Binneitlandsfelie Berichten.
bladen een gerucht vermelden, dat de mogend
heden tot de Nederlandsche regeering eene
gezamenlijke nota zouden richten naar aan
leiding van het verzet der eerstgenoemde
tegen het heffen van invoerrechten in den
Congo-staat.
D U I T 8 C II Jt A N R.
Bij den bondsraad is eene keizerlijke
verordening ingekomen volgens welke op
grond van de wet op de voedingsmiddelen,
het vervaardigen en verkoopen van werk
tuigen tot liet maken van kunstmatige kofiie-
bootten moet verboden worden. Deze aange
legenheid heeft de regeering reeds langen tijd
beziggehouden.
Met het oog op de naderende conferentie
tot schoolhervorming hebben de 137 hoog
leeraars van al de faculteiten der Beilijnsche
universiteit tot den minister van onderwijs
eene verklaring gericht, waarbij zij in het
beiang van het academisch onderwijs er tegen
opkomen, dat er op de gymnasiën aan het
onderwijs, in vei band met de klassieke oud
heid, feitelijk afbreuk gedaan zou worden.
De Berlijnsche Post verklaart op goeden
grond te kunnen mededeelen, dat de regee
ring zich zal bepalen tot de sommen, op de
begrooting van oorlog uitgetrokken, en dus
geene suppleloire kredieten zullen gevraagd
worden.
E S I) E Ij A N 1).
Het Hoogerhuis is tot 22 Januari uiteen
gegaan. Het Lagerhuis behandelde het ont
werp tot instelling van een departement van
landbouw, en ging vervolgens mede tot 22
Januaii uiteen.
De heer Parneli heeft een aanbod van de
firma Wihvaukee afgeslagen, welke hem
voorstelde in Nootd-Amerika honderd lezingen
te gaan houden, tegen een honorarium van
75.000 dollars.
De DiVborigenes Protection Society" heeft
tegen aanstaanden Vrijdag eene vergadering
aangekondigd, waarin de gruwelen, voorge
vallen in üavttelot's kamp te Yamboeya, be
handeld zullen wol den.
Uit Korifetantinopei wordt aan de Times
bericht, dat Water field, president van den
spoorweg Smyrma-Cassaba, in de Turksche
hoofdstad is aangekomen om over eene ver
lenging dier spuorweglijn naar Konieh te
onderhandelen.
F It A S K E IJ K.
Ondanks het verzet der regeering heeft
de Kamer een amendement aangenomen,
■waardoor de rechtbanken gemachtigd worden
verzachtende omstandigheden toe te passen
bij overtredingen te goeder trouw van belas
tingwetten.
De Kamer heeft de financieele wet. behou
dens eenige ondergeschikte artikelen, aan
genomen.
RUSLAND.
De keizer heeft, volgens berichten uit Nizza,
aan zijne onderdanen verboden voortaan in
het prinsdom Monaco te komen. Het schijnt,
dat "het is uitgevaardigd wegens het groot
aantal Russische families, die door de speel
tafel geruïneerd werden.
De Russische consul te Nizza, om inlich
tingen gevraagd, wil niets mededeelen en
eenige voorrinine leden der Russische kolonie
verklaren niets van een verbod te weten.
I X A H E.
De heer Grimaldi is tot minister van
financiën benoemd, ter vervanging van den
heer Uioletti, minister der schatkist, die ad
interim dit van financiën was.
Het heeft op bet Vatikaan een zeer goeden
indruk gemaakt, dat Crispi het bestaande
voornemen om de kerk delle Stenimale te
Rome te slechten heeft opgegeven, nadat hem
ter oore was gekomen, dat de paus dit bij
zonder betreurde, wijl zijne moeder in deze
kerk ligt begraven.
SPANJE.
Zondag is in het getieele land, ter verkie
zing van de helft der leden van de gewes
telijke vertegenwoordigingde eerste proef
genomen met de wet op het algemeen stem
recht. Zij pleit niet ten gunste dier wet.
