J
A0. i890
Donderdag 17 April.
IN0. 74 0.
KENNISGEVING.
Feuilleton.
De Influenza.
i e r - en-ve er t xg-s t e Jaargang.
Versch nt dagelijks, uitgezonderd Dinsdag.
UITGEVER: 7. ODÉ.
Buitenlamlsclie Be richten.
Hij verklaarde liet woord niet genomen
com
Adonnkmentstrus, per kwartaal /1.85.
Franco per post, door het geheele Rijk- 2.50.
Afzonderlijke uomwers- 0.10.
BUltEACi KAKKT, K12 4.
Advertentieprijs: van 110 gewone regels met
inbegrip van eene Courant1.10»
Iedere gewone regel meer- 0.10.
Driemam. geplaatst wordt togen t\vef,MAM, berekend.
De Voorzitter van den Gemeenteraad
van' Schiedam,
brengt bij deze ter konnis van de Ingezetenen:
1". dat de op 11 Maart jl. vastgestelde lijsten
der kiesbevoeedon tut bet kiezon van Leden van
de Tweede Kamer der Slalen-Gcneraat, van de
Provinciale Stalen en van den Gemeenteraad,
opgemaakt ingevolge Art. G der Wet van den
4 Julij 1850 (Staatsblad no. 87), zooals zij is
gewijzigd bij het Vilde additionecle artikel der
grondwet, op heden, krachtens het bepaalde bij
Art. 31 dier Wet, zijn gesloten en op de Ge
meente Secretarie tor inzage voor oen ieder neder*
gelegd en dat een Exemplaar dier lijsten is aan
geplakt aan het Raadhuis;
2". dat de lijsten der kiezers van de Tweede
Kamer der Statcn-Genoraal der gemeenten
•OVERSC11IE, SCHiEBROEK, ICETIIEL, YLAAR-
DINGEN en VLAARDINGER-AMBACHT, alsmede
dia der Provinciale Staten van de gemeenten
OVERSCHIE en KETI1EL, zijnde onderkiesdistric
ten van liet lloofdkiesdistrict Schiedam, mede ter
inzage voor de belanghebbenden op de Secretarie
nederliggen.
En is hiervan afkondiging geschied, waar het be
hoort, den iüen April 1800.
De Voorzitter voornoemd,
P. .T. VAN DIJK VAN MA TE NESSE.
Dl'lïSCUHO,
Volgens het Tugcbhüt heeft de rijkskan
selier aan de ministers en rijksbeambten
verboden aan do couranten mcdedeelingen
te doen. Mededeelingen zullen in den Iteichn-
anxeigcr worden gedaan. Hiermede is de tot
cu toe bestaande organisatie der ofTicieuse
pers afgeschaft.
Na de opening der zitting van den Prui-
sischen Landdag vroeg de rijkskanselier Voti
Caprivi het woord.
te hebben alvorens de orde van den dag
was afgehandeld, omdat hij eene rede wilde
houden, waarin hij zija programma zou ont
wikkelen. Tot dusver buiten het politieke
leven gestaan hebbende, kan hij thans zijn
werkkring nog niet overzien en daarom
wenschte hij tot de leden allereerst het
woord te richten, teneinde zicli persoonlijk
aan hen voor te stellen.
De rijkskanselier wierp een terugblik op
de beteekenis van Von Bismarck's bestuur.
Hij hoopt dat de toekomst van Pruisen ook
voor t vervolg zal verzekerd zijn, en ver
klaarde dat bet staatsgebouw hecht genoeg
is gesteld en gegrondvest, om stormen te
kunnen weerstaan. De persoon des jongen,
verheven keizers, wiens beteekenis zoowel
voor het binnen- als voor buitenland helder
genoeg is gebleken, bewijst een onwrikbaar
geloof aan de toekomst van Pruisen, en dat
bet op zijne schouders gelegde Duitsche rijk
nog lang eene historische noodzakelijkheid
is. Land en rijk gaan nog eene hoopvolle
toekomst te gemoet. De keizer heeft gezegd
dat de koers van het schip van staat dezelfde
zal blijven. Men mag alzoo niet verwachten
dat een nieuw tijdperk is ingetreden. Wel
echter zal eene collegiale inrichting in het
ministerie meer op den voorgrond treden.
Hij zai aan een zakelijk onderzoek de grootste
speelruimte laten het goede nomen waar
het te vinden is met allen samenwerken,
die een hart hebben voor Pruisen, en in
staat zijn Pruisen in monarelialei'i zin en het
rijk in nationale» zin verder te ontwikkelen.
