Binnenlandsclie Berichten.
pelijke functiën kunnen uitoefenen gelijk
Amerikaansche of Engelsehe bisschoppen
ofschoon hij er evenmin zal worden erkend
als zijne voorgangers Marilley, Cosandey en
Mermillod,
Volgens een bericht nit Lausanne hadden
de ultramontanen aldaar zich tot den paus
gewend, om pastoor Dernaz als zoodanig voor
zijne parochie te behouden.
RUSLAND.
In officieels kringen te Petersburg is thans
ernstig sprake van eene benoeming van den
gouverneur-generaal van Kiew, graaf Alexis
Ignatiefi tot gouverneur-generaal van Finland,
in de plaats van graaf Heyden, die door
zijne verkeerde handelingen de Russificatie
van dat land eer tegenwerkt dan bevordert.
De geheele Russische pers kiest partij
tegen Von Bismarck. De Grashdanin zegt
»Von Bismarck heeft nooit iets gedaan om
Rusland ernstig te helpen, maai steeds tegen
Rusland geïntrigeerd. Sedert de regeering
van keizer Wilhelm II daarentegen is de
toestand veel verbeterd". De Novo je Vrem-fa
zegt, dat Rusland zich door Von Bismarcks
drijven niet meer laat bedriegen. Ook al
zou Von Bismarck werkelijk bescheiden, die
voor keizer Wilhelm compromitteerend zijn,
aan graaf Schouwaioff hebben ter hand ge
steld, dan zou hij daardoor toch nimmer
het vertrouwen van het Russische volk
kunnen herwinnen.
EERSTE KAMER DER STATEN-GENERAAL.
Zitting van 20 Februari.
In de zitting van heden heeft de minister
van marine zijn beleid verdedigd door opsom
ming van al hetgeen hij deed voor materiaal
en personeel. Ten aanzien der contracten
met de fabriek te Amsterdam had hij de over
tuiging dat die fabriek haar verplichtingen
zou kunnen vervullen. Had hij voorzien dat
dit niet het geval zou zijn, hij zou andere
maatregelen genomen hebben. Dit jaar zal
een eskader van 3 schepen worden uitgezon
den voor oefening.
De heer Van Alphen constateerde dat de
minister niet zijne bezwaren beeft opgeheven.
Op diens vraag waarom het Kamerlid Land,
als zoodanig op non-activiteit, gepasseerd is
voor de bevordering tot kapitein-luitenant,
antwoordde de minister, dat dit geschiedde
omdat de bevordering krachtens de wet niet
was geoorloofd.
Op de vraag van den heer Fransen van
de Putte, in hoever de wet het niet veroor
loofde, was het antwoord: dat de heer Land
ongeschikt was voor bevordering, en hij ver
zekerde na wikken en wegen tot die over
tuiging te zijn gekomen en zonder het groote
gewicht der zaak te miskennen. Hij mocht
niet zwak genoeg zijn om tegen zijne over
tuiging te handelen.
en droomde Ritscbard en verkortte zich met die
overpeinzingen de traag voortkruipende uren.
Ten laatste kon hij zijn bed verlaten.
«Weet gij wel, dat gij sedert uw verblijf op
het eiland de plaats vervangen hebt van een per
soon, op wien gij sprekend gelijkt en die met uwe
komst spoorloos verdwenen is zeide de domi
neesvrouw, terwijl zij den sterkgebouwden jon
gen man met trots aanschouwde.
Charles lette eigenlijk alleen op de laatste
woorden.
»Wie, wat is spoorloos verdwenen vroeg hij
zoo luid en dringend, dat de goede juffrouw van
schrik het streng garen, dat zij bezig was op te
winden, in de war bracht.
»Een schipper, de zoon van arme ouders.
Men zegt, dat hij in een lekke boot bij hooge zee
van wal gestoken is; men heeft later de over
blijfselen der boot aan het strand teiuggevonden."
«Ook zijn lijk?" vroeg Charles met de hoogste
belangstelling.
sNeen, geen spoor er van," antwoordde de
juffrouw.
