Binnenlandsche Berichten.
Gemengde Berichten.
laat het toorkomen of het belang wordt
beoogd van den kleinen man, maar men be
doelt de grootgrondbezitters.
De minister Von Boetticher antwoordt dat
de regeering niet op de mismoedigheid des
volks heeft gewacht, maar zich voortdurend
met de vraag heeft beziggehouden. Een te
Keulen voorgekomen geval van trichinen wordt
aan uit Holland binnengesmokkeld Ameri-
kaansch spek toegeschreven.
De voorzitter Barth verlangt hoofdelijke
stemmingzijn voorstel wordt daarop met
133 tegen 103 stemmen verworpen.
Betreffende gelijkluidende nota's die door
de Duitsche en Oostenrijksche regeeringen
aan Bulgarije over de Russische onruststokers
zouden gericht zijn, verneemt de Norddeut-
sche Zeitung van zeer goed onderrichte zijde,
dat een zoodanige nota van Duitsche zijde
niet afgezonden is*, echter is daarom niet
uitgesloten dat de Duitsche consul, als op
tredende voor Russische belangengeen
klachten van Rusland aan de Bulgaarsche
regeering zou overgebracht hebben.
Na de gedachtenwisselingen, welke hier
hebben plaats gehad met den beroemden
gouverneur van Oost-Afrika, baron Soden,
en den consul-generaal Michaëlis, heeft, de
regeering definitief afgezien van het plan van
Emin Pacha, om aan de Victoria- en Tan-
ganika-meren eene nieuwe provincie te vor
men. Aan particuliere ondernemingen en
zendingen wordt evenwel daar bescherming
en krachtige hulp toegezegd.
ENGELAND.
In de zitting van het Lagerhuis heeft Fer-
gusson medegedeeld, dat de onderhandelingen
met de Vereenigde Staten over de visscherij
in de Behringzee langs diplomatieken weg
worden voortgezet, en het foreign office op
de nota van Blaine van 17 December niet
geantwoord heeft. Verder dat de onderhan
delingen met Portugal over den respectieven
kring van machtsbevoegdheid van Engeland
en Portugal nog niet zijn afgeloopen.
De parlementaire zitting is gisteren her
opend zonder eenig incident. Veel leden
waren afwezig.
De nieuwe Kanaaltunnel-maatschappij, ter
verbinding van Dover en Calais, tracht eene
concessie van het Parlement te verkrijgen.
Het stamkapitaal bedraagt 10 milüoen p. st,
bovendien hoogstens 3,333,000 p. st. obliga-
tiën. De geraamde bouwtijd zou tien jaren zijn.
DENEMARKEN.
Gisterochtend is er in het paleis des kroon
prinsen te Kopenhagen een brand uitgebro
ken, welke men eerst na verloop van een uur
meester was. Het arbeidsvertrek der kroon
prinses met al het meubilair,waaronder kunst
stukken en schilderyen van groote waarde,
is vernield. De koning en prins Waldemar
waren op de plaats der ramp aanwezig.
ITALIË.
Het Romeinsche comité voor het eeuwfeest
van Christophorus Columbus heeft eenstem
mig besloten te Rome een standbeeld voor
den grooten Italiaan op te richten.
Kardinaal Vannutelli, nuntius in Portugal,
en mgr. Francica Nava di Bonfe, nuntius in
België, zijn door den paus naar Rome ont
boden tot bespreking van de strijdvraag tus-
schen België en Portugal, welke, zooals men
weet, aan de uitspraak van den paus is
onderworpen.
SPANJE.
De koningin-regentes lijdt aan eene ver
koudheid.
PORTUGAL.
Te Lissabon van Rio de Janeiro ontvangen
depêches bevestigen, dat het geheele Brazi-
liaansche Kabinet zijn ontslag heeft genomen
wegens oneenigheid tusschen het voorloopig
hoofd der regeering en de ministers over den
aanleg van de Torres-haven f waartoe maar
schalk Fonseca concessie verleende aan zijn
boezemvriend Medeiros, wien hij bovendien
eene belangrijke staatssubsidie wil toeken
nen, hetgeen de ministers bestreden, maar de
dictator stoort zich aan hunne protesten
evenmin als aan de protesten der volksver
tegenwoordiging tegen zijne buitensporigheid.
