R
Landbouw en Veeteelt.
R e c li t z a k n.
«Ei*
-
V
WÊÊi
KUNSTNIEU WS.
,$jf def vrijwilligere, te betalen terwijl de rest
'jB^ïuitgaverr .voor den veldtocht en dergelijke
Jftgega/n was. De 23,000 p. st. zijn door de re-,
(bring afbetaald. Voor de rest, omstreeks 3000
I .pst, bleef ik aansprakelijk.
'i K» i" Me' 1877 in de Kaapstad te zijn aan-
I 'gekomen, leefde ik zoo zuinig als ik maar kon,
I nn het overige van mijn eigendom. Dit raakte
(iljter spoedig op, en in Maart 1878 zag ik mij
phoódznakt de Kaapstad te verlaton, na al wat
jk'jiad verteerd te hebben on in groot bezwaar
fe zijn geraakt door hetgeon 3k betalen moest.
Door den bijstand van eenige vrienden kreeg ik
middelen om naar het Transv'aalsche terug
js koeren. ,Van Shepstone's belofte was niets
verders .vernomen. Toen ik op weg naar het
Transvaalsche wnswerd mijn vrouw ziek en
daarna een mijner kinderen. Ik zag dat ik niet
1 verder gaan konen nam een aanbod van een
"triepd om op een buitenstatie van zijn schapen-
plaats te gaan wonenwaar wij alihans onder s
dak waren en een kleine plek gronds konden
bebouwen. Daar verloor ik bet gezicht van mijn
déne oog, en mijn zwakke gezondheid was ook
sist bestand tegen den zwaren handenarbeid
dien ik verrichten moest. Maanden lang lag ik
op het ziekbed noder, daar mijn oude kwaal
sas teruggekeerd.
Toon ik op die plek mijn verblijf hield
kréég ik een brief van mijn vriend, den heer
ïïatermijor, die zich moeite voor mij gegeven
en mijn zaak onder de oogen van Sir Bartle
'Frero gebracht had. De inhoud was, dat de
Gouverneur mij wensclite te zien en dat ik op
hem, Watermijer, trekken kon voor het bedrag
der reiskosten. In Jnli 1878 gaf de Gouvorneur
mij te konnen, dat do Engelsehe Regeering er
in toe zou stemmen, dat ik oen toelage van do
Transvaalsche Regeering wegens ten behoeve
des lands gedane diensten en geleden verliezen,
trekken zoutotdat ik andero middelen zou
hebben ëm te bestaan. Toen ik melding maakte
vsn. Sheptone's belofte, werd mij gezegd, dat
bij, Shepstone, geon macht had om zulko be
loften te doen, en dat deze toelage eenvoudig
-oen middol was om voor verliezen schfivergoeding
te geven, Hoe vernederd en voor mijn gevoel
kwetsend het aanbod ook was, de omstandig
heden drongen mij om het aan te nemen,
vooral daar het eigenlijk slechts mijn eigendom
was, wat ik ontving. Toen ik do kolonie verliet
had ik over de 2300 p. st, die ik mijn eigen
dom kon noemen, een.fraaie en prettige woning
een goede en nuttige positie. Naar de kolonie
terugkeeronde, was ik zoo good als een bedelaar,
Be', gekienkte gezondheid en met kansoi en
balie voor mij gesloten. Dit toont, hoe geheel
ongegrond do beschuldiging is, als had'ik de
republiek verraden cn daarvoor van de Britschc
Regeering betaling erlangd. Nooit heb ik ont
vangen, en nooit zal ik ontvangen iets wat van
dien kant komt, daar ik niet bob opgehouden
of zal ophouden met tegen de annexatie als
onrechtmatig on wreed te protesteerèn.
I Maar waarom heb ik mij niet verdedigd tegen
de vnlsclio beschuldigingen mijnor vijanden? Die'
ïnine is ,nÜ door vrienden en vijanden herhaalde-
jjk gesteld, zonder dat iemand het flauwste
denkbeeld had van de heilige reden
want heilig is zij_ mij steed's geweest, die
nujn mond sloot on mijn pen deed stilstaan Ik
geen gevoelen uiten over het valsche rechts-
gevoel, dat elko beschuldiging aanneemt en den
Gehuldigde den last van zijn onschuld te be
wijzen op don hals schuift; dat maakt, dat
Bfecn ctm eiders naam kan bezwalken on dat
bdast°rric gedwongen wordt zich van blaam
zuiveren. Zoo iets zou, als men het toeliet,
Mn ^ollendigen staat van zaken in hot leven
en '!ot '5 onnoodig voor mij om aan
Pn.hoo onbillijk het is van mij te eischon,
8 zo': verdedige en op jaren van zelf
va ^cring en toewijding wij zo aan een 'zank mij
®gj thans even dierbaar als toen. Ik ga ook
'Rijgend het feit voorbij, dat het beneden dc
tvaardigimid van een man is, die in do politiek
^.opgetreden, om er mee belast te zijii',', om
^jn|tijd te verspillen aan, het tevreden stellen
naijverige tegenstanders cn van llauwhartige
jenden, door een rechtvaardiging van zichzelf.
