ZÉ
:M
VERKIEZING
|jd van den Gemeenteraad.
si^samaa
5981.
Eerste Blad
Rft-tóTLE;
1884:;
Ma a n dag 16 J u ni.
A. c h t e n Dertigste Jaargang.
Verschijnt dagelijksuitgezonderd Dinsdag.
A
I
wt
1 -':' '"V -,V"^;
y.
De Kiesvereeniging Schiedam
heeft m hare'vergadering vaa gister
avond als eandidaat bij-genoemde
verkiezing gesteld de Wer'A- VAN
BEIJSEN.
!,%e. noemen deze candidatuur zeer
jgeMckig., i)eze candidaat toch, ;van
jongsafwerkzaam op industrieel ge
bied', met de belangen van onze
gemeente nauwkeurig bekend, beeft
óp verschillend gebied'getoond een
(man te zijn, die een eenmaal opge-
vatte.-taak.~met volharding m ijver
jehartigt. Een jeugdige kracht met
genoemde eigenschappen mag daarom
sen aanwinst voor een Gemeenteraad
worden genoemd.
We onthouden ons van, verdere
aanbeveling eener candidatuur, die
Ücli zelve genoeg aanbeveelt. Alleen
wekken we op tot getrouwe opkomst
bij de stembus, waardoor liet mogelijk
wórdt onzen Gemeenteraad aangevuld
te zien met een lid, bekwaam, eerlijk,
ijverig en vol belangstelling voor de
openbare belangeneigenschappen
die niemand zal ontzeggen aan den
ligszins
brieven
Jchie-
gSrKjijSSSiS
?f?y
U*VM«''V.;Vi/V/r;
V;;;;.v-;;.-A"-.r
;;W
.•'XS/f
J-
"■yj
'/tBONKt.HKNTSl'lllJS, yer kWMI-KtuI
'franco per post, door het geheele Rijk
•jjfemderlijke nowmers
1.85,
- 2.50.
0.10.
tJRBAU» M ABKTi, Ï5134.
Aüvebtbntjrpkhs: v«j 4—10 gewon» regels'me»
inbegrip van eeno Courantl l fu.it,
Iedere gewone regel meet;, i0.40.
Dbiemaai, plaatsing wordt tegen tweemaal berekend.
p oor-
ikioop
t ont-
zniner
ikénd,
rden
1 pro-
f goed
pillen
kwaal,
nood
le ge-
iiztiak
kwaal
inpen
VMlUtr
under
"VOO li EEN
Aan het commissariaat van politie zijn als
op'straatgevoodeo, aangegeven 4 strengen
lajct, een zakkammetje met een spie
geltje er. in, 'ecu eau dc cologne Aeschje
overtrokken, met,-rood: ledereen wit
lohort, een paar witte kousen gemerkt
B, een stalen, knoopjjennetje, en eeu
vest vah donkere stof met gestreepte
voering.
Schiedam, 14 Juni 1884.
't Gebeurt niet elke week, ciiii de "Neder-
laVrtsciie buituiilaudsche zaken, een onderwerp
uitmaken, door de pers van meer dan een
p&tie behaudeld, Ttians is dit het geval. Een
Engelsch schip,is op de kust van Atjeh ge-
tirand; de bemaaaiog wordt door zekeren
Radja of het hoofd van Tenom gevangen ge
nomen hij durft onmogelijke eischen stellen
voor de invrijheidstelling der schipbreuke
lingen. Het feit, dat er onder de bemanning
Engelschen zijn, is wel geschikt, om de
aandacht van het' Engelsche volk tot zich te,
trekken; Er hebben .onderhandelingen plaats
tusschen de Britsche Regeering en de Neder
landsche over de beste wijze, om tot het
gewenschte doel te geraken. Het Nederland-
sche volk echter kent de gewisselde stukken
niet; tót dat een lid der Tweede Kamer, de
1 sl
heer Brautzen, naar aaoleiding van een dis
cussie over-dit onderwerp in het Engelsche
ParlemeDt, een interpellatie tot de Regeering
richt; de minister antwoordt, belooft over
legging der stukken, en een paar dagen later
wordt daarvan de openbaarmaking toegestaan.