Hij droeg de Kabinetsvorming op aan zrjn
reactionnairen boezemvriend baron Lucena,
die reeds tijdens het keizerrijk den volkshaat
wekte. De Braziliaansche regeering laat hier
tegenspreken, dat zij voornemens zou zijn, de
financieele agentuur aan Rothschild te ont
nemen.
AMERIKA.
Uit Mexico wordt gemeld dat de telegra-
phische gemeenschap met de Chileensche
zuidkust is verbroken. Een gerucht loopt dat -
een gevecht plaats gehad heeft in de om
streken van Serena en de beslissende slag
te verwachten is. Naar verzekerd wordt,
zouden de opstandelingen veld winnen.
Volgens berichten uit Toronto zal in de
volgende week een consortium eene vergade
ring houden voor het plan van een schepen
spoorweg, waarop volgeladen schepen ver
voerd kunnen worden, teneinde Chicago en
Toronto tot zeehavens te maken. Voor Toronto
ramen de ingenieurs de kosten op 10 millioen
doll., voor Chisago op 30 millioen doll. Van
het Sint-Lawrence-kanaal, als het uitgediept
is, zou mede gebruik gemaakt worden.
SCHIEDAM, 24 Januari 1S91.
De Tijd wijdt een artikel aan mr. JE baron
Mackay, Na zijne verdiensten erkend te lieb-
levend wezen. Het was de stuurman van het
schip. De man lag in een ijlende koorts en stiet
allerlei verwarde geluiden uit. Op de in het
Engelsch tot hem gerichte vragen bekwam men
geen voldoend antwoord.
De ongelukkige werd ook in dekens gewik
keld, in de loodsboot gelegd en deze bereikte
met zijn treurige» last binnen een half uur het
strand.
Het lijk der vrouw werd bij Jansen in eene
schuur gelegd en de stuurman voorloopig in
het badhuis onder dak gebracht.
Geesje was reeds weder te huis. Niemand had
in de verwarring bare afwezigheid opgemerkt.
Met schrik vernam zij, dat men niemand anders
dan het vrouwenlijk sn den zieken stuurman aan
boord gevonden had.
Waar was Willem gebleven?
Was hij verdronken Had hij zich verscholen
op het wrak? Met die vragen, waarvan zij
niemand de oplossing kon vragen, kwelde het
I meisje zich; doch langen tijd tot peinzen had
zij niet.
Jansen wilde beproeven, en wel zoo snel moge-
lijk, of er misschien ook nog leven in het koude
ben als minister van binnenlandsche zaken,
zegt zij van hem als minister van koloniën,
dat iemand, die zich nooit bijzonder met
koloniale aangelegenheden heeft beziggehou
den en niet met geheel buitengewone talen
ten is toegerust, onverwacht met de portefeuille
van koloniën belast, jaren noodig zal hebben
voor hij een goed en bekwaam minister kan
wezen voor dat departement.
Mackay is te eerlijk om door goochelaars
handigheid en door ijdel vertoon zijne onvol
doende kennis te verbergen, maar zoo men
hem zijne tekortkomingen vergeeft, dan is dit
te danken aan de égards, die men hem als
minister van binnenlandsche zaken meent
schuldig te zijn.
Zoodanige toestand mag echter niet van
big venden aard zijn; daarvoor staan te groote
belangen op het spel, en de vrienden zeiven
van Mackay moeten naar eene reconstructie
van het Kabinet verlangen, die het hem
mogelijk maakt zy ue portefeuille over te geven
aan een «deskundige".