Terecht of, te onrecht zie ik met verachting
neder op laster en valsche beschuldiging. Niemand
heeft aanleiding om zicli in zulk geval te ver
dedigen, en het minst hij die onschuldig en
valsch beticht is.
Maat meer dan trots, meer dan gevoel van
waardigheid, dan verachting voor den lasteraar
woóg bij mij hot belang des lands, wat ik met
aLPii.l jormogenCl} meb de toewijding van
een waar vaderlander gediend heb.
Had ik niet stil en geduldig al die verach
telijke beschuldigingen gedragen, maar uit zelf
zucht of vrees do waarheid onthuld van hetgeen
er in het Transvaalsche gebeuld is, dan zou
het land niet met zooi eel consideratie door
Engeland zijn behandeld. IIoo onrechtmatig de
annexatie ook wasmot mij z.elvcn te recht
vaardigen zou ik de Boeren en den toestand
van hun land zoozeer aan de kaak hebben ge
steld dat daardoor béiden beroofd zouden zijn
van de sympathie der wereld en de consideratie
der Engelsehe politicien dat wel omdat do
Boeron een zeer bijzonder volk zijn wier om
standigheden zich niet gemakkelijk laten be
grijpen. Men weet met hoeveel hardnekkigheid
de leugen blijft worden verkondigddat er
slavernij in het Transvaalsche lieors'cht en hoo
hopeloos het is om den geest der Engolschen
van dit denkbeeld af te biengcn. Do reden is
ton dcelo daarin te zoeken dat de Boeren in
al die jaren van hun bezwaren geen enkeion
vriend hebbon bekomen, geneigd om den waren
staat van zaken aan de woreld bloot te leggen.
De tijd is echter thans gekomen dat de waar
heid bokend moot worden en daar de Trans
vaalsche z,aken dagelijks beter worden en de
Boeren zei ven in hooge mate door hun dapper
heid do beschuldiging hebben'uitgewischt, die
een tijd lang niet geheel ten onrechte op hun
naam rusttekon er thans geen gevaar voor
hen stokon in het aan de wereld bekend stellen
van een ware schildering der zaken zooals zij
toen waren.
Meer dan dit. liet wordt thans een zaak van
plicht om de Boeron zeiven te loeren in/ien
wat de waaiheid is en wie hun ware vrienden
en vijanden zijnten einde zij niet opnieuw
door factiën zich in bezwaar laten brengen
welker eenig heil bestaat in liet losmaken der
banden die tusschen de Boeren en hun vrienden
bestaanen in het vernietigen van alle geloof
in menschenwaarde en trouw. Schurken zoeken
zonder onderscheid hun veiligheid in het laden
hunner eigene misdaden op anderenen de
mannen zeiven, die, achter het kwaad zaten dat
de republiek heeft ten val gebrachtstonden
vooraan in hot zoeken naar een zondenbok. En
wio was daar beter too geschikt dan de man,
op wien het volk onbepaald vertrouwen stelde
en van wien hot goede trouw ten einde toe ver
wachten kon Wat kan inderdaad eenvoudiger zijn
en wat zou don effenen ioop der annexatie
beter kunnon verklaren aan de buitenwereld
dan het feit, dat do President met de Engulschen
geheuld en samengewerkt en het land verraden
en verkocht lieeft? Zeg aan de wereld dut hij
verrader was en oen pensioen als loon hiervoor
heeft on alles is opgehelderd. Buitendien kon
men hiermede oen ander doe! bereiken. Als
republikeinen en zelfs presidenten hun land ver
raden, mannen, gekozen om hun vermeende eer
en rechtschapenheid on zoo groot een vertrouwen
genietende, dat hun kiezers hen in de hoogste
posten geplaatst hebben, hoo duidelijk ziet men
dan niet wat een verrotto zaak die der republiek
is? Drie doeleinden zou men dus bereiken.
Schuld zou onopgemerkt blijven, onder de Boeren
zou het vertrouwen op bun leidslieden vernietigd
en zij zelve daardoor verzwakt worden, en de
zaak der republiek zou een zwaren slag bekomen.
