A". 1890.
Maandag 21 Juli.
IN0. 7547.
Eersfe Blad
"V i er- en-veer tigste Jaargang.
Versch nt dagelijks, uitgezonderd Dinsdag.
Binneiilandsclie Berichten.
Schiedam 19 Juli 1890.
De gewezen rijkskanselier, prins Bismarck,
ikan zich in zijn rol van lijdelijk toeschouwer
nog maar moeilijk schikken, en daar hij niet
rusten kan, zoekt hij Bezigheid op een terrein
dat hij in de jaren van zijn grootheid nu
juist niet zeer hoogachtte, nl. op het terrein
van de journalistiek.
De liamhtrf/er NachricMcn schijnt tegen
woordig de drager van 's prinsen ideeën te
ilja, en zoo gaf hij ze waarschijnlijk dan ook
ten beste over Helgoland.
Waarschijnlijk zal de zaak in het Engcl-
jjche Parlement wel spoedig haar beslag
krijgen, doch hoe zal ze in Duitschland wor
den opgenomen? Duidelijk komt hier de oude
autoeraat weer voor den dag. Meu zou opper
vlakkig denken, dat de Rijksdag hier een
woord in had mede te spreken; volgens prins
jBisinarck heeft deze in dit geval niets te
.zeggen. Helgoland, aldns redeneert hij, was
tot dusverre een Engelsche kolonie, en nu
verhindert niets keizer Wilhelm deze kolonie
over te nemen; hij heeft er slechts een gou
verneur heen te zenden, die liet eiland be
stuurt, en daarmee is de zaak voerloopig uit.
Later kan dan beslist worden, of men het eilanu
bjj het Duitsche rijk zal inlijven of wel bij het
koninkrijk Pruisen. In deze laatste instantie zal
dan toch de Duitsche Rijksdag of de Pruisische
Landdag moeten gehoord worden. Intusschen
is het eiland dan tocli reeds Duitsch gebied
geworden, al zou tie ganscbe Duitsche ver
tegenwoordiging, van welken aard ook, er
tegen zijn. Eeht parlementair! Er is iu de
laatste dagen vrij wat over dat Helgoland
gezwetst, 't Is, of er van hoogeiiiand bevel
werd gegeven, de aanwinst toch als een hoogst
belangrijke voor te stellen, 't Rotsige brokje
grond, dat alleen 's zomers op de tong kwam,
omdat er iu den laatsten tijd een twaalf
duizendtal badgasten den zomer plegen door
te brengen, is op eens een strategisch punt
van groot gewicht voor Duitschland gewor
den; een kers-versche ontdekking! Waar
schijnlijk moet, al dat gezwets dienen, om dat
gedeelte der Duitschers den mond te stoppen,
die meenen, dat de aanwinst \an het eilandje
niet opweegt tegen de voordeelen, die Duitsch
land op de oostkust van Afrika aan Engeland
in den schoot heeft geworpen, en daarin
hebben ze misschien gelijk ook. Intusschen
zal de keizer van Duitscldand met allen moge-
1 ijken luister de overdracht van Helgoland
bjjwonen, en dan hebben we ons weder voor
•te bereiden op gloeiende artikelen, als de
Duitsche vlag op een nieuw territoir wordt
geheschen; maar dit neemt niet weg, dat
Engeland als gewoonlijk met het vette van
den buit gaat strijken.
Kolonisatie zit tegenwoordig in de lucht.
In België is ze bijna het eeuige onderwerp,
ÜITGÉYER: T. ODÉ.
