iUf l nieuws.
m
V i s s c h e r ij.
I
■n ifc-
irtor*
-,y
I"
fa*
Wt
Koloniën.
A r menzo r g.
L r-
's? 4b*?feao- Jf'.W .".--V-si f-. J*
pfri/* ^l\
xi J p
j/*-^. -rC- M 'nse-'* 4 -, t
irW'jf. *s
*v f
,t
nigheii?
'vor'mtfè„
tl
en bur-
-j
X*
dierr
ceplier
e hoe-
'7
ar bee
niety
ver-
pliekfri
larott
0 Ojr-
deri'
dir
ver-
1 ddf
non-
hun
j df'
steir
igde,r
detir
plie'r
ppe!/
mij''
Hair'
oor-
jrifif
PP.e{',.
suly'
men*
r bet
rdcit
|§j{ Maar tiu'.de bedoelde exceptie, die ik niettemin
L'transch te bespreken 1
jps-i-llehben de eischcs "werkelijk de hoedanigheid,
W?' die aij zich 'toeschrijven
De eischers zijn benoemd tot kerkmeesteren
ingevolge da bepalingen van het v Reglement op
5v liet bestuur der kerk en van de veidere goederen
lév-en inkomston, brhooiende ann het kerkgenoot-
l4- schap der Ncderduitsch Hervormde gemeente te
Schiedam van den 26ii van Sprokkelmaand 1810.
Daaroi/er bestaat geen geschil. Maar wèl over
de rechlsqclAighnd van dat reglement. Door don
geïntimeerde wordt gesteld, dat de Koning, in
bet begin dezer eeuw, niet alleen het bolleer
der Hervormde gemeenten in ons vaderland heeft
geregeld, maar dat hij die gemeenten, als cnrpo-
yiitie wat haar beheer betreft, in hel leven heeft
geroepenzoodat, ten gevolge van het Kon. be
sluit van 1806. die gemeenten niet alleen hare
reglementen, maar ook haar beslaan verloren. -
ik zal trachten aan te toonen, dat die stelling
onjuist is en dus ook de gevolgtrekking dié er
uit wordt gemaakt.
"Onjuist al dadelijk op grond der ten deze
-geproduceerde stukken, omdat daaruit blijkt, dat,
geruimen tijd vóór de Koninklijke regeling, nl.-
in het begin van 1810, het bestuur der stad
Schiedam het beheer der goederen en inkomsten
van het Nedoiiluitsch Hervormd kerkgenootschap
aan dal kerkgenootschap zelf hoeft overgegeven.
Onjuist verder omdat zij steunt op een ver
keerd begrip der Koninklijke regeling.
Een kerkelijke gemeente is, ook wAt haar
'beheer betreft,' een zedelijk lichaam. Immers zij
is ontstaan uit een vereeniging van natuurlijke
peisonen on is dus eon unwcrsilas 1) Entevens
is zij rechtspersoon. Zij is toch een rechtssubject,
fdnt vatbaar is om vermogen te bezitten Zeer
duidelijk wordt "dit dan ook gezegd door Von
Savigny 2). oDeiselbe Giundsatz findot sich in
den Schriftstellen! ganz verschiedener Jahrhun-
derte; sowolil vor der Reformation als nach
derselben; bey Kathobken eben sowohl als boy
Protestanten. Diese ei kennen glcichmUssig die
'individuctle Kirchengemeinde als Inhaber des
Kinben vermógens an." Zoo spreken ook de heeron
af- tTelting en Nienhuis, in hun advies aan de Synode
Sf-ac-'ten ja re 1851,' van -oeigendóm van ééno ge
meente, op eone bepaalde plaats bestaande, als een
afzonderlijk en zelfstandig zedelijk lichaam 3).
Bete kerkelijke gemeenten hadden dus ook
vroeger, als zedelijk lichaamook t, a. van bet
beiioer barer gooderen en inkomsten recht van
beslaan en zijn derhalve door de Koninklijke
regeling niet in het loven geroepen.
