Maandag 9 September. N°. 7327. Tweede Blad Feu iileton. DE VERLOREN ERFENIS. A". 1889 Drie-en-veert g-ste Jaargang. Verschijnt dagelijks, uitgezonderd Dinsdag. Buitenlandsche Berichten. Binnenlandsche Berichten. U IT GEVER: jToDÉ. ABONNKuekti«i>RUSper kwartaal franco per post, door het geheole Rijk Afzonderlijke notnmers f 1.85 - 2.50. - 0.10. BVKBAD: HARKT, B12 4. Advehtrntikpbijs: van i—10 gew<m« regels met inbegrip van eens doorn ntf X lf< Iedere gewone regel meer,lt, Drikkol geplaatst wordt tegen vwcKMaat. berekend. S H E L A N 1), Het congres der arbeidersverenigingen te Dundee heeft een motie aangenomen, waarbij het zich i srklaart tegen de onbelemmerde immigratie van behoeftige buitenlandsche werklieden. Een amendement op die motie, strekkende om de vreemde werklieden die naar Engeland wouden komen, onder werkcontracten in de uit sluiting te begrijpen, werd met een groote meerderheid verworpen. Aan de Times wordt uil Konstantinopel gemeld dat de Porte vernomen heeft dat er leAthene benden vrijwilligers gevormd worden ten behoeve van Kreta, en dat de Porte krui sers en torpedo's uitrust om Chakir pacha te ondersteunen. Het heet dat Duitschland voor nemens is vriendschappelijk tusschenbeide te komen in het geschil. Honderd duizend Mauser-geweren worden onder de Turksche troepen verdeeld om zich met dat geweer te oefenen. Aan de Daily Nem wordt uit Athene bericht dat de tijdingen uit Kreta geruststellender luiden. Oe Turksche troepen bezetten allengs alle strategische punten op het eiland, zelfs die punten welke zij vroeger nooit bezet had den. Een 3000 gewapende opstandelingen hebben nog twee of drie plaatsen, in bezit, mnar zy worden van lieverlede ingesloten. Uit Konstantinopel wordt aan het blad gemeld dat de Porte voornemens is een bui- 'tengewonen commissaris naar Armenië te zenden, om een onderzoek te doen naar de gruwelen der Kurden. De Standard verneemt uit Shanghai dat een keizerlijk decreet het onmiddellijk aan vangen met den bouw van de lyn Peking Hankow beveelt, gelijktijdig aan de beide uiteinden. Het decreet verklaart den bouw van spoorwegen in China noodig voor China's ont wikkeling en welvaart. De keizer erkent het bestaan van wantrouwen by het volk tegen spoorwegen, hetwelk echter ongemotiveerd is. Daarom gelast het keizerlijk decreet aan alle gouverneurs van provinciën, manifesten aan het volk uit te vaardigen, waarin de aard en het doel van spoorwegen worden uiteengezet. Li Hung Chang moet eene groote builenland- sche leening gesloten hebben voor den aanleg zyner lynen. DÜITSCBLAND. De manoeuvres in Hanover en Westfalen zullen worden bijgewoond door militaire ge volmachtigden van Oostenrijk, Italië, Rusland en Frankrijk (majoor Hue en kapitein Sil- vestre). Gelijk bekend is, zal ook de Russische troonsopvolger ze bywonen. De manoeuvres beginnen half September nabij Hanover. F B A N K R IJ K. Boulanger heeft een brief gericht tot den minister-president en den minister van oorlog, waarin hij vraagt terecht te staan voor den krygsraad of voor het hof van appèl. Hij verbindt zich op zyu woord van eer dat hy ter terechtzitting verschijnen zal, indien hy door een dier beide rechtscolleges gedagvaard woidt. TWEEDE KAMER DER STATEN-GENERAAL. Zitting van 6 September, Het debat over de onderwijswet was ge vorderd tot art. 45 (rijksbijdragen) en het aangehouden artikel 26 (traktementen-mini ma). Hierop waren voorgesteld een amende- ment-Hartogh c. s. (hetwelk wy in ons vorig nummer