Allerwegen toch is de onthouding zeer groot
geweest; in de provinciën heeft nauwelijks
een vierde der kiezers aan de stemming deel
genomen. In de groote steden was de opkomst
der kiezers wel grooter, maar dit zegt naar
die verhouding niet veel.
Te Madrid hebben de liberalen de meerder
heid verkregen. Hetzelfde is liet geval in de
meeste andere gioote steden. Maar daar zijn
de liberalen meerendeels' overvleugeld door
de plattelandsgemeenten, die bij de indeeling
der kiesdistricten aan de steden vastgekoppeld
zijn en die met overwegende meerderheid
conservatieve en clericale candidaten gekozen
hebben.
De ministerieele candidaten hebben in niet
minder dan 42 van de 49 provinciën de
meerderheid verkregen.
S E R Y I E.
De verbanning
tegengesproken.
van koning Milan wordt
AMERIKA.
De opemtiën van de schatkist hebben tot
doel, de in omloop zijnde munt met 6 millioen
dollars te vermeerderen.
De kabinetsraad zal zich met den finan-
cieelen toestand bezighouden.
TWEEDE KAMER DER STATEN-GENERAAL.
Zitting van 9 December.
In deze zitting werd een aanvang gemaakt met
de behandeling der Indische begieoting voor het
dienstiaar 1891.
De hoer Levyssohn Norman, dio de algemeens
beschouwingen opende, noemde deze begrooting,
meteen tekort van 23 millioen, wel de ongunstigste
welke hem onder deoogen was gekomen. Wijzende
op de verschillende omstandigheden, welke hebben
samengewerkt om dit tekort te doen ontstaan,
betoogde spreker dewenschelijkheid van een goed
financieel beleid, waar naast moet staan een goed
en krachtig staatsbeleid. Een man moet aan het
hoofd staan, die-een helder inzicht in de zaken
heeft en die weet welke maatregelen genomen
moeten worden om verbetering in den toestand
te brengen.
Den toenemenden invloed van de Chineezen in
Nedei'l. Indié besprekende, wees do lieer Levyssohn
Norman op het gevaarlijke daarvan en betoogde
de wenschelijkheid om de Chineezen uit de pacht
te verdrijven, in de eerste plaats uit de opium
pacht.
Daarna kortelijk den toestand in Atjeh en Flores
aanstippende, wees spreker op het zijns inziens
twijleiachtige nut der blokkade op deAtjehsclie
kust, terwijl omtrent de verrichtingen op Flores
nadete inlichtingen werden gevraagd. Iluide werd
door spreker gebracht aan den gouverneur-gene
raal, voor wiens optreden mon dit ministerie
dankbaar mag zijn.
Door den heer Van Vlijmon werd gewezen op
de gtoepeering der cijfers van deze begrooting, die
geen helder overzicht van don toestand geven. De
oplossing van het kofiieprobleem achtte hij niet
zoo moeilijk, daar men weet dat daarvoor noodig
is verbetoilng van degedwongen coltubr, die ver
beterd kan worden.
Ook door den heer Van Nunen werden de cijfers
der begrooting besproken en aangetoond, dat het
tekoit voor 1891 met 1Va millioen moet worden
verhoogd. Wat de koffie opbrengst betreft, en
daartegenover stellende de raming van opium en
andere zaken, kwam hij tot de slotsom, dat een
tekort van 11 millioen niet behoorlijk is gedekt.
De voorzitter ste' ie voor, in overleg met de
regeering, de kicstabelherziening vnn de agenda
af te voeren, en vóór het reces Schier uitsluitend
de Indische en Nederlandsche begrooting te be
handelen, door Zaterdags en Maandags te zitten
en driemaal 's weeks avondzitting te houden.
De fieer Vermeulen stelde voor, na het Indisch
budget alleen te behandelen do hoofstukken 1,
VIIA en middelenwet en in het voorjaar van 1891
de begrootingen verder te behandelen.
Na een uitvoerig debat, waarin de heer Rutgers
van Rozenburg constateerde, dat de stedenwet
begraven zal worden met toestemming der regee
ring waartegen de heer Heemskerk protes-
teei de, terwijl de minister Mackay verzekerde dat
alleen het landsbelang eischt de begroetingen te
doen vooiatgaan aan de stedenwet -wordt met
71 tegen 20 stemmen besloton, de kieswetwijzi
ging van de agenda af te voeren.
