"a
N°. 7649.
A0. 1890.
onderdag 11 December.
e u i 11 e t o n.
Het geheim van de „Maria
ier- nv© ertigste Jaargang.
Biiitenlandsche Bei'icliten.
Verschijnt dagelijks, uitgezonderd Dinsdag.
UITGEVER: j7 ODÉ.
COURANT.
AHONNKMBNTSPRtJS, per kwartaal1,85.
franco per postdoor het geheele Rijlc2.50.
Afzonderlijke noinmers- 0.10.
B IT II IS A IJ t MARKT, B, 184.
AdyKRTKNTIHPRUS: van 110 gewone regels met
inbegrip van eene Courant. f 1.10.
Iedere gewone regel meer- 0.10.
Oribuaai. geplaatst wordt tegen twebmaal betekend.
Schiedam, 10 December 1890.
Eindelijk zijn we dan weder in onze ge
wone sfeer.
De nationale rouw bracht de laatste weken
andere snaren in beweging dan die van
binnen- en buitenlandsclie politiek, en wer
kelijk, we hebben er niet. veel bij verloren.
De buitenlandsche politiek was in Engeland
in de laatste dagen een gerecht met piquante
saus: tie Parnell-zaak en de daarmede in
verband staande Iersche zaak. Verder was
'toveral zeer stil.
Gisteren hervatte onze Tweede Kamer
haar bezigheden. De Indische begrooting is
thans aan de orde; de stedenwet werd van
de agenda afgevoerdof er in de weinige
■dagen voor Kerstmis nog gelegenheid zal zqn
voor politiek debat, zullen we afwachten.
Een soort van politiek debat leverde mr.
Van Houlen in zijn tweeden staatkundigen
'brief. Ze handelt allereerst over de stelling
van ons ministerie, en schetst den toestand,
zooals die tlians zich schijnt voor te doen.
Zie hier wat we lezen
sliet ministerie Mackay begint in een weinig
bcnijdenswaardigen toestand te geraken.
Allengs toch verliest het den steun van beide
fractiën, welke te zamon de ministerieele
■partij vormden.
sDe stemming der katholieken ten zijnen
aanzien is niet meer twijfelachtig. Onveran
derde handhaving van het ontwerp van wet
op den krijgsdienst zal iiun steun doen weg
vallen en reeds nu is er sterke aandrang
•op vele katholieke afgevaardigden, om ook
al van de indiening van dat ontwerp, tegen
den stellig uitgedrukten wensch der katho-
ieke bevolking in, een casus belli te maken.
Er gaat hier en daar een stem op, die de
katholieken tegen lichtvaardig verbreken van
het bondgenootschap met de antï-revolutio-
nairen waarschuwtmaar tot dusver vindt
jzij weinig weerklank. Men mag de katho-
fieke afgevaardigden tegenwoordig nog anti
liberaal, maar niet meer ministerieel noemen.
ïYan niet minder beteekenis is de twijfel
achtige houding van de Standaard, Dit in
vloedrijke blad maakt zich meer en meer van
het ministerie los. liet verwijt zelfs der
liberale pers, dat-deze nog altoos de voor
stelling voedt, alsof we een anti-revolutio
nair kabinet bezaten". y>Dit m is volstrekt
niet het geval." Standaard 24 October.)
De anti-revolutionaire kamerclub ontvangt
berisping op berispingdat »al haar taak
opging in het steunen van ons ni et-specifiek
anti-revolutionair kabinet", en dat zijin
plaats van anti-revolutionair, ministerieel
werd Standaardt. a. p.), Geelt de kamer
club aan de wenken van den leider der ver
kiezingen gehoordan moet zij ophouden
ministerieel te zijn en nog voor de verkie
zingen een staat van zaken doen geboren
wordendie lmre leden veroorlooft bij de
kiezers de tekortkomingen van liet ministerie
van hunne rekening te strijken.
«Mackay komt blijkens deze leiten vrij wel
in dezelfde politieke stelling als van Lijnden
en Heemskerk, Hij heeft geen ministerieele
partij meer en hij kan ook niet op een sterke
strooming onder de kiezers rekenen, in welke
hij eventueel tegenover de tot dusver ministe
rieele afgevaardigden en dagbladen steun zou
kunnen vinden."