mededeelden) en van dezelfden op art. 26 ter classificatie van de traktementen minima. De heer Rutgers lichtte de bedoeling van het amend, op art, 45 (zie toelichting) nader toe. Hij betoogde dat de staat meer belang heeft bij het onderwijs dan de gemeenten en dus de meeste kosten dragen moet. De finan- cieele gevolgen waren nog niet te overzien, by gebrek aan de classificatie in het 2e amend, bedoeld. Ook dat amend, verdedigde spreker. De heer Ruland achtte het amendement op art. 45 eene onbillijke bevoordeeling der groote steden. Z. i. moest men het subsidie regel, n naar de gegoedheid der gemeenten. Hy bestreed het amendement. De heer Oppedyk meende dat schoolgeld heffing, billijk geregeld, in den financieelen toestand van vele gemeenten reeds aanzien- A'yke verbetering brengen jou, Werd ic Fries land van de helft der kinderen op de openbare school f 10 betaald per jaar, dan zou de hoofde lijke omslag met 40 pCt. verminderen. Spreker vroeg de regeering om aan de bijzondere school eeue restitutie t« geven in verhouding tot de huurwaarde der gebouwen en om gemeenten waar de hoofdelyke omslag meer bedraagt dan 2 X 4/5 van 't personeel, te rangschikken onder de «byzonder gesubsi dieerde". De heer Smidt ontkende dat dit wetsont werp hulp bracht aan de gemeenten. Immers volgens deze wet kregen de gemeenten 5 ton minder, en zelfs dat tekort was door de door hem afgekeurde schoolgeldheffing niet aan te zuiveren. Hy betoogde dat deze wet de kosten voor de gemeenten nog aanmerkelijk zou doen vermeerderen. Spreker bestreed de verlaging van de 30 pCt, tot 25 pCt. bijdrage in de kosten van scboolbouw enz. Spreker behield ook daarom liever het bestaande art. 45. De minister van financiën betoogde dat by aanneming der wet geen belasting-ver- hooging noodig zal zyn, om Je meerdere uitgaven te dekken. De aanneming van bet amendement zou de uitgaven met 15 ton 's jaars verhoogen. "Voor de gemeenten zal het regeerings» voorstel zeer weinig belangrijk zyu en voos" de tijdelijk in nood verkeerenden bi'yft nog tot 1892 de toestand gelijk als tot dusver. Dat de groote gemeenten in nood verkeereo, ontkent hyslechts by enkele .is dat het geval. Ook betwist hy dat in 't algemeen het leven in groote steden duurder is. Het peil vau het onderwijs zal niet verlagen en de onderwijzers die hier minder noodig zyn, zullen elders eene plaats vinden. Het amen' dement-Hartogh c. s. is onnoodig voor de meeste gemeenten. Wil men nouddruftige gemeenten helpen, dit is iets anders. Aan het einde zyner rede verklaarde de minister van financiën er niet tegen te heb ben, dat behoeftige gemeenten werden ge holpen, byv. door ruirner toepassing van buitengewone subsidie vast te stellen of door eene bijzondere overgangsbepaling, voor het geval dat gemeenteu meer dan twee maal het aan haar uitgekeerde 4/5 der per- soneele belasting aan bet onderwys uitgeven. De minister van binnenl, zaken sloot zich geheel by de rede van zijn ambtgenoot van financiën aan. Het meerendeel der ge meenten wordt n<et geschaad, vele gebaat en enkele, die schade zouden lyden, kun nen buitengewoon geholpen worden. Het amendemeni-Hartogh o. s. bestreed hy, hoofdzakelijk omdat eene classificatie der 21. «Wilt gij zoo goed zijn, Julia, mij een avond doek van de kasteleines te halen?" vroeg de mar- kiezin aan hare gezelschapsdame. «Er waait een koude wind over de Appenijnen. Ik ril er van." De juffrouw stond terstond op om do bood schap te doen. Toen zij buiten liet gezicht