Het goud van de Orion.
Donderdag 26 Maart.
N°. 772
rationale Militie.
POLITIE.
Feuilleton.
A0. 1891.
Vij f - n
-veertigste Jaargang.
Verschijnt dagei ks, uitgezonderd Dinsdag,
Kennisgeving.
Buiteiilandsclie Berichten.
UITGEVER: J. ODÉ.
SC111 1 IS SHE
BCItEAV: BOTERiTRAAT, E 2 7.
Advertentieprijs: van 110 gewone regels met
inbegrip van eene Courantf 1.10.
Iedere gewone regel meer - <>.10.
Driemaal geplaatst wordt tegen tweemaal berekend.
ABONNEMENTSPRIJS, per kwartaal
franco per post, door het geheete Rij It
Afzoude! Itjke
Burgemeester en Wethouders van Schiedam
Brengen ter kennis van de belanghebbenden, dat
-de Militieraad in het 2de district \an Zuid-Holland,
voor de re Gemeente op Donderdag den IGn April
aanstaande, des voormiddags ten 10 «re, zijne Tweede Zit
ting zal houden te ROTTERDAM, in het Oude- Mannen
huis aan de Hoogstraat aldaaren brengen wijders
in herinnering Artt. 88 en 92 der Wet op de Natio
nale Militie van den 19n Augustus 1861 {Staatsblad
No. 72), luidende
Art. 88. Voor den Militieraad moet verschijnen:
-1, enz.
.3. Hij, die voor een Loteling als Plaatsvervanger of
als Nummervenvisselaar verlangt op te treden
Art. 92. In de Tweede Zitting van den Militieraad
wordt uitspraak gedaan omtrent alle in de Eerste Zit
ting niet afgedane Zaken en omtrent hen, die als
PLAATSVERVANGER of NUMMERVERW1SSE-
LAAR verlangen op te treden.
De Loteling omtient wien de Militieraad in zijne
Eerste Zitting reeds uitspraak heeft gedaan, behoeft
NIET in de Tweede Zitting te verschijnen, tenzij
•hij daarm een Plaatsvervanger of Nummerverwisse-
laar mocht willen voorstellen.
Zij herinneren mitsdien de Lotelingen der lichting
van 1891, die verlangen mochten zich voor den dienst
der Nationale Militie te doen vervangen, dat zij voor
gemelden Militieraad ten bepaalden dage en ure
-moeten verschijnen, teneinde hunnen Plaatsvervan
ger of Nummerverwisselaar te doen onderzoeken.
En is hiervan afkondiging geschied, waar het be
hoort, den 25sten Maart *1891.
Burgemeester en Wethouders voornoemd
P. J. VAN DIJK VAN MATENESSE.
De Secretaris,
VERNÈDE,
Aan liet commissariaat zijn als op straat
gevonden aangegeven: een psalmboek,
«en bont en eert wit schort, een R.-k. kerk
boek, een zwart flinveelen pantoffel, een
bloedkoralen oorbelletje, een portemon-
Roman van H. ROSENTHALBonin.
29.
En eene inwendige stem spraktik heb haar
mijn woord gegeven om terug te komen en een
lafaard is hij, die zijn woord niet houdt." Doch
«oo trachtte hij die stem te bezwerenverhindert
dit mijn doel te bereiken 7 Wanneer ik het eens
soover mocht brengen, zelfstandig te kunnen wer-
>ken, mijne wetenschap op het leven toe te passen,
•eene wetenschappelijke positie te veroveren, wat
kan ik dan meer verlangen dan eene vrouw, die
mij aanhangt en mij alvast een goed burgerlijk
bestaan verzekert?"
Zonderling, daar trad Geesje's beeld hem voor
den geest, doch ook slechts een oogenblik. De
bittere berinneringen aan vroegere omgevingen
•vroegere toestanden kregen weer de overhand en
1.85.
- 2.50.
- 0.10.
nale met f0.16, een koperen ring met twee
sleuteltjes, en een sleutel aan een houten
blokje,
DUITSCHLAND.
Terwijl het nationaal-liberaal verkiezings
comité te Geestemunde (in het 19e kies
district van Hannovei') een manifest heeft
uitgevaardigd ten behoeve der verkiezing van
prins Bismarck tot lid van den Rijksdag,
heeft het comité der vrijzinnige partij aldaar
een manifest uitgegeven ter bevordering der
candidatuur van den heer Adloff. Intusschen
zijn ook de socialisten ijverig in de weer voor
hunnen candidaat.