Hetgeen" ten jnre 1816 geschiedde was alleen
dit, dat do Koning zich do belangen der ller-
vormde Gemeenten aantrekkende', regelen gaf
voor haar beheer. De vraag, of de Koning daar
toe bevoogd was kan hier ter zijde worden
gelaten- In een arrest van den Hoogon Raad
van zeer recenten datum (20 Mei 1881, Wcckbl.
nö. 4633) wordt er op gewezen, dat do kroon
hier in het voetspoor trad van het vroeger
Staatsgezag, dat zich eveneens met de belangen
dér Hervormde Kerk'had ingelaten, e'n dat men
bier niet met de engere- begrippen van bet
privaatrecht, maar met instellingen, bet pub'iek
recht betreffende, te maken heeft. Doch boven
dien ook al aangenomendat den Koning de
bevoegdheid .tot regeling ontbrak, zoo is de
regeling die in 1816 en volgende "jaren van de
•JX' 'Kroon uitging, don- de Hervormde Keik imge-
jpjfeleefd en göedgekeuid.- Hot Kón, besluit van 'o
iff,
Jït
Febi\ v 1866 (Sibi. no. 10) bracht verandering
in'den bestaanden toestand. De regeering wilde
i'j 1) Gr. Goudunit. Vcimicctcn-Sykrrm, 1 bl. 64.
2) System II 85 bl 266 ylg.
Handelingen van de AlgemeensSynode der Chris»
tdijk Hei vormde Kerk in het Koningrijk der Keder-
landen^ 18?» I b). 108. Zie meerdere littcmtuui nan*
sgku gfaurie dtt pnnt mijne conclusie, voora* gaande
aan een vonnis der rechtbank te Utrecht drl. 1 Juni
nnet dat vonnis afgedrukt in eeiibrnehmc
6®^te)d Uitepraak van de Arromlisstnnntg-Rechtbank
«Jfty'wA* betrekkelijk het beheer der kerkelijke got-
en r'oM der gemeente, gewezen A Juni 1870,
.^^"''Sege^en door do uitvoerende commissie vnn het
^rentmai-cornitó bi zake Kerkelijkegóederen, benoemd
Juli 18Ü9".' Utrecht hij Kemink en Zoon
§£,'1870 bl.'to.
ïTr- -
nu-de'teugels" van het'bestuur dpr-Hervormde
gemeenten loslaten. Zij wilde zich voortaan van
alle inmenging in -liet beheer onthouden. Zij
wilde aan de gemeenten haar eigen beheer
teruggeven. De considerans van dat besluit is
duidelijk. Door hot stellen van een tormijn van
3 jaien hoeft het Koninklijk besluit niet anders
bedoeld en kon het ook niois andeis bodoelen
dan do gemeenten, die de regeeringsreglementen
zouden vei liezenin de gelegenheid te slelleti
nieuwe reglementen te maken en haar voor
wanorde in of gebrek aan beheer te behoeden.
Welk gebruik de gemeenten van dio gelegenheid
maken wildon en óf zij er gebruik van wilden
maken dat was niet de zaak der rogooring-,
dat moeston ,Hio gemeenten zelve weten. Na 1
April (later 1 Oct.) 1809 waren, volgens den
wil der regeeiing. de gemeenten weder terug
gebracht in den toestandwaarin zij vóór de
Koninklijke regeling vei keerden- Hadden zij in-
tusschen nieusve reglementen gemaakt, zij hadden
hot leeht die in te voeien..Wilden zij daaren
tegen voot Heven op de oude reglementen, ontdaan
natmulijk van de bepalingen betreffende regeling
door het Staatsbestuur, ook daartoe waren zij
bevoegd. Dit laatste is te Schiedam geschied.
De Nedcrduitsch Hervormde gemeente aldaar
heeft ook na 1869 het Reglement van 1810
nageleefd.
