■m 5517.
p o L ijn Er'
ÜIT IE GEDENKSCHRIFTEN
1882.
Maandag 28 /Augustus.
Feuilleton.
Verschijnt dagelijks 1 uitgezonderd Dinsdag.
van een Engelsch Politie-Beambte.
x.
sflSSSSSZ&b
ItONNEMtNTSPHlJ!), per kw.u taal
franco per post, dooi het gehecte Rijk
I
Jt&onderhjke nommera.
J 1.85.
- 2.50.
- 0.10.
en Dertig-st;e Jaar g ang.
BVKËAVt 9IAKK B,aSA.
Advertentieprijs van 1—10 gewone regels met
inbegrip van eene Courantf 1.10,
Iedere gewone regel meer0.10.
Driemaal plaatsing wordt tegen tweemaal berekend.
||j deze Courant behoort een By voegsel
Aan het Commissariaat vau Politie zijn als
op straat gevouwen aangebracht een goaden
oorbelletje, eeu blauw gehaakt doekje,
een paar hlauw katoenen en een paar
Wit katoenen kousen.
Schiedam, 26 Augustus 1882,
.Toen voor ruim acht dagen de tijding in
ige'and en daarbuiten de ronde deed, dat
de veldtocht iu Egypte zou aanvangen op
Jiondag 19 Augustus jl. met het bombarde-
Bent der forten van Aboukir, is niet zonder
jerbaziug de vraag gedaan, of zoodanige
iindeling wel met de strenge heiliging van
den Zondag in Engeland is overeen te bren-
en of sir Garnet Wolseley niet tot
Jaandag had kunnen wachten met het werk
vernielingdat hem was opgedragen.
tEngelsche Parlement was juist-aiteengegaan
8n daaidoor is waarschijnlijk de heer Glad-
.tyjne vrij gebleven te moeten antwooiden
een interpellatie omtrent dit punt. We
twgfelen niet, of de hoog bejaarde Minister
sou met een antwooid gereed zijn geweest,
êa had misschien de stelling verkondigd
ijlt de „abstiacte leei" van het Christendom
sist wei altijd met de eischen eener piac-
listhe krijgskunde is overeen terjïrengen.
fa» dit zy, de heer Gladstone b't in
iet geheel niet te antwoordenen""diV^waV
eok maar beter. In troebele tijden, wanneer
groote gebeurtenissen worden voorbereid
ijja interpellaties voor regeeringspersooen
lier lastig. Welnutot '18 October behoeft
i heer Gladstone niet te antwoorden en kan
hij het groote wereldrijk, aan welks hoofd
hy staat, naar zyn eigen inzicht regeeren.
Dit voorrecht, als men het zoo noemen wil,
is waaiijjk niet benijdenswaardig, want aan
den last, die thans op de schouders is geiegd
van een Engelschen eeisten Minister, mag
de hoedanigheid van buitengewoon zwaar
niet worden ontzegd. Men behoeft slechts
een oog te laten gaan over al' de deelen van
het groote Britsche lijk. Het zyn niet alleen
de gevaren, die Eugelands invloed iu het
Oosten door pen buitenlandschen krijg bedrei
gen, en waardoor tevens de Britsche heer
schappij in Indië en in andere koloniën op
losse schroeven wordt gesteld: men heeft
ook rekening te houden met de opwinding
der gemoederen in het Oosten, waar bedek
te] ijk de heilige oorlog wordt gepredikt, zoo
dat, blikt de Engelsche Regeeriog naar het
Oosten, zij de gevaren verre over Egypte
heen, aan den gezichtseinder ziet opdoemen.
En daarbij komt dan oog het altijd gistende
Ierland met zyn oproerige bewegingen, die
alleen voldoende zouden zyn, een regeering
met de grootste*-zorg- te-verval lei» -Alles toch1
wy'st naar een .niet ver verwijderd tijdstip
heen, waarop het rijk van Groot Brittannië
met het verledene zal hebben te breken. Tal
van middeleeuwsche gebruiken zyn uit ,den
weg te ruimen; maatschappelijke en kerkelijke
instellingen en voorrechten moeten gewijzigd
worden, en de wetten op den landbouw hoo-
ren in onzen tijd niet meer thuis.