Voorts werd met 69 tegen 22 stemmen aange
nomen het voorstel, om terstond de staotsbegroo-
ting aan te vangen en daarvoor Maandag en
Zaterdag te zitten.
Hot voorstel, om driemaal's weeks's avonds te
zitten, is verworpen mot 46 tegen 42 stemmen.
De heer Bool heeft bezuiniging en eene teening
ten laste van den staat voor buitengewone wer
ken aanbevolen, evenals de heer Geertsema.
Morgen voortzetting.
De gewone aiidientie vfrti den minister van
koloniën zal Vrijdag 1- dezer niet plaats
hebben.
SCHIEDAM, 10 Decembor 1890.
De rivier voor deze gemeente is de beide
laatste dagen met licht drijfijs bedekt, wat
echter de scheepvaart weinig hindert.
De minister van financiën maakt bekend,
dat het saiclo van 's rijks schatkist op 6
dezer 11. bedroeg;
bij de Nederlandsche Bank f 8,240,438.59Vj
en bij de betaalmeesters - 1,144,493.llVs
Te zamen 9,381,931.71
Bij de toezending aan de commissarissen
des Konings van liet materiaal ten behoeve
der bevolkingsstatistiek voor 1894, heeft de
minister van binnenlandsche zaken eenige
nadere voorschriften gegeven ter verkrijging
van meer kennis omtrent het verband tus-
schen de sterfte en de beroepeh of middelert
van bestaan. Tot dat einde zullen ae gemeente
besturen in het vervolg de hand hebben te
houden aan eene zoo nauwkeurig mogelijke
invulling van de beroepen en de middelen
van bestaan op de aan den commissaris des
Konings in te zenden maandelijksche sterfte-
lijsten.De minister vertrouwt, dat de gemeente
besturen bij hfet ontvangen der rioödigë opga
ven voor het opmaken van de akten van
overlijden weinig moeite zullen hebben, zich
zooveel mogelijk te vergewissen omtrent de
verlangde opgaven betreffende het ambt
beroep of bedrijf.
Verder is door den minister bepaald, dat
voor de verdeeling der gemeenten van het rijk
in groote en kleine, bij de statistiek voortaan
als de groote (of voornaamste) gemeenten
zullen worden genomen de gemeenten met
eene bevolking van meer dan 20,000 zielen.
Het bericht van het overlijden des Konings
gaf Maandagmiddag den voorzitter der letter
kundige afdeeling van de koninklijke academie
van wetenschappen aanleiding eene toespraak
te houden, die door de leden staande werd
aangehoord.
Du voorzitter, prof. Kuenen, zoido dat er reads
meer dan 14 dagen verkopen zijn na de droevige
gebeurtenissen en het graf zich reeds gesloten heeft
over den doorlnchtigen doode. Wat zal ik thans
dus spreken wat niet elders en herhaaldelijk en
beter gezegd is dan ik het zou kunnen. Maar toch
mag de koninklijke academio niet antwoorden met
een eerbiedig zwijgen en meen ik in u aller geest
te handelen, met de gewaarwordingen en gedach
ten te vertolken die de tijding van den dood des
Konings bij ons gewekt heelt. Immers Koning
"Willem was de stichter en beschermheer dezer
academie. Dankbaar erkennen wij de vele zege
ningen die ouder zijne langdurige regeeringaan
Nederland zijn ton deel gevallen dankbaar her
inneren wij ons de groote krachtinspanning en
vooruitgang op allerlei, ook op wetenschappelijk
gebied. Vrijheiden orde werden door hem gehand
haafd en zijn ook ons ton goede gekomen en
verzekeren hern in onze geschiedboeken eono blij
vende plaats. Meer weemoed nog wekt bij ons
's Konings dood, mi al zijne zonen hem voorge
gaan zijn in het graf en geen mannelijke telg uit
het Oranjehuis ons ovrblijft. Thans zijn al onze
liefdo en onzei hoop g'vestigd op's Konings doch
ter en waardeeren wij den zegen in haar ons
geschonken. Nu komt heter op aan ons dien zegen
waardig te toonen, en dat kunnen wij, meer nog
dan vroeger toen de glans van den alom geëerden
Oranjenaam op ons volk afstraalde, door ons
nationaal bewustzijn levendig te houden. Ook deze
academie en de Nederlandsche wetenschap moa-
ton haar nationaal karakter handhaven, dat zijn
de riddertrouw en de ridderdienst die wij schuldig
zijn aan onze jonge Koningin en aan de edele
Regentes. Zoo schragen wij dèn troon. God behoede
onze Koningin en bekwame Haar voor de taak
die Haar wacht.