Het is een dossier van niet minder dan 26 num
mers, waarvan door een groot déél der natie
de korte inhoud -aldus wordt samengevat
Engeland heeft voorgesteld aan onze Regeering
bemiddelend tusschen beide te komen en de
Nederlandschë"'Rëgeèfinghëëft flëze tusschèh-"
komst eenvoudig van de hand gewézen. De
Engelsche p'ers, die' er voor bekend staat,
dat ze nog al spoedig een hoogen toon durft
'aanslaan, mankt zich over een eu ander ver
vaarlijk boos, en dreigt het kleine Nederland
met zijn wraak; barst nit in weeklachten
over het lot der arme schipbreukelingen,
spreekt van volksopwindiug iu Engelaud, enz.
Uit de overgelegde stukken blijkt/ dat de
onderhandeliugcu op du meest vriendschappe
lijke wyze .zijn gevoerd, en dat door onzen
gezant de puntjes uitstekend op.de i zgn gezet.
De Radjah van Tenom vond in de stranding
van een schip ODder Engelsche vlag een
kostelijke gelegenheid om daarvan voor zich
zelvea munt. te slaan. In Februari jl. zou
een onderhandelaar van Britsche zijde naar
den Radjah gaan,, om met hem de' zaak te
bespreken. Deze zou dan tevens te spreken
hebben over de vordering van den radjah
ten laste van eeu Chinees, wegens geleverde
peper, welke vordering trouwens door den
Chinees vulkomun was erkend, met bereid-;
'verklariog zieh van zyu schuld te kwijten.
Maar wat al aaiistouds de aandacht trekt,
is dat de Radjah van Tenom als voorwaarde
voor de loslating der schipbreukelingen stelde,
de opheffing van 'ie Nederlandsche blokkade
op de kust van zijn grondgebied
Hierop gaf de heer Yan Bijlaadt aan den
ambtenaar van het Engelsche Ministerie die
hem dit mededeelde te verstaan, dat dit een
voorwaarde was. waaróver niet niet Britsche,
maar uitsluitend met Nederlandsche autori
teiten te onderhandelen viel. Hovendmn kon
de Radjah terstond zijn wensch vervuld zien,
wanneer hij zich slechts aan de Nederlaud-
i
sche souveretniteit onderwierp en genoegzame
waarborgen gaf voor zijn goed gedrag in,de
toekomst."
We zouden wel eens den naam van den
Engejschen staatsman willen hóoren, die een
ander .antwoord zou gegeven hebben ais onze
gezant,
Eenigen tyd later ontving onze gezant een
schryven van den Britschen Minister van
Buitenlandsche Zaken Lord Granville, waarin
deze hun het overlijden van een der schepe
lingen meldde, en tevens al spoedig de be
wering opperde dat de sluiting der peper
havens den Radjah tot gevangenhouding der
schepelingen noopte, en wat dan volgt is
inderdaad merkwaardig.
Hét1 is zeker, dat (ie invrijheidstelling der
bemanning niet verkregen zal kunnen worden,
tenzij de verschillen tusschen de Nederlandsche
overheden en de Atjehneezen op een billijken
grondsjag geschikt .worden, eb geheel afge
scheiden van de toenemende agitatie welke
het lot van deze ongelukkigen in het land
heeft gewekt, hébben de belangen van den
handel in dat deel der wereld zóó ernstig
geleden., door den strjjd welke nu dertien
jaren ïn liet noorden van! Sumatra wórdt"
gevoerd, dat Br. Ms. Regeering de aandacht
wenscht te, vestigen op de algemeene en
belangrijke politieke kwestie, die daaruit
voortspruit.
De Radjah van Tenom heeft op de krach
tigste wyze een beroep gedaan óp Hr. Ms.