Het geslacht van deze eeuw rammeit met
onophoudelijk aangroeiende kracht op de
poorten van den ouden feudaalstaat, en met
eiken dag wordt de verdediging der oude
toiens en bastions en van het zwarte muur
werk moeiel'yker. Sedert in Eugeiand het
kiesrecht aanzienlijk werd uitgebreid, wordt
het gedwongen met veel te breken, dat door
ouderdom eerbiedwaardig en goed scheen. De
arbeid, om laogs wettelyken weg van een
I 1
ouóèa tot een' nieuwen toestand te geraken,
de verantwoordelijkheid, die door een en
ander op de'regeéririg'wordt gelegd, is van
uiterst omvangrijken aard. Verder is het zeker
dal Engeland, op''den weg, dien het in'het
Oosten ueeft ingeslagen, niet op veel sympathie
bij de andere' 'J machten van Europa kan
rekenen. De openbare meening, dit is duidelijk,
keuri het partijkiezen der Britten'tegen de
zoogenaamde nationale party in Egypte niet
goed, en het bombardement van Alexandria
wor|t door duizenden in Europa als een onge
rechtvaardigde ruwheid, veroordeeld; omniet
te spreken vftn den weerzin tegen het Engei
sche eigenbelang, dat zich om de wetten
van Jiet volkenrecht^ om moraliteit en huma
niteit weinig bekommert, als het Eogelands
vermeend aanzien en zijn handelspolitiek
geldt. .Wil mes een staaltje van Eogelands
handigheid? Aiexandrië ligt in puin; haar
oudèn bloei krygt zy niet licht terug. Port-
Said, de nieuwe stad, die nauwelyks een
kwaPt? eeuw mag teilen, wasr door-haar lig
ging aao den ingang van het Suez-kanaal
reeds de gevaarlijke mededingster van het
oude Aiexandrië geworden. Engeland koopt
de établissementen, door onzen betreurden
Prins Hendrik, te Port-Saïd gevestigd, en
geeft door deze daad te kennen, dat het
voornemens is, de nieuwe havenstad tot de
eerste aan de noordkust .van Afrika te ver-
heffen. De gelegenheid, is .nu gunstig, stil
zwijgend, maar met kracht vordt zij aange
grepen 1
Toch zou men zich zeer vergissen, als men
meende, dat de weerzin, waarmee alom in
Europa Engelauds handelingen in Egypte
worden gadegeslagen, tot een isolement van
dit rijk zou ieiden, dat het als het ware,
buiten de beraadslagingen der groote machten
van dit werelddeel zou worden gehouden.
Toen in eeu der laatste parlements-zittin-
genden Engeischen ondersecretaris voor
Buitenlandsche Zaken, Sir Charles Dilke, da
vraag werd gedaan, of niet het tegenwoordige
kabinet het verbond met Duitschland had
vernietigd, dat lord BeaconsQeld tot stand
had gebracht, antwoordde hij, dat hy in
tegendeel zichzelven en het rijk gelukwenschta
van wege'de hartelijke verstandhouding mét
•het Dditschê rijk, 'en dat de Duitsche ryks-
regeering Engelands politiek met warmte
had ondersteund.
Volkomen ongegrond was dan ook de mee
ting, dat bljj'Dilke, het voornemen zou hebben
gehad', een tegen Duitschland en Oostenrijk
gericht verbond tot stand te brengen. Eu ein
delijk, spreekt men hem van Duitschlands
invloed in Constantinopel, hij, Dilke, was op
dezen Invloed volstrekt niet afgunstig en had
ook geen reden zulks te zijn.
Niettemin' is het een feit, dat deze zelfdn
Minister Dilke nu een jaar geleden beschouwd
•werd als depersoonlyke vriend-van Gambetta;
thans verklaart hij, dat hy aan een verbond met
Frankrijk tegen Duitschland nimmer heeft ge-
dacht.
Engeland heeft blijkbaar den toestand goed
doorzien. Immers, afgezonderd onder de staten
van Europa staat alleen Frankryk, liet Fraa-
sche volk weet dat, en met zijn natuuilijkge-
zond verstand begrypt het, dat alhantiën van
de republiek met monarchale regeermgea
weinig heil zullen aanbrengen. Daarom ver
langt het, dat Frankryk zich in buitenlandsche
verwikkelingen onzydig houde en zyn gansche
kractit aanwende tot eigen inwendige reorga
nisatie. Dat heeft het zijn regeering, die anders
wilde, duidelyk gemaakt en vandaar thans een
regeering, die, zonder veel beweging en ophef,
een vreedzame» arbeid vei richten wil.
