I fe I p m Éf I 1 It i fis m ffe fff P te tfe ip ie Binnenlandsche Berichten. r #8 gp «f Hs iv fe Sn* sp ft» te iËfö M sa»s»ew M-& 8» Wï* -. 11 ■l*v£&;&{ i'tev>-ik¥ir&(:r WêÈiQËl&ÊSSIl* ft-xz Mif v- ^j'ïp-v «va: hun groot gewicht. Sedert de laatste dagen 'Cweten",;we echter, de heer S. Buitendyk !:.:.'gaf deio belangryke medëdeeling, dat Dr. Kuyper tusschenbaide satanische momenten - heeftmisschien was die geest in hem werk- izaam, toen hij don heer Heemskerk onder- /handen nam. Genoeg, we laten het woord aan den heer Heemskerk, zooals dat in het byblad is op- '■:Zgeteekend: »Thaos moet ik echter spreken over eischen, J die wel gesteld zijo, en daaromtrent begryp ih zeer goed, dat de heoren, die sedert jaren zoo sterk op de wet van 1857 en op de tegen- wuqrdige afgeven en wier volgers buitenaf vxr'*ich zoo krachtig en geweldig hebben uitge- laten, niet terugdeinzen, maar toch diep de zware verantwoordelijkheid gevoelen, die op hen zou rusten, wanneer zy —ik wil onder stellen, dat dit wezenlijk over eenigen tijd de toekomst zal zijn er toe overgingen om als leden der Regeering die wet. te ver anderen. De geachte afgevaardigde uit Utrecht iS^Jieuft daaromtrent een waar woord gezegd, itoen hij van de lessen der geschiede-:?is sprak. "/Wie zal ontkennen, dat de kerkgenootsci.an- .peB, dat de godsdienstige vereenigingen, die 'jjn «nd sedert eeuweu hebben bestaan, r*°t o ijing van'hart en verstand van hel Jtind, j den toekomstigen mensch het hunne .moeten en altijd zullen bijdragen. De i.eeren zijn jn dit opzicht, het is wel eens ironisch gezegd, ,-maar het is eene ernstige waarheid, zij zijn jn dat opzicht sterk, omdat hunnerzijds snaren /worden aangeroerd qui font laitre les coeurs. Maar de geachte afgevaardigde uit Utrecht •zeideweest niet blind voor de lessen der geschiedenis. Ik wil niet opklimmen tot de .oudste tijden, toen het onderwijs geheel in ^handen der kerk was, en wel van die alge- ^jneene Christelijke kerk, misschien de schoonste, -ik zou durven zeggen.- de schoonste instelling, •V„ooit op aarde gevestigd. Maar wat was in die tjjden het eigenlijke volksonderwijs? Er „..Was veei goeds en het goede kwam meest altijd van die zyde, ik wil het eerlijk erken- - Jjen, maar was het voor de behoeften des volks voldoende? De zestiende eeuw heeft het antwoord gegeven. En wat is er sedert dien tijd geschied ten opzichte van dat belangrijke gu diep in de geschiedenis des volks ingrij pende onderwerp? Anderhalve eeuw lang is in ^vjptó.lan'd de richting, welke thans meer bijzonder ,ïa: vertegenwoordigd wordt door de anti-rovolu- x. ;tionaire partij, alleen aan de regeering en alleen "-. aan het woord geweest: en toen waren er rjpok mannen met vaste overtuiging-met. vast geloof en groote talenten, en wat hebben zij &;ötivenwel van het .volksonderwijs gemaakt? JiVat was het in de '18de eeuw Wat was da 'ti^BphopI, wat waren de schoolboeken, wat de ,yVolkslectuur, wat de algemeeue moraliteit? .'^jJ^et//j|iet zeer veel te wenscheu over, uaar 'alles wat men er van weet. Er z'yn eenige uit- "^muntdndo voorbeelden aantehalen, dat spreekt zelf, maar over,-het-algemeen haperde er .-vee} aan. In '1795 kwam de revolutie en -•daarmede werden ontzettend veel dwaasheden u-.in ons land-bedreven, maar in ééne zaak was 'vfS'Sw.'.'