Het hoofdstuk marine werd aangenomen
met 30 tegen il stemmen.
Bij hoofdstuk financiën heeft de minister
tegenover den heer Fransen van de Putte
volgehouden dat leening voor spoorwegen
verleden zomer ongerechtvaardigd ware ge
weest.
De minister van financiën verklaarde, dat
naast de grondbelasting op het roerend ver
mogen mogelijk is.
Hoofdstuk financiën is daarna aangenomen.
Evenzeer werden de onvoorziene uitgaven
en de vesting-begrooting aangenomen, nadat
de minister van oorlog tegenover den heer
AVertheim uitvoerig betoogd had de verdedig
baarheid der stelling Amsterdam, en de
onwenschelijkheid tot uitbreiding dier stelling
en in uitzicht stelde de mogelijkheid tot over
brenging der pyrotechnische werkplaatsen
binnen de stelling Amsterdam.
Ook de oorlogbegrooting werd aangenomen,
nadat de minister verklaard had, dat het ont
werp van liet nieuw militair strafwetboek bij
den Raad van State was, met ontwerpen om
wijziging te brengen in de rechtspleging, zoo
mede tot vervanging van het reglement op de
krijgstucht.
Het debat over het ontwerp tot wijziging
der bepalingen betreffende de waterstaats
werken is aangevangen.
SCHIEDAM, 21 Februari 1891.
Het Utr. Dagblad heeft met het oog op de
aanstaande Kamerverkiezingen de volgende
beginselen aangewezen, die volgens dat blad
opgenomen zouden moeten worden in een vrij
zinnig programma:
1. Erkenning van den godsdienst in zijne on
derscheiden vormen als een der plechtankers van
den staat.
2. Handhaving en bevestiging der verkreg»»
rechten en vrijheden van alle godsdienstige ge
zindten.
3. Veiknochtheid aan het stamhuis van Oranje
en handhaving van het constitutioneeie koning
schap uit dat Stamhuis.
4. Persoonlijke dienstplicht, als onmisbaar voor
de handhaving van de onafhankelijkheid van ons
volksbestaan.
5. Hervorming van ons belastingstelsel, in dien
zin, dat de belastingdruk beter dan tot dusvei
geëvenredigd wordt aan de draagkracht der in
gezetenen, door uitbreiding van de belasting op
het roerend vermogen en afschaffing van de be
lastingen, die belemmerend werken op de ont
wikkeling van landbouw, handel en nijverheid
of de prijzen van onontbeerlijke verbruiksarti-
kelen verkoogen.
6. Volledige invoering van bet vrijhandelstel
sel, door geleidelijke afschaffing van alle invoer
rechten.
7. Herziening van de wet op het lager onder
wijs, en wel:
a. handhaving van de bij de laatste herziening
toegekende toelagen aan het bijzonder onderwijs
vis van eiders ook bericht gekomen van zijne
aankomst?" hernam Charles.
vJa, in de krant stond dat in Noorwegen een
raatroos van de Orion is komen aandrijven. Waar,
is mij ontgaan, doch ik heb er het mijne van
gedacht."
Waar is die krant? riep de stuurman en
sprong op van zijnen stoei.
vMaar wat zijt gij veranderd, sedert gij weer
hersteld zijt 1" riep da juffrouw op hare beurt.
«Vroeger zoo stil en geduldig en nu bij elk woord,
dat ik u mededeel, opspringende als buskruit."
sik smeek tier om, lieve juffrouw, verschaf mij
die krant I" bad Ritsr.hard, sdan zal ik weer kalm
en bedaard zijn."
sik wil zien, of ik haar nog kan vinden," was
het tergend koele bescheid, en de juffrouw ging
langzaam naar een tamelijk hoog hoekkastje,
zocht lang, maar bad eindelijk het gezochte blad
gevonden.
Zenuwachtig greep de stuurman het aan, doch
nu eerst kwam het hem in de gedachte, dat hij
geen Duitsch verstond, Hij verzocht zijne verpleeg-
b. wegneming van de belemmerende bepalin
gen, bij de herziening aan het openbaar onder
wijs in den weg gelegd;
c. invoering van algemeenen leerplicht.