Te Berlijn is de eerste steen gelegd voor
de kerk, die ter nagedachtenis aan keizer
Wilhelm I wordt gebouwd. Het rijkversierde
bouwterrein prijkte ouder anderen met al de
vaandels en standaards der aldaar in garni
zoen liggende troepen infanterie, cavallerie
en artillerie, terwijl er eene prachtige tent,
met den purperen standaard in top, voor het
keizerlijk echtpaar was opgericht. De keizer
en keizerin werden te midden der aanwezige
hoogere en lagere autoriteiten ontvangen door
den groothertog en de groothertogin van
Baden, met den voorzitter der Evangelische
vereeniging voor kerkbouw, den generaal-
superintendent, den opper-prediker en den
burgemeester. De plechtigheid werd geopend
met den koraalzang Lobe den Berrn", waarna
de opperprediker de feestrede hield, de minis
ter van het Huis des koniogs de door het
keizerlijk echtpaar onderteekende stichtings
oorkonde voorlas en vervolgens onder kanon
schoten de gebruikelijke hamerslagen werden
gedaan door den keizer, de keizerin, den
hij deed zijn best alles te begraven in den nacht
der vergetelheid.
Dan keerde hij nog liever in gedachte tot Njet-
ta terug, nik had mij toch wel in ernst aan haar
kunnen verbinden," dacht hij. »Hoe valsch, hoe
dubbelzinnig wordt de rol, die ik mij opgelegd heb.
Eene gelofte, die ik mij uit nooddwang heb laten
afpersen, een valsche naam, dien ik om veilig te
zijn moet blijven dragen dat alles -walgt mij en
bezwaart mij meer nog dan eene eerlijke trouw-
gelofte mij zou bezwaren. Doch neen nog mag
ik mijne vrijheid niet opofferen, overal en altijd
de onverbreekbare keten rondsieepen. Ik heb ge
noeg, meer dan genoeg aan den valschen naam,
dien ik moet dragen om niet als dief te worden
gebrandmerkt. Ach wie had ook kunnen denken,
dat een enkele misstap, dien ik niet eens als zoo
danig beschouwde, mij tot deze uitersten zou
voeren. Wat ben ik begonnen {"herhaalde hij, nu
ook met het oog op al het verleden.
>Docb gedane zaken nemen geen keer I" troostte
hij zich weer, terwijl hij van zijne zitplaats op de
balken opsprong. Ik ben den strijd begonnen en
zal volharden. Ik vertrek met het eerste vaartuig
lijhskanselier, de ministers, de overige daartoe
genood igden en den bouwmeester. Met een
gebed, gevolgd door het zingen van »Nun
dankt alle Gotl", werd de plechtigheid geslo
ten, waarna de troepen voor het keizerlijk
echtpaar defileerden.
De beste logenstraffing der geruchten, als
zou de minister van binnenlandsehe zaken
Yon Botticher na de jongste onthullingen
onmogelijk op zijn post kunnen blijven, is
zeker wel dat de keizer den minister dezer
dagen een bezoek heeft gebracht en hem met
zijne vrouw aan een vertrouwelijk diner ten
hove heeft genoodigd. En wanneer de heer
Richter heftig uitvaart over liet verkeerd ge
bruik dat van hel Welfenfonds is gemaakt,
vergete men daarbij niet, dat het hem niet
zoozeer te doen is om over diens hoofd heen
den oud-kanselier "Von Bismarck te treffen.
"Wanneer de Rijksdag weer bijeenkomt, zal
dit spoedig genoeg blijken.
De Freisinniqc Zeitung betoogt in een
uitvoerig attikel, op juridische gronden, dat
de Pruisische legeering verplicht is eene
civiele vordering in te stellen tegen vorst
Bismarck tot restitutie van de 350,000 mark,
welke hij uit het Welfenfonds heeft genomen,
ten behoeve van den minister Von Botticher.
ENGELAND.
Uit Grasse. iu zuidelijk Frankrijk, waarheen
koningin Victoria Maaudag is afgei'eisd, komt
bericht, dat daar en in den omtrek ernstig
de pokken heerschen, vooral onder de be
hoeftige bevolking. Van de 160 gevallen waren
er 13 doodelijk. De ziekte is echter niet in de
onmiddellijke omgeving van het hotel der
koningin, waarvan liet geheele personeel
opnieuw is ingeënt.
