Zaterdag 17 Februari.
e u i 11 e t o n.
V E R L C RËT
*>1® 5640.
rtigste Jaargang.
Verschijnt dagelijks, uitgezonderd Dinsdag.
Buitenlandsche Berichten.
iïk
Z©v©ri ©n D
e
i?-
eachfg |WJ
(aan* I
1 IT*.
USE
i hm
JgUHNKUKNTSl'llUS, l'lil kwaitn.il
tuaoo per pust, door het geheele Rijk
j 1.8o<
- 2.50,
ifioiiderlijke Hommers- 0,10,
^ggMBBgaggCTaglgBjatMOTlggMg^
BVKDAVi
nAKHt, 'E,
124.
Advertentieprijs: vau 110 gewone regels met
inbegrip van eene Courantf t.tO.
Iedere gewone regel meer - 0.10.
Driemaal plaatsing wordt tegen tweemaal berekend.
V R A S K K IJ K.
In de Kamer' heeft Mareou het rapport
der commissie voorgelezen over het wets-
oulwcrp van deu Senaat betieffende de pre
tendenten', strekkende tot aanneming van
liet oorspronkelijke ontwerp van Floquet. De
Minister Devès vei klaarde dat de Ministers,
die in functie blijven totdat op hun verzoek
om ontslag zal zijn beslist, tor beschikking
,jn de Kamer zijn. Daarop werd tot onmid
dellijke behandeling besloten. Floquet bestreed
de conclusie der commissie; eergisteren, zeide
hij, bad hjj ia een vergadering der radicale
linkerzijde zich vereenigd inet lipt ontwerp-
Bsrbey, met uitzondering vau art. 3, omdat
ijjn ontwei p, na reeds eenmaal verworpen
te zijlij zeker opnieuw verworpen zou worden.
De heeieu Madier de Montjau en Marcou
lerdedigden hierna liet ontwei p-Floquet en
werden zeer toegejuicht. De heer Martin
feuillée sprak over de noodzakelijkheid om
tot een schikking met den Senaat te komeu,
door de beide eeiste ai tikelen \an het ontwei p-
Barbey (dat overeenkomt met het bekende
voorstel Fabre) aan te nemen. De Minister
Devès verklaarde uit naam der Regeering
zich mnt dit vooistel te vereenigen en bracht
lof aan de iede van den heer Feuillée. Art.
1 van het voorstel-Barbey werd aangenomen
roet 326 stemmen tegen '188.
Bisschop Freppet protested de uit naam
van den Elzas en Lotharingen tegen de uit
zetting der afstammelingen van Lodew'yk XIX.
Art. 2 van het voorstel-liarbey werd ver
volgens goedgekeuid met 314 stemmen tegen
145, on bet oulwerp in zyn geheel met 342
Stemmen legeu '182.
Do Minister van Oorlog, Genei aal Thibaudin,
antwooidende aan deo lieer Laisant, die een
interpellatie aankondigde, vei klaarde dat hij
bereid is afdoende ophelderingen te geven
over hetgeen de Regeeriug dacht te doen,
manr die opheldeiingen zullen eerst volgen,
als de Senaat het ontwerp-Barbey heeft aan
genomen. De interpellatie is met 324 stemmen
tegen 185 uitgesteld tot over acht dagen.
Ook te Nizza zal een iatercationale ten
toonstelling plaats hebben. Door bankiers en
ladnstrieelen der stad is reeds voor 800,000
francs ingeschieven voor bet bouwen vau een
tentoonstellingsgebouw. De stad heeft een
subsidie van 200,000 francs aangeboden, zoo
dat het bestuur reeds over een millioen te
beschikkeu heeft. Waaneer de tentoonstelling
plaats zal hebben, is nog niet bokend.
ENGELAND.
De Times verneemt, dat in de troonrede,
welke gisteren bij de opening van het Pat le
nient zou voorgelezen worden, onder anderen
zou worden medegedeeld, dat de Regeeriug
zal trachten, de orde te hundhaven, en in
Egypte een zelfstandig gouvernement te
vestigen, niet zorgvuldige inachtneming der
internationale vei plichtingen en der wettige
rechten van Europa, Verder, dat II. M, hoopt,
dat de rnogenheden zullen goedkeuren, met
den Sultan, ten aanzien van de toekomst van
Egypte, in eeu schikking te treden. Gemeld
document bevat geeu enkele zinspeling op de
financieele contróle in Egypte, Ten slotte
Wordt daai in de hoop op het wel- slagen der
Donau-confeientie uitgedrukt.