Een bedenkelijk karakter heeft de porte
feuilleverwisseling van den heer Mackay door
zijne eigen openhartige verklaring, dat zij
plaats had zijns ondanks. Uit de debatten
is gebleken, dat niet de Kooing krachtens
Zijn recht om ministers naar welgevallen te
benoemen, hem lot die aanvaarding bewogen
bad, maar dat hg daartoe geprest werd door
invloeden van buitenaf, buiten den kring der
door de wet bepaalde machten. De Tijd heeft
blijkbaar het oog op Kuyper en zij besluit:
«Is dit zoo, dan willen wij gevraagd hebben
of gehoorzaam toegeven aan die invloeden
paste aan den leider van het Kabinet, het
welk door de gemeenschappelijke actie van
katholieken en anti-revolutionnairen in het
leven werd geroepen, en tevensof het niet
onze plicht is ook in het vervolg wel toe te
zien waar eigenlijk het zwaartepunt der
regeering moet gezocht worden, in het mini
sterie of daarbuiten?"
Een belangwekkend Atjeh-debat werd Dins
dagavond in het Indisch genootschap gevoerd.
De heer G.A.Scherer, die verscheidene jaren
in Atjeh als gouvernements-ambtenaar door
bracht, verdedigde de scheepvaartregeling als
eenig afdoend middel tot pacificatie, en beriep
zich op eene ervaring van 17. jaar in 4883
en 1884toen dat stelsei op zijn initiatief
werd toegepast met gunstig resultaat. Bij de
invoering van het concentratiestelsel zijn de
voordeelen er van verloren gegaan. Pogingen
tot ondr'/werping van oorlogspartij en sultan
zullen niet slagen. Zoo de scheepvaartregeling
niet spoedig wordt ingevoerd, is er eene
catastrophe te wachten die ons Atjeh kan
kosten en het begin kan zyn. van onzen on
dergang.
lichaam te brengen was. Hij liet het in een net
kamertje te bed leggen. Er werd door Geesje en
de dienstmeid op zijn bevel een warm bad gereed
gemaakt en warme wijn bereidhij zelf begon de
middelen toe te passen, die men gewoon is bij
drenkelingen aan te wenden, en wat zelfs de
wakkere Jansen niet had durven hopen de
schijndoods ontwaakte uit hare lange bezwijming.
Nog voor de avond viel, had men de zekerheid
haar in het leven te zullen behouden. Tegen den
nacht viel zij in een diepen slaap.
Geesje kon dien nacht den slaap niet vatten.
Al de dorpelingen waren van het wrak teruggeko
men en niemand sprak over Willem. Hij was ook
nog niet op het eiland teruggekeerd en niemand
scbeen hem te missen.
Don volgenden dag was het stil en helder weer.
De zoo goed verpleegde vreemdelinge was ont
waakt. Geesje zat aan haar bed, doch zij scheen
het meisje niet op te merken.
«Een vreeselijken droom gehad," fluisterde
zij in de Duitsche taal, terwijl zij verwonderd
in het kamertje rondkeek en in het bed rond
tastte.
«Het schip ligt stil; wfj zijn in da haven. Dat
De heer Von Schmidt auf Altenstadt
gewezen commandant van een kruiser
Atjeh, deelde in het algemeen zijn gevoelen,
prees den tact en personeelen moed door i
heer Scherer. in Atjeh getoond, en vereenigde
zich ook met diens denkbeeld om Groot-Atjeh
te omringen door een gordel van door oi» I
gesteunde kleine staatjes. Blokkade van
deel der kust geeft geen voordeel en vi®
eene blokkade van de geheele kust is on»
macht te klein.
De heeren Nijpels en Mens, die langen tgd
als officier in Atjeh diendenbestreden de
invoering der scheepvaartregeling op dit
oogenblik. De blokkade baatte en moest won t
den volgehouden om schijn van zwakheid te f
vermijden. Later zou het stelsel—Scherer I
dienst kunnen doen. De heer Scherer gaf toe f
dat zijn stelsel pas ingevoerd kon wordenals
de organisatie behoorlijk was voorbereid.
