A0. 1880.
Kennisgeving.
Kennisgeving.
Vrijdag 16 April.
M 4906.
V i e r
u e r t i s t e J a a
i* ar a x» wr-
/UONNKMENTM-RIJ», [Ml kv>;u ta.ll/"1.85.
Franco pei post, door het gelieele Ryk- 2.50.
.afzonderlijke nninmers.O.tO.
Inrlgüngen welke gevaar, schade of
hinder kunnen veroorzaken.
Burgemeester en Wethouders
van Schiedam;
Gezien de ingekomen verzoeken van:
L. HILKESHUIS, dd. '15 April ji„ om ver
gunning tot oprigting eener Hoef- en Grof
smederij aan den Buitenhavenwpg wijk B,
no. 8, kadaster sectie G, no. 1818, en
DE DIRECTIE DER SCHEEPSTIMMER
WERF i DE NIJVERHEID", dd. 9 April jl.,
om veiguuning tot plaatsing eener liehfgas-
maclilue in de smederij aan het Oosterhoofd,
kadaster sectie G, uo. 597.
Gelet op ile aitt. 6 en 7 der Wet van den
2den Junij 1875 (Staatsblad no. 95);
Doen te weten
Dat voormelde verzoeken met de bijlagen op
de Secretarie der Gemeente zijn ter visie gelegd;
dat op donderdag den 29 April a. s,
des middag» tem X3 ureten Raad huize
gelegenheid zal worden gegeven om bezwaren
tegen liet toestaan van de verzoeken in te
brengen en die mondeling of schriftelijk toe te
lichten; en
dat gedurende drie slagen vóór het tijdstip
hierboven genoemd, op de Secretarie der ge
meente van de schrifturen, die ter zake mog-
ten zijn ingekomen, kennis kan worden ge
nomen.
En is hiervan afkondiging geschied, waar
het behoort, den '15 April 1880.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
P. J. YAN DIJK VAN MATEN ESSE.
j'je Secretaris,
A. W. MULDER.
Inrlgtingen welke gevaar, schade of
hinder kunnen veroorzaken.
Burgemeester en "Wethouders
van Schiedam;
Gelet op Art. 8 der Wet van den SenJuuij
1875 Staatsblad no 95)
Geven kennis aan de ingezetenendat op
heden aan J. GRUDELBACK en zijne regt-
verkrijgendenvergunning is verleend tot op-
rigtvog eeuer werkplaats voor macliincr J<5u,
in het pand aan de Lange Haven, wijk C,
no. 32, kadaster sectie O, no. 879.
Schiedam, den 15' April 1880.
Burgemeester en Weihouders voornoemd,
P. J. VAN DIJK VAN MATENESSE.
De Secretaris,
A. YV. MULDER.
Schiedam, 15 April 1880.
Het is een lange weg, dien een ontwerp van
wet heeft af te leggen, voor het in het Staats
blad van het Koningrijk der Nederlanden een
plaats bekomt. Onderzoek door den Raad van
State, indiening bij do Tweede Kamer der
tótaten-Geueraaionderzoek in de sectiën,
voorloopig verslag door de Kamer uitgebracht,
beantwoording door deu betrokken Minister,
somt yds nog een nader onderzoek, eindelijk
de openbare' beraadslaging, en aanneming of
n U ït K A. SU MAKKir, K, 122.
t
t
verwerping van het ontwerp. De grootste helft
van den weg is daarmede nog slechts afgelegd;
want ook de Eerste Kamen heeft haar, woord
mede te spreken, en behandelt de zaken schier
op dezelfde wijze als haar] meer burgerlijke
zuster.
Voor heden wenschen we slechts op een
gedeelte van den weg te wijzen en wel op het
onderzoek in de sectiën der Tweede Kamer.
We doen dit met het oog j-op hetgeen plaats
heeft gehad met het wetsontwerp tot be
krachtiging eener conventie met Belgie. "Wij
stellen België daardoor in staat, een zijner
kanalen, dat van Ter Neuzen op onzen bodem
te verbeteren, en als compensatie daarvoor
verkrijgen wij het recht den spoorweg naar
den Moerdijk—Antwerpen, met den zijtak van
Roozendaal naar Breda, die een eigendom is
van de maatschappij genaamd Grand Central
Beige aan te koopen.
Het voorloopig verslag over dit ontwerp was
verre van gunstig. In de atóf'eeiingen, waar de
heeren de zaken als liet ware in gezi-lligen
kring bespreken, waren harde noten over dit
ontwerp gekiaakt; dit bleek uit' het verslag.
In de gebruikelijke termen heet het daar:
»Ve!e leden meenden, andere leden merkten
opdoor sommigen word beweerd, door een
enkel werd de aandacht gevestigd op, enz, enz-
en die allen meenden, merkten op, beweerden
en vestigden de aandacht er op, dat, kort en
goed, het ontwerp voor Nederland onaanne
melijk was.
Een nuchter man, niet bekend met den loop
der dingen in ons vaderland, zou hebben ge
meend, dat het ontwerp stellig zou zijn ver
worpen, en wat is de uitkomst geweest, dat
bij de eindstemming het wetsontwerp is aan
genomen met alle stemmen op seven na, waai bij
we echter niet vergeten mogen, dat ruim dertig
leden aan die stemming geen deel hebben ge
nomen. Waren onder die dertig de vele, andere,
sommige, en enkele leden, die bezwaren tegen
het ontwerp hadden? Dit is hoogst moerdijk
na te gaan; 'tis ons slechts te doen.het feit
te constateer en, dat een zeer ongunstig verslag
over eeti wetsontwerp volstrekt niet-de ver
werping in zich sluit, en dit feit heeft zich iu
de laatste jaren herhaaldelijk voorgedaan. Men
zou, hierop afgaande, dan ook aan deu Minister
Vissering een schitteieude overwinning met
zijn ontwerp tot heffing eener rentebelasting
durven voorspellen, want het voorloopig verslag
daarover is hoogst ongunstig.
Bij deze gelegenheid heelt man maar niet
in het voorloopig verslag de opmerking
gemaakt, dat iemand, die er ooit aan denkt,
Minister te worden, nimmer een boek moest
schryven; men weet, op oeconomisch gebied
heeft onze Minister Vissering zich niet onbe
tuigd gelaten. Hij heeft geschreven, en men
'poogt thans zijn eigen geschriften als wapenen
tegen hem te keeree. Werd de bedoelde op
merking ais regel 'aangenomen, dau zou de
COURANT:
AnvKKTEhTihi-Kusvan I10 gewone ic^di
met inbegrip van eene Contantt.10,,
Iedere gewone tegel meet- 0.10.
Driemaal plaatsing woidt tegen tweemaal beiekerd.
Grieksche litteratuur zeker zeer gering wor
den; want bij den staat van ininisterieele
crisis(heid), een nieuw woord waarin
dat Koninkrijk verkeeit, kan het haast niet
anders of elke Griek moet voor korter of
langer oogenblikken bezitter van een ministe-
rieele portefeuille zijn. 't Is waar, dat ook ia
ons land sommige kabinet-formeerders zeer
bang waren voor schrijvers onder hen, die
Minister zouden worden. De heer Rochusseu
eenmaal gewezen op een geschikt officier voor
den vacantea zetel als Minister vau Oorlog,
bracht als onoverkomelijk bezwaar daartegen in,
dat de man eens een brochure in de wereld
had gezonden. Thorbecke, die menige gedachte
aan de pen toevertrouwd had, dacht er anders
over, en zeide eenvoudig, toen meu hein naar
een zijner vroegere uitspraken venvees: zoo,
heb ik-dat geschreven? Dan zal ik zeker vau
gevoelen veranderd ziju", Dat deu lieer Vis
sering een zware strijd over zijn ontwerp waoirt,
is zeker. Onze volksvertegenwoordiging zie ech
ter wel toewat zij begint. Het evenwicht
tusschen onze uitgaven en iukomsten is lang
nog niet in orde, en iets moet er bij de hooge
eischen van den dienst gedaan wor den. Aan de
bezitters thans, te tooneu dat zij bereid zijn,
naar vermogen bij te dragen tot de mkomsteu
van don Slaat.
We kecren tot de Belgische conventie terug.
Zien we wel, dau was de ongunstige indruk,
dien deze voordracht op veie, sommige, audore
en enkele ledeu der Tweede Kamer iu deu
aanvang maakte, niet zoo geheel onverklaarbaar.
De Belgische Spoorwegmaatschappij Grand
Central Beige heeft. het ons Noor d-Nedei landers
niet zelden zeer lastig gemaakt; zoo oveVdreven
waien haar eischen, dat Thorbecke eenmaal
het plan moet hebben gehad, naast haar lijn
een Nederiandsche spoorbaan te laten leggen,
om haar op deze wijze onschadelijk te maken.
Voor'het publiek verkeer is het van belang,
dat Nederland die iiju met de overige Staats
spoorwegen vereeuigtal zal de prijs vau
overname wel niet zeer malseh zijn.
De Antwerpenaars zitten niet stil. liet is
hun aandacht niet ontgaan, dat noordelijker
havens ais Rotterdam, Amsterdam en Hamburg
gedurende den langen winter, die achter ons
ligt, geen oogenblik belemmering in de buiten-
landsche scheepvaart hebben ondervonden
terwijl hun stad tweemaal, eens gedurende
twintig en de tweede maal gedurende .negen
dagen van-de gemeenschap met de zee ver
stoken is geweest. Zij hebben thans aan den
Minister van Openbare Werken voorgesteld,
een commissie, uit handelsmannen en water
bouwkundigen te benoemen, waaraan het be
ramen van middelen zou worden opgedragen,
om Antweipen bij strenge vorst een onge
stoorde scheepvaart op de Schelde tot aan zee
tè verzekeren.
Een zaak commissoriaal te maken staat veelal