4v mm V ^1 T rs Hl 7 V* vl> fV 4 r»> kj} m V- 3. f"1 - •4 i1 is \<r UT Ih-i 'f 3 '4,134 U< f <*w t? Vc. 4*0 ■^4? #V*W«V' r 1 f\ \l A? "■a1 ■*1 \lv* r'/ F *W 4« «T* 4- 4 V r kt1, ï>j it. r i-yV-r 4fi*rT Ft t aan den rijk3telegraaf-directeur te Kampen, iMooren, om niet anders dan over letterkundige onderwerpen in, dagbladen te schrijven, welk verbod verdedigd werd door do heeren Schaapman, Ruys Van Beerenbroek, Van Kerkwijk en Haffroans, maar beotreden door den heer De Ruiter Zylker. De Minister, erkennende de algemeenheid van de verbodsbepaling, verzette zich niet tegen een voorstel van den heer Haffmans, om de noodzakelijkheid van herziening van dat verbod uit te spreken, hetwelk ten slotte met 42 tegen 29 stemmen werd aangenomen. Het ontwerp, houdende maatregelen tot behoud van vicariegoederen, is in behandeling genomen, Offlrleele Mededeelingen. De gewone audiëntie van den Minister 'van Marine zal op Vrydag den 23 dezer niet plaats hebben. i De Minister van Financiën maakt bekend, dat het saldo van 's Rijks schatkist op 17 •dezer bedroeg: bij de Nederlandsche Bank f 7,289 986.31VS en by de betaalmeesters f 1,922,966.031/3. Te zamen f9,212,952.35. i DEN HAAG, 81 Hel 1884. Naar wy thans ten stelligste vernemen zal Z. M. den 30 Mei a. s. naar Karlsbad ver trekken. >?V H. K. H. Prinses Hendrik is heden namiddag met den trein van 4 uur 22 minuten van de Nederlandsche Rijnspoorwegmaatschappij naar Duitschland afgereisd. 1 I SCHIEDAM, 2* Hei 1881. Van den veehouder L. Landsbergen te Kethel is een zyner runderen in de weide door longziekte aangetast. Een bewjjs te meer voor de bewering dat de longziekte ook buiten het epoelingdistrict bestaat. Hoe toch kan anders het vee in de weide, dat eerst onlangs ia het spoeiingdistrict werd ingevoerd uit onbesmette plaatsen door longziekte zyn aangetast 7 Aan de Kamer van Kooplftmde! en Fa- e brieken alhier is gezonden het bericht om trent den handel en de scheepvaart in het Britsche Koniokryk over de maand Aprill884. Gisteravond viel by de bleekery «Het Haantje" een meisje in het water; dit werd opgemerkt door C. Bosman die het terstond ^pasprong en behouden op den kant bracht. Ook hedennamiddag viel een circa 4jarig jongetje in het water aan de Eilandsche 'brug, dat er echter spoedig werd uitgehaald door den slager J. Van Joveren, dié er bijsprong. De heer J. Hoogendam alhier, zegt in een ingezonden stuk in De Standaard van Dins dag ji., naar aanleiding van de crediet-aan- vrage van f 300,000 ter bestrydmg van de longziekte 0. a. het volgende: Nu er weder een crediet van drie ionaan-" gevraagd is, om de longziekte in het Spoeling- district te bestrijdenzy my de wensch veroorloofd, dat ten minste onse groep afgevaardigden der Tweede Kamer niet met die ^brutale vermorsiog" van onze belasting- penniogen mededoe. Ongelooflijk domen onnoozel, by het krank zinnige af wordt die ziekte hier «bestre- den." Het schynt, dat alle maatregelen ten' doel hebben, de toegestane gelden het minst verstandig aan te wenden, of wel Al/dera naar de kroon te steken Een paar staaltjes uit honderden. Voor eenige dagen zag ik een schoon stuk vee, dat zóó goed ingeënt was, dat het zyn staart daardoor had verloren, (wel een bewijs dat de inenting gevat had) naar de «besmette slachtplaats" voeren. Een groot veehouder, die er ook naar keek, zeide my: «Ziedaaf mijnheer, een geassureerde tegen de longziekte die na het betalen van een hooge assurantie premie (zyn staart) nu by het minste bewijs van gevaar doorzijn assuradeurs wordt afgemaakt. Wel een bewys hoe die heeren de inenting vertrouwen." De Minister van Binnenlandsche Zaken, gelet op art. 1 van het Koninklijk besluit van 3 October 1873 Staatellad no. 135)heeft goedgevondenmet ingang van 17 dezer, de artt. 1, 3, 4, 5, 6 en 7 van het aangehaalde Kon. besluit van toepassing te verklaien in de gemeente Ouwerschie, op het erf in gebruik bij J. Van den Berg en kadastraal bekend sectie B, nos. 1865 en 1129. De Minister van Financiën heeft bepaald, dat reclamanten tegen hunnen aanslag m de grond- en personeele belasting ten gemeenteu- huize van hunne woonplaats gedurende 8 dagen mzage kunnen nemen van de ingewon nen anibtsadviezen, indien zij daartoe hun ver langen in hun bezwaarschrift hebben mede gedeeld. De Staatiet. meldt dat den 14en Mei te Parys de onderteekenmg heeft plaats gehad eener overeenkomst tusschen Nederland en Frankryk, houdende vaststelling van een uniform tarief voor bergloon vau opgevischte netten. M-t5"? 'J vfy^-Kt De Norddeutsche Allg. Zeitg. vestigt, naar aanleiding van een bericht van het Duitsche consulaat te Rotterdam, de aandacht op het nog ontbreken van -eene legeiing omtrent den kolenuitvoer voor hetzeewezen, en beveelt de verzending over Rotterdam aan voor den kolenuitvoer naar de Oostzee. De lieer Mr. E. N. Rahuseo, voorzitter van het College voor de zeevisschei yen, is doer den Koning der Belgen benoemd tot commandeur der Leopoldsorde. Voor het plan om door een openbare plech tigheid den moord vim Paus Willem I te heidenken, hebben ook wij niet veel sympathie <sk -V V gevoeld." Misdaden zijn" geen geschikte onder werpen om op die wyzé herdacht te worden en de edeie daden van hem, die er slachtoffer van werd, zyn beter en krachtiger in herinnering te brengen, dan by zulk een gelegenheid. En 'tis ons toch om de verheerlijking van den vermoorde en niet om de herinnering aan den moordenaar te doen. Ook de Standaard is met ons van oordeel, dat een sluipmoord niet tot onderwerp van een historischen gedenkdag moet gekozen worden maar het blad heeft nog een ander bezwaar; het verklaart zich tegen die herdenking omdat de zaak in handen is genomen van de vr'y metselaars en «wilde liberalen", en zich a{ verder en verder opwionende, beweert het, dat de geestelijke voorvadeien van dezen mede schuld aan den moord hebben, aangezien die het toch zjju, die het eerst de leer hebben verkondigdeen tiran te vermoorden is pryslyk. Wy zulten het voorbeeld niet volgen om de Standaard c. s. aansprakelijk te stellen voor hetgeen hunne geestelijke voorvaderen ai geleerd en gedaan hebben, maar alleen maken wij de opmerking, dat het blad in zyn drift geheel heeft voorbijgezien, dat Willem de Zwijger geen tiran was. Van hoevele zijden hjj ook is beschouwd, voor tiran is hy voor de eerste maal door de Standaard gescholden. ArnhCt.) Onze Koning en Koningin ln Belgte. In een met 4 paarden bespannen rijtuig kwamen gistermorgen te ruim 8Vs uur Z, M. de Koning, gekleed in de uniform van veld- maai schalk, en H. M. de Koningin, in het zwait gekleed, aan het station te Arnhem aaD, waar zy ontvangen werden door den Commis saris des Konings, den waarnemenden burge meester en baron d' Anetlmn, Belgisch gezant, die van zyn attaché baron Monceur vergezeld was. Tot het gevolg van HH. MM. behooren giaaf Schunmelpenninck van Nyenhuis, groot meester, generaal'Dumonceau, jonkheer