Minder juist acht ik op dit punt de beschouwin
gen van de apjiellanten. Zij beweren dat het
Kon. besluit van I860 het Reglement van 1810
niet kon trelfen, omdat dit Reglement is een eigen
Reglemont, dat vóór en dus /onder de Koninklijke
inmenging is ontstaan! Zij vergeten echter daarbij
dat aan de gemeente Schiedam (evenals aan som
mige andcio gemeenten) in 1820 het behoud
van de tot dien tijd toe bestaan hebbende wijze
van beheer barer kei kelijke fondsen en-inkomsten
is verleend krachtens Kon. besluit van 8 Juli
1820, en dat bij art. 11 van het Kon besluit van
9 Febr. 1866 is bepaald dat, na verloop van drie
jaren, van rechtswege vervielen de provinciale
reglementen op de administratie der kei kelijke
fondsen eri op de kosten van eerodienst bij da
Hervormde gemeenten en allo andere op dal
beheer betrekking hebbende besluiten of reglemen
ten, welke"Kij dè afkondiging vaii dat besluit
van kracht waren. Intusschen doet dit verschil
in opvatting practisch weinig ter zake, omdat
vaststaat, dat, na t Oct 1869, de Hervormde
Gemeente te Schiedam het recht had elke regeling
aan te nemen, die haar wenschelijk voorkwam
en daarin door niemand en door niets kon worden
belemractd of bepeikt.
Doch genoeg over deze evcejitie, die uithoofde
van het beperkt appel van de appellanten en de
niet-ontvankclijkheid van het subsidiair inciden
teel appel van den geint., niet aan 's llofs recht
spraak ondei worpen is.
Thans de vraasr, die dit appol bebeerscht:
welk is het juridisch karakter der jaarlijksche
uitkeering van f550 door do gemeente Schiedam
aan de Neilerlandsche Hervormde gemeente
aldaar?
Deze vraag heeft tot wijdloopige schrifturen
en breedvoerige pleidooien aanleiding gegeven.
Ik meen echter dat hare beaiuwoonlnig bij
nauwkeurige ovei weging der zaak, eenvoudiger
is dan zij, bij cene cersto kennismaking, schijnt
to wezen- -
-liet resultaat, waartoe het bestudeoren der
processtukken en het liooreu der pleidooien mij
heeft geleid, is dit, dat men hier te doen heeft
met ecu contract do ut des.
Wam)oer men zich ten deze beroejien kon Op
de notulen der vergaderingen van kerkmeesteren,
die ton processo zijn overgelegd, dan zou het
bewijs voor het bestaan cenor contractneolo
verplichting aan dn zijde der geint veel krachtiger
zijn. Immers uit die potuien blijkt niet alleen
dat er tusschen partijen is onderhandeld over de
soort van schadevergoeding, die, wegens het ver
lies der.bpgrafenisrechten, dool- do burgerlijke
gemeente aan de Hervormde gemeente teSchiedam
zou behooren te worden erstrekti maar ook dat,
toen nion eenmaal overeen was gekomen dat die
schadevergoeding den vorm cenor jaarlijksche
uitkeering hebben zou, over het bedrag daarvan
besprekingen hebben plaats gehad, waarbij alstoen
kerkmeesteren niet eenvoudig erkentelijk aan-
namon wat het stadsbestuur vevklaarde te willen
geven, maar aan dat bestuur eischcn deden, ja
zelfs een minimum stelden, waarvan de voort
gang der onderhandelingen afhankelijk wezen zou-
Doch voor het bewijsvan het bestaan van
een contract mogon die notulen geen dienst doen.
Terecht toch is van vvege de geint. opgemerkt,
dat men hier alleen zijn argumenten putten
mag uit de Resolutie van den raad der stad
Schindam dd. 5 Jan. 1828. Deze is de acte,
waaraan het bewijs niQöt worden ontleend. Van
bowijs door vermoedens kan geon sprake zijn
omdat getuigenbewijs bier niet is toegelaten en
er evenmin waar, zooals hier, bewijs door qe-
schrift bestaat ann bcqui van schriftelijk bewijs
kan woiden gedocht (I)
Toch zijn, naar liet mij voorkomt al bepaalt
men zich bij de Resolutie van 1828 en bij haar
alleen, de bewooidingen dier acte zoo duidelijk,
dat daardoor het bestaan der bedoelde bon-
tractueole verplichting bewe/én wordt.
Vooreerst dan do bepaling omtiont de uit
keering van f55R. 'sjaais, sub 13". in meer
gemelde Resolutie voorkomende. Zij luidt woor
delijk aldus
»dat, naar aanleiding van c. der gedachte
dispositie en na nvotcg mol kerkmeesters van
de Sf. Janskerk, voor hel verlies, hetwelk hel
'kerkgebouw zal lijden dour hel doen ophouden
van het begraven der lijken in hetzelve, aan de
keik jaarlijks uit stadskas zal woirlen gedaan
eene uitkeering van 1550, te vinden uit de
rechten welke de stad voor het begraven van
lijken op dc nieuwe begraafplaats zal ontvangen."