De heer Levyssohn Norman huldigde den l
zedelijken moed van den heer Scherer, om
in de Atjen-quaestie eene vaste overtuiging
krachtig voor te staan. Op zyne vraag wat
de militaire elementen dachten van het om- j
gordingsstelsel was het antwoord, dat daario I
het gevaar lag dat de zoogenaamde vriendin j
ons zouden gaan bestrijden met onze eigen
hun verstrekte wapenen, wat de heer Scherer
tegensprak. I
De voorzitter, de heer Canne, dankte den j|
heer Scherer voor zijn doorwrocht betoog.
De inwoners van Moerdijk maken zich niet
ten onrechte ongerust over den naderenden I
dooi bij een noordoostenwind. Velen bereiden
zich voor, bij een overstrooming, die alsdan J
niet uit kan blijven, hunne woningen te ver- f;
laten. Ook vele schippers, die aldaar in de
haven geankerd liggen, verkeeren in span-
ning. Dat de brug over het Holl. diep ook f
bij genoemde windrichting door de opeen-
hooping van ijsschollen veel te verduren zal
hebben, lijdt geen twyfel. 1
Iedereen lijdt onder den zwaren druk van
dezen harren winter. De boer niet het minst l
Hij heeft geen voer meer voor zijn beesten:
menigeen zou graag eenige stuks vee van de
hand doen, doch de slager biedt hem geen
geld genoeg. Nu zyn er te Stratum en in de
omstreken, die zelf aan het slachten zijn ge-
gaan en er niet slecht by schijnen te varen.
Zij verkoopen het vleesch voor 30 cents het
pond.
Voor John Wesley, den stichter der Wesleyaau-
sche Methodisten, zal eerlang een standbeeld
worden opgericht. Het plein voor de Wesleyaaa-
sche kerk in de City Road te Londen zal waar |1
schijnlijk ter plaatsing van het beeld worden
gekozen en de eerste steen voor het voetstuk
is snel gegaan. Maarwaar ben ik toch riep
zij eensklaps, zich oprichtende. Zij zag Geesje
zitten. «Waar ben ik, meisje?"
»Houd u bedaard, juffrouw," antwoordde
Geesje. «Gij zijt veilig. Mijn vader heeft u het
leven gered."
«Dus was het geen droom, maar werkelijkheid
Waar zijn kapitein Pomard en Louise?"
«Wie is Louise?" vroeg Geesje.
«Mijn kamermeisje."
«Zij zullen door een ander gered zijn,"
troostte Geesje. «Vader heeft alleen u en den
stuurman op het schip gevonden."
«Is het schip dan vergaan vroeg de
vreemde.
«Neen, gestrand. Het ligt tegen de tweede
bank, maar is verloren en de lading voor een
deel ook."
«Dat is treurig," hernam de vree^nde, en een-
vluchtig bleek overtoog hare wangen.
WbrtU vervolgd.)*
Reeds had hij een uur geroeid, toen Jansen
en de zijnen aan boord van het wrak kwamen.
Men vond natuurlijk geen levend wezen op
bet vaartuig. Het vrouwenlijk werd in een deken
gewikkeld en voorzichtig in de reddingboot
neergelaten en toen trad Jansen met een beambte
de kajuit van den kapitein binnen, om de papieren
van het verongelukte vaartuig te zoeken. Men
vond alleen een paar oude scheepsjournalen.
Noch monsterrol, noch bevrachtingslijst of iets
dat op de herkomst en de lading betrekking
had, werd ontdekt. Men moest zicb dus bepalen
tot een onderzoek van bet ruim, voor zoover dit
wegens het ingedrongen water doenlijk was.
Het vaartuig was bevracht met koffie en rijst.
Nagenoeg de helft der lading was droog ge
bleven en men ving dadelijk aan, deze te bergen.
Intusschen waren ook eenige schuiten van
bet eiland nader gekomen en deze namen het
strandgoed over, om het ijlings op het droge te
brengen.
Plotseling hoorde men aan boord eene onge
wone beweging in het ruim. Eene deur, die door
een neergevallen trap versperd was geweest,
werd opengestooten en daar vond men nog een
WMUJ.JIJ li—1 JMMg '"'"■J 1- -S—I I ».U 1 WHWWfl**
<j