Ale- wyn, directeur van het Kabinet des Konings, Jh. v. d. Pol, ordonnance officier, en baronnesse Schunmelpenninck v. d. Oye. Na een'kort oponthoud stoomde de trein ouder de hoera's der menigte door. HH. MM. kwamen te twaalf uren te Ant werpen aan en werden ontvangen door Kouiog Leopold en de burgerlyke en militane over heidspersonen. De beide Koningen omarmden elkander. Van wege de «Hollandsche club" werd de Koningin een bloeiniuikei aangeboden. Na de gebruikelyke voorstellingen vertrokken de voistelyke reizigers vei der naar Brussel. (Zij kwamen daar te half twee u.i en aan.) Er was een gioote menigte op de been en de geestdrift was onbescbrijflyk. Geheel Biu^sel is m schitterenden feestdos en heeft eeu buitengewoon levendig aauzien. Er zyu talrijke vreemdelingen aangekomen. Het weder was des morgens betiokken, doch ÖV Tl8 -H# $-1 J? gij bedriegt u. kent René niet, zoo als ik het is onmogelijk." sik verlang uw woord van eer niet," ant woordde de heor Brazon eveneens op veranderden toon, namelijk kool en beslist, sik vraag u nu, krachtens de volmacht, die de wet mij geeft, wat'heeft do hear Villers gezegd7 Uw leugens zijn van geen nut, u konden ze echter gevaarlijk fVorden, en ualsmèdeplichtigeaanwijzen, spreek!" Eugène zag voor zijn verbeelding de Concier- gerieSt. Pélagie, Mazas en andere staatsge vangenissen veri ijzen. Hij was getuige. Hij moest de waarheid zeggen, de gansche waatheid I Dus zou Renó, zijn beste vriend op de bank der be schuldigden zitten Het was verschrikkelijk. Nu dacht de heer Duchesne niet meer aan de oogen der <.choone Paiijzenaaisters, die op hem zouden rustonmaar hij moest toch de gansche waar heid zeggen'. |J' »Nu?" 'vroeg de lieer Brazon, het vomhoofd rimpelend. sHeer inspecteur. ïGij zult mij dadelijk herhalen, welke woor den er door de twistenden geuit zijn, of.... kent ge dit!" Hij hield den sidderenden'jonge ling een formulier onder den neus met de onder- teekening van den prefect van politio on den stempel van het hoofdbureau: «Een bevel tot inhechtenisneming, dat ik slechts in te vullen heb, en gij zijt mijn gevangene Duchesne was geen held! Dat had de heer Brazon 11! gezien, en,.wist, dat hij door hem vrees aan te jagen, alles te weten zou komen, wat hij maar wilde. Duchesne junior zuchtte, wreef zich het blreke voorhoofd, bevochtigde zijn tong en sprak, alsof hij een stenografisch bericht vooilas, «Eerst hoorde ik René, in antwoord op iets wat Gaston gezegd, maar wat ik niet gehooid had, zeggen: «»Het spijt mij"", zeide hij, »n dat u ooit de eer is aangedaan, om op het slot mijns vaders ontvangen te worden; maar die eer zal u niet weder te beurt vallen. Ik verbied u na dezen het slot "Villers te betreden."" «Daarop sprak de Riancourt: »»Als of gij de heer waart en ik uw verlof daartoe behoefde! Om u te trotseeren, en niet voor mijn genoegen, dat herhaal ik, zult ge mij te "Villers zien, eer er drie dagen verloopen zijn 1"Mijnheer de inspecteur, ze waren beiden in een roes, vei geet dat niet, bid ik u." «Wat antwoordde de jonge Villers daarop?" «Hij zeidp; «Ziet ge, wanneer gij hot wagen zoudt, nadat gij mijne zuster beleedigd en eer gij voldooning hebt geschonken, haar onder de oogen te komen, zou ik u, op mijn woord van eer doodschieten, als een dollen hond."*' Ja, dat zuido hijwat waar is, is waar Ja, mijnheer de inspecteur, dat zeide .hij!" «En dat tvvaren zijn laatste woorden «Ja, mijnheer de inspecteur." «Ge verbergt mij niets?" Ae doen. later gunstiger met een lieflijk zonnestraaltje^ Al de bladen bevatten'lange artikelen, waarin .