Zooals uit den aanhef dezer bepaling, in
vcibnnd met den aanhef der Resolutie ze'.ve,
blijkt, is zij vastgesteld snaar aanleiding der
dispositie van hoeren Gedep. Staten van den
28 Aug 1827 no. 1782/17271 G. S. no. 1."
De/e dispositie is in dit geding geproduceeid.
En nu leest men daarin onder litt. c het navol
gende«Moei gemelde Durgemeesteren en Wet-
honderen en Assessoren voider bij deze aan te
schrijven om, vóór of uiterlijk op den hiei boven
bepaalden tijd. de/e vergadering bekend te maken
mot de middelen door welke zal behooren te
gorden voorzien in hel verlies, hetwelk kerkge
bouwen door hut doen ophouden van hel begraven
der lijken in de kerkenzullen lijden
Wordt vervolgd.),
1) Cf. ait. IW jetis 1030 en 1033 D. W.
De gouverneur van Atjeh en onderhoorig-
heden, heeft den 27 December 1881, ter ge
degenheid van de overgave der Missigit raya
aan de hoofden en geestelijken in Atjeh, de
v volgende toespraak gehouden
ïHnof'lcn en priesters van Atjeh en oudcihooiig-
heilen, gij alle Atjelicrs, die hier saurngokotnen zijt.
"liet is mi viei jneii geleden toen ei bij monde van
ZGx. den Gouvet urm-Generaal vnn Ned.-Indie de
vcizehering weid gegeven, du liet de wenseh der
Iïrgeermg wis, dal met de vrede in Atjeh een
toestand van orde en vveivnni t zou ontst,tan en onder
de hoede v.i-i het Nedoii indsoli ge/.ig, het Atjehsche
vidk, beheerd dour zijn hoofden volgens zijn ge-
biiiikcn eu instellingen, ongestoord zijn velden be-
Hirhetdeu, zijn neinigeu voortzetten, hamlet drijven
mi den godsdienst die liet belijdt uitoefenen zou.
"v Aan die verzekeimg, weid do belofte toegevoegd,
te Gioot-Atjeh, op kosten van hot Nederlandsche
Gouvernement, een,mouw Missigit raya zou worden
gebouwd.
Heiligen lip! daaina, vveuf ten .aaiiscliouvve van
lioo'ih-n en V!ln g'°ote volksmenigte, door
dei!" toenmsHgeii gouverneur van dat gewest, de
luitenant-genera tl Van der Heijden, de eerste steen
van dien tempel gelogd en nam de bouw ee» aanvang.
He ooi Ing "wei d geslaakt, en zoo de Nodei landsehe
macht het" zvv.inrd nog nu en dan uit de schede
haalde, het v\.ts alleen om movers te veidrijven,
misdaden te stratfeu of tie behdking, die zich ui de
kiiiipongs gevestjgd had, met.bet* doel tnn hare
velden vvedei te bevveiken, te beschei men.
Het bind urn Weid ingericht op, denzelfden voet als
in nr.deie gewesten, wam mde eu regel beersclit,
en bij dirt regeling werd in oieileg getreden Piet
'Atjehsche hoofden en priesters, opdat- geen inbreuk
zou worden gemankt bp \s lands gebruiken en gods
dienstige instellingen.
De Missigit raya weid voltooid.
Daar staat ze, als een teeken; dat Nederland ten
eipde brengt wat 't begint, en houdt wat het belooft.'
En nu hoofden en geestelijken van Atjeh.* Gij
allen die hier getuigen zijt, dat door mij de sleutels
van dien tempel a.ui liet priesterhoofd TooboeKa'dli
melikoe! adil ter hand worden gestold, aanvaard dit
geschenk van de Regeermg; moge het door u be
schouwd worden als een waarborg van Hare wel
willende bedoelingen en wanneer ge in dat gebouw,
dat uw heiligdom wordt, uwe gebeden ton hemel
zendt en de zegen van don Allerhoogsten afsmeekt, I
gedenk dan dat Nederland uw vijand niet is, dat
het niets liever vvenscht dan uw voorspoed eu wel
vaart te bavotdeteit, Gedenk dan ook de beloften
door u aan de Regeering gedaan en dat het voor
de Mahornedanen, niet minder dan voorden christen
den plicht is gedane beloften gestand te doen.