8. Regeling van het vakonderwijs, bepaaldelijk
van het landbouw-, ambachts-, fabrieks- en huis-
nijverheid-onderwijs.
9. Uitbreiding van het kiesrecht, in dien zin,
dat er naast den eisch van zekere welvaart,
waarborgen zullen worden gesteld voor de ver
standelijke ontwikkeling van hem, die als kiezer
zullen worden toegelaten.
10. Uitbreiding der wetgeving tot bescherming
en ondersteuning onzer werk- en ambachtslieden,
inzonderheid ten opzichte van het verzekeren
van geregelde rustdagen en dagehjksche schaft
en verpoozingsuren, alsmede van zoodanige in
richting van fabrieken en werkplaatsen, dat deze
aan de voorwaarden voor de gezondheid en vei
ligheid voldoen.
11. Herziening van het burgerlijk handels* en
procesrecht.
12. Verbetering en uitbreiding der openbare
middelen van verkeer, hier en in onze overzee-
scbe bezittingen en afschaffing van tol-, sluis-,
brug- en andere ongelden.
13. Krarhlige ontginning en vruchtbaarmaking
van staatswege van de aan den staat behoorende
woeste gronden, duinen en heidevelden.
14. Ontwikkeling van onze overzeesche bezit
tingen door:
a. decentralisatie van hot bestuur;
b. instelling van een departement voor de bui
tenbezittingen
c. afschaffing van den Raad van Indie en in
stelling van een Raad van directeuren van al
gemeen bestuur
d. inkrimping van de algemeene secretarie tot
een kabinet van den opperlandvoogd
e. afschaffing van de opiumpacht en vervan
ging door regie;
bevordering van landbouw en nijverheid door
groote vrijgevigheid in de uitgifte van woeste
gronden en door wegneming van fiscalen druk;
g. versterking van het Indische leger door uit
breiding van het getal Europeanen en zoo doenlijk
ook van Afrikanen en
h. wat Atjeh betreft, strenge blokkade van de
kust en aan wal een beschikbare sterke kolonne,
om eventueels vijandelijke aanvallen onmiddellijk
en met kracht te keer te kunnen gaan.
v Wij geven, voegt het Utr. Dagbt. hierbij, deze
denkbeelden niet, om die als de onze op den voor
grond te dringen, maar omdat wij ons raaenen te
mogen verzekerd houden, dat zij bij een niet
onaanzienlijk deel der vrijzinnige richting weer
klank en instemming zullen vinden en dus bij
de samenstelling van een algemeen program voor
de vrijzinnige partij van eenig nut kunnen zijn.
i Eerst wónneer er een progsm van beginselen
is tot stand gekomen en daarmede een grondslag,
een richtsnoer en een doel voor onzen staatkun
digen strijd is verkregen, zuilen onze geestver
wanten aan de voorbereiding voor den aanstaanden
staatkundigen veldslag kunnen medewerken met
de toewijding, de geestdrift en bezieling, die
noodig zijn om ons ter overwinning te voeren".
ster hem het bedoelde bericht woordelijk in het
Engelsch over te brengen.
De juffrouw deed het. Het bericht in de Weser
Zeilung luidde aldus
vöp den derden October is, zooais Deensche
bladen melden, een matroos van het gestrande
schip Orion in deerniswaardigen toestand, van
dorst en honger bijna versmacht, aan de Noor-
weegsche kust komen aandrijven."
«Uit welke plaats is dit bericht afkomstig?
Staat er geen naam bij vroeg Ritschard onge
duldig.
«Neen, er staat anders niets.
»Die ezel van een krantenschrijver," was het
toornig antwoord. «Noorwegen is zoo groot als
Engeland; waar nu dien man te vinden?"
sWilt gij dien dan opzoeken?" vroeg de domi
neesvrouw verbaasd.
vNatuurlijk wil ik dat, en wel zoo spoedig moge
lijk!" riep Charles.
ïStelt gij dan zooveel belang in dien man?"
vorschte de juffrouw.