waarover gediscussieerd wordt. De rechter
zijde in de Kamer van afgevaardigden zal
eenparig het ontwerp tot overname van den
Congostaat aannemenmaar een ontwerp als
dit mag niet het karakter van een parbjzaak
aannemen, en dus is ook de steun der liberalen
ditmaal zeer gewenscht. De leden dezer partij
hebben dan ook een bijeenkomst gehouden,
om over hun gedragslijn in dit geval van
gedachten te wisselen. Men is iu die verga
dering tot het besluit gekornedat elk lid
volgens eigen inzichten zal stemmen, en uit
betgeen bekend is geworden, blijkt, dat vele
bberalen hun stem vóór het ontwerp zullen
uitbrengen, en wel omdat ze in het bezit van
koloniën hei! voor België zien, óf omdat ze
den koning in zijn koloniale politiek ter wille
wenschen te zijn. De radicale afgevaardigde
van Brussel, de heer Paul Jansori, wil zelfs
een krediet van vijf miliioen francs toestaan,
teneinde een onderzoek naar den toestand
va - den Congo in te stellen, hoewel het ont
werp zelf hein weinig voldeed. Maar ook hij
wil zich niet kanten tegen den wensch, het
land met koloniën te verrijken,
Nederland heeft het tegenwoordig bij een
groot deel der Belgen leel'yk verkorven. Men
kan het maar niet verduren, dat het kleine
Nederland weigerde de protocollen van bet
anti-sluvermj-eongres te onderteekenen. Toch
zal menigeen in het buitenland moeten er
kennen, dat de quaestie van invoerrechten
in den Congostaat er op dit congres met de
haren is bijgesleept. En nu bijna gelijktijdig
bet ontwerp van wet is ingekomen, waarbij
de Congostaat aan België komt, kan het ver
moeden niet worden onderdrukt, dat ervan
Belgische zijde handig is geageerd; immers
door het heffen van invoerrechten zal de
nieuwe kolonie onmiddellijk inkomsten heb
ben, en geen geringe ook. Zonderling, dat
slechts de nuchtere Nederlander zoo iets
schijnt gemerkt te hebben en er terecht op
wees, dat de quaestie van het beffen van
invoerrechten in genoemden staat, volgens
vroegere overeenkomsten eerst na jaren aan
de orde mocht komen.
In hun boosheid schrijven onze Belgische
buren onze houding aan afgunst toe, en guau
ze zoover met te beweren, dat de werken
van Vlissingen, de Rotterdamsche waterweg
en het Noordzeekanaal eigenlijk, alleen zijn
aangelegd, om den handel van België, met
name dieu van Antwerpen, te knotten.
Nu, we weten het, als de hartstocht in
België wordt opgewekt, moet men op wat
gepeperde dwaasheden niet zien. De wereld
echter is groot genoeg voor België en voor Ne
derland. Geen Nederlander, die het den Belgen
zal benijden als de Congo-kolonie hun aller
lei voordeelen afwerpt, en treden ze energiek
op als ondernemende handelslui, dan zal dit
slechts ten gevolge hebben, dat de Neder-
nndsche koopman zich insgelijks aangordt,
om niet door zijn buurman op de wereld
markten overvleugeld te worden. Doch dit
kan in een eerlijken strijd en zonder harts
tocht of nijd gebeuren. Tot zelfbehoud zijn
onze ontzaglijke waterwerken aangelegd;
we hebben recht, van liet succes daarvan
de eerste vrucliter. te plukken.
Het conservatieve Kabinet in Spanje is den
radicalen en republikeinen een doorn in hot
oog. Het ontbreekt hunnerzijds niet aan
verdachtmaking van de regentes, zóo zelfs,
dat reeds twee bladen zich een vervolging
op den hals hebben gehaald.
Vermakelijk is het te lezen, hoe ook in
Spanje do opgaande zon wordt aangebeden.
De Frankfurter Zeltung ontving van een
correspondent uit Madrid daarvan de volgende
sehets. Op den dag toen de nieuwe ministers
den eed aflegden, was het gebouw der Cortes
belegerd door een groote massa lieden. Scha
mel gckleeden en heeren met hooge hoeden
en' lijne jassen verdrongen elkander. Als een
afgevaardigdedie tot de vrienden van het
afgetreden Kabinet behoorde, het gebouw
verliet, nam niemand notitie van hemdoch
vertoonde zich een aanhanger van het nieuwe
ministerie, dan werd hij met allerlei aanzoeken
bestormd, en moest hij in een kwartier meer
ambten en gunsten beloven, dan de minister
president zelf kan schenken!
De nieuwe minister-president, de heer
Canovas, schijnt den toestand te kunnen
beheerschenzoodat men geen ongeregeld
heden ducht. Ook moeten de Carlisten, die
nog altijd een pretendent in petto houden,
weinig van hem te hopen hebben. Voegt
men hier nog bij, dat de vrees voor de cholera,
die hier en daar in Spanje heerscht, kal
meerend werkt, dan is iiet vermoeden ge
wettigd, dat het optreden van het conserva
tieve bewind de rust niet zal doen verstoren.