was, hief de mar- ikiezin haar donkergloeiende oogen tot den jongen man op. «Francesco," sprak zij zacht, maar op een toon, dis den jongeling tot in de ziol drong, sik woet nu, wie gij zoudt kunnen beminnen, maar gij zult ervaren, dat ook ik in staat ben te beminnen, zoo- ah een Duitsche vrouw bemint, alleen met meer gloed en hartstochtelijker misschien. "Wilt gij u daarvan overtuigen, Francesco? Wilt gij het on dervinden, hoe lief ik u heb?" En zoo sprekende strekte zij de armen naar hem uit, doch hij trad eene schrode tciug. «Vergeef mij, markiezin," zeide hij, «dut ik deze gulle bekentenis voor 't oogenblik niet beantwoor den durf. Ik heb mijn moeder gezworen, toon ik mijn vaderland verliet, mijn hart niet voor do liefde open te zetten, voor ik den dood mijns vaders gewroken had. Sta mij toe deze gelofte te houden." Laura werd zoo bleek als een lijk. «Hij bemint mij niet I" riep zij klagend, stond haastig op en zocht haar gezelschapsjuffrouw. IX. Frans von St au ff on begeleidde da damos tot aan de villa Bianchi en nam toon afscheid. Hij had voor zijn terugkeer noch van liet paard, noch van het hem aangeboden geleide des dienaars gebruik willen maken. Hij wenschte den heerlij ken voorjaarsavond, die reeds zijnon nevel over het geheele landschap uitspreidde, in eenzaamheid te genieten. Langzaam schoed hij voort langs don geleide lijk afloopenden weg, die hem naar Parma voerde. Het beeld van het schoone meisje, mat wie hij zoo van nabij konnis gemaakt had, stond hom onophoudelijk voor den geest, hoezeer hij het door vroegere hcrinnoringen trachtte te verdrijven, 't "Was hem, als staarde hij nog in die donker gloeiende oogon, als hoorde hij nog die zoete stom de woorden lispelen«Wilt gij het ondervinden, Francesco, hoe lief ik u heb?" Doch achter dit beeld vertoonde zich eenandor het kasteel zijner vaderen in Duitschland. Op hot halkon voor don ingang stond eene bejaarde, deftige dame met zilvergrijze horen en lijdende trokken, on novons haar een wezen, dat eene waie tegen stelling mot de andere gedaante vormdeeen jong meisje, blauw van oogon en blond van haar. Boiden «trokten de armen naar hem uithij wilde beider omarming beantwoorden, doch hij greep in do ijle ruimte en aan zijn mond ontglipte de zachte kreet «Anna!" De weg voor hom, ofschoon niet ver meer vau de stad verwijderd, was zoo verlaten on stil, alsof de geheele streek was uitgestorven. Geen enkele wandelaar of ruiter cf voertuig vertoonde zich j alles was eenzaam, rustig, doodsch. Een cypressenboschjc begrensde den weg, zoo weinig dicht, dat het ternauwei nood dien naam verdiende. Toen hij het naderde, scheen het hem toe, alsof er zich iets tusschen de hoornen bewoog, liet was ook inderdaad zoo. Een man zat aan den wog en stond op, toen hij nader kwamn «Een ongelukkige, signore," Smeekt om een kleine gave," klonk een stem op gemaakt dee moedige» toon. «Heb modelijden met een arme, die door een ongelukkig toeval het vrije gebruik zijner ledematen heeft verloren." Hot scheen werkelijk, alsof de bedelaar een ongemak aan zijn linkerbeen had. Met moeite sleepte hij zich tot in de nabijheid van den jongen man voort, die de hand in den zak stak om hem een aalmoes over te reiken, toen het hem toe scheen, dat do man hem nader kwam, dan voor zijn doel noodig was. Dit spoorde hem tot voor zichtigheid aan. De baron maakte onmerkbaar eene kleine wending om den zich half en half

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1889 | | pagina 5