Verder vragen we de aandacht voor het
geen de heer Van Houten nader aanvoert.
«Het is niet mijn voornemen een poging
te doen op den loop van het ontbindings
proces der ministerieele party invloed te
oefenen. Ik wensch slechts de liberale partij
te bewegen, thans niet de fout te herhalen,
waaraan hare meerderheid zich van 1879
1887 heeft schuldig gemaakt. De verdeeld
heid der liberalen maakte destijds in soort
gelijke omstandigheden als thans voor de deur
staan, den voortduur van de ministeriën van
Lijnden en Heemskerk mogelijk. Zij die Kap-
peijne de door hem ontworpen grondwets
herziening onmogelijk hadden gemaakt, ver
ijdelden in die jaren eiken aanval van liberale
zyde, die de wederopvatting der hervorming
ten doel haden toen zij na jarenlangen
tegenstand genoodzaakt waren te zwichten
en in de herziening der Grondwet te berusten,
verkozen zij de leiding van Heemskerk boven
die van Kappeijne. Aan die onverdedigbare
houding heeft de geheele liberale partij het
te wijten, dat zij nog steeds verantwoordelijk
wordt gesteld voor de fouten van de genoemde
ministeriën, en o. a. ook voor de door den
minister du Tour gevolgde gedragslijn tegen
over de sociaal-democratische beweging.
"Daar vooral ook in dit opzicht de christelijke
partijenmet uitzondering van den heer
Keuchenius, steeds ministerieel waren, bleef
de linkerzijde der liberalen, die althans den
heer du Tour wenschte te verwijderen, mach
teloos.
»Bij welke gelegenheid de liberalen over
het voortbestaan van liet kabinet-Mackay te
beslissen zullen hebben, is nog niet te voor
zien. Waarschijnlijk zullen eenige katholieken
beginnen hun stem te weigeren aan voor
stellen van den minister Bergansius. Zal het
ministerie dan in dezelfde mate als het door
zijn vrienden verlaten wordt, bij leden der
liberale partij steun vindeu? Dr. Kuyper legt
het er op toedat zulks geschiedewaar
schijnlijk zelfs bereidt hij eene zwenking voor,
volgens welke ook het ministerie-Mackay tot
zetschipper der «liberalistische kliek" zal
worden gepromoveerd. Wij hebben, zegt 'de
Standaard in haar nommer van 15 October,
de schoolwet met de katholieken gemaakt,
niets verhindert ons, nu z\j ons ontvallen,
voor de legerwet den steun der radicale libe
ralen aantenemen. Van welke radicalen de
Standaard steun verwacht, om de lichting
met bijna de helft te verhoogen en het be
ginsel van volkswapening geheel vaarwel te
zeggenwaarvan in onze schutterijenhoe
stiefmoederlijk steeds door de regeering be
jegend, althans het beginsel zich nog hand
haaft, is mij niet geopenbaard. Ik zou denken,
dat de toeleg van Dr. Kuyper slechts bij
eenige conscrvatief-liberalen gelukken kan,
maar ik kan dit in het midden laten. Mij
is het genoeg, dat men van ministerieels
2ijde reeds om hulp van liberalen kant be
gint te hengelen, en meent te mogen ver
wachten dat aan het lokaas zal worden
gebeten."
Wordt vervolgd
LUXEMBURG.
Alvorens den eed af te leggen, bracht de
groothertog gistei en een woord van lof aan
wijlen den Koning, die het land gelukkig,
voorspoedig en onafhankelijk gemaakt heeft,
De dankbaarheid van een vrij volk is de
belooning voor den Koning en eene vinger
wijzing voor mij en mijnen zoon. Het volk
zal de nagedachtenis des Ivonings in eere
houden. Ik ken de plichten, welke de grond
wet mij oplegt, en ik zal trachten, door die
te vervullen, het vertrouwen der bevolking
te behouden. Ik bid God het verbond tus-
schen Luxemburg en mij te zegenen."
De groothertog legde vervolgens den eed af.
B E L G I E.
Uit Brussel wordt gemeld, dat verscheidene
Eene goudgraversgescliledonis uit Callfornië,
22.