ïHem te vinden is voortaan het doel van
Nemo, wiens vlugschriftenacht en twintig
jaar geleden met zooveel belangstelling ge-
lezen werden, is opnieuw "begonnen vliegende
blaadjes uit te geven. In het thans verschenen
wordt de toestan 11 der partijen besproken.
De schrijver wijst op de veranderingen, welke
in dit opzicht na een kwart eeuw zijn ont
staan; hoe de denkbeelden zijn. gewijzigd en
ten gevolge daarvan ook de partijverhoudin
gen. De liberalen zijn conservatief geworden.
Hoe hard het hem valle, hij kan dit niet
ontkennen. Zij hebben de aanvaarde en voor
een deel vervulde taak niet afgewerkt. Maar
dit is niet geheel hunne schuld: de ver
schijning der pauselijke encycliek in 1864
heeft de liberale partij velen van hare belijders
ontnomen en daaraan is het te wijten, dat
menige voorgestelde maatregel niet tot stand
kwam.
Nemo wijst er op, dat thans een Roomsch-
katholk'k priester in Nederland de wet stelt.
Hij herinnert hoe bij de grondwetsherziening
van 1848 Van Dam van Isselt daartegen reeds
gewaarschuwd had. De schrijver spreekt in
gelijken geest en vraagt wat Groen wel zou
gezegd hebben, indien hij, eensklaps in het
leven teruggekeerd, zag hoe de man, die zich
gerechtigd achtte hem als partijhoofd op te
volgen, met de ultramontanen een verbond
had aangegaan.
Opdat het tijdperk der regeering van
Koningin Emma zich niet kenmerke door
stuiting van den vooruitgang, door de zege
praal van reactionnaire denkbeelden op elk,
gebied van het openbaar leven, spoort hij
aan te doen wat mogelijk is, om door de
aanstaande verkiezingen de meerderheid in
de Tweede Kamer te verplaatsen. Wil men,
tot een beteren toestand komen en het ver
trouwen in de instellingen herstellen, dan
moet, ook volgens Nemo, het zwaartepunt
naar links worden verlegd. De radicalen
handelen daarom tegen hun eigen streven,
wanneer zij de liberalen bestrijden en de-
schrijver verwijt hun, dat zij zoo weinig waar-
deeren, wat ons land aan de liberalen ver
schuldigd is.
Op 18 Februari heeft men, naar men aan
de Arnh. Cl. uit Venlo bericht, waggons, ter
verdere zending bestemd, ontdekt, die reeds-
op 28 Januari aldaar waren aangekomen. Do
verwarring in het goederenverkeer van den-
staatsspoorweg is zeer groot. Als een der
vele ooi-zaken wordt opgegeven, dat deDuit-
scbe banen geen waggons overnemen, als de-
geleidebrief niet het juiste aantal inhoudt:
b.v. als er van 20 waggons 1, 2, 3 of meer
dere eene andere richting hebben gekregen,
kunnen de overige 19, 18, 17 enz. waggons
niet over de grenzen, omdat die 20 waggons
op een geleidebrief vermeld staan. Als iedere
waggon zijn eigen geleidebrief bezat, ware dit
bezwaar voorkomen.
mijn leven," riep de stuurman opgewonden uit.
De bezorgde juffrouw schudde het hoofd en zag
den jongen man van ter zijde aan. De val en de
doorgestane angst op het schip schenen, dacht zij,
hem toch nog in het hoofd te zitten, al was hij
van zijne ziekte hersteld.
Toen Charles weder alleen was, overwoog
hij, dat het onmogelijk was zonder boot van hier
levend aan de kust van Noorwegen te komen. Het
wrak was op den eerstvolgenden stormachtigen
dag na de stranding geheel uit elkaar geslagen,
anders was hij dit nog eens gaan doorzoeken.
Hij vervoegde zich bij den loods, die met Jan
sen deze was nog niet op het eiland terug
het eerst het wrak betreden had, en vroeg
hem, hoe het er wel op de Orion had uitgezien-
bij hunne komst. De loods verzekerde hem, dat-
zij het dek geheel ledig hadden gevonden.
Wordt vervolgd.)