Door die middelen zou men dan oen grootor
doeleinde bereiken, n). de opperheerschappij van
Groot-Brittannio over Zuid-Afrika.
Hoo verwonderlijk liet ook lijken moge, verschoi-
denc loden van den Volksraad waren den republi-
keinschen regeeringsvorrn niet gunstig gezind. Dit
was niet alleen met do Engelsehe partij maar ook
mot anderen het geval. Een paar dagen vóór do
opening der laatste Volksraadszitting vorklaai n
mij een invloedrijk lid van den Volksraad, .!r iitei
Dè ,Y3ios;-'.van geboorte cou ITollandsche Jood) dat-
hij voor annexatie.was, want hij haatte een repu
bliek. Wie zich dus verbeeldt dat al die"samenzwe
ring en al dit kwaad alleen geschied is tot bevorde
ring van bijzondere belangen of door vrees voor
wanorde, zou de bewoegredenen die aan het werk
waren, veel te laag stellen De voornaamste boweeg-
redenon van de medeplichtigen van de Engelsehe
Rngeering waren ten volle in harmonie met die
van de Engelsehe Regoering zelve. Men heeft
voortdurend aan do wereld met ophef verteld, dat
het in het belang vari liet Transvaalsche en van
Zuid-Afrika in het algemeen en uit christolijko
liefde voor den armen verdrukten beidon was, dat
de annexatie door de Britscbo Rogeering werd ter
hand genomen, maar jammer is het dat die liefde
altijd komt als men z.e niet noodig heeft. Toen zes
of acht jaien vroeger liet Transvaalsche in een
staat van.regeoringloosheid was en erger dan in
1877, toen botoondo men geen zoodanige belang
stelling en liefde. Neen, het was niet de armoede
en ellende der Boeron, ilio den zegen der Britsche
vlag hun verschafte. Evenmin was het de rijkdom
aan goud- en diamantmijnen die Engelsehe schraap
zucht lokte, of medelijden met do arme Kaffers,
dio in de personen van Cctyvvayo en Sococoeni
weinig profijt hebben getrokken. Het wns zin voor
Engelsehe opperlied schappij over Zuid-Afrika,
gepaard aan de kennis dat het Transvaalsche de
weg tot centraal Zuid-Afrika is, waar de oogen
op gevestigd zijn van hen, die verder zien, dan op
een nieuw handelsveld. Dat liet be/it van den
sleutel tot een nieuwe wereld zoovcol kosten zou
en met zooveel mooite zou bekomen en behouden
worden, dat vermoedde men niet, en stellig is het
een der treffendste voorbeelden van vergelding in
de geschiedenis, dat een volk van zoo inherente
zwakheid als de Boeren den sterken en machtigen
lessen geleerd hebben als die aan Lange's Nek en
Majuba. In één opzicht, on alleen in dit, kunnen
de vrienden der vrijheid zich ver/oenen met, en
eone versehooning vinden voor zoodanig een
daad, als de vernieling van een kleine, v nje en
geen kwaadsticlitende Republiek, nl. dat zulke
daden altijd juist tegenovergestelde resultaten
leveren van wat men bedoelde. Zuid-Afrika heeft
bij deze zaak moer gewonnen en grooter schrede
voorwaarts op het pad der vrijheid meegemaakt
dan de meestên ontwaren kunnon.
Marl» Stuart,
Kunstenaar to worden! lloevelen hopen het.
hoo weinigen zijn liet in waarheid 1
Moeielijk ais het pad dor kunst isblijven
velen halverwege staan; anderen brengen het
niet verder dan tot den mijlpaal dor middel
matigheid.
Behalvo do zichtbare hinderpalen waardoor
het dool niet wordt bereiktzijn er zoovele
struikelblokken die eigen hoofd en hand opwerpt.
Des te grooter triomf voor een kunstenares
wanneer zij kan teiugzien op ean levonsvveg
waar bescheidenheid en ernst de gidsen waren
op den eenmaal ingeslagen wegdes te streolen-
der voldoening vooreen tooneelspeolstor wanneer
zij door eigen studio en ongeëvenaarde vol
harding hot hoogste in de kunst bereikt.
Klein is ons land, en onze taal wordt slechts
binnen beperkto grenzen gesproken, maar wanneer
de kunstenaresover wie wij sproken, wanneer
Catharina Beersmans aan do boorden der Seine
of van do Spree ware geboren, luiro naam zou
wereldberoemd zijn. Dat betuigen wij naar over
tuiging, zonder grootspraak.
Heden avond vierde zij haar grootste feest
Twintig jaar was zij tooneelspeebler r
herdacht dit feost met do opvoering 1 'i I» a 1
Stuart" waarin zij den titelrol ïvttn.