En wat is er mee gewonnen, als Orelly den
strop krijgt? Zal Alice dun toeschietelijker zijn 7
Zal zij den Duitscher minder liefhebben? Op
■hetzelfde oogenblik dat Orelly als de moordenaar
van kapitein Jensen sterft, is George Ahldorf
weer Bill Steven I Dezen, zijn doodvijand, ontheft
hij daardoor van den smaad, hem alleen werkt
hij daardoor in de hand. Hieraan dacht Orelly
voorzeker en daarom was hij zoo kalm.
Ter wille van dozen Bill zou hij zich dus maar
•alles moeten laten welgevallen 7 Hij lachte in zich
zelf. Het zou toch zoo moeilijk niet zijnde vent
Was zoo argeloos; als een lmas zou hij den kop in
den strik steken.
Terzelfder tijd maakte ook Bill zijn plannen
onder hetzelfde rotsblok, waar hij den vorigen dag
had gemijmerd. Het fonkolendekristal in den hoek
leidde zijne gedachten weer afeen blijmoedig
lachje verhelderde zijne trekken en hij sloot de
oogen om zich in die zalige herinneringen te
vermeien. liet meest bekommerde het hem, dat
hij tegenover Alice, die hem zoo openhartig en
vertrouwelijk de geheimen van haar huiselijken
kring had medegedeeld, niet even rondborstig
kon zijn, niet eens zijn waren naam kon noomen.
Gedurende hun gesprek van gisteren had hij
meermalen op het punt gestaan, haar te zeggen
wie hij was; doch de gegronde vrees hield hem
terug, dat het onorvaren meisje in hare harts
tochtelijkheid eene onhandigheid kon begaan, die
haro toekomst in gevaar bracht. Ilij moest echter
nauwkeurig weten of do inborst van den ouden
Orelly werkelijk in die mate was geboterd, dat
deze niet als vijand tegen liena optreden zou.
Eveneens was het hom niet helder, wat hij
met Fimey, die hem in sluwheid verre de baas
was, beginnen moest. Zou hij hem zeggen, dat
hij hem en Orelly had lieikend en hem zoo in toom
houden? Dan echter zou hij zijne boosheid nog
meer hebben te vreezen en ware hij zijn leven
geen uur zeker. Hem aanklagen Doch hierdoor
zou ook Orelly worden getroffen, en dit mocht
ter wille van Alice niet gebeuren, voor geen
prijs. Hem eenvoudig voorbijzien en op zijne laf
heid rekenen 7 Dit ware misschien nog hel11 es te.
Toon hij eenige dagen later met Alice weer
een onderhoud had, zette hij haar dit uiteen. Zij
moest hem gelijk gevenalleen gaf zij den raad
lmar vader, die geheel op hunne hand wus, limine
plannen mede to deelen, daar hij veel meer er
varing had en tegenover Fimoy een krachtige
steun was.
Bill wildo hiervan echter nu nog niets weten.
Ondanks Alice's mededeeiing van haar vaders be
rouw over het gebeurde, had hij van dezen nog
steeds een verklaarbaren afkeer. Toch beloofde
hij haar na verloop van acht dagen haar verzoek
in te willigen. Hij hoopte alsdan nauwkeurig te
weten, wat zijn mijngrond waard was. Hij wilde
gedurende deze acht dagen, hoe zwaar het hem
ook viel, Sacramento niet bezoeken, maar zich
geheel bij zijn werk bepalen.
Toen hij 's avonds laat te Norcross kwam,
heerschte er in den osalon" eene groote opschud
ding. Het kleine vertrek was er voller dan ooit.
Martellos' stem klonk boven het gedruis uit. Hij
raasde en vloekte en sloeg met de vuist op de
toonbank, dat de glazen er van dansten en de
whiskey over den rand vloeide.
«Laat liet m'aar aan mij over, Sennores,"
schreeuwde hij, toen Bill binnenkwam, «en gij
moogt mij inzouten, als ik den schavuit niet
ontdok
«Dat is nog niet gebeurd, zoolang wij de mijnen
hier hebben
«Wij zullen ora beurten de wacht houden;
duizend dollars voor wie hem snapt!"
«Eerst moet hij gegeeseld en dan gehangen
worden. Een eeuwige schande voor Norcross
Zoo gonsde dit alles door elkander, door heftige
gebaren begeleid. Ook Fimey behoorde tot de
luidste schreeuwers.
(Wordt vervolgd.)