! |®en wys, toonde men zelfs zeer groofó wysheid men stak de hand in eigen boezem, en zeidewy hebben nu de vrijheid, de gelijkheid en de broederschap, maar wij zijn niet rijp om die te genieten, want het volk weet niet genoeg, het is onkundig, het-.moet de zorg wezen en werd dat ook van alle staatspartijen (die eikander anders ver scheurden met meer heftigheid dan men in dezen tijd zich gelukkig kan voorstellen) om daarin verbetering te brengen. Vandaar; de beweging: om een openbaar lager onderwijs te vestigeD, die zich, na een paar mislukte, zwakke proeven, die van 1801 en 1803, uitte in de .wet van 4806. Sedert dien tijd hebben voortreffelijke maoneo in drie menschen- geslachten, met liefde voor de jeugd en het vaderland bezield, in eene zekere richting gewerkt, die thans veroordeeld wordt onder den naam van ïStaatsönderwjjs". - In den eersten tjjd hebben zjj daarbij eene kolossale dwaling begaan, zooals dat meer gaat met de toepassing van goede beginselen, namelyk dat men de vrijheid van het bijzonder onderwijs uitsloot en niet inzag dat, hoe men zijn best ook deed om het openbaar ooderwijs goed en voldoende te maken, men den prikkel der concurrentie van het bijzonder onderwijs noodig had. Die zaak is verbeterd in de helft van deze eeuw, tengevolge van de grondwetsherziening vau 1848. Het vrye bijzonder onderwijs bloeit nu ook. Daardoor was echter in het allerminst niet geblekeD, dat het openbaar onderwijs kan gemist worden. Het is zaak, zich driemaal.te bedenken alvorens thans in eene andere richting te gaan en tegen den stroom op te willen roeien, die door den arbeid van drie geslachten is in beweging gebracht, ten einde iets nieuws, iels anders te kunnen scheppen, dat nog niemand kent. Zij, die dat ondernemen, zullen waarschijnlijk of liever zeker de klip, waarop men in de vorige eeuw door eigendunk, laatdunkendheid, loszinnigheid en ovèrdreven bezuiniging was gestrand, en waardoor het volksonderwijs tot. zoo een laag, peil was gedaald, weten te vermijden. Men zal milder- wezen en aan anderen gunnen, wat mén zichzelven gunt; men zal iets goeds willen stichten en het misschien tot stand brengen. Ik gevoel echter levendig en ik wil thans niet treden in al die partij-bere keningen of dat pluizen naar meerderheid: of minderheid dat diegenen, welke zich voor stellen, hetzij binnen korter of langer tijd, geroepeu te kunnen worden om als Regeering; eene sterk ingrypendo wijziging iü de school wet vonr te stellen, daarvoor eenigszins in gemoede terugdeinzen en zeer rijpelyk naden ken, vóórdat zij de verantwoordelijkheid aan vaarden. Maar .wanneer dat zoo is en ik geloof wezenlijk dat ik, aldus sprekeude, het deel voor do heeren niét te-slecht maak dan zou ik toch wel willen verzoe ken, dat zy hun haast matigden met opzicht' tot da bijzonderheden. Iletz'y dat zij nog met zichzelven raadplegen, hetzy dat zij het onderling nietvolkomen - eens- z'yn ..hetgeen'-geèn' blaam zou wezen maar toch mogelijk is hetity omdat zy hét wek eens zijn, maar hunne Minerva de pied en cap gewapend uit het hoofd van Jupiter willen doen te voorschijn komen, in elk geval zou ik hun willen verzoeken om thans geen voorstellen te doen, die op de bestaande ^vetten te zeer ingrijpen en.de uitvoering van sommige deelen daarvan onmogelijk maken. Gaarne wil ik tegemoetkomen aan bezwareD, waar mij aangetoond wordt, dat er weelde heerscht of dat er noodelooze uitgaven plaats hebbeo, want de spreuk van Opzoomer, door den geachten afgevaardigde uit Breda aauge- haald, bwutm ik ten volle. Maar laat men voorzichtig' wezen om zoolang men niet pre cies weet, waar men naar toe gaat, van de Regeering te eischen stappen te doen in de eene of andere richting. Het einddoel van den rit nog niet kennende, is het bedenkelijk om op den wagen te stappen. te-Ü 1 LI.:i C J.