kan reeds beschouwd worden als een apanage, een deel van Duitschland. Sedert Rusland een staatkunde heeft, trachtte het zich meester te maken zoowel van de sleutels van de Sont, als van die van den Bosphorus, twee straten, waardoor het den Atlantischen Oceaan en de Middellandsche zee kan bereiken. Van de Sont heeft liet afgezien. Deze is in Scandinavische handen, en Duitschland zal wel zorgen, dat ze daarin blijven, verzekerd, dat ze dan in onpartydig bezit zyn. Zoo zal 'da tweede straat, de Bosphorus in handen der Slavische staten komen en daarin blijven, 'en onder deze staten is Servie degene, die met behulp van Engeland éénmaal in die streken de rol zal vervullen, wëlke Piemont in Italia heeft gespeeld. j Zal Rusland dezen gang der historie trachten tegen te houden, een gang, dien zy zonder het te wetenen evenwel in haar eigen belang zelf heeft aangewezen Zal Ruslandtevreden met de onzijdigheid van de Sont, ook genoegen nemen met een eenvoudige onzijdigheid van """den Bosphorus^ In dit^geval zou* Ruslaöü aog een schoone rol te vervullen hebben. Zij rnake zich, in overeenstemming met Engeland en Duitschland, de tusschenpersoon in den handel tusschen Europa en Azië, en weldra zal het, door zijn uitgebreid spoorwegnet, zich tot een even schitterende welvaart verhellen, als het ooit had kunnen denken, langs den weg ter zee ie hereiken. Laat het zich echter nog medesleepen door de hersenschimmige plannen van Peter den Groote, en door de droomea vanhetpan- slavisme, het groote rijk der Slaven, dan heeft het dit lot te wachten. Voor het geval, dat Rusland een nieuwen aanval op Constantinopel waagde of zou be proeven zich in den Balkan te nestelen, zou het verbazende strijdkrachten tegenover zich zien: Duitschland zou zich van de Sont tot aan den Balkan tegenover de Russen plaatsen. Men meet toch niet vergeten, dat Finland, de Oostzeeprovinciën, Polen, Roumanië en Servie Duitschlands trouwe bondgenooten in den strijd zouden zijn. Wie oogen heeft om te zien en ooren om te hooren, weet toch, hoe kinderachtig de phrase is: i>finis Poloniae", het is met Polen gedaan, die de Russen zoo gaarne laten hooren zonder er zelf aan te gelooven. De mond is aan de Polen gesloten: maar in hun hart brand het vuur van de wraak, heviger dan ooit Hoe zou men kunnen meenen, dat een ras, zoo talrijk, zoo stérk, zoo verstandig, ten onder gegaan zou zijn in de dienstbaarheid van één eeuw, terwyl aan de andere zijde van den Donau een nationaliteit van denzelfden stam een nieuw leven ademt vol moed en kracht, na een onderdrukking van meer dan een duizendtal jaren? Een toeval, dat even noodlottig voor Rusland kan worden als gunstig voor Duitschlaud,'heeft gewild dat deze vier nationaliteitenaan welke op een noodlottig oogenblik nog de on„ COURANT. jpmemuntsprus, per kwartaal1.85, iiüco per post, dooi het geheele RyU- 2.50. iaderliike j10miners- 0.10. BülSEAfs UAltKI, E, 124. Advertentieprijs van 110 gewone regels met inbegrip van eene Courant1.10. Iedere gewone regel meer- 0.10. Driluaal plaatsing wordt tegen tweemaal berekend. BuROEMEESTER en WETHOUDERS - i« I Jn- vri

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1879 | | pagina 1