-v§ HH. MM. worden welkom geheeten. De Doho du Parlement zegt, dat hun intocht een triomftocht zal zyn. Esschen, waar de Koning en Koningin doe: baron d'Anethan, kamerheer van den Koning van België, werden gecomplimenteerd, werd aan de Koningin'door het nichtje van den stationschef, namens het peisoneel, een bloemruiker aangeboden met eene allerliefste toespraak. Te 12.05 kwain de Kon. trein te Stuivea' berg aan, nadat eenige minuten te voren Koning Leopold was gearriveerd. Er was een smaakvolle tribune opgericht, gedrapeerd met rood fluweel en kostbare spiegels en lusters en vergulde zetels. Op het perron by de tri bune waren tegenwoordig de gouverneur van Vlaanderen en de burgemeester van Antwer pen, de heer De Wael, beiden in ambtsge waad; de gen. command, der garde civique, de Hollandsche consul, de plaatselyke com mandant en eene deputatie uit het garnizoen. Te ruim 12 uur kwam de Koninklijke trein aan, ondervvjjl saluutschoten gelost en volks liederen gespeeld werden en «leve de Koning'r en «vive le Rol J" uit duizende monden weer klonk. Toen de trein stilhield kwam Koning Leopold in het rijtuig van HH. MM. om hen te begroeten. Daarna steeg hy met onzen Koning uit, beiden in generaals-uuiform. De eerste droeg het Commandeurslint van den Nederlandschen Leeuw. Na eene inspectie van de garde Ctviquff volgde het vertrek te 12.15 en deaaukomst te Brussel te 1.5 uur. Overal langs don'weg waren limetroepen en artillerie geschaard j een groote menigte stond aan ieder station. Te MeclieSen stond de geestelijkheid met outblooten hoofde op den weg. Te Brussel was de geestdrift ongemeen. Op het plein van het station waren troepen opgesteld. Er bevond zich eeu onafzienbare menigte. De vestibule was met een kostbare bloeinensehap getooid. Toen de trein stilhield kwam da Koningin van België onze Koningin tegemoet. Zoowel hier als te Stuyveuberg was de ontmoeting allerhartelijkst. De Koning inspecteerde de grenadiers en haie voor liet pe/ion ge^haard. Ook hier klonk «leve de KoumgI" «vive Ie Roil'* Daan a namen de vorstelijke personen in rijtuigen met vier paarden a la daumont be spannen, plaats; de beide Koningen in het eeiste, met den Giaaf van Vlaanderen tegen over hen in hel tweede de heide Koninginnen met de Giaviu van Viaandeien; vooits het gevolg ïu rijtuigen met twee paarden. Da Vorsten leden uuai het paleis waar het dejeuner weid gebruikt. Baai na begaven zy zich te drie uren naar het «hóte! de ville." Op de Place du Nord wareh troepen opgesteld, links en rechts lanciers dei ai tillerie m centrum, voorts linietroepeiiu 1 Op mijn woord van eor, mijnheer de inspec teur «Zeer goed, ik geloof u, mijnheer. Gij kunt nu gaan." De chef dor veiligheidspolitie stond op ers opende zeer beleefd de deur voor den heer Du chesne junior. Doze wilde nog eens spreken. Hij gevoelde behoefte zich to vergewissen, dat hij onmogelijk René kon, geschaad hebben, daar hij slechte verteld had, wat vier getuigen buiten hem, in staat waren te vei klarenmaar Eugène had tegenover den heer Brazon zijn eer niet te ver dedigen. 'Deze viel den jongen, provinciaal in de reden, door eenvoudig te zeggen: «Goeden .nacht'.'en hem de deur voor don neus dicht 5 1 f i Wordt vervolgd.) i V-'1 ■i O f lïfc-ï t*.i 1 i - M 1

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1884 | | pagina 2