- - --.1.1 'VAX i'A tT'lhteiV-v.' SCHIEDAM, 11 Maart 1885. De heftige strijd by dc behandeling van de begrooting van Binnenlandsche Zaken gevoerd, heelt slechts tot gevolg gehad, dat de be grooting van ruim twaalf millioeu met 144,000 is verminderd. - Zij werd aangenomen met algemeeue stem men óp die vau den heer Keucheoius na. De ramp, die de naburige gemeente Pernis getroffen heeft door het vergaan van het schip Lichtstraal met de geheele bemanning, heeft velen diep getroffen, .en tot '«elpen ge noopt. Ook de Symphonie-Vereeuiging alhier heeft het voornemen opgevat iets te doen tot leniging van deu grooten uood. Eerstdaags hooptzjj alhier een concert te geven, waarvoor haar de wel willende medewerking is verzekerd van solisten en leden van de orchesten der floogduiische Opera, het Nederlandse!) Tooneel en het Rotterdamsclri toooeel. Ooder anderen zal zich laten hooreu de heer Iwao Schukowski, bas zanger; ook heeft mevrouw Burlage een paar bijdragen toegezegd. "Wé verwachten niet andere of deze soiree zal weder uitnemend slagen. Men offert zijn bijdrage voor onge lukkige weduwen en Vveezen, en ontvangt daarvoor een avond vol kunstgenotwe ont houden oos daarom van aanprijzing eener zaak, die zichzelve genoeg aanbeveelt. De heer Wintgens heeft in de gebeurtenis sen der laatste dagen reden gevonden z'yn ontslag te nemen als lid van de Tweede Kamer der Staten-Genei aal. Waarom? Omdat katholieken en anti-revo- iutionairei. beiden, blijkens hun voornaamste organen, betuigen zich in den heer Wintgens vergist le hebben en hij z'yn zetel niet aan een. vergissing wil te danken hebben Omdat de heer Lohman hem met de ongenade der kiezers heeft gedreigd en hein vrij duidelijk heeft te kennen gegeven, dat het hem te doen was om de stemmen der liberalen te winnen? Of ómdat hjj twijfelt, of de richting door hem voorgestaau, nog voldoenden steun by de kiezers vindt, nu z'yn beide conservatieve collega's hem afvallen eu liet hoofdorgaan dier nchtiug hern verloochent? Welke reden den heer Wintgens mag hebben bewogen, wy eerbiedigen zijn besluit, al wil Hét ons voorkomen, dat de gebéüirténiÖflS (]6r Inafoln rln/von hom 'trtf t afgewe ken, en der ergernis zijoer bondgenooten over'i z'yn houding vindt niet baar grond in zijn evoluliën, zooals de beer Lobman ze noemde/:: maar in hun eigen onberaden én ondoordachte evolutiëo, die hij weigerde te volgen. Is daarom de heer WiotgeDS voor de- liberalen aannemelijk gewordenVolstrekt o iet. Hulde brengende aan zijo consequente eu zelfstandige houding, moeten de liberalen hem blijven bestrijden omdat zij met zijn conservatieve staatsleer niet kunuen mede- gaan, omdat zij zijn koloniale eu fioanciüele politiek verderfelijk achten. Wat men ook bewere, de heer Wintgens heeft geen zwenking naar litiks gemaakt, maar heeft z'yn conservatief standpunt gehand haafd. Hij heelt slechis aan het clericale orgaan niet willen meedoen. Vad Opmerkelijk zegt het B.l/1., is de houding van - den heer Corver Hooft bij dit geheele begrootingsdebat. Even als de Vargas treu riger gedachtenis steeds het ter dood ver- oordeeieud woord op de lippen had, doet de- heer Hooft de lippen niet open dan om te zeggen,»Geen geld I" v Men schrijft aan het Vad. uit Winterswijk, dd. 11 Maart Eeu alg-..T°ene vreugde verspreidde' zich gisteren door t.eze gerneeDte, toen de tele graaf het bericht bracht, dat het amendement Lohman was gevallen. Met angstige span ning had men dit oogenblik verbeid; het zijn toch (Ier Rijks Hoogere Burgerschool alhier, of haar niet-zijn is een.levcnsquaestie voor Winterswijk, eo dit werd schier instiukt- matig door iedereen gevoeld. Onwillekeurig vereeuigden zich Winters- wijks ingezetenen aan deu avond van dien goeden (lag om elkander met handdruk en in woorden geluk te weuschen met het behoud eener instelling, waaraan allen de uit zonderingen zijn gelukkig schaars, zeer schaars zoo zijn gehecht. Vroolijk was dit samenzijn maar ernst was er van 't begin tot het eind doorheen geweveu; 't was een feestavond, maar een plechtige. Warme woorden werden gesproken, menig volksvertegenwoordiger werd herdacht, niet het miust ook de waardige vertegen woordiger van ons district, Mr. De Rauitz; die voor de belangeu vaü Winterswijk, ook da belangen des lauds, voor reebt en billijkheid in de bres sprong. In de Woensdag te Amsterdam gehouden O O 1 raadszitting heeft de voorzitter'pertinent'de geruchten