lertnienws. Burgerlijke Stand. OVERSCHIE. m v,; i,;-" n in Vj ,;1 ■WV V 1 i ,-Mt 1.11 .•I /nu... us -'if. ,1 1 i in het huis baars vaders, dio zijne dochter, toen bij van do beurs terugkwam, op hot ziek- 'ond. Do beste geneesheercn worden gehaald ij waakten zelfs dos nachts hij dé kranke, vóór het aanbreken van don dag kwam de er, die zeer onrustig geslapen had in do kamer oug hoe het haar ging. I we dochter" zcida do'geneesheer, heeft bo- 'ig in hanr slaap gesproken. Wanneer ik mij 'org.:s,' noemde zij meer dan eens don naam nir". r rthur!" hierop volgde een lang stil- mi. De bankier reikte den geneesheer stil en i laclitig de hand en ging, terwijl hij een traan '-g, naar zijne kamer. weende, hij wiens met ijs omkorst hart i tijd noodig had om tot tranen to smelten, >nsdo dat hart geweldig, hij gevoelde dat al :eld hem niet gelukkig maakte, en herdacht tranen van oprecht berouw don dag waarop i ns zulk een krenkenden brief had geschreven len man, die thans alléén nog in staat zou ;i em gelnklyg te maken. vallig was Arthur dit alies ter oore gekomen, tij het voor waarheid aannemen Zou het tomediespel zijn Ilij was diep,geroerd :ijn woord verbreken vin! hij bleef zijn Emilia getrouw, hij had een aardig sommetje opgespaard, en ernstig net huwelijk gesproken. het naderen van den droeven herfst was do's toestand niot votbeterd. I n op zekeren somberen Novemberdag de kerk- i\ uiddo en de vader met den geneesheer aan >ekbecl zijner dochter zat, werd zij plotseling r en riepstil luister, hoor ik de klank - een klok? Ja! Het is do troinvkiok! Maak lar voor het feest! mijn Arthur, ohij komt! er irs den Hemel!" riep do arme ongelukkige «zij is kiankzinnig, zij lieoft haar verstand m", geneesheer zweeg, en toen hij heen ging, Je bankier hem langzaam achterna en vroeg I: «Denkt gij, dat nog redding mogelijk is?" 1' geneesheer haalde de schouders op en 1 een. -ttijd van het jaar '1841Het was koud, oudde winti woei hevig en de ijsbloemen I 't de vensterruiten. i 'daar'"stróoib'meh bloemen door het huis de sttaat. 'oen als een lelie, met een myrtentak inliet verscheen Emilia aan den arm van Arthur, u-t en clarinettonen weergalmden door liet vrienden en bekenden allen in feestgewaad n hen. Daar komen ze! daar kornenze! etdaar is zijfluisterdo men onder do ie, dio zich verdrong om het gelukkige paar Uit den weg daarDe paarden schuimen ippelen mat do hoeven; de rei prachtige n komt in bowegingArthur en Emilia in en voorwaarts naar de kerk rolt het II igo paar. i klokken luidden, het orgel klonk, want heden '•'et groote trouwmis en bazuinentonen weer- - rtuen door de majestueuse geweiven. 1 hetzelfde uur, hield ook voor het huis van lankier een wagen stil waar wankelend Ida insteeg. Da koetsier, diep in zijn mantel ii.tS 1legde do zweep op de paarden en voor- .-** s ging liet naar het krankzinnigen-gesticht. bruiloftsfeest in Arthurs prachtig ingerichte ig was afgeioopende kaarsen waren uitge- 1 de opgewonden gasten hadden zich naar begeven, toen voor liet krankzinnigen-gesticht vagen stil hield waarin een geneesheer de ukkige naar de plaats harer bestemming bracht sneeuw viel in dikke vlokken neder; diep 'O hermelijnen mantei gewikkold ging de zieke 1 ten geneesheer in de kamer van den directeur, kwam. na eenige oogenbiikkenen toen Ksihilde zich van haren sluier ontdeed, rustte zijn met medelijden op de ongelukkige. Hij kende 'i i diet Mathildo echter gaf een gil en bedekte jm >i gelaat weder met den sluierwant zij had i.ian herkend, die haar moest verplegen, het ..e 'dokter die eens te vergeefs naar hare hand ;i->S i,.!dongen. i>ij lid IJt i W 1 PK' i n s p,ed;»v hur had den geiukkigsten kerstdag zijns gevierd; de bankier daarentegen sloot zich nde deze uren in zijn kamer op. Moge mei Teder onzer bewaren voor 't geen op aicemeenen dag van vreugde in zijn bin- *VA*v-5«>r* Viv> I *v.t i mi i.;rï. ,»ii j -t j'i 'J 'in g' r> 1 Ij' .r jm'-ti' pi rr w-a". ;l.i ïrlijk ^ïfl! - i >.-1 |J ,-r .