Bij het ontvangen van eenige Newfound-
het beste, als het maar niet naar Engeland of
Duitschland gaat. Dan neem ik zelf het roer in
handen, dat mij tot mijn levensdoel moet leiden.
De middelen er toe bezit ik, hetzij eene hemel-
sche of eene helscbe macht mij die dan in handen
heeft gespeeld."
Willem ging in huis en ontmoette Njetta weer.
ïNjetta," zeide hij, xik heb nog een verzoek."
»Uw wensch is de mijne," sprak zij op gullen
toon.
«Onze verloving moet nog geheim blijven. Gij
zoudt mij pleizier doen er nog tegen niemand over
te spreken," hei nam Willem. sik wil tegenover
u eerlijk mijn wootd houden, Njetta, maar zie niet
graag, dat de lieden er nu al over praten, nu de
vervulling onzer wenschen nog in de toekomst ligt.
Wanneer mijne afwezigheid eens langer mocht
duren dan wij ons voorstellen, dan zal men mij
beginnen te beschuldigen van ontrouw en wie
weet wat al meer. Dat wil ik voorkomen."
»Ik zou het gaarne verteld hebben, heer, want
ik ben er trotsch op, dat gij mijn bruidegom zijt;
maar ik wil uw zin doen, want gij weet beter dan
ik, wat voor ons past."
landsche handelaars noemde de minister van
financiën het groote gevaar voor eene botsing
tusschen Newfoundlander en Fransche vis-
schers als de aanleiding voor de regeering om
te handelen zooals zij gedaan had. Hij hield
zich overtuigd dat niemand de regeering
zou aanraden deze quaestie tot een casus belli
tusschen Engeland en Frankrijk te maken,
hetgeen evenwel het eenig overblijvende zou
zijn, indien men niet zijne toevlucht nam tot
arbitrage. Hij hoopte dat de geest der beza
digdheid in Newfoundland de overhand zou
behouden.
De Times bespreekt, naar aanleiding van
het bezoek van koning Leopold van België te
Londen, de hooge rechten iu den Congo-staat.
De Congo-tegeering dreigt, gelijk liet laatste
Bulletin Officiel, het orgaan der Congo-
regeering, mededeelt, zelfs eene belasting in
te voeren op vreemdelingen. In het algemeen
dreigen de hooge belastingen den handel zoo
zeer te benadeelen, dat Nederlandsche en
andere kooplieden reeds toebereidselen maken
om hunne factorijen van het Belgische naai*
het Portugeesche grondgebied over te brengen.
De Vereenigde Staten willen zich outlrek-
ken aan eene overeenkomst, welke den handel
in den Congo-staat bijna onmogelijk maakt.
Engeland begrijpt, dat België gaarne eene
kolonie wil bezitten en zoolang het philan-
tropische doel op den voorgrond stond, heeft
Engeland dan ook de onderneming der Congo-
regeering gesteund, maar nu drijft overstel
pende eerzucht tot eene uitbreiding buiten de
gestelde perken. Ten bewijze daarvan kan
dienen dat de nieuwe expeditie, welke onder
leiding van kapitein Van Kerckhove onder
nomen is, hoegenaamd geen wetenschappelijk
doel heeft, maar alleen beoogt het dal van
Björn Halfson trad binnen en maakte aan het
gesprek een einde.
sEr is een Fransch stoomschip te Christiania
binnengeloopen, heer. Het laadt stokvisch, be
stemd voor Messina, en vertrekt morgen weder."
Bij het vernemen van dit nieuws uit den mond
van den ouden heer had Willem dadelijk zijn be
sluit genomen.
»Dan vaar ik mee," sprak hij kalm. Bjöt n keek
zijne dochter aan en tot zijne groote verwonde
ring nam deze die verklaring zeer kalm op.
»Iïoe is dit?" dacht hij. »Is het met hen uit,
of zijn zij het eens?" Htj zou met beide gevallen
genoegen hebben genomen. Ilij kende bet karakter
van zijne dochter genoeg om te weten, dat zij zich
in eene scheiding niet zoo gemakkelijk zou ge
schikt hebben, wanneer zij daaromtrent riiet eerst
gerustgesteld was, en nam dus het tweede geval
als zeker aan. Hij wachtte zich echter wel, reeds
nu om inlichting te vragen en vervolgde:
uMotgen met de tweede eb steekt het schip in
zee. Is het u ernst om mee te varen, dan zult gij
nog heden naar Christiaansand moeten afreizen.",
Wordt vervolgd.)