Lord Hartington verklaarde ia het Lager
huis dat de Rpgeeung voornemens is eeu
bill in te dienen betreffende den parlemen
tairen eed.
De heer Hicks Beach verklaaide dat hy
weldra de aandacht van het Huis zal ves-
tigeo, op de overeenkomst met de Trntisvaal,
on te dien aanzieo een voorste! doen.
Het adres van antwoord werd voorgesteld
door den heer Auckland, en ondeisteund door
deu lieer Bushanau, Lord Hartington ver
dedigde de Regeeiing tegen de jegens haar
geiiehte critiek. De heer Lawsoo stelde een
amendement voor, volgens hetwelk de Regea-
ring geeu voldoenden grond heeft opgegeven
voor de aanwending van Engelsche troepen
in Egypte.
De beraadslaging is ten slotte verdaagd.
In het Iloogerhuis is het adres van
antwoord aangenomen.
By de beraadslagingen verklaarde lord
Granville, dat vjjy onmogelijk den dag bepalen
kon, waarop de Engelsche troepen Egypte
zouden veriaten. Zij zullen er niet langer
blijven dan noodig is tot herstel der oide.
Het zou een vei raad jegens Europa zijn hen
teiug te trekken, vóórdat het doel, het ves
tigen van een duurzame Regeering, bereikt
is. 't Is mogeiyk dat Frankrijk oogenblik-
kelyk wat gebelgd is, maar de belangen van
beide landen zijn dezelfde; beide willen het
heistul van de orde en de welvaart in Egypte,
Fi ankrijk heeft nog niet officieel Engelands
staatkünde gebillijkt. Turkije heeft tot dusver
enkel do opheffing van de tweehoofdige con
trole iu Egypte goedgekeurd.
Wat DuiischlandItalië en Oostenrijk
betreft, over het algemeen billijken zij Enge-
lands handelwijzete Petersburg wordt nage
noeg in denzelfden geest te onzen aatizien
gesproken.
Gieternamiddag te één uur heeft op
Trafalgar Sguare eene volksdemonstiatie
plaats gehad ten gunste van Biadlaugli's
eisch om tot zijn zetel in het Lagerhuis te
worden toegelaten. De aanwezige menigte
was zeer groot en legde veel geestdrilt aan
den dag. Bradlaugh gaf zijn voornamen te
kennen om in persoon zijn toelating iu het
Huis te eischeu, waarna hij vergezeld van
een gioot aantal aanhangers zich op weg
naar het Lageihuis begaf.
De Regeeringen van Rusland, Spanje
en Frankrijk hebben thans officieel co keemea
gegeven, dat zij zullen deelnemen aan d«
visscherijtentoonstelling te Londen. De com
missie heeft nu besloten nog S groote gebotl*
wen, te zamen 22000 vierk. voet oppervlakte/
te laten maken.
SPANJE.
De meerderheid der Kamer vau Afgevaar
digden Heeft besloten, het voorstel van da
Republikeinsche linkerzijde tot wederinvoering
van de wet op het burgerlijk huwel'yk, dia
na de troonsbestijging van Alfonso XII b"'
een eenvojidig besluit afgeschaft werd, niet
in overweging te nemen. De Minister van
Justitie heeft het voorstel bestreden.
De Tribune maakt het programma der
liberale partij op Cuba bekend. Het komt op
het volgende neer: Voor de kolonie dezelfde
wetten als voor het moederland met betrek
king tot het kiesstelsel, het recht van ver-
eeniging. de drukpers, de jury, enz.; invoering
van administratieve en economische decen
tralisatie, zoo dat de Kolonie haar eigen
zakem openbare werken, onderwijs, belas
tingen, enz., regelt. Met dat doel zou Cuba
een eigen Parlement krijgen met toekenning
van liet recht van opschortend veto aan d«n
Gouverneur-generaok Het moederland zou het
bestuur behouden over het leger, de vloot,
het rechtswezen en de Buitenlandsche Zaken.'
Cuba zou een vaste som bijdragen in de ale
gemeene uitgaven vau Spanje.
