US
De weduwe Neumann.
m
'E.
A0. 1890.
Donderdag 3 April.
N°. 7471.
Feuilleton.
ie
zen.
id.
naar
fc..
Vier-en-veert i s? s t e
Jaargang1.
Verschijnt dagelijks, uitgezonderd Dinsdag.
5
Buitenlandsche Berichten.
Ifv»
Tit.
UITGEVER: ODÉ.
f
it 5 uur,,
>ij dezon
ing de
is. In-
an een
oway's
,'al de
ilf ook
borst
eroor-
kerlijk
•evrijd
>rtand
ra,irin
Pil.en
n vsn
jrstet
en.
1.85,
••anco
seren
dam,
rs,te
che a
mede
iden.
f ''I
A
ta*
Abonnementsprijs, per kwartaal
JVanco per post, door liet geheelo Rijk
Afzonderlijke nommers
1,85.
- 2.50.
- 0,10.
BÜKEADi MARKT, K124.
AnvEitTBNTiEPnus: van 110 gewone regels wet
inbegrip van eene Courant1.10.
Iedere gewone regel meer0.10,
Driemaal geplaatst wordt tegen twbemaal berekend.
DUITSC1ILAND,
De particuliere Berlijnsche correspondent
van de 2V. 11. Ct. meldt het volgende:
Het socialislenhoofd Liebknecht heeft zijnen
aanhangers openlijk het deelnemen aau de
tegen l" Mei ontworpen internationale be
tooging ten gunste van eenen achtuurschen
werkdag ontraden. Eene algemeene werksta
king op 1° Mei tot het houden van vergade
ringen en het uitbrengen voor resolution
biedt (zoo betoogt hij) geene kans op slagen
en is ook als middel tot opwinding doelloos.
Gisteren, op Bismarck's verjaardag, bracht
.elke trein naar Frioderiehsruhe kolossale be
lendingen kisten, balen, korven en vaten met
alle mogelijke geschenken, en daarbij wagen
vrachten van bloemen, hulde-adressen en
telegrammen. Zeven telegrafisten hebben met
het in ontvangst nemen der felicitatie-tele
grammen de handen vol gehad. Alle vertrek
ken zijn met geschenken opgevuld, en boven
dien is de voorplaats letterlijk gebarricadeerd
met nog ongeopende pakketten.
Maandag zeide Bismarck schertsend tot de
Hamburger deputatie, dat hij misschien nog
-wel eens den Rijksdag verrassen zou met
aljn verschijnen. Het was hem zoo vreemd,
nu geene politieke verantwoordelijkheid meer
te dragen, en eerst 's ochtends uit de couran-
ten te zien wat er in de wereld voorviel. De
stad Hamburg dacht hij thans dikwijls te
bezoeken, en ook af en toe eens een theater,
waar hij sinds onheuglijke jaren geen voet
had gezet. Zelf was hij thans van het tooneel
afgetreden, om plaats te nemen onder de
toeschouwers.
De optocht der Hamburgsche ingezetenen
Maandagavond was hoogst luisterrijk. Met
duizenden lakkels kwamen zij voor liet paleis.
Prins Bismarck met zijne familie heeft op
hoogst vriendelijke wijze met het comité
gesproken en voor de manifestatie dank
betuigd. Dr. Nolte hield een verheffende rede
en eindigde met den wensch>God spare
prins Bismarck nog jarenlang ten zegen voor
het vaderland!" Onder het zingen van de
»Wacht am Rhein" en vDeutschiand, Deutsch-
land über alles'werden de fakkels opeen-
geworpen.
Gisteravond leverde een optocht met fak
kels van 1300 spoorwegbeambten een prachtig
schouwspel op. Bismarck verscheen in het
slotpark. De voorzitter der vereeniging, Krahn,
sprak over Bismarcks verdiensten met betrek
king tot het spoorweg wezen, waarop Bismarck
eenige opmerkingen over de ontwikkeling der
spoorwegen ten beste gaf en voor de hem
gebrachte hulde hartelijk dankte. Onder
geestdriftvolle toejuichingen keerde Bismarck
in zijn huis terug, waar hij een deputatie
uit de spoorwegbeambten ontving.
De keizer schonk aan Bismarck zijn levens
groot portret en een kostbare pijp.
Er is een deputatie uit de Göttinger stu
denten te Friedrichsruhe aangekomen.
Tallooze dépêches en prachtige bloemen
kwamen te Friedrichsruhe aan, ter gelegen
heid vnnVon Bismarcks geboortedag Heden
is er een serenade van de muziekkorpsen van
het 76e regiment, de Wamlsbecker huzaren
en de Ratzeburger jagers.
Een talrijk publiek uit Hamburg is aan
wezig, De vorst, te midden zijner familie, is
in beste gezondheid
"Volgens de Hamburger Nachrichlcn heeft
vorst Bismarckbij den te zijner eer gehou
den fakkel-optocht, aan verscheidene heeren,
op hunne vraag of hij nog te Berlijn denkt
terug te keeren, geantwoord dat het mogelijk
is dat hij eenmaal in den Rijksdag verschijnt,
maar op zijn leeftijd maakt men zulk een reis
niet ten tweeden male
Wat de aanneming van den hcrtogstitel
betreftdeze zaak heeft reeds in de Beichs-
anzciger gestaan; wat daar staat, is waar.
Werkstakingen zijn niet liet ergstewant
zij gaan voorbijmaar het treurigste zou 't
zijn wanneer de werkgevers juist door de
werkstakingen den lust verloren om het werk
voort te zetten.
Teneinde uitvoering te geven aan het van
vele zijden geuite verlangen om een nationaal
gedenkteeken voor vorst Bismarck in de
hoofdstad des rijks op te richten, kwamen
Maandag een aantal aanzienlijke, tot verschil
lende politieke richtingen behoorende mannen
.(jijeen, om eene daartoe strekkende oproeping
tot de bevolking te richten. Het comité is
voornemens den keizer te verzoeken het be
schermheerschap te aanvaarden.
De Rölnische Zeitung meldt uit Petersburg
dat het thans vaststaat dat keizer Wilhelm
dezen zomer de Russische manoeuvres te
Krasnojeselo zal bijwonen.
De Bcichsanzeiger bevat de benoeming van
den Badenschen gezant vrijheer Von Marschall
tot staats-serretaris van buitenlandsche zaken.
F R A. S K lt IJ K.
De heer Jules Simon, de president der
Fransche delegatie naar de arbeids-confcrentie
te Berlijn, is te Parijs teruggekeerd Maandag
had de lieer Simon een onderhoud met den
minister van buitenlandsche zaken, terwijl
hij reeds in zijne woning bestormd is door
een legio van reporters, zoo van Parijsche
als buitenlandsche bladen. Op een gegeveo
oogenblik waren zijn salon, zijne eetzaal,
zijne bibliotheek en zelfs tot de trap toe met
menschen gevuld.
De heer Jules Simon is van oordeel, dat
de resultaten der Berlijnsche conferentie vat!
groote strekking zullen zijn, hoezeer eigenlek
de conferentie slechts eenvoudige wenscbejf
hoeft uitgebracht; maar naar aanleiding dezer
internationale bijeenkomst meent de heer
Jules Simon, dat men wetsontwerpen zal
indienen, welke de vrouwen en kinderen
zullen beschermen. Hij meent ook dat de
betrekkingen met Duitsehland zicli wel wat
zouden kunnen ontspannen,
Wat het incident Delahaye betreftdit
was volstrekt niet van die ernstige strekking
als sommige bladen er aan hadden gegeven.
De lieer Delahaye had op zekeren dag bet
woord willen nemen over de regeling van den
arbeid van volwassenenvoovgevende dat h\j
de Fransche socialistische werklieden ver-
tegenwoordigdedoch op aansporing van den
heer Simon heeft hij er van afgezien en er
in bewilligd omwat hij zeggen wildeop
schrift te stellen. Deze redevoering werd op
de conferentie voorgelezen op verzoek van
mgr. Kopp, bisschop van Breslau, en later
bij de protocollen gevoegd als bijlage.
De lieer Jules Simon wijdde overigens uit
in lof over den keizer van Duitsehland ext
de beide keizerinnen.
In den ministerraad gaf de heer Ribofc
kennis van den stand der onderhandelingen
met Engeland en Egypte over Frankrijk#
toestemming in de conversie der Egyptisch#
schuld, Hibot deed nieuwe voorstellen. De
onderhandelingen daarover zijn op een goeden
weg en zullen weldra slagen.
Novelle van C. FISCHER—Saltstëin.
20.
Toen deheerFormann zijne kamer binnentrad,
kwam hem zijn vriend, op een stokje leunend, te
gemoet. Klemm had gelijk. Hij zag er zeer ver
ouderd uit
*\Vel, hoe gaat het, oude vriend 7" vroeg de
burgemeester met oenige bezorgdheid. »Toch niet
ziek, hoop ik 7"
»Dat niet," antwoordde Neumann, terwijl hij
fich zuchtend in een stoel nederliet; amaar ik
heb in den laatsten tijd veel geleden. Ik slaap
niet rustig meer. Benauwende droumen benemen
•mij de nachtrust, die men op zijn ouden dag zoo
noodig heeft. Dit is vooral het geval, sinds Ediuud
weg is."
iDroomen zijn bedrog, beste vriend!"
jYoor mij niet, Formaonf Gij weet dat zoo
-»f#
niet, want gij hebt misschien in uw leven nooit
iets gedaan, dat u behoeft te berouwen. Gij hadt
geene kinderen, en ik, die een eenigen zoon had,
heb dien ten gronde gericht. Zoodra ik nu de
oogen maar sluit, staat hij vour mij, gereed om
mij aan te klagen. Dat is niet uit te houden."
sDus uwe hardheid jegens hem begint u te
berouwen 7"
Ronduit gezegd, ja. Daarbij komt, dat ik met
mijne zuster geen vrede meer kan houden. Die wil
maar tot geen beter inzicht komen. Neem mij
niet kwalijk, oude vriend, als ik u zeg. dut ik in
den laatsten tijd wel honderdmaal gewenscht heb,
dat gij nooit roet het wseskind bij ons gekomen
waart."
»Hoo? Wat?"
Versta mij goed. Gij hebt aan mijn huis toen
een weldaad bewezen, waarvoor wij u nooit ge
noeg kunnen danken. Docli het blechte komt
achteraan, (k kan er mij maar niet overheen zet
ten, dat Edmund, hoezeer ook mijn trots en
mijn vretgde, toch een vieetnde is. Banden des
blaeds verbinden ons niet met hem. Nog eens,
duid mij niet ten kwade, dat ik u eerlijk mijne
bezwaren openbaar; dat alleen kun mij wat ver
lichten."
»Gn gerust vooit. Ik hoor u graag zoo spreken."
plladt gij mij destijds den jongen niet be
zorgd, dan was er misschien nog een middel ge
vonden met mijne schoondochter op beteren voet
te komen. Haar zoon is mijn kleinkind. Duid het
mij alweer niet euvel, besta vriend, wannser ik u
nu moet zeggen, dat uwe woorden van toen niet
nagekomen zijn. Edmund is een biauf en edel
jongeling, maar hij is mijn kind, mijn kleinzoon
niet. Ach mijn vriend, wie door dioomen gekweld
wordt, zooals ik er nog den pasvei loojien nacht een
hadwie op liet gelaat van gestorvenen, die hij
in zijn slaap meent te zien, niets dan bittere, grie
vende verwijten leest, die gevoelt zich ook wakende
niet gerust. Die beelden vervolgen hom ook bij
dag. O. Imdde ik maat' aan vrouw en kind kun
nen goedinak.n, wal ik jegens den vader misdre
ven heb
Het hoofd zonk den ouden man op de borst en
eene poos zat hij roerloos neer. Hem althans was
de wraak niet meer zoet: zij had hem naar lichaam
tn ziel gebroken.
liij vei toonde oen sprekend contrast motdeQ
ouden Forroann. Deze stapte in opgewekte, zelfs
vroolijke stemming door het vertrek en nam bet
eene snuifje na het andere. Zóa moest hij den
ouden Neumann hebben; zóo zag hij kans zijne
onderneming tot «en goed einde te brengen,
Na een wijl bleef hij voor don nog altijd zwij
genden vriend staan en sprak:
sDe verwijten, die gij tot mij gericht hebt,
zouden mij sterker treffen, indien ik niet de over
tuiging had, dat ik alles om bestwil gedaan heb.
Wat zoudt gij destijds wel gezegd hebben, indiefl
ik u voorgesteld had, in plaats van het weesjt
uw eigen kleinkind in huis te nemen 7"
De aangesproken* zuchtt*.
sNeen, dat kon ik toen niet, en toch lun»
dankbaar zon ik u nu geweest zijn, als gij bot
toch zoo hadt weton te schikken, als gij mij mijne
verblindheid onder het oog hadt gebracht, mij
gedwongen hadt wel te doen."
(IVordt vcruutyd.)
i
-j
i
L
J
i A
l 1
V
>5
ft. j
,v*<