SCHIEDAM, Iff Jnli 1890.
De persoon van G. Stolk, werkzaam in de
branderij van den heer Vrijland aan de Hoofd
straat alhier, is gistermorgen door uitte glijden
van den bovenbak gevallen, waardoor hij zich
inwendig heeft bezeerd. Ilij is naar zijne
woning gebracht.
Gisteravond is ten huize van Hamerslag,
wonende aan de Hoofdstraat alhier, een begin
van brand omstaan, doordat de kram, waaraan
een brandende petroleumlamp hing, uit den
zolder viel. Door c-enige buren is de brand
met een deken gebluscht.
Hedenmiddag ontstond een lievige twist
tusschen K., pakhuisknecht in de distilleer
derij, en v. K., meesterknecht in de branderig
van den heer J. Kreuger, welke twist zoo hoog
liep, dat K., gewapend met een kuipersmes,
v. K. ernstige verwondingen toebracht aan het
hoofd en een der armen.
De geneesheer Rutschy, die spoedig op do
plaats des onheils aanwezig was, verleende
de eerste geneeskundige hulp.
liet Reuter-telegram, iu ons vorig nummer*
medegedeeld, betreffende de afbakening der
grens in Guyana is weer niet zeer juist,
Niet over de afbakening der grens zijn
Frankrijk en Nederland het eens geworden,
maar over de conventie, die de bevoegdheid
van den scheidsrechter regelt. En zoo staat
het ook in de Fransche bladen.
Naar aanleiding eener mededecling van
den minister van waterstaat, heeft de minister
van justitie de aandacht van heeren procu
reurs-generaal er op gevestigd, dat somtijds
processen-verbaal overeenkomstig art. 6 der
wet van 23 Juni '1889 Staatsblad no. 82),
houdende bepalingen tot voorkoming van
bedrog in den boterhandel, worden opgemaakt,
waarin niet is opgenomen hoeveel de markt
waarde bedraagt van het door de bevoegde
ambtenaren krachtens art. 5 dier wet genomen
monster, waarvoor vergoeding wordt verlangd.
De proc.-gen. worden uilgenoodigd de bij
de uitvoering van de wet betrokken ambte
naren tot nakoming van de wetsbepaling aan
te sporen.
Omtrent de verwonding van den luit. t/z,
2e kl. Van der Hegge Spies, bij de gevechten
op don lin Juni jl. geleverd, verneemt het
"Pad. van zeer bevoegde zijde liet volgende:
Bij de bestorming van een vijandelijke
versterking op linkeroever Edi-Rivier op den
lln Juni jl. door de marine, stormde Van der
Hegge Spies vooruit. Door een vrij onver-
wachten klewang-aanvul handgemeen gerankt
met een Atjeher, verwondde deze hem aan
de linkerzijde van het hoofd boven het oor
een wond van ruim 5 cM. lengte in minder
dan geen tijd sabelde Van der Hegge Spies
den Atjeher neer en in weerwil van het bloed
verlies was bij toch nog onder de eersten in
de versterking en eerst daarna begaf hij zich
te voet naar de ambulance.
Den 13n Juni vertrok hij per gouver-
nementsstoomer Albatros naar Kota-Radjah,
om daar in het hospitaal verpleegd te worden.
Bij de op gisteren aan het departement
van waterstaat enz. gehouden aanbesteding
van het herstellen en verbeteren van rijks-
telegraaflij uen in de afdeeling Utrecht, in
twee percee'ou, was de minste inschrijver
de heer K. Sneijders de Vogel alhier, nl.
voor het eerste perceel f 1-485 en voor het
tweede perceel f 1745.
Tot vertegenwoordiger van de Nederlandsche
maatschappij tot bevordering der geneeskundd
Abonnementsprijs, rei" kwartaal
JVsnco per post, door het gcheele Rijk
Afzonderlijke nommers
1.85.
- 2.50.
- 0.10.
BDKËAl'i AI 11 KT, E, 12 4.
Advertentieprijs: van l10 gewone regels inet
inbegrip van eeue Cuu-nntf 1.10.
Iedere gewone regol meer- 0,10.
OiU KM am. geplaatst wordt tegen tweemam. berekend.
I' -i
.si.