Het vei haal dat Robert Bristowo van zijn we-
deuaren gaf, klonk vrij zonderling, hoewel' 't op
d«n toon der waarheid gegeven werd, en maakte
Stón den minsten indruk op de lochtbank, en
evenmin op do tochooi'ders- Ikvoormijo\enwel,
geloofde dat hij de volio waarheid sprak. Een
Verzinsel zou niet zoo onnoozel bedacht zijn
geweest.
Ik heb nog vergeten to zeggen, dat do lieer
Bayshawe onmiddellijk na 't afleggen zijner vei-
klwing, de zaal uitgeleid was.
Dus, Robert Bristowo zeide dc openbare
aanklager, als 't verhaal dat gij ons daar hebt
gedaan in allen deele juist is, meent gij ons uw
alibi te kunnen bewijzen?
Daar heb ik aan gedacht, mijnheer, ant
woordde Robert zachtmoedig, maar als ik mij voor
stel hoe zonderling ik gekleed was, en hoe wei
nig menschen ik ontmoet heb, dan vrees ik de
bewijzen niet te kunnen leveren, die van mij ge-
voiderd zullen worden.
Dit is ons te minder leed, antwoordde de
man der wet ironiek, omdat het kruis en
't Spaamche muntstuk, die in uw bezit gevon
den zijn, u de lastige verplichting zouden opleg
gen om ons een nieuwe historie te vertellen,
vermoedelijk nog al verschillend van die, welke
gij ons daareven hebt verhaald.
Ik bsken, hernam de govangene op hal
men toon, dit is een dier incidenten mijner
ongelukkige geschiedenis, vvnarovor liet mij on
mogelijk is de minste of geringste opheldering
te geven.
Na dit antwooid, gaf do ïeehtbank bevel
om Robert Biistowe naar de gevangenis van het
graafschap over te brengen.
Op dit oogenblik werd mij een briefje van
Barnes ter hand gesteld. Zoodra ik 't gelezen had
verzocht ik de rechtbank het overbrengen van
den beschuldigdenaar een andere gevangenis
tot don volgenden dag te willen uitstellen, om
dat k hoopte, alsdan nog een ander getuigenis
van het grootste belang te kunnen overleggen,
Mijn verzoek werd toegestaan, en Robert dus
voorloopig weder te Kendal gevangen gehouden
Terwijl hij mij voorbij ging fluisterde ik hem
in 'tiöorjf
Houd goeden moed, mijnheer Bristowo, ik heb
booji dat wij 't raadsel nog jwel zullen oplossen,
Ihj zag mij strak in de oogon, diukte mij de
hand en stapte in 't rijtuig dat hem en zijn
geleiders wachtte.
Ik spoedde mij naar Barnes, en zoodra wij
ondor vier oogen waren, en ik de deur van 't
vei trek zorgvuldig gesloten had, zei ik i
Welnu, wat hebt gij nu ontdekt
Dat de moordenaars van Sara King nog
in de herberg zijn, waar gij mij met hen gelatea
hebt.
Ja, dat hob ik opgemaakt uit uw briefje. Maar
welk bewijs hebt gij er voor?
DitIk had de schelmen totaal met mijnt
dronkenschap misleid. Zij liepen in don strik,
en werden onvoorzichtig. Enkele woorden, dieik
van hun gesprek kon opvangen, hebben mij niet
alleen overtuigd dat zij de ware schuldigen zijn,
maar ik ben ook te weten gekomen met welk
doel zij in die herberg waren afgestapt. Van avon
gaan zij het zilverwerk halen, dat zij ergens in
den omtrek weggemoffeld hebben.
En weet gij niets meer?
Nog dit: Gij weet, ik len wel timmerman
van beroep, maar oigenhjk kermiskunatenaar
van nature, 'k Speel viool, 'k ben gynmasticus
goochelaar...
Nu ja, dat weet ikmaar wat kómfe 'dek
hierbij te pas?
Wel heel veel, want ik bon buikspioker