•j.n.xvl moeite' de vtdcr ook deed. Geen onkel woord? Ja toch: één. "Toen de vader liaro hand in do zijne, nam en haa* vroeg wat zij bogeerde, wat zij ver langde, lisp'lde zijden dood. Troosteloos nam dc vater na oenigc dagen afscheid van haar, terwijl hij een aanzienlijke gift aan het gesticht schonk. Dt directeur, de liefde en vriendelijkheid zolf, wijdde ai zijn zorg aan de ongelukkigo, be handelde laar als een lid van zijne familie en liet in het begn dor Jcnte zijn tuin voor haar in orde maken. On de acht dagen kwam oen, door haar vader gezmelen geneesheer, naar den toestand zijner dochter vernemen. Toen op zekeren dag hem een gunstig briclit werd gebrachttoen hij vernam dat do varmo lentelucht een goeden invloed op haar liatf uitgeoefendliet hij onmiddellijk eon rijtuig konen om zicli tot hdilr te spoedendie nu nog z,n eenig pand op aarde was. Juist was liij voor ijn reis in orde, juist wilde hij in den wagon stjgen, toen hom de boekhouder een brief ovcrliandgde. Toon hij het postmerk «Frankfort" las, scheirde hij zenuwachtig het zegel los, en las verd bleeken deinsde van schrik terug. Em groot beroemd handelshuis was ge sprongen een bankroet waar hij het grootste deel van zijr in do laatste jaren zoozeer geminderd vermogot bij verloor. Hij was radoloosen besloot door slechts één bcslissenden slag, zijn verlies .e herstellen. Hij kocht voor al het gold dat hij oog bezat, een groote partij aclie's en ongeluk bij ongeluk, verloor reeds den derden dag. Nogna.ris regelde hij zijn zakendoch onttrok zich tom daaraan en met hem hield een huis op te bestiandat jaren lang tot de meest geachte der stal en ook van het buitenland had behoord. Slocits één was hem overgebleven zijne doelde?. De dood scheen hare beden niet te willen liooren, de Hemel gonas baar en zij keerde tegen kerstijd van hot jaar 1842 terug; 't was de dag waarop Aitliur zijn dochtertje liet doopen. Welk een mibosclirijfelijke vreugde lieerschte toen in huis; hij was vader, en daarbij zijne toekomst verzolen!daar hij van een rijken boekhandelaar do redactie had verkregen van een der besto üuitsche bladen, dat hein een jaarlijksch inkomen van 1500 daalders opleverde, welke som nog met do helft verdubbeld werd door zijne andere gc- schrif en. De .bankier was ambteloos burger gbworden. Het groote, ruime gebouw had iiij met een paar kleine kamertjes verwisseldwaar hij met zijne dochter geheel van de grooto wereld afgescheiden zijno dagen sleet. De gramschap over liet Jot zijner onge'ukkige dochter was oorzaak dat de vader ziek werd, en niet beter kon worden. Op Aller heiligen van het jaar 1844 droegen de dragers een gladgeschaafde doodkist naar buiten waar achter niemand anders volgde dan de oude'makelaar; want de dochter was ziek, de koorts had haar aangegrepen. Slechts aan liet venster begeleidde zij met haren blik liet lijk. Met kommer en gebrek trad Matliilde hot nieuwe jaar in. Daar zij liet werken niet gewoon was moest zij eiken dienst in haar klein huishouden betalen, waardoor haar geld bij den dag vermin derde en moest zij, daar zij van alle huip ontbloot was, dikwijls do spotternijen van anderen aanhooren, dia haar hoonden en haar dc oude jonkvrouw noemden. Welk een vorschrikkelijke toestand voor de armo variaten wees. Dikwijls werd zij op liaro wandelingen bedroefd, fis zij door jongo vrouwen uit den burgerstand gegroet word, waarin zij vaak de dienstboden uit act huis dinars vaders herkende. Deze draaiden Zich dnn altijd om keken haar met verwondering' na en riepen: «Hoe? is dat nu do dochter van den gewezen bankier? Ja! zeker dat is zij. Men noemde haar oud en leelijk, haar die in hare jeugd de parel der jonkvrouwon werd genoemd. Ach I do huizen waren dezelfde gebleven, alleen 'do bewoners waren veranderd. Soms stond zij des Avonds voor het hooge huis en staarde naar de vensters, waaruit zij zoo vaak naar buiten keek en wanneer zij den ouden knecht Smidt of don koet sier Johan zagdie haar zoo dikwijls naar den schouwburg of naar het bal had gereden, dan werd zij zeer weemoedig. Eens openden ziüh alie wonden van liaar hart; zij zag Arthur, aan zijn arm zijn geliefde gade. Zoo