Het hoofdbestuur van den »Nederlandschèh
Vrouwenbond" heeft den volgenden brief van
rouwbeklag gezonden aan HM. de Koningin-
weduwe, Itegentes van het koninkrijk:
Mevrouw
sTJwe Majesteit vergunne welwillend het hoofd
bestuur van den sNedetlanrtscben vrouwenbond"
tot verhooging van bet zedelijk bewustzijn" in
naam harer leden Uwe Majesteit eerbiedig hulde
te brengen en Uwe Majesteit uit te drukken haar
liefdevolle deelneming in den zwaren slag die ons
Vorstenhuis en ons volk getroffen heeft.
ïAls Nederlandsche vrouwen kunnen wij toch
eenigszins beseffen de smart die uw Vorstelijk
hart gevoelt door bet overlijden van Uwen Vorste-
lijken gemaal onzen geëerbiedigden Koning Willem
III en niet minder den diepen weemoed waarmede
Uwe Majesteit aanziet, de Vorstelijke Wecze,
Uwer Majesteits welbeminde Dochter Wilhelmina
op zoo teederen leeftijd nu geroepen tot den troon
Haars Vaders.
Al Seen Hij, die als medelijdende Hoogepriester
volkomen in al ons lijdon ingaat, onze trouwe
Heiland, knn Uwe Majesteit in deze smart troos
ten en in de hboge roeping aan Uwe Majesteit
toebetrouwd ais Moeder en Voogdesse van onze
jeugdige en geliefde Koningin Wilhelmina, en
als Regentcsse van het Koninkrijk, ook toei usten
met al hetgeen Uwe Majesteit zal noodig hebben
om anb dezelve te kunnen voldoen.
sMet groote verwachtingen zijn wij veivuld
nu uwe Majesteit zoo bereidwillig dezo schoone
taak heeft aanvaard, en als vrouwen van Neder
land zal het ons een eer err een voorrecht zijn
mede te mogen werken om dezelze zooveel mo
gelijk te verlichten en in ons midden orde en
reinheid te helpen bewaren als de schoone vrouwe
lijke roeping in huisgezin en maatschappij.
»Zoo moge onder het beleid van Uwor Majes
teit® regentesschap de welvaart van ons volk én
;dê bloei van ons vaderland 'toenemen én Uwe
Majesteit ih de liefde van haar volk en in zijn
verknochtheid aan het Hui? van Oranjo-Nassau,
waarin Uwe Majesteit, reeds zulk een waardigs
plaats heeft ingenomen, een rijke bron van troost
en kracht vinden."
De N. Jt. Ot. bevat de volgende particu
liere correspondentie uit St.-Petersburg van-
4 dezer:
Hedenochtend te 14 uur had alhier in het
kerkgebouw der Nederlandsche herv. gemeente
eene plechtige godsdienstoefening plaats wegens
den dood en de begrafenis des Konings. Do
keizer en de keizerin benevens de amleie leden
der keizerlijke familie, op wier tegenwoordigheid
in den beginne gehoopt was, hebben deze plech
tigheid met kunnen bijwonen, daar het heden de
verjaardag was van den derden zoon des keizers,
den twaalfjarigen grootvorst Michael, terwijl de
dienst moeilijk op een anderen dag dan dien der
begrafenis kon bepaald worden. De czanr word
dus slechts door een ceremoniemeester vertega-n
woordigd, maar hij heeft daarentegen door zijnen
broeder Alexis naar Den Haag te zenden d&
grootste eer bewezen, welke op ditoogenblik,nu
zijne oudste twee zonen in verre landen reizen,
mogelijk was.