tegengesproken, dat bij het laatste gesprek tusschen den heer Dijckmeester eu den hoofdcommissaris van politie van oiitslagsprake was; integendeel was dat gesprek van opben- renden eri vriendschappelijke!) aard. Bij eene tapster te Amsterdam werd onlangs een accept ad f 1000 ter betaling aarigebodeu.y- Niet wetende wat dit beteekende, daar ze geen accept .had afgegeven, weigerde zij de betaling. "Vandaar protest eu later arrest op de uoedereo. Bij haren zwager ging zy raad inwinneu wat te doen, en deze bekende het accept valschelyk met deu naam zijner schoonzuster te hebben geteekend. De tapster verried hem- niet, maar was genoodzaakt zich failliet te laten verklaren. De zwager, het betreurende", dat de zaak zoo was afgeloopen, meldde zich echter vrijwillig aan by de justitie.- (HU.) ■^ZOU"ruimen, en nadat hij: onzo tóekomst "levon- /p dig had afgeschetst, vroeg hij slechts dit eene vari, cm nog een korten tijd te verdragen en to hopen, i En mijn besluit was genomen: Ik hoopte en Vfirdrocg. Ach, wat zou ik niet ingewilligd, wat piot verduurd hebben, om slechts in zijn geest ty.. mogen handden! Do brief werd mij een heilig, 'dierbaar pand hij werd mij als het warecen Jèidstor, een anker 'mijnerhoop en als mijn stiefvader mij weder kwelde of beleedigde, dan "legde ik do hand op, do borst,— door droeg ik mijn; talisman, en ik kon-alles vergeten en glimlachen. Somtijds.; zelfs; ;;als. de heer Ratsch hqeï, langer, hoe meer schold en tierdo,. scheen hét-fstceds ruimer in mijn hart, steeds helderder yf;\ttoórf^mijn geest te worden, zoodat hij mij ten pT'x Iaatste aanzag, alsof hij aan mijn verstand be- :,V jpjn?tet twijfelen. "Op don eersten brief van Michaöl volgde'ëeh" tweede, die mog blijmoediger van toon was en - mij nog vaster vertrouwen instortte mijn vriend',; sprak van een spoedig wederzien. -■ -Ach, in plaats van dat wederzien wachtte mij/ eèn ontzettende, morgen I.V'f -f-f .Ik zie nog, hoo do heer Ratsch tot mij kwam j». hoe; zijn gelaat ook nu straalde van zegevierende^ vreugd on hoo'hij eon nommer van De' Invalide' voor mij neerlegde, terwhl hij wees op het berichtje dat de naam van den ritmeester der Garde Mi- f chaöl Koltowskoy wegens zijn dood op de lijst was geschrapt -. Watvzal ik hier nog-bijvoegen? Ja, ik bleef.' voortlevon en ik woonde bij den hoer Ratsch en-j' hij lmatte mij gelijk te voren, maar alles was mij onverschillig, geworden ik had, om'zoo te zeggen, gcon" gevoel'voor aandoeningen mëörik stoldo in mijn eigen lot geen belang. Aan Miclinöl te denken, in de herinnering bij hom te vertoevon, een ander geluk kende ik niet en wilde ik niet kennen. -Met mijn naam op de lippen was mijn dierbare gestorven. Eèn trouwe knecht, die te voren met hem op hotWiidgoed geweest was, heeft mij dit medegedeeld. Mijn vader huwde in datzelfde jaarEleonora Karpowna, Ook Semen Matwejitsch stierf kort daarna. Het mij toegekendo jaargeld liet hij mij, volgens testamentaire be- schikking, zelf^met verhooging behouden; Indien ik' overleed, zóu het vóór den lieer Ratsch be stemd zijn. 'Twoe, drie en meer jaren verliepen ;-als werk tuigelijk bracht ik mijn dagen door!..'. Zoo hoop'en wij'iri onze kindsheid een dam op'van zand, aan 'den oever van een stroom, !en trachten op allétloi wijzen to verhinderen, dat de dam door breekt, maar zie I plotseling-wordt-oks doel verijdeld, het water stroomt ons ie gemoet eu wij laten alle mooitcn en zorgen vnren. Dochhoe soinber? inijnlevensweg!, ook, zijn mocht, -- eindelijk- brak er ^onverwacht - een heldere lichtstraal door. Hier eindigde het verhaal.' De overigo binden waren afgescheurd "èn één paar regels, die den Inatsten zin hadden aangevuld, waren door-; gehaald. 'l (fVbrill vervolgd.} j ffg/: -«te jf V\'"\ ;p-•.-- - SwS&sattEesSmlt

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1885 | | pagina 2