naderde wederom de winter. Smartelijk word Arthur aangedaan, toon hij vernam, hoe het met do ongelukkige wees ging, aan wie ook hare tante ontvallen was. Een traan van weeipoed kwam hnm »i riA nnmm tJi t wonj; 1 h v. r» ii Ij» .M „Vjt firw>nj4i* M» ij.,- vil I- l|w»l| Jlflf, ■ha- - 1,1 Ti h ir nrim, .IV 1) tu> JOU' Wh 't n, ji"„v., hu I a1 ut 1,1 helper onbekeid bleef. Weinige dagen voor Kerstmis kwam bij Arthur de oude, vrieidelijke makelaar, die naast hom plaats nam en hom vertelde dat hij, om de arme Mathilde haar verder even te verzekerenbij de vroegere vrienden en lekenden eenc collecte had gedaan, om eene pluis in liet oude vrouwenhuis te koopen, waar zij litre dagen kon slijten. «God in een Hemel 1" voegde do oude er met een diepe nicht bij, oil-; heb geloopen van Pontius naar Pilatis en heb met grooto moeite honderd daalders bieongebraclit. Dit is juist liet derde ge deelte, om zulk eon plaats te koopen; er ontbreken nog 200 dialdcrs aan, ceno som, dio ik moeiolijk hij elkaar brengen kan. Docii ik donk, God zal mij bijstaan, waarde Heer! ik weet gij hebt vele vriendenuw woord is geld waard doe gij een barmhartig werk, gij, dio immers eens Mathildo Hier ken hij niet verder sproken. Arthur keerde zidi weenend omen liet den makelaar door zijn- handdruk gevoelen, dat 'nij helpen wilde. Het Iiohfdop de handen leunend zat Arthur daartoen de makelaar hem plotseling had ver laten. i ■«Arme Matliildelispelde hij toen, ja! gij zult geholpen Wordenai zou ik ook gebrek lijden. Gebrek lijden? heb ik riiet gisteren nog een grooto som ontvangen? Zij Was toch mijne eerste liefde, die liefde voerde mij tot poezie; ik heb liair al het vuur te dankon, dat mijno verzen doordringt. Toon tegen den avond do oude makelaar in zijne woning kwam, bracht een jongen een ver zegelden brief, legde dien op tafel, zender to zeggen van wicn hij kwam, en verwijderde zich. De oude scheurde liet couvert open, hij vertrouwde zijn eigen oogen niet; ziet twee papieren, elk van honderd daalders kwamen er uit. De brief was van den volgenden inhoud «Neem, waarde lieer, deze 200 daalders aan, ter voltcoiing van uw ede! werk, voor de arme M. en ik verzoek u nooit den gever te noemen, al mocht gij diens naam ook raden." De ouio vouwde do handen en riep uit: »GodI gij hebt mijne bede verhoordvergoed het den braven dio dit heeft gedaan en dien Gij alleen kent en ik." Nog op dienzelfden avond, sprak de makelaar met dei chef van het vrouwenhuis. Hot kicino hoekkanertje aan de zomerzijdo werd voor de- hulpeloczo in gereedheid gebracht. Op ïerstavond van het jaar 1845 betrok Mathiidïbegeleid door den ouden overgebleven vriend iaars vaders, het kleine kamertje: dit was liaar Kirstmisgcschenk. In di grooto zaai dezer inrichting werden veie armo kndoron met een Kerstmisgeschenk vervroo- lijkt. Iet heerlijke gezang: «sWeldadigheid wie ook uw loon genoot" galmde door de groote ruimte en vorlief ieders, hart tot vreugde en tot dank. En A-tliur en Emilia? Moge do hemei hurr op hun verder levenspad altijd zulke genoeglijke en vrooijke Kerstmisdagen schenken, als deze. ried. Herv. Kerk. Beroepen: te Spaarndam c. a Dr. J. Riet, te Kedielion. Triclit, 11. Zuidema, te Eext. Bedfnkt: voor lieukelom, F. Van Glieel Gilde— meester te Willielminadorp? Andel, A. J. Wcsthoff, to Gomchem. Rïienen, T. J.Ringeling, te Opliemert. c. a. Lex mo ml en LopikJ. II. Geselschap Wz. kand. Aangenomen: naar Oud Gastei, J. II. Kunst, te Somjrcn. 1 Chr. Ger. Gemeenten Bereepen: te Steenwijlc, J. Wisse, te 'stfage. I Geboren j 18 December. Maria Margaretha^ dochter van G: Guikens en M. C. Van der Pjuijro. 19. Adrianus, zoon van J. Koster en A. Schenk. 20 Adrianus,, zoou van W- Bossche en D. Van Geenen. 21. Mariar dochter, vau D. Hogedoorn en M. Van Dam. 9,% Johanna Maria, dochter van B. Van Vliet* ,,t h 'V 2W I"-.:-, GlM .1 Uil.;, idlti* O'l., Jh. j..' "I Zl i, Wr<»n'i.,t U. Z VWtrJ'#. '"■"ter wi L. V.-iit.'u.ur. en h. ft 'f. - v*. •rj, VJ08® W*-i®"* Ï-J. .vet

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1881 | | pagina 6