Regeering, naar aanleiding van de onrecht
vaardige behandeling, welke hij verklaart
van de. zijde der Nederlandsche overheid
ondervonden te hebben. Hem is mede
gedeeld, dat Hr. Ms. Regeering bij geene
mogelijkheid van de bestaande tractaten
kan afwyken. Maar uit aanmerking dat de-
Britsche belangen bij de zaak betrokken
'zijn, en wegens het feit dat de verdragen van
1824 en 1871, tusschen Groot-Brittannië en
Nederland ten doel doel hebben de vryheid
en ontwikkeling van den handel, zoomede
het behoud van den vréde in die streken te
verzekeren, hoopt Hr. Ms. Regeering ernstig,
dat het .aanbod harer bemiddeling in deze
zaak zal wordeu aangenomen met dezelfde
vriendschappelijke gevoelens,waarmede het
gedaan, wordt. Terwyl z'jj dit voorstel doet,
voedt Hr, Ms. Regeering de hoop, dat het
haar niet sléchts gelukken zal om liét onmid
dellijk', iloèl,'namelijk de invrijheidstelling der
bemanning van de Nisero, te bereikeu, maar
ook het herstel van den vrede en de hervatting
van deu handel te bewerken op een grond
slag,overeenkomende niet de billijkheid en
niet de rechten en wettige verwachtingen
van alle betrokken partyen.
Dit aanbod vau de Engelsche Regeering nu
'|s: door onz-i Regeering niet aangenomen, en
bet bericht van- onzen gezant, mededéeling
doende van zijn onderhoud met den Engelschen
Minister Granville" besloot daarmede dat het
onderhoud eeciigszins koel eiodigde.
Onze bladen leveren mar aanleiding van dit
incident allerlei beschouwingen. Die van het
Handelsblad naar aanleiding van eeD artikel
in de Daily 19"<np« zyn kort maar daarom niet
minder krachtig.'*'
De Daily News, hét orgaan van het Minis
terie Gladstone is merkwaardig heldhaftig,
>A!s Nederland niet' het even billijke als
edelmoedige voorstel aanneemt van Engeland
om vrede voor ons te maken met den sultan
van Atjeh op voorwaarde dat wij beginnen
met de blokkade der havens op te heffen
dan zouden de gevolgen zeer ernstig zjjn,
daar de opwinding ip dit land over den toestand
zeer groot is." nas the Feeling in the country *1
very strong.)"
Dat' is wat men iu het Engelsch bullying
noemt. Indien Engelschen door een roover-
hoofdmao in Centraal-Aziö werden gévauge*
gonomeD,- dan zou Engeland Rusland niet met
een oorlog dreigen, indien het niet Merv wedut
vrij verklaarde, om dus de Engelschen los tè
koopenBlokkade der kust is ouze beste
oorlogsmaatregel" om éen oproerigen Sultan,
"The Tand- en 'zeeroof pleegt, tot'óhderwérpiing
te brengen. Wij hëbben'geheel ladiö verovóitè
door langzaam',te werk te'gaanvvraaktochUÜ
als de Engeischen'naar Ahyssinië cri AighaJ-
nistan deden, waar een korte rooórdda'dige
tocht gevolgd werd door even volkomen als,
afschuwelijke regeeringloosheid en wanorde,
stryden met onze gewoonten en onze gevoelens
van verantwoordelijkheid.
Indien Nederlanders gewond worden doop
een dyuamietontplofüug in. Londen en d®
Engelschen, naar gewoonte,1 de daders piet
konden pgkkenzou Nederland evengoet
kunnen eischen dat toegegeven werd aan
alles wat dé heeren Paroeil, Davits
O'Donovan Rossa geliefden te vragen, waai
de vermomde burgeroorlog tusschen EogeiWcl
en deontevreden leren duurt iftoger dsm
onze oorlog met Atjeh. Wy gelooven ni^
dat Engeland in volien vredestijd ons zd
pogen te behandelen gelijk liét eens met
zeldzamen moed Denemarken deed! Tegen»
woordig heeft de wil en het 'geweten va*
het Engelsche volk gróótê kracht éu hét
Engelsche volk is de onfeclsivaarjige oorlogéa
en plundertochten moede, die Engfllaud'4
topzwaar gewicht steeds veigrooten. Wy ge
looven niet in die volksopwindiugwaarvaA
lord Granville eu de Daily Feut* gewaagt.
En al bestond ze,, dan -zal ze wel bedaren,
als nien het volk'eens toont hoe volkomen
onredelijk de eischen der Regeering zjjo.
Indien de Hailtj News gelooft, dat nien Neder
land door opgeschroefde taal, door bedrei
gingen, door bullyingzal. dwingen de aan
matiging te'duldëa van Engelaud, dan vergist
het blad zich deerlijk.