Uit Datavia woult van 9 Januari gemeld
Naar het Bat. Jlil. verneemt, is dooi den -
raad van Justitie te Batavia ter zake van
den diefstal, onlangs gepleegd teu huize van
Jhr Mr. li., rechtsingang met bevel van ge
vangen neming veileeud tegen Jhr. Stern, ea
bevindt deze ziel) sedert gisteieu in hechte
nis, krachtens 'srnads bevel
Aan het Atjeh rapport wordt het volgende
ontleend: In den politieken toestand der
afdeel big Groot-Atjeh kwam gedurende den
vei slaglijd ge»en veran dei'rag. In den avond
van 12 Dt-cernber werd zonder eemg gevolg
de versterking Tjot Rase toe 1 door een bende
mnrodnuis, onder hunne gewoue hoofden
Toekoe, Aris, Ketjik, Ainat vau Gerot en
Wakil Abdoel Rachman beschoten j overigens
weiden rust en oule niet ernstig gestoord.
Daarentegen mocht het der politie gelukken'
een berucht eu gevleesd ioovei hoofdman, den
aanlegger van een menigte rooftochten in het
Kroeng Rajasche, met nameNjaq Gambang.
in zijn woning te Tjoet Aloer (XXIX Moekims)
te omsingelen en, daar hij weigerde zich over',
te geven en zich gewapenderhand vei zette
af te maken,
In de III Moekims Kerkoen heetschteu vele
koortsen onder de bevolking.
De Javabode verneemt dat er plan beslaat
bij de Regeering, om ti oepen te zenden naar
Timor, ter onderwerping van eenige stammen,
die ons gezag niet eerbiedigen.
Door wijlen mevr. G. Verhagen, wed. W.
Kaars Sjjpestejjn te Krommenie is ook aan
de diaconie der Doopsgezinde gemeente aldaar
een bedrag van f2000 vermaakt.
PERNIS. Van de beugvissclierij is te Nieuwe-
diep binnen de alhier thuisbehoorende sloep Vallus,
met 300 lovende kabeljauwen en lengen, prijs f3.45,
400 doode prijs fl ii f d .00.
VI.AARDINGEN. Van de heugvisschetij is
bmneiigekomeii Amicltia, met 31 ton Zoutevisch,
15 ton leng eu 50 levende kabeljauw en.
Ned. Herv. Kerk.
Beroepen: te Vnrik, \V. Van den Berg, te
J-angeiak bez. de Lek. llillegersbeig, W. Van den
Deigli, te Scbaarsbergen. Sassenheim, A. Van de
AYutor. te Meerkerk. Leiderdorp, P. Bartstra, te
Wnssenaai Den Ham, Barbas, te Dclden.
Amerongen, S. L. Van Stein Callcnfels, te St. Laurens
en Brigdauune (cl. Middelburg).
Bedankt: voor IlailingenG. M. Kasteel, te
Kollum. I.ecrbiock, E. A. J-azonder, te Zegveld.
VUssingen, B. J. Svvaan, te Gouda. Achlumca.,
J. M. Snetlilago, te Haarlem. Yerseke, J, \V.
Knottenbelt, te Oost- en West-Souburg.
Aangenomen: naar Hoorn, A. S. Carpentier
Altmg, te Doekuin. fiiednchstadt Sleeuvvijk, in
Pruisen, Fncs de Vries, pied. bij de Reinonstiaiit-
sclie bioedei schap te Zevenhuizen en I lazers wonde.
Naar wij vernemen heeft Ds De Vijvei teSciveve-
ningon hot vooinemen binnen koiten tijd zijn
emeritaat ann te vragen.
Chr. Ger. Gemeente.
Beroepen: te Waddinxvccn, J. Altiiig, te Kat
wijk aan Zee.
,1f$V j/v".