Tot bijwoning van den dienst waren door den
Nederlandschen gezant de vertegenwoordigers der
vreemde mogendheden ann het Russische hof, de
andere leden van het corps diplomatique en de
consulaire vertegenwoordigers der verschillende
staten uitgenoodigd, terwijl door don kerkernad
der gemeente aan alle hier woonachtige Neder-
landeis eene toegangskaart was gezonden. De
wanden van het kerkgebouw, de banken en de
luchters waren met zwart doek en gaas bekleed
en omhuld de kansel was geheel oirn ingd door
hoog opgaarde tropische gewassen, waartu«schen
het boistbpeld van Willem 111 helder uitkwam
de brandende luchters tempeidon de duisternis.
De geheele aanblik van liet gebouw maakte een
sombeien maar tevens sclioonen indruk. De hier
Woonachtige Nederlanders waren tab ijk opgeko
men en vulden de zijbanken en de achterste
rijen de voorste banken waren opengelaten voor
de gezanten en andere genoodigden, die bij buil
binnentreden door den Nederlandschen gezant
jhr.Van Stoetwegen, zijnen secretaris, graaf Schira-
melpeniiinck, en den consul, den heer Mellema,
ontvangen en naar hunne plaatsen geleid werden.
De plechtigheid werd mede vereerd door de
tegenwooidigheid van den minister van buiton-
lafidscha zaken Giers, en den prefect van politie
Grosser. Do schitterendeveelkleurige gala
uniformen der gezanten en consuls vormden
eene vreemde tegenstelling met de zwarte dra
perieën en de donkere kleeding der dames.
Bij het begin en het einde van don dienst
werden door een onzichtbaar koor verzen van
kerkliederen in het Dmtsch gezongen, maar ge
bed en leerrede werden in het Hollandsch uit
gesproken. Da beminde leetaar onzer gemeente,
ds. Gillot, had tot tekst voor zijne schoone retfe
de woorden van den psalmist gekozen: »Eer ik
u vergete, o Jeruzalem, zoo vergete mijne rechter
hand zich zelve". Hij vergeleek met deze onkreuk
bare gehechtheid van het Joodsclie volk aan
Jeruzalem den eeuwenheugenden band, welke
Oranje en Nederland verbindt, liérdncbt dan
moed en de liefde voor zijn volk door Willem
III in oogenbhkken van nood betoond, zijne onder
steuning van kunsten en wetenschappen, om hat
voile licht te doen vallen op het feit, hetwelk
niemand ioochenen kan, dat de ons ontvallen Vorst
jn de een en veertig jaren zijner regèaring steeds
gétroöw is gebleven adn den eed, bij zijne troons
bestijging afgelegd, de staatsregeling en de vrij
heden van het Nederlandsche volk te zullén
handhaven.
Het was voorzeker een zeldzaam schouwspel,
de vertegenwoordigers van alle groote rijken,
den Duitscher en den Franschman nanst den
Spanjaard en den Chinees gedurende een half
uur in eene kerk in Ruslands hoofdstad onder
het gehoor te zien van eene in het Nedorlandsch
uitgesproken rede. Indien deze woorden niet door
de onbekendheid met onze taal nis zinledige
klanken voor hunne ooren voorbijgezweefd waren,
hadden zij bij hen, gelijk bij ons lumigenooten;
weder het bewustzijn kunnen verlevendigen van
de rol door Oranje en Nederland gezamenlijk in
de historie vervuld, on van het zwaie verlies
door het overlijden vun den laatsten niunnelijken
telg van dit doorluchtig huis door ons geleden.
Het Handelsblad ontving van een zijner
stadgenooten de volgende herinnering aan
Willem III als een bewijs van 's Konings
ingenomenheid met het volksonderwijs en