Deze rede werd met levendigen bijval be
groet. Talrijke leden kwamen naar den
ministertafel om hem te begroeten. Hoogst
vriendschappelijk scheen Caprivi's handdruk
aan Huene (aanvoerdervan de rechtervleugel
der centrumpartij.) Rickert opende bet debat.
Hij vond verscheidene punten van aanraking
tusschen het programma der vrijzinnige partij
en dat der regeering, maar eindigde zijne
verklaring met de woordenonze koers blijft
onveranderd.
In hot Huis van afgevaardigden verklaarde
de heer Windtliorst namens de centrum
partij, dat deze eene herstelling der verhou
dingen tusschen staat en kerk verlangt, zooals
die bestonden vóór het begin van den Kwllur-
kampji Hij beklaagde zich over het wan
bestuur van den minister van eeredienst en
verlangde vasthouding aan de staatkunde
van beschermende rechten.
In de Norddeutsche betuigt Bismarck
zijnen dank voor de hem toegebrachte hulde
blijken bij zijn aftreden en op zijnen 75ston
verjaardag. Hij heeft vele honderden pak
ketten met geschenken en over de GOOO
brieven en telegrammen ontvangen.
Volgens de Hamb, Nachrïchtcn denkt
prins Bismarck er niet aan, fronde te maker.,
maar zal hij op beslissende oogenblikken zijne
meening niet achterwege houden.
De commissie voor de oprichting van een
gedenkteeken voor Bismarck heeft zich ge
constitueerd. De voorzitter, de lieer Levetzow,
las een eigenhandig schrijven van den keizer
voor, waarin Z. M. verklaart het hem aange
boden beschermheerschap over dit zoo betee-
konisvolle gedenkteeken gaarne te willen
aanvaarden, in de overtuiging, dat alle volks
klassen in Dnitschland met vreugde en dank
baarheid datgene, wat er met het oprichten
van dit gedenkteeken bedoeld wordt, zullen
toejuichen.
Het Yolksblatt behelst de oproeping der
sociaal-democratische leden van den Rijksdag
tot deelneming aan den arbeids-rustdug op
1 Mei, wanneer dit zonder conflicten mogelijk
is. Het hoofddoel is eene manifestatie op
groote schaal in den vorm van een adretf
aan den Rijksdag, ten behoeve van eöH
arbeidsdag van acht uren. De oproeping vetf*
klaart, dat na hot groote oprukken en d#
zegepraal bij de Rijksdag-verkiezingen, het
onnoodig is een monstering van het werk*
lieden-heir to houden. De arbeiders worden
vermaand om con 11 ieten te vermijden, op
welke de bourgeoisie hoopt.
In nadere onthullingen van Emin wordt
de legende, »dat Stanley hem heett bevrijd»*
ten volle weggecijferd. Emin is integen
deel in het eerst gevangengenomen, door
dien zijne Egyptische troepen wegens
Sfanley's optroding vreesden, aan de Engel
sehen te zullen worden verkocht. Niet StanleVV
maar kapitein Cusati, die Emin een langen
tijd heeft vergezeld, heeft hem uit die gevan
genschap bevrijd. Stanley bracht slechts 30
kisten ammunitie mede, terwijl Emin nog?
120 kisten ter beschikking had. (Gelijk bekend
is, heeft Stanley ook gedreigd, alle ammunititf
te zullen vernietigen, wanneer Emin niet met
hem medeging.) Emin werd op den terugweg?
slechts door weinig troepen begeleid, door
dien Stanley hem geen tijd had gegund ooi
zijne over de geheele provincie verstrooide
soldaten bijeen te brengen.
ENGELAND,
De Daily JSTevos meldt uit llelsingfors, dat
de commissie ter voorbereiding der inlijving
van J'inland bij Rusland hare werkzaamheden
voortzet. Het plan is in de eerste plaats dff
Einsche posterijen en munt met die der Russi
sche ineen te smelten en verder alloszoodanig
te regelen, dat Finlaiuls zelfstandigheid binnen
vijf jaar geheel en al heeft opgehouden.
door
B.