BEU1B
liet Journal deBruxelies bevat de volgend®
vrij geheimzinnige mededeeling:
Z. E. de Minister van den Koning der
Nederlanden by het Belgische hof en mevrouw
de barones Gericke van H^rwijneu maken
op dit oogenblik een reis door Italië.
Baron Geiicke is door deu Paus in een
maar
Zij
.23.
Marcclle wilde beproeven op to staan, IJ
lij kon niot; haar krachten waren uitgeput, /„j
viel tegen den muur. Golukkig was juffrouw
.Hermine bij de hand, en met een kracht, die men
haar niet toegoseliroven z.ou hebben, nam zij 't
meisje op, on droeg baar op dc armen naar huis,
(Mi).Rosa de zorg overlatende, om 'tliok weer
te. sluiten en 't neergeworpen lantaarntje op te
ripon.
i Juffrouw Hermine liep ineens door naar liaar
«kapkamer, lag Marcello op een canapé, en
wachtte nu nf, dat Rose weer bij haar kwam,
fier eerste woord was: Gelukkig dat er
oen hoes op do canapé is! Wat ziet dat kind
er uit! Of zo uit een sloot komt!
Juffrouw Hermino do Boauronom had nooit
kinderen verzorgdmaar toch, wat was zij handig
nu 'tliart sprak! In oen oogwenk had zij Mar-
celle de natte kleeren en schoenen uitgotrokken,
z.o in een hoek geworpen, en do arme verlatene
te bed gelegd.
Maar waar zal de juffrouw zelve nn slapen?
vroeg Rose, toen zij van haar verbazing over
zoo iels ongehoords bekomen was.
Vannacht bohelp ik mij op mijn stool, en
morgen verhuisik naardc logeerkamer, antwoordde
juffrouw Ilermine, vast besloten niets ten halve
tc doen.
Marcelle was buiten konnis. Rose, dis nu ook
niet ten achteren blijver, wilde, haalde een flacon
met vlugzout, cn liet er haar aan ruiken. Ein
delijk begon zij zich te bewegen, maar rilde
van 't hoofd tot do voeten.
Nu thee, goed warm, zei juffrouw Hermine,
en Rose haastte zich aan dat bevel, maar op don lief
derijksten toon gegeven, zoodrs mogelijk le voldoen.
Vergeefs werd Marcelle't kopje voorgehouden.
Toen werd beproefd, haar met een lepel wat in
te gieten. De eerste werd werktuigelijk genomen,
de tweede ging reeds wat heter, en bij de derde
opende Marcelle do oogen, en zag onrustig on
mot verwarde blikken rond.
Wees maar niet bang! zei juffrouw Her-
mine, die haar met de grootste opmerkzaamheid
gadesloeg. Diepe smart on bittere angst stonden
op 't gelaat van het arme kind te lezen. Zij
scheen wol tien jaar ouder geworden.
Marcelle kreeg eindelijk baar bewustzijn weder,
bomerkto waar zij zich bevond, en herkende juf
frouw do Beciuronom.
GelukkigGelukkigwaren de eerste
woorden» die zij sprak, en zij kwamen uit den
grond van haar hart. Rustig vlijde zij 't hoofd
weer op 't kussen neder,
Nu nog een kop thee, melieve, dat zal ja
goed doen! Marcello dronk, en nu inet helder
bewustzijn.
Ik zou wel wat willen slopen, zeide zij,
terwijl zij 'tledigo kopje teruggaf.
Oppeibest, ik zal je goed toedekken, zei
juffiouw Heunine, cn bet duurde niot lang, of
Marcelle viel in diepen slnap.
Met moederlijke teederheid bleef haar nieuwe
beschermster dien nacht bij haar waken.
Aanvankelijk verliep do nacht rustig, maar
tegen twee uur in den morgen, word Marcel!®
angstig schreeuwende wakker.
Zij ijlde en zag met wilde blikken rond. Zij
strekte de armon uit, vouwde de banden, vroeg
vergiffenis aan den kerkeknecht van St. Vincent
da Paul, aan madame Favrot, aan Louise zelfs
aan den sergoant de ville, die haar niet naar de
bank wilde laten kijken, waarop haar moeder
was gestorven, aan oen man dien zij op den
boulevard ontmoet, en die liaar vrees aangejaagd
had, on alles wat haar in de laatste dagen was