Zullen wij u schotsen hr - n rol dt«
gelukkige Koningin sp.,lh 1 'Lieto oii
schoon in de zu-v k-.ejki i>- van 'n
Wie is mee- .nzcsier van hare aten', vv, n>.
gelaat »m naiu beweging' ,n We- ',elko
bl'i cckt tot hot hart<J< haar geeft
jchooiw* Hm te '..et u weldadig
aan. Ma* een edriz It i spel brengt zij hare
GjC'.-Luu'v.j.. uzking en wij herinneren
slechts aan der onovertroffen gespeelde tuin-scène
ho.edo gebeele zaal ontroerde, bij de uiting van
haar toorn tegenover Elisabeth.
Dit meesterlijk gespeeld tooneel bracht hél -
publiek in geestdrift. Langdurigo bravo's e,i
toejuichingen riepen mevrouw Beersmans terug
en toen het gordijn weder rees, wachtte èn
haar èn publiek eene verrassing.
Op het tooneel stonden oen fraai bronzen beek!
op een fijn bewerkten piëdestal, een prachtige
gravure in kostbare lijst en daarachter stonden
op een tafel een paar prachtige bloemvazen van
cuivrc poli, benovens eenige boekwerken in
prachtband.
Blijkbaar verrast trad de kunstenares onder
de aanhoudende toejuichingen van het opgetogen
publiekv voor het voetlichtwaarop do heer
Berckcnhoff, directeur der Rotterdamscheafdeeling
van het Nederlandse!» tooneel verscheen, mevrouw
Beersmans een fraaien bloemruiker overhandigde
en in goed gekozen bewoordingen hulde bracht
aan haar talent en namens het Nederlandsch.
tooneel haar het bronzen beeld met toebohooren
vereerde.
Opnieuw toejuichingen on fanfares.
Daarop nam de heer Le Gras liet woord en,
terwijl hij de hoop uitsprak do jubilarosse nog
vele jaren aan liet Rotterdamsch tooneel ver
bonden te mogen zien, reikto hij haar twee
allerprachtigste kransen toe met de aanbieding
van de bovengenoemde schilderij.
Zichtbaar aangedaan dankte zij.
Toch er volgde nog meer.
Ilaro vrienden aan gene zijdo der Moerdijk
hadden haar niet vergeten; de heer Le Gras
bood ook namens hen de bloemvazen en de
boekwerken aan.
Dat blijk van waardoering overstelpte haar.
Wederom fanfares en stormachtige toe
juichingen.
Nu volgde er een reeks der heerlijkste kransen
waaronder één niet do Belgische kleuren -
bloemruikers cn bloemenmandjes.
Daar stond ze.
Bedolven onder bloem en lauwer, wconde zij
tranen van weelde, van geluk.
Zij genoot den grootsten triomf, dien een too-
neelkunstonares genieten kan.
Sprakeloos van aandoening dankte 'en dankte
zij nogmaals'
En wij? Zullen wij thans nog een verslag
geven van de voorstelling, In de feestelijke
stemming waarin ieder verkeerde geraakten ook x
wij. Voor lieden laten wij do kritiek rusten.
Een bouwman te Kijfhoek gemeente Rid
derkerk heeft een proef genomen met het
zaaien van gepoederde en ongepoederde tarwe
op een stuk land. Daarbij is gebleken dat
de ongepoederde door de slakken bijna geheel
is opgegetenterwijl de gepoederde onaan
geroerd bleef.
Weder had het gerechtshof te Amsterdam
een geval van bigamie of dubbel huwelijk te
behandelen Gonsiantiaus Verinaudele, gebo
ren te Harlebeeke in Belgie, zetbaas van de
meelfabriek te Viaardiugen, stond gistereu te
dier zake terecht. Weduwnaar zijnde van z|jn
eerste vrouw had hij in 1863 te Leuze in Hene
gouwen een tweede huwelijk aangegaan. Op
het oogenblik dat de bruidegom en bruid zich
t-or het gemeentehuis zouden begeven, bleek
de moeder bezwaar had by het huwelijk
uwoordig te zyn. Welke moeite ook werd
.,'viceweud om haar over te haten, het baatte
f,i> Om het huwelijk te doen doorgaan liet
uvr« 'en tante als moeder fuageeren by de
van het huwelijk, dat nog des avouds
'.j negen uren "door den ambtenaar van den
burgei lijken stand werd gesloten. De aan
staande echtelingenhadden iatusschen in een
koffiehuis een langen tyd moeten wachten en
■!aar zooveel drank gebi uikt dat de man be
weerde eigenlyk niet.te,hebben geweten wat
hy deed. En wegens dat bedrog en wegens