Vervolg en slot.)
tEr onder blijven, juffrouw, en citroanwater
drinken, anders woet ik er niets op. Leg maar
flinke natte doeken op uw hoofd als straks de
koorts zich verheft, zal die hoofdpijn wel wat be
daren."
sGued dokter! zult u mijn man niet te gauw
verlof geven, de deur uit te gaan 1
»Uw man 7 Die mag de geheele week de deur
nog niet uit, dat beloof ik u. Hij kan op liet kan
toor nog wel een week gemist worden, hoeft de
patroon mij gisteren verteld, en hu gij te bed ligt,
kan li j niet van liuis. Ik zal het hem dadelijk
wel zeggen, hoor Goeden dag, tot morgen
Dag dokter."
Jansen hoorde beneden zijn vonnis aan, en
dank zij het kleine zaadje wantrouwen dado-
lijk rijpte bij hem een plunnelje. Ilij zou in zijn
beurs evenveel geld steken, als zijn vrouw weke
lijks gebruikte. Hij zou allo uitgaven moeten doen,
en zoo had hij ongezocht gelegenheid eens na to
gaan. waar toch al dat huishoudgeld bleef. Zijn
vrouw zou geen argwaan krijgen hij wist het nog
van zich zelf: als men met zulk een hoofdpijn
te bed lag, bemoeide men zicli liefst met niets.
Jongen, jongen het kon nooit mooier komen.''
Wacht nu niet van mij, dat ik den heer Jan
sen zal schilderen in zijn functie van tweede meid.
Wat er zoc al to doen valt in een huisgezin, mijn
vrouwelijke lozers weten dat wel. en de manne
lijke zonden het toch niet gelooven. al vertelde ik
alles haarlijn, zoolang zij hot niet eens onder
vonden hebben.
De eerste Maandag liep al boel koddig afge
lukkig kwam er niemand kijken, toen bet eten
op tafel stond; de aardappels geleken wel brij,
die niet te eten was van het zout, en de groenten
waren geheel en al ongenietbaar. Daarbij was
het eene veel te laat, het andere voel te vroeg
klaar.
Gelukkig had Keos de knecht tijd, 's morgens te
halfacht te komendie zorgde dan voor steenkolen,
deed de lampen, ruimde wat emmers vuil water
op, enz., en daar Kees een oudgediende was,
gingen hem al dergelijke karweitjes flink van de
hand. Boodschappen deed hij ook, zoodat voor het
oog van anderen het huishouden zijn geregelden
gang ging.
Maar, wat voor den heer Jansen het voor
naamste was, Donderdagavond was zijn beurs zoo
plat als oen schol, en toch was de eetiige buitenge
wone uitgaaf geweest voor 2 dubbeltjes citroenen.
Zijn vrouw had de vorige weken voor meer geld
van die vruchten moeten koopen, en Jansen had
toch niet kunnen bemerken, dat haar weekgeld
te vroeg was op geweest.
Het aan zijn vrouw vertollen, wilde hij niet.
Hij haalde wal geld uit zijn spaarpotje en bleef
Vrijdag en Zaterdag nog uitbetalen. Maar toen
gaf hij het op. Moeder de vrouw was in zoover
hersteld, dat zij slechts een paar uurtjes op den
dag naar bed moest, dus Kees wendde zich tot
haar, als hij iets moest gaan halen.
Toen Kees op Maandagmorgen het briefje van
don slager boven gaf, waarop iVoldaan" stond
geschreven, zei hijZe vroegen mij, of ik voor
juffrouw Van Dijken ook boodschappen deed.
oNog niet", zei ik, umaar wie weet, wat het
nog wordt".
»Nu, als die juffrouw je liier zendt om vleesch,
zeg dan maar dadelijk, dat wij haar niets meer
leveren, als de oude rekening niet eerst betaald
is."
Niemand sprak hierop een woord. Jansen voeldu
zich het bloed naar het hoofd stijgen en zijn vrouw
zeiOch, zou ook iemand iets meer voor zijn
dubbeltje kunnen koopen dan ik cf een ander1?
Nu zijn Jansen en al zijn huisgenooten geheel
en al hersteld. Hij gaat naar zijn kantoor, de
kinderen naar de school en de vrouw des huizes
doet alles weder zelf. De achterdocht is geheel
en al geweken en nimmer kan er over de in
fluenza gesproken worden, of Jansen denkt bij
zich zelfVreemd en onbekend moge die riekt#
zijn, mij heeft zij geleerd, mijn vrouw op haar
rechte waarde te schatten, 't Spijt mij, dat bat
noodig wat, maar ik blijf er haar toch dankbaar
voor.