Verschijnt iaplijh, nitiezoiierl linsiai Bü tee Conraat Won TWEE H voegels A0. 1880. Maandag 29 Maart. Jfê {4893. Kennisgeving. Kennisgeving. e r t i s t e J a a r g a n g. 1 <3 X' O Ï1 AbOnnicjisntiI'Kijs, tiei kwanaalf 1.85. t Franco per post, door het geheele Rijk. - 2.50. Afzonderlijke noinineis - 0.10. COURANT. Bl/ttüAÏI: M AiSHT, BS, A24. Advertentieprijs: van 110 gewone regels met inbegrip van eene Courant f 1.10« Iedere gewone regel meer- 0.10. Driemaal plaatsing wordt tegen tweemaal betekend. Aan het Commissariaat van Politie te Schiedam zijn a!s gevonden aangegeven een vvijnltoo- perswagen en eon kleine vvnclikulp, opge- vischt uit de Korte Haven. J iBiigtlngen welke gevaar, scliade of hinder kunnen veroorzaken. Burgemeester en "Wethouders van Schiedam; Gelet op Art. 8 der Wet van den 2en'Junij 1875 Staatsblad no 95) Geven kennis aati de ingezetenendat op beden de volgende vergunningen zijn verleend: 1. Aan J. SCHEURKOGEL er. züne regt- verkrijgenden tot opiiating eener Slagterij voor rundvee en varkeus en f&ookerij voor vleesch en spek, in het pand aan de Hoofd straat, wijk G, no. 173, kadaster sectie D, bo. 1524, 2. Aan d» firma MAK en Co. en hare regt- vei krijgenden "tot oprigting-eenerVetsmclterlJ ten dienste zijner olie- en loogbereidmg, in het pand aan de Laan, wijk C, no. 239, kadaster sectie B, no. 2609. 3. Aan de firma C. GROEN ËV EL D en Co. en haie regtverkrijgenden tot oprigtiug eener Vctsmclterij, als boven, in liet pand aau de Buitenhavenweg, wijk B, no. 9, kasler sectie G, no. 1848, en 4. Aan C KLEIN" en zijne regt\ei krijgenden om vergunning tot opsigting eener Kuiperij, in hel pand aan den Westhankelandschen weg, wyk G, no. 95i, kadaster sectie D, n.| 1402. Schiedam, den 25 Maart 1880. Burgemeester en Wethouders voornoemd, P. J, VAN DIJK VAN MATENESSE De Secretaris, A. "W. MULDER. Xnrlgtlngen welke gevaarschade of hinder kunnen veroorzaken. 'Burgemeester eu Wethouders van Schiedam; Gezien de ingekomen verzoeken van: 1. IIERSBAGH, C0LLIGN0N en Co. aldaar, dd. Maart 1880, om vergunning tot cprigting eener Branderijin den Nieuwlandschen polder, kadaster sectie F, no. 56 en '1127. 2. P.' VAN ROSSEN aldaar, dd. 18 Maait jk, om vergunning tot oprigting eener vetsiueltcrij teu dienste zijner olie- en loogbereuliug, in het pand aan de Groenelaan, wijk G, no. 35, kadaster sectie D, no. 1440. Gelet op de aitt. 6 en 7 der Wet vau den 2den Junjj 1875 {Staatsblad no. 95) Doen weten Dat voormelde verzoeken met de bylagenop de Secretarie der Gemeente zijn ter visie gelegd.; dat op Donderdag den 8 April ti. s. des middags ten 12 ure, ten Raadhuize gelegenheid zal worden gegeven om bezwaren tegen het toestaan van de verzoeken in te brengen en die mondeling of schriftelijk toe te lichten; en dat gedurende drie dagen vóór het tijdstip hierboven genoemdop de Secretarie der ge meentevan de schriftu n, die ter zake niog- ten zijn ingekomen, kennis kan worden ge nomen. En is hiervan afkondiging geschied, waar het behoort, den 25 Miiirt 1880. Burgemeester en Wethouders voornoemd, P. j. VAN DIJK WAN MATENESSE. J9#f Secretaris, A. W. MULDER. i Schiedam, 27 Maart 1880, »'t Stijve Bestje kotat zich warmen Lachend in den (zonnegloed; fin in 't kluisje van Gods armen Daalt weer levensvreugd en moed." Deze juichtoon van den beminnelijken De Génestet wordt dit jaar in al zijn rijkdom ver vuld, nu de koesterende zonneschijn, die de laatste Maaitdagen in den heerhjksten goud glans hult, op ongewoon schoone wijze kot herlevingsfeest der natuur predikt. We doorleefden ban edagen en er is veel S j leed geledenmeer dan de wereld wei weet in den ouderwetschen winter, die daar achter ■ons ligt; maar het vroSge Paaschfeest wordt., toch begroet met het eerste lentegroen, en met dat groen wordt de levensvieugd weer aange wakkerd eu de moed weer vernieuwd. »'t Stijve Bestje komt zich warmen Laeheud m den zonnegloed;" Dat klinkt andeis dan de aankondiging, die op een ander vroeg Paaschfeest in deAmster- damsche bladen te lezen was, Als curiositeit geven we ze hier een plaatsje, al is de alslaud hemelsbieed tusschen het schoone gedicht van De Génestet eu het volgende kreupelryrn met bybehoorende toelichting: iDen 23en Maait 1843 verkoopt 0. Wijs, Beste eijeicn op het ijs." ïBij goed droog weder zal er geduiende de aanstaande Paasehdageu een fraaye tent, van buiten met vlaggen en wimpels, van binnen met kostbare draperies gedecoieerd en goed verwarmd, op den Buiten-Ainstel geplaatst worden, waarin extra beste eijeren {hard of «acht naar vei kiezing) zullen verkocht worden. Tot herinnering aau dezen zoo merkwaardigen winter zal men daar tevens kunnen bekomen Geschilderde Paascheijeren, waarop zal getee- keud slaan: Gekookt op het ijs den 23 Maart '1843." De Maaitdagen vau dat jaar moeten wel bij zonder fel zijn geweest; want den 20sten reden zwaargeladen vrachtwagens bij Dordrecht over de Merwede; en ofschoon op 23 Maart de dooi was ingevallen, werden de Paascheieien toch bij hondeiden door de Amsterdammers in de sfraaije Tent, en op tai van andere plaatsen op het ijs genuttigd. Van oude tijden af schijnen de eieien onaf scheidelijk aan het Paaschfeest verbonden te zijn geweest. Menig dorp bewaart de legende van dezen of genen befaamden eieieter uit het grijs verledenja zelfs schrijvers van naam, als de ge leerde Ualbertsma, hebben dit onderwerp be studeerd. Genoemde schrijver spreekt van een sobligaateter, die er gemakkelijk dertig oppen- zelde, en van een armmeester, die er vijftig nuttigde, nadat hij eerst de ïpotjebeuling" en 't pekelvleesch onder handen genomen had. Dan had men het zoogenoemde eier-tikken( dat hier en daar in' ons land nog niet geheel in het vergeetboek is geraakt. Een liefhebber tikte met den spitsen of bollen kant van zijn ei tegen dat van een ander. IIij, wiens ei bij deze beweiking ongeschonden bleef, was de winner van het stuk geslagene. Dat zoo doende hon derden eieren op een Paasch-Maan dag want deze was van oudsher een dag van uitspanning door de handen gingen, valt gemakkelijk te berekenen. En dat de groen, blauw, rood of geel \gekleurde eieren een oud Nederlandsch Paaschspeelgoed voor de jeugd waren, zal zich zeker nog menigeen herinneren. Voor hen, die reeds een enkelen stap meer op den levensweg hadden afgelegd, bracht het Paaschfeest een ander vermaak mede, de zoo genoemde eierdans. Een hoopje" eieren 'werd Öp den met gioen bestrooiden vloer der heiberg in ecu kring gelegd en een liefhebber moest hinkende op een been'al de eieren den voor Óen uit den Lriug tiachten te dansen. Onder 't gezang van het jonge boercnvolkje en de tonen van den doedelzak had deze pret plaats, waarbij de bierkan wel eens kwistiger rondging, dan met de eischen eener wijze matigheid strookte. 's Avonds werden op de Paaschdagen op hoogten of dijken de Paaschvuren ontstoken, een gebruik, dat vau den oud-Germaauschen tijd dagteekent. 't Was een vuur ter eere van de godin Ostera, de godin van het licht, wier naam in Duitschland nog wordt bewaard, in den naam Ostein of Paaschfeest. Toen't Chris tendom was ingevoerd, en Ostera's leest door Paschen werd vervangen, bleef de oude liefde voor de vuren bestaan, en hoe er ook dcor de Christen predikeis tegen werd geijverd, ze werden altijd door aangestoken, al was het heidensehe jied door een christelijk vervangen, dat aidus begon Christus is opgestanden t' avond zullen wij vuren branden." Over Paaschgebruiken te spreken en den Paaschkoek te vergeten, zou wel niet mogelijk zijn. De lijd is nog niet zoo ver af, of deze en gene herinnert zich nog de Paaschkoek, door den bakker aan zijn klanten vereerd. Het zenden daarvan niet alleen door de bakkers, maar door andere persouen aan af wezige vrienden, is van zeer ouden oorsprong en klimt op tot de eérste Christentijden. K.yan Alkemade teekent in zijn beroemd werk JSfederlandsche Displegtighedcn daaromtrent het volgende aan: jDat de eeiste Kristenen, door dit geluk (om met elkander maaltyden te houden) ter oorzake van de heete vervolgingen, van de wijd afgelegenheid van